25 883 Arbeidsomstandigheden

Nr. 172 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 juni 2010

In het Algemeen Overleg Handhaving op 12 mei 2010 (Kamerstuk 25 883, nr. 171) is vanuit uw Kamer gevraagd naar de hoogte van boetes op illegale tewerkstelling in andere Europese lidstaten. Voor de beantwoording van deze vragen heb ik mij tot informatie van de Europese Commissie gewend. De Europese Commissie heeft in 2007 als bijlage bij het voorstel om maatregelen te treffen tegen werkgevers die illegalen tewerkstellen (SEC(2007)603) een overzicht opgesteld van de mogelijke administratieve en strafrechtelijke sancties die de Europese lidstaten kennen in hun wetgeving (zie bijgevoegde bijlage1). Uit dit overzicht blijkt dat veel landen hoge maximum boetebedragen kennen. De feitelijk opgelegde boete kan daarvan verschillen, net als in Nederland hangt dit af van de specifieke omstandigheden. Het overzicht geeft daar geen informatie over, noch over de mate waarin cumulatie van boetes mogelijk is en andere factoren die samenhangen met een effectief handhavingsbeleid zoals de beschikbare opsporingscapaciteit en de effectiviteit van de opsporingsmethode.

In Nederland geldt op basis van de Wet arbeid vreemdelingen (artikel 19d lid 1) een maximumboete van € 45 000,– voor rechtspersonen en € 11 250,– voor natuurlijke personen. De feitelijke boete hangt af van individuele omstandigheden zoals de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid. Als richtsnoer zijn voor de boetes standaardbedragen vastgesteld in de Beleidsregels boeteoplegging Wet arbeid vreemdelingen 2008. Daarin wordt bepaald dat de boetebedragen per illegale tewerkgestelde voor de eerste overtreding € 8 000,– bedraagt voor rechtspersonen, en dat de boete voor natuurlijke personen € 4 000,– per illegaal tewerkgestelde bedraagt. Indien meerdere illegaal tewerkgestelden worden aangetroffen dan cumuleren deze bedragen. In het overzicht van de Europese Commissie zijn voor Nederland alleen de bedragen uit de beleidsregels opgenomen.

Uw Kamer heeft mij tevens gevraagd om informatie over de personele bezetting bij de Arbeidsinspectie. Het jaarverslag van de Arbeidsinspectie over 2009 dat op 18 mei jl. naar uw Kamer is gezonden (kamerstuk 25 883, nr. 170), geeft in hoofdstuk 5 de personele samenstelling bij de Arbeidsinspectie aan. In aanvulling daarop informeer ik u dat naast een uitbreiding van 10 inspecteurs in de periode 2007 tot 2009 op korte termijn na afronding van een lopende selectieprocedure nog eens 8 inspecteurs hieraan zullen worden toegevoegd. In de komende jaren wordt binnen de beschikbare financiële ruimte voorzien in een verdere uitbreiding van inspecteurs.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. P. H. Donner


XNoot
1

Het volledige rapport is te vinden op: http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=SEC:2007:603:FIN:EN:PDF. Is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Naar boven