24 804 Veiligheidsbeleid Burgerluchtvaart

Nr. 153 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 december 2020

In de brief van 1 juli jl. (Kamerstuk 24 804, nr. 137) heb ik toegezegd uw Kamer dit najaar nader te informeren over de lopende acties bij de internationale burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) die bijdragen aan het beter beheersen van de risico’s die gepaard gaan met het vliegen boven conflictgebieden.1 In deze brief doe ik daarvan verslag. Daarbij is een onderscheid te maken tussen drie zaken:

  • 1. De steun van ICAO voor het Canadese «Safer Skies Initiative»;

  • 2. De nieuwe verplichtingen van ICAO die vanaf november van kracht zijn;

  • 3. De aanvullende verbeteracties die ICAO in gang heeft gezet.

1. ICAO steun voor het Safer Skies initiatief

De ICAO Council heeft in de vergadering van 10 juni jl. steun uitgesproken voor het Canadese Safer Skies initiatief waaraan Nederland meewerkt naar aanleiding van het neerhalen van vlucht PS752 begin dit jaar. Nederland ondersteunt het initiatief van Canada en neemt deel aan een internationale strategie voor de bescherming van de burgerluchtvaart bij het vliegen over conflictgebieden. Hierover heb ik uw Kamer 21 februari jl. geïnformeerd (Kamerstuk 24 804, nr. 115).

2. Nieuwe ICAO-verplichtingen die vanaf november van kracht zijn

Begin november zijn de resterende geplande verbeterde «Standards» (verplichtingen)2 van kracht geworden voor de lidstaten, als onderdeel van het ICAO werkprogramma over conflictgebieden. Deze verplichtingen dragen bij aan het beter beheersen van de risico’s die gepaard gaan met het vliegen boven conflictgebieden, te weten:

  • De verplichting voor luchtvaartmaatschappijen om vast te stellen dat in het luchtruim, van de route van de luchthaven van vertrek tot de luchthaven van aankomst, inclusief de uitwijkhavens, veilig kan worden gevlogen. Indien een luchtvaartmaatschappij ervoor kiest om over of nabij conflictgebieden te vliegen, dienen zij een risicoanalyse uit te voeren. Als uit de analyse blijkt dat dit niet voldoende veilig kan, dienen maatregelen te worden genomen om de veiligheid te borgen. Deze maatregelen kunnen bijvoorbeeld inhouden dat via een andere route of op een hogere vlieghoogte wordt gevlogen.

  • De verplichting voor luchtverkeersdienstverleners om een risicoanalyse uit te voeren in het door hen beheerde luchtruim, als er activiteiten plaatsvinden die potentieel gevaarlijk zijn voor de burgerluchtvaart (bijvoorbeeld als gevolg van militaire acties op de grond en/of in de lucht). Als uit deze analyse een gevaar blijkt voor de burgerluchtvaart dienen maatregelen te worden genomen om de veiligheid te borgen. Dit kan bijvoorbeeld (een gedeeltelijke) sluiting van het luchtruim inhouden.

    Bovenstaande verplichting omvat ook het maken van procedures zodat (bijvoorbeeld) de (militaire) organisatie of de unit die betrokken is bij deze potentieel gevaarlijke activiteiten een bijdrage kan leveren aan de risicoanalyse.

  • De verplichting voor lidstaten tot het opstellen van een zogenaamde «Notice to Airmen» (NOTAM) over conflictgebieden ten behoeve van piloten, luchtvaartmaatschappijen en vliegtuigeigenaren. In deze NOTAM dient ook de aard en de omvang van de dreigingen te zijn vermeld die met de conflictgebieden verband houden.

3. Aanvullende verbeteracties die ICAO in gang heeft gezet

In de brief van 1 juli jl. heb ik u geïnformeerd over de nieuwe uitgebreide analyse (gap analyse) die ICAO heeft uitgevoerd voor maatregelen die betrekking hebben op het vliegen over conflictgebieden. Daarbij is gekeken of er bovenop de reeds uitgevoerde verbeteringen nog extra verbeteringen mogelijk zijn van de bestaande internationale verplichtingen en aanbevolen werkwijzen voor het beheersen van de risico’s bij het vliegen boven conflictgebieden. Naar aanleiding van deze analyse heeft ICAO de volgende verbeteracties aangekondigd:

  • Eind dit jaar is het herschrijven van twee handleidingen afgerond inzake de gevaren van militaire activiteiten voor de burgerluchtvaart en de samenwerking tussen burger- en militaire luchtverkeersleidingsdiensten bij het beheersen van burger- en militair luchtverkeer.

  • ICAO begint met de planning van workshops die zullen bijdragen aan de implementatie van alle verbeterde verplichtingen en aanbevolen werkwijzen, waaronder de verbeterde verplichtingen zoals genoemd in paragraaf 2 van deze brief. Ten behoeve van deze planning wordt eerst een inventarisatie gemaakt van de door alle lidstaten toegepaste risicomanagementprocessen, informatiebronnen, methodologieën en gebruikte indicatoren in relatie tot het vliegen over conflictgebieden. De analyse van deze input wordt gebruikt voor het ontwikkelen van toegesneden workshops. Naar verwachting zal het resultaat van de ontwikkelde workshops medio 2021 worden gerapporteerd aan de Council voor goedkeuring.

Ik zal uw Kamer komend jaar nader informeren over de voortgang van de aanvullende verbeteracties die door ICAO worden ondernomen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen-Wijbenga


X Noot
1

De toezegging is ook in lijn met de motie van het Kamerlid Van Ojik (GroenLinks): verzoekt de regering, zich binnen de VN-luchtvaartorganisatie ICAO in te spannen voor het bereiken van betere waarborging van veilige vliegroutes boven conflictgebieden, en de Kamer hierover te informeren (Kamerstuk 33 997, nr. 146).

X Noot
2

Onderdeel van de «Standards and Recommended Practices» (SARPs).

Naar boven