30 597 Toekomst AWBZ

Nr. 202 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 september 2011

Op 1 juni heb ik u mijn programmabrief «Langdurige zorg» gestuurd – (Kamerstuk 30 597, nr. 186).

In deze brief heb ik verschillende beleidsvoornemens uiteengezet. Ik ben onder meer ingegaan op de structurele kwaliteitsimpuls voor de langdurige zorg: 12 000 extra medewerkers.

Ik kondigde aan om op korte termijn een convenant te sluiten ten aanzien van deze kwaliteitsimpuls. Dit kabinet wil de langdurige zorg voor mensen die het meest nodig hebben verbeteren.

Op 5 september hebben alle betrokken partijen het convenant ondertekend. Het bevat afspraken over:

  • De aanwending van de extra gelden.

  • De reikwijdte van het convenant.

  • De rollen van de betrokken partijen.

  • Het monitoren van de voortgang.

  • Het terugdringen van de administratieve lasten.

U treft het convenant aan bij deze brief1. En als bijlage van het convenant het plan «Meer tijd voor de cliënt»1. Ik ben verheugd dat alle betrokken partijen, Actiz, VGN, BTN, GGZ-nl, Federatie Opvang, ZN en V&VN, zich gecommitteerd hebben aan de doestellingen van dit convenant. Hiermee leveren wij gezamenlijk een bijdrage aan de verbetering van de langdurige zorg in Nederland.

Binnenkort sturen de Minister en ik onze arbeidsmarktbrief aan uw kamer. Daarin ga ik uitgebreider in op het bredere arbeidsmarktbeleid en de plaats van het convenant daarin.

De doelstellingen uit het convenant zijn ambitieus. Ik ben er van overtuigd dat de gezamenlijke inspanning van alle partijen de kwaliteitsslag laat lukken.

De handtekeningen onder het convenant bezegelen het draagvlak hiervoor.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven