Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 30234 nr. 99 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 30234 nr. 99 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2014
Onlangs heb ik u geïnformeerd over de subsidieregeling betreft energiebesparing in de sport. Dit noem ik kort onder Subsidieregeling energiebesparing.
Op verzoek van de vaste commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ga ik hierbij in op de toezeggingen die ik gedaan heb in het wetgevingsoverleg Sport van 18 november 2013 (Kamerstuk 33 750 XVI, nr. 84). Tevens informeer ik u over de stand van zaken omtrent matchfixing.
Toezeggingen
In het wetgevingsoverleg van 18 november 2013 heb ik toezeggingen gedaan over de volgende onderwerpen: kennisagenda sport, effectiviteit buurtsportcoaches, subsidieregeling energiebesparing, bezuinigingen bij gemeenten, gehandicaptensport, Dopingautoriteit, mensenrechten, vechtsporten, Sportimpuls en sport en kinderopvang. Hieronder volgt de stand van zaken omtrent deze toezeggingen.
Kennisagenda sport
Mijn intentie is om de kennis voor de sport beter te laten renderen.
Niet alleen voor sport en wetenschap, maar ook voor economie en maatschappij.
Kennis en innovatie kunnen het verschil maken als het gaat om het behalen van topsportmedailles. Ook als het gaat om sporten en bewegen van mensen met een handicap of een chronische aandoening, of het vergroten van de impact van sportevenementen en sportgerelateerde export. Ik ga een aantal boegbeelden uit sport, bedrijfsleven, wetenschap en overheid vragen om een kennis- en innovatieagenda sport op te stellen. Deze agenda wordt verbonden aan vragen uit de sport, de maatschappij, excellentie in de wetenschap en kansen in het bedrijfsleven. De agenda is vervolgens leidend voor de subsidies die ik geef aan onderzoek, innovatie en programma’s en projecten van kennisinstellingen.
Over de voortgang hiervan zal ik u binnenkort nader informeren.
Effectiviteit buurtsportcoaches
U heeft mij gevraagd om meer precieze gegevens over hoe buurtsportcoaches worden ingezet en wat hiervan de effectiviteit is. Ik heb toegezegd geld vrij te maken voor extra monitoring van buurtsportcoaches. Het is van belang dat buurtsportcoaches verbindingen leggen tussen sport en sectoren als onderwijs, zorg, welzijn, kinderopvang en bedrijfsleven.
Het Mulier Instituut zal onderzoek doen naar de effecten van buurtsportcoaches op het niveau van de eindgebruikers, met nadruk op degenen die achterblijven in sportdeelname. De resultaten van het onderzoek worden in het najaar van 2014 verwacht. Ik informeer u over de uitkomsten van dit onderzoek.
Subsidieregeling energiebesparing
In de beantwoording op schriftelijke Kamervragen1, heb ik u ingelicht over mijn plannen voor de subsidieregeling energiebesparing in de sport. Ik zal deze plannen voor een regeling voor verduurzaming en energiebesparing verder uitwerken. Wanneer de regeling gereed is, zal ik u deze toesturen.
Bezuinigingen bij gemeenten
Onlangs heb ik u ingelicht over de gevolgen van de recessie op de sportsector en gemeentelijke bezuinigingen op de sport, door middel van Kamerbrief 30 324 nr. 96. Onderzoek van het Mulier Instituut wijst uit dat de Nederlandse sportsector nog niet zwaar getroffen is door de recessie. Wel zal er de komende jaren, ook op gemeentelijk niveau, meer op sport worden bezuinigd. Ik zal de gevolgen van de recessie voor de sport de komende jaren blijven monitoren via de sportsatellietrekening van het CBS en aanvullend onderzoek.
Gehandicaptensport
Ik heb afgelopen periode inzicht proberen te krijgen in de knelpunten en belemmeringen voor gehandicapten om te sporten en bewegen op lokaal niveau. De uitkomsten van de onlangs uitgebrachte monitoring «onbeperkt sportief», die de sportparticipatie van mensen met een beperking meet, zijn hierbij ook meegenomen. Op 22 mei 2014 organiseer ik een Ronde Tafel Gehandicaptensport om mijn eerste bevindingen met relevante stakeholders te delen. Vervolgens worden de uitkomsten van de gesprekken met het maatschappelijk veld verder geanalyseerd en zal ik mij beraden over een eventueel nieuw beleidskader gehandicaptensport.
Dopingautoriteit
Voor een effectieve aanpak van doping is de instellingssubsidie aan de Stichting Anti Dopingautoriteit Nederland met ingang van 2014 opgehoogd met 200.000 euro per jaar. Hiermee komt de financiering aan de Dopingautoriteit neer op 1,5 miljoen euro per jaar.
Mensenrechten
Onlangs heb ik u schriftelijk geïnformeerd over mijn bezoek aan de Olympische Spelen en Moskou2. In deze brief heb ik vermeld dat NOC*NSF het thema mensenrechten als een van de belangrijkste thema’s binnen sport en integriteit ziet. In het najaar van 2014 zal ik door NOC*NSF nader geïnformeerd worden over de agendasetting rondom mensenrechten.
Vechtsporten
NOC*NSF heeft subsidie ontvangen van VWS om samen met relevante partners een gedragen plan van aanpak op te stellen voor regulering van de vechtsportsector. In dit plan wordt thans een blauwdruk ontwikkeld voor een structuur die regulerend kan optreden richting alle stakeholders in de sector.
Voor het opstellen van het plan van aanpak heeft NOC*NSF vijf werkgroepen en een stuurgroep opgericht.
In de werkgroepen worden adviezen opgesteld over pedagogisch klimaat, opleidingen, medische aspecten, openbare orde en veiligheid, handhaving en governance/integriteit. Al deze adviezen zullen worden gebundeld en gewogen om uiteindelijk te resulteren in het integrale plan van aanpak voor regulering van de vechtsportsector.
Sportimpuls
Vanaf 2014 is 5 miljoen euro extra toegevoegd aan de Sportimpuls.
Deze toevoeging is specifiek bedoeld voor jeugd in lage inkomensbuurten. Aanvragen kunnen worden ingediend door lokale sport- en beweegaanbieders en moeten gericht zijn op jongeren tot 21 jaar die niet of (te) weinig sporten en bewegen. De aangevraagde projecten moeten tevens aansluiten bij het gemeentelijke armoedebeleid. Daarnaast zijn er bepaalde overige criteria waaraan voldaan moet worden om in aanmerking te komen voor subsidie uit de Sportimpuls. De inschrijfperiode voor het indienen van aanvragen in 2014 voor zowel de reguliere Sportimpuls als de sportimpuls «jeugd in lage inkomensbuurten» is inmiddels gesloten. Voor de Sportimpuls «jeugd in lage inkomensbuurten» zijn 72 aanvragen ingediend. De aanvragen worden op dit moment beoordeeld op relevantie en kwaliteit. De eerste projecten zullen eind 2014 van start gaan.
Sport en kinderopvang
De resultaten van de pilot «gemeentebrede dagarrangementen» zijn op dit moment nog niet bekend. In het najaar zal ik u informeren over de belemmeringen in de samenwerking tussen sport en kinderopvang, waarbij ik tevens zal ingaan op de stand van zaken van de uitwerking van de motie Bruins Slot (33 750-XVI nr. 54).
Matchfixing
Op 1 oktober 2013 heb ik u, samen met de minister van Veiligheid en Justitie, geïnformeerd3 over de maatregelen die we samen met alle relevante partners treffen om matchfixing te bestrijden. Hierbij informeer ik u, mede namens de minister van Veiligheid en Justitie, over de huidige stand van zaken.
Samenwerking tussen partijen
Om matchfixing te bestrijden, is samenwerking tussen verschillende sectoren, zowel publiek als privaat, noodzakelijk. Zowel op nationaal als op internationaal niveau is grote belangstelling voor het delen van informatie tussen deze verschillende stakeholders. Spapens c.s. hebben in hun rapport4 geadviseerd om twee verschillende platforms in te richten, een voor het delen van beleidsinformatie en een voor het delen van operationele informatie. Gezamenlijk moeten de platforms bijdragen aan een effectievere signalering van matchfixing, het gecoördineerd aanpakken hiervan, het vergroten van de algemene kennis over matchfixing en het genereren van beleid dat de aanpak van matchfixing versterkt.
Nationaal platform matchfixing
Recent is gestart met de inrichting van een nationaal platform om een structureel overleg te realiseren tussen de opsporingspartners, toezichthouder(s), de sportsector en de kansspelsector. Het doel van dit nationale platform is om de informatiepositie van alle stakeholders te verbeteren, zodat meer signalen worden gedetecteerd, meer signalen tijdig via de juiste kanalen bij de juiste stakeholders terecht komen en de meest passende interventie kan worden ingezet om matchfixing te bestrijden.
Het kan de sportsector helpen om adequate maatregelen te nemen op persoons- en clubniveau en anderzijds de justitiële partners helpen om meer concrete signalen binnen te krijgen en inkomende signalen beter te beoordelen door een verbeterde informatiepositie.
Het Functioneel Parket (FP) coördineert dit overleg, bereidt het inhoudelijk voor en is tevens voorzitter. Verder nemen aan dit overleg de volgende partners deel: Belastingdienst Doelgroep sport, FIOD, Kansspelautoriteit, Politie, KNVB, integriteitsloket NOC*NSF, KNLTB en de Lotto. Er wordt gestart met de voetbalsector, omdat dit de grootste sport is in Nederland. Dit platform zal vier keer per jaar bijeen komen. Voor de opsporing en vervolging van matchfixing – en daaraan gerelateerde risico’s als fraude, witwassen en illegaal gokken – is een goede informatiepositie belangrijk. De samenwerking in het nationaal platform draagt daaraan bij.
Strategisch beraad matchfixing
Naast het operationele platform is een strategisch beraad matchfixing ingesteld. Het doel van dit platform is om de aanpak van matchfixing te besturen, toe te zien op goede informatiedeling en samenwerking te realiseren tussen betrokken partijen. Het voorzitterschap en secretariaat van dit overleg wordt gezamenlijk gevoerd door het ministerie van VWS en het ministerie van VenJ. Door ontmoeting op dit strategische niveau te realiseren, wordt samenwerking tussen partners gefaciliteerd. Het overleg zal twee à drie keer per jaar bijeen worden geroepen.
Onderwerp van gesprek zijn ontwikkelingen op beleidsniveau, majeure incidenten, de samenwerking tussen de partijen en de internationale ontwikkelingen zoals implementatie van het verdrag ter bestrijding van matchfixing van de Raad van Europa. Er zal nadrukkelijk geen opsporingsinformatie worden gedeeld, maar er kunnen wel bestuurlijke en trendrapportages aan het overleg worden gezonden vanuit het nationale platform matchfixing. Deze rapportages kunnen leiden tot beleidsaanbevelingen.
Aanvullende maatregelen op het terrein van sport
De aanpak van matchfixing is onderdeel van een integrale visie op sport en integriteit. Deze wordt momenteel door NOC*NSF in samenwerking met de sportbonden ontwikkeld, evenals een plan van aanpak om integriteit binnen de sport te borgen. Reeds bestaande activiteiten, programma’s en instrumenten worden binnen deze visie geïntegreerd. Belangrijk onderdeel is de inrichting van een Vertrouwenspunt Sport en de ontwikkeling van een instrumentarium voor bestrijding van matchfixing bij sportweddenschappen.
Bij het Vertrouwenspunt Sport kunnen onder andere sporters, topsporters, scheidsrechters, coaches en managers vanaf 20 mei 2014 terecht met vertrouwelijke kwesties en meldingen over matchfixing, doping en grensoverschrijdend gedrag.
Voor matchfixing wordt er gewerkt aan een standaardpresentatie voor voorlichting aan topsporters en talenten. Tevens wordt onderzocht hoe voorlichting over matchfixing kan worden opgenomen in opleidingen en trainingen van coaches, managers en scheidsrechters. NOC*NSF staat in contact met Sportaccord om deel te nemen aan een nieuw te ontwikkelen e-learningplatform, gericht op het tegengaan van matchfixing, die dit jaar gereed moet zijn.
Tot slot heeft NOC*NSF in samenspraak met sportbonden een blauwdruk voor regels in het tuchtreglement ontwikkeld om matchfixing bij sportweddenschappen tegen te gaan. Deze blauwdruk ligt ter goedkeuring voor in de Algemene Vergadering van NOC*NSF op 20 mei 2014.
Aanvullend op reeds ingezette activiteiten, organiseert de KNVB vanaf januari 2014 extra voorlichtingsbijeenkomsten bij clubs om spelers, technische staf en directies voor te lichten over matchfixing.
Kansspelen
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (hierna: de Staatssecretaris) is verantwoordelijk voor het kansspelbeleid. De Staatssecretaris heeft een voorstel opgesteld tot wijziging van de Wet op de kansspelen (Wok) inzake de regulering van kansspelen op afstand, wat nu bij de Raad van State ligt voor advies.
In het wetsvoorstel kansspelen op afstand worden strikte eisen gesteld om fraude en overige criminaliteit, zoals matchfixing, te voorkomen. Zo is voorzien in strikte identificatie en verificatie van spelers die willen deelnemen aan kansspelen van vergunde aanbieders. Ook moeten aanbieders van kansspelen op afstand alle transacties met spelers registreren en analyseren om patronen die duiden op matchfixing te onderkennen. Weddenschappen op jeugdwedstrijden zullen niet worden toegestaan en aanbieders van sportweddenschappen worden verplicht zich aan te sluiten bij een samenwerkingsverband tot detectie van verdachte patronen. Deze eisen worden in lagere regelgeving nader uitgewerkt.
Internationale ontwikkelingen
Binnen de Raad van Europa naderen de onderhandelingen voor een Conventie ter bestrijding van matchfixing de eindfase. Zoals reeds eerder aan u gemeld, is de planning om de conventietekst vast te stellen op de sportministersconferentie in september 2014. Inmiddels is de concepttekst voor commentaar doorgezonden aan de parlementaire assemblee.
Verder hebben de opsporings- en vervolgingsdiensten de afgelopen periode internationale contacten gelegd via Interpol, Europol en Eurojust waardoor de internationale samenwerking verder is versterkt.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers
Matchfixing in Nederland, de aard, reikwijdte van het probleem, de risico’s en de aanpak. Spapens, T., Olfers, M. en EY, 2013.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30234-99.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.