22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1551 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 januari 2013

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij drie fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Mededeling informatie-uitwisseling voor rechtshandhavingsdiensten (Kamerstuk 22 112, nr. 1549)

Fiche 2: Mededeling EU actieplan vennootschapsrecht en corporate governance (Kamerstuk 22 112, nr. 1550)

Fiche 3: Tweede verslag geleidelijke afschaffing melkquotaregeling

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Fiche: Tweede verslag geleidelijke afschaffing melkquotaregeling

1. Algemene gegevens

Titel voorstel/rapport

Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad

Evolutie van de marktsituatie en de daaruit volgende voorwaarden voor een vlotte, geleidelijke afschaffing van de melkquotaregeling – tweede «zachte landingsverslag»

Datum ontvangst Commissiedocument

10-12-2012

Nr. Commissiedocument

(2012) 741

Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board

n.v.t.

Behandelingstraject Raad

Landbouw- en Visserijraad

Eerstverantwoordelijk ministerie

Ministerie van Economische Zaken

2. Essentie voorstel/rapport

In de Verordening «gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten» (EG nr. 1234/2007) is bepaald dat de Commissie vóór 31 december 2010 en 31 december 2012 aan het Europees Parlement en de Raad een verslag moet voorleggen over de evolutie van de marktsituatie en de daaruit volgende voorwaarden voor een vlotte, geleidelijke afschaffing van de melkquotaregeling, zo nodig vergezeld van passende voorstellen. Het eerste zogenaamde zachte landingsverslag is op 8 december 2010 bekendgemaakt onder nr. COM(2010) 727 definitief; het onderhavige verslag is het tweede in de reeks. De afschaffing van de zuivelquotering vindt in 2015 plaats.

In de analyse van de «zachte landing» van de melkquotering (het geleidelijk verruimen van de quota in de aanloop naar afschaffing in 2015) zijn twee zaken van belang:

  • de werkelijke productie in relatie tot de geldende quota;

  • de prijs van de quota.

Op beide punten beoordeelt de Europese Commissie het huidige beeld over het algemeen in de EU als positief: de productie in de EU als geheel blijft onder het toegestane quotum (in 2010/2011: 6 procent) en de veranderingen in prijs van de quota geven een dalende trend weer.

Zowel de ontwikkeling van de melkproductie ten opzichte van de melkquota als de neergaande ontwikkeling van de quotumprijzen wijzen erop dat de «zachte landing» op EU-niveau volgens plan verloopt. In verreweg de meeste lidstaten zijn de quota niet langer relevant voor productiebeperking en ligt de quotumprijs al op nul of net daarboven.

De Europese Commissie trekt dan ook de conclusie dat de huidige afspraak om de melkquotering af te schaffen gehandhaafd moet worden, dat de zachte landing volgens plan verloopt en dat extra maatregelen niet nodig zijn.

Het rapport maakt evenwel inzichtelijk dat in een aantal lidstaten, waaronder Nederland, géén sprake is van een «zachte landing» van de afschaffing van de melkquotering. Deze lidstaten produceren boven hun quotum, betalen derhalve jaarlijks superheffing en het melkquotum heeft in deze lidstaten nog steeds aanzienlijke waarde.

3. Wat is de Nederlandse grondhouding ten aanzien van de bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit van dit rapport en de eventueel daarin aangekondigde concrete wet- en regelgeving? Hoe schat Nederland de financiële gevolgen in, alsmede de gevolgen op het gebied van regeldruk en administratieve lasten?

Niet van toepassing, gaat hier om een verslag waar geen nieuwe wet- en/of regelgeving uit voort zal vloeien.

4. Nederlandse positie over het rapport

Nederland onderschrijft de conclusie van de Commissie dat er op EU-niveau inderdaad sprake is van een «zachte landing» van de melkquotering. Het rapport maakt echter ook duidelijk dat er niet in àlle lidstaten (waaronder Nederland) sprake is van een zachte landing van de afschaffing van de melkquotering. Nederland zal dan ook blijven pleiten voor het nemen van aanvullende maatregelen zodat in àlle lidstaten sprake zal zijn van een zachte landing van de afschaffing van de melkquotering. Een zachte landing kan ook in deze lidstaten gerealiseerd worden door bijvoorbeeld: aanpassing van de vetcorrectiecoëfficiënt (dit zou geregeld kunnen worden via comitologie) of verlaging van de superheffing of extra verruiming van de quota.

Naar boven