21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 438 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 september 2013

In het AO Transportraad van 5 juni 2013 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 430) heeft de Kamer haar zorg uitgesproken over de voorgestelde regeling compensatie bij vertraging in het EC voorstel COM 2013(130) tot herziening van de Passagiersrechten Luchtvaart.

Er is daarbij toegezegd de Kamer na het zomerreces te informeren over de voortgang van het overleg met belanghebbenden over dit onderwerp.

Met de ANWB, BARIN, Consumentenbond en KLM is gedurende enkele maanden intensief en vertrouwelijk overleg gevoerd. Hierbij zijn, gezien de zorgen die de Kamer heeft geuit ten aanzien van het EC voorstel voor compensatie bij vertraging, diverse alternatieven besproken om de proportionaliteit van de regeling te verbeteren.

Het stakeholdersoverleg heeft in ieder geval geleid tot meer begrip voor elkaars standpunten en tot beter inzicht in de situatie. Vooralsnog heeft het overleg echter niet geleid tot consensus. Ik heb daarom opdracht gegeven voor een extern onderzoek, waarin de besproken opties worden doorgerekend. Het onderzoek is in afrondende fase. Ik vind het van belang dat de stakeholders hun zienswijze kunnen geven op de uitkomsten van dit onderzoek.

Alle gezichtspunten in aanmerking nemend, zal ik mijn standpunt bepalen. Ik streef ernaar uw Kamer binnen een maand te informeren over de uitkomsten het onderzoek en mijn positie terzake.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld

Naar boven