31 500
Realisatie Nationaal Ruimtelijk Beleid

nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 maart 2009

De VROM-Inspectie heeft op mijn verzoek een inventarisatie uitgevoerd van de verwachte en mogelijke toekomstige ontwikkelingen binnen de negen Nationale Snelwegpanorama’s.1 Ik bied u dit rapport nu al aan met het oog op het notaoverleg over «Zicht op mooi Nederland» op 30 maart a.s.

Ik heb deze inventarisatie laten uitvoeren omdat ik het belang van de Nationale Snelwegpanorama’s zeer serieus neem. Ik wil weten welke ontwikkelingen hier spelen of kunnen gaan spelen om indien nodig en mogelijk bij te kunnen sturen. De wijze van bijsturen kan variëren van informeren en stimuleren tot ingrijpen op plannen. Het rapport is het resultaat van een korte, intensieve en zeer volledige inventarisatie, waarbij alle mogelijk relevante ontwikkelingen zijn meegenomen. Ontwikkelingen die het panorama kunnen schaden, maar ook ontwikkelingen die het panorama kunnen versterken. Het betreft enkel een inventarisatie en het bevat geen beleidsstandpunten. De VROM-Inspectie heeft binnen de betrokken gemeenten (28) en provincies (7) en bij de relevante rijkspartners geïnventariseerd welke ruimtelijke ontwikkelingen spelen of mogelijk zijn, die het belang van het panorama kunnen beïnvloeden. De resultaten van de inventarisatie zijn gecontroleerd door de betreffende gemeenten en provincies.

Mijn redeneerlijn ten aanzien van ruimtelijke ontwikkelingen in de Nationale Snelwegpanorama’s is de volgende. In de Amvb Ruimte wordt het planologisch regime uitgewerkt als verbijzondering van het ja, mits-regime dat geldt voor de Nationale Landschappen, waar de Nationale Snelwegpanorama’s binnen liggen. Provincies krijgen beleidsruimte om gebiedsgericht een passend regime verder uit te werken en te verduidelijken waar en hoe de kwaliteiten van het betreffende panorama worden geborgd. Deze doorwerking is onderdeel van de totale doorwerking van de Amvb Ruimte en vergt tijd. Dit betekent dat er enige tijd overheen gaat voordat de panorama’s geborgd zijn in de bestemmingsplannen. In die tijd kan het zijn dat er plannen ontwikkeld worden, of ontwikkelingen mogelijk zijn op basis van al bestaand beleid, die het panorama beïnvloeden. Wanneer deze plannen in het verleden na een zorgvuldig proces en met instemming van het rijk zijn vastgesteld, dan zijn deze niet meer terug te draaien. Wanneer dergelijke plannen echter het panorama evident dreigen te schaden én de besluitvorming nog ruimte laat voor bijsturing, dan zal ik in overleg treden met de verantwoordelijke instantie om de plannen aangepast te krijgen.

Op hoofdlijnen roept de inventarisatie door de Inspectie het volgende beeld bij mij op:

– in alle negen panorama’s spelen (mogelijke) toekomstige ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het panorama, zowel positief als negatief;

– in 4 van de 9 panorama’s is al op dit moment enige mate van bijsturing van plannen mogelijk en nodig om volledig recht te doen aan het belang van het panorama:

o soms is bijsturing mogelijk en nodig door plannen opnieuw te bezien:

Wiericke

o soms is kwaliteitsverbetering mogelijk door extra aandacht voor inpassing en ontwerp van plannen: Eemland, Wijk en Wouden en Venen-Vecht

– in 5 van de 9 snelwegpanorama’s zijn geen extra acute acties nodig:

Wijde Wormer-Oostzaan, Noord Kennemerland, Hoeksche Waard, IJsselvallei, Drentsche Aa

Kortom, in alle panorama’s spelen ontwikkelingen die het landschap en de beleving hiervan kunnen beïnvloeden, wat aangeeft dat extra aandacht voor de panorama’s geen overbodige luxe is. Gelukkig is er ook al (groeiend) draagvlak bij provincies en gemeenten en zorg voor de ruimtelijke kwaliteit in snelwegomgeving en specifiek de snelwegpanorama’s. Dit is terug te zien in de bekendheid met de kabinetsambities en de regionale en lokale beleidsontwikkelingen waarin eveneens ambities ten aanzien van de snelwegomgeving en snelwegpanorama’s staan uitgewerkt.

Ik praat op 30 maart a.s. graag met u verder over de kabinetsambities ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit in de snelwegomgeving, de snelwegpanorama’s in het bijzonder en de implementatie van deze ambities.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven