nr. 37
MOTIE VAN HET LID VAN BAALEN
Voorgesteld 25 november 2004
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat het ministerie van Defensie in die studie Grote Oppervlakteschepen
Koninklijke Marine (GOSKM) tot de conclusie komt dat een oppervlaktevloot
bestaande uit 4 LC-, 4 M-fregratten en 4 S-korvetten vanuit operationeel oogpunt
doelmatiger is dan 4 LC- en 6 M-fregatten;
overwegende, dat in de GOSKM-studie tevens wordt vastgesteld dat het een
bijkomend voordeel is dat de Nederlandse industrie in de ontwikkeling en bouw
van nieuwe schepen, ook in de periode 2006–2010, kan deelnemen;
overwegende, dat in de GOSKM-studie voorts wordt geconcludeerd dat het
een belangrijk voordeel is dat de resterende 8 fregatten volledig kunnen worden
ingezet voor de internationale taakgebieden en de 4 S-korvetten specifiek
kunnen worden ingericht ten behoeve van het nationale taakgebied in de West
en in Europa;
overwegende, dat het vervroegd afstoten van 2 M-fregatten en het aanbesteden
en in de vaart nemen van 4 S-korvetten volgens de GOSKM-studie voordelen biedt
indien dat geen significante additionele kosten meebrengt;
van mening, dat de mogelijkheden om 2 M-fregatten te verkopen nader dienen
te worden onderzocht;
van mening, dat de bovengenoemde optie voor versterking van de oppervlaktevloot
met 4 S-korvetten, de verkoop van 2 M-fregatten en het behoud van 4 LC- en
4 M-fregatten, mede op basis van een integrale visie op de oppervlaktevloot,
bij de Defensiebegroting voor 2006 nader dient te worden beschouwd, waarbij
duidelijkheid dient te worden geschapen over de financiële implicaties
van deze opties ten opzichte van doorgaan met 4 LCen 6 M-fregatten;
verzoekt de regering de GOSKM-studie, op basis van overeenstemming met
de Kamer over opdrachtformulering en vraagstelling door een onafhankelijke
instantie, bij voorkeur de Algemene Rekenkamer te laten doorrekenen, waarbij
ook de rekenmodellen van de industrie, inclusief voorfinancieringsarrangementen,
betrokken worden en de uitkomsten van deze doorrekening met een regeringsstandpunt
aan de Kamer aan te bieden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Baalen