Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2012
In uw brief van 13 juni jl. brengt u het verzoek over van het lid Karabulut, gedaan
in het ordedebat van die dag. Het verzoek betreft een reactie op het bericht in Trouw
van 13 juni jl., dat banken geen kredieten meer verstrekken aan woningcorporaties
en daardoor de bouw vanaf 1 juli stil komt te liggen. Uw Kamer wil daarbij worden
geïnformeerd over de analyse daarvan en wat de oplossingen daarvoor zijn. In dit verband
verwijs ik u eveneens naar de antwoorden gegeven op de vragen van het lid Lucassen
(PVV) over hetzelfde onderwerp (Aanhangsel Handelingen II, 2011/12, nr. 2917).
Allereerst wil ik het bericht nuanceren, dat banken helemaal geen kredieten meer verstrekken.
In het bedoelde bericht staat dat commerciële banken (geciteerd wordt een woordvoerder
van ABN AMRO) kritischer zijn geworden over het verstrekken van leningen aan de corporatiesector,
omdat voor de sector een verhoogd risico geldt. Commerciële banken verstrekken niet
of nauwelijks leningen die worden geborgd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw
(WSW). Het gaat hier dan ook voornamelijk om financiering voor niet DAEB activiteiten,
zoals dure huurwoningen en de voorfinanciering van koopwoningen. Via een persbericht
benadrukt het WSW dat corporaties voor de financiering van hun DAEB activiteiten nog
steeds terecht kunnen bij de Bank Nederlandse Gemeenten en de Waterschapsbank voor
geborgde leningen. Deze banken zijn al jaren de voornaamste financiers van woningcorporaties.
Tot slot stipt het WSW nog aan, dat ook nieuwe partijen, zoals Nederlandse verzekeraars,
bereid zijn geborgde leningen aan woningcorporaties te verstrekken.
Voor de financiële positie van woningcorporaties in zijn algemeenheid hoeft een kritischer
kredietverstrekking bovendien geen substantiële gevolgen te hebben. Het investeringsvermogen
voor niet DAEB activiteiten zal mogelijk afnemen.
Indien woningcorporaties voor het herfinancieren van hun ongeborgde leningen geen
vervolglening kunnen krijgen, kan er een liquiditeitstekort ontstaan. Binnen het stelsel
kan dit tekort worden afgedekt door middel van een (bijzondere) borging door het WSW
van een lening.
Voor de bouwsector zou een kredietbeperking een omzetverlies kunnen betekenen. Echter
van een volledige kredietstop is geen sprake. Voor de sector geldt volgens de banken
wel een verhoogd risico, waarop de banken kunnen reageren met een hogere rente dan
wel strengere voorwaarden. Daarnaast kunnen woningcorporaties dergelijke projecten
ook nog uit eigen middelen financieren. Wat de werkelijke gevolgen kunnen zijn is
dan ook niet precies in te schatten. Overigens hoeft met een kritischer kredietverstrekking
aan woningcorporaties niet de gehele bouwproductie stil komen te liggen. Ook andere
partijen kunnen immers projecten realiseren.
Ik ga er van uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J. W. E. Spies