28 325
Bouwregelgeving 2002–2006

nr. 48
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 december 2006

Met brief 06-VROM-B-078 heeft de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer mij verzocht om het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken naar de Tweede Kamer te zenden en het besluit niet in werking te laten treden voordat de Kamer het besluit heeft bestudeerd en desgewenst met mij daarover van gedachten heeft gewisseld. Tevens is mij gevraagd antwoord te geven op een aantal vragen over het besluit. In antwoord daarop deel ik u het volgende mede.

Ik zal gaarne voldoen aan het verzoek om vorenbedoeld besluit voor de inwerkingtreding naar de Kamer te zenden. Op welk moment ik dat zal doen, kan ik thans nog niet aangeven. Het besluit is momenteel nog in ontwikkeling. Politieke besluitvorming daarover heeft nog niet plaatsgevonden. Nadat die besluitvorming heeft plaatsgevonden, zal ik U informeren over de door mij voorgestane verdere procedure.

Om diezelfde reden zal ik de door de vaste commissie gestelde vragen over de inhoud van het besluit thans nog niet beantwoorden. Ik ben voornemens die vragen te beantwoorden in de brief waarmee ik het besluit aan de Kamer zal zenden.

In antwoord op de vraag over het met de brandweer en gemeenten gevoerde overleg over het besluit (vraag 2) deel ik u mede dat zowel het Landelijk Netwerk Brandpreventie van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland intensief bij de ontwikkeling van het concept-besluit zijn betrokken.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P. Winsemius

Naar boven