21 501-07
Raad voor Economische en Financiële Zaken

nr. 660
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juni 2009

Hierbij zend ik u het verslag van de vergadering van de Ecofin van 4 en 5 mei te Brussel. De voorlopige agenda van de Ecofin Raad van 9 juni 2009 te Luxemburg is bekend. Kort voor het AO en de Ecofin Raad zal zoals gebruikelijk, de geannoteerde agenda aan uw Kamer worden gezonden.

De minister van Financiën,

W. J. Bos

VERSLAG EUROGROEP EN ECOFIN RAAD VAN 4 EN 5 MEI

Algemeen

Op 4 en 5 mei vonden de Eurogroep en informele Ecofin Raad plaats in Brussel. Namens Nederland waren minister Bos en staatssecretaris de Jager aanwezig.

Economische en financiële situatie

Tijdens de Eurogroep en Ecofin Raad wordt gebruikelijk ingegaan op de economische en financiële situatie. De discussie was deze keer gecentreerd rondom de Voorjaarsvoorspellingen van de Europese Commissie, die op 4 mei jl. uitkwamen. De Europese Commissie lichtte de voorspellingen toe bij monde van Eurocommissaris Almunia. De prognoses zijn naar beneden bijgesteld ten opzichte van de vorige voorspellingen die de Commissie in januari naar buiten bracht. De ramingen geven aan dat de economie van de EU in 2009 met 4% zal krimpen. Vooral enkele lidstaten in Oost-Europa worden hard getroffen door de crisis. Minister Bos benadrukte dat het belangrijk is om de situatie in deze landen aandachtig in de gaten te houden en actief na te denken over hoe de situatie kan worden verbeterd.

Ook in 2010 zal de Europese economie naar verwacht ing krimpen, zij het met slechts 0,1%. De cijfers voor de eurozone zijn nagenoeg gelijk aan die van de Europese Unie als geheel. De Commissie verwacht voor Nederland een krimp van 3,5% in 2009 en een krimp van 0,4% in 2010. Deze cijfers zijn in lijn met de meest recente voorspellingen van het CPB in het Centraal Economisch Plan.

Ondanks de verslechterde groeicijfers voor 2009 en 2010 gaf de Commissie aan dat er ook enkele positieve signalen zijn op te merken. Deze signalen komen vooral uit de Verenigde Staten en uit Azië, maar ook uit Europa. De economie bevindt zich op dit moment niet langer in een vrije val. De verwachting is dat de Europese economie eind 2009 zal stabiliseren, al waarna voor 2010 een gestaag herstel is voorzien. Daarnaast lijkt de situatie op de financiële markten, hoewel nog fragiel, lijkt zich enigszins te stabiliseren. Zo zijn spreads recentelijk omlaag gegaan en trekken aandelenmarkten in Europa weer iets aan.

De Commissie concludeert voorzichtig dat de verschillende beleidsmaatregelen die tot op heden zijn genomen, effect beginnen te sorteren: De rente van de Europese Centrale Bank is de afgelopen maanden fors verlaagd, discretionair beleid ter grootte van 1,8% van het BBP is doorgevoerd en de automatische stabilisatoren spelen een grote rol in het opvangen van de economische neergang. Daarnaast heeft substantiële herkapitalisatie in de financiële sector plaatsgevonden. Gesteld wordt nogmaals dat het stabiliseren van de financiële sector een noodzakelijke voorwaarde voor economisch herstel is.

Een belangrijk onderdeel van het stabiliseren van financiële sector is het vinden van manieren om doeltreffend met impaired assets (besmette activa) om te gaan. Dit is besproken in zowel de Eurogroep als de Ecofin Raad. Bij het zoeken naar oplossingen werd door verschillende lidstaten het belang van een level playing field benadrukt: De werking van de interne markt moet zo min mogelijk worden verstoord. Dat benadrukte de Commissie eerder reeds in haar communicatie over impaired assets. In vervolg hierop denkt de Commissie na over maatregelen die banken die steun krijgen van de overheid zouden moeten nemen om de gezondheid van de instelling in de toekomst te waarborgen. Afhankelijk van de situatie per instelling en de mate waarin van steun sprake is, kunnen herstructeringsplannen hiervan onderdeel zijn. Minister Bos benadrukte tijdens de discussie dat de macro-economische stabiliteit uitermate belangrijk is. Het is dan ook in het licht van deze macro-economische stabiliteit dat de implementatie van oplossingen voor besmette activa en de maatregelen die financiële instanties moeten treffen, bezien moeten worden. Minister Bos verzocht de Commissie om de ideeën die zij heeft over maatregelen bij financiële instellingen eerst in dit gremium te bespreken alvorens deze te formaliseren.

Ondanks het bestaan van enkele positieve ontwikkelingen zoals bovengenoemd, is de verwachting dat de werkloosheid in Europa tot en met 2010 verder zal oplopen. Ten gevolge van stijgende werkloosheidsuitgaven en teruglopende inkomsten zullen de overheidstekorten in Europa fors oplopen tot gemiddeld 7,3% van het BPP in 2010. Dit zal de komende tijd resulteren in het opstarten van buitensporigetekortprocedures voor veel lidstaten, waaronder voor Nederland. Op de Ecofin Raad kwam naar voren dat de Europese Commissie in eerste instantie buitensporigetekortprocedures zal opstarten voor lidstaten die recentelijk een gerealiseerd tekort van groter dan 3% in 2008 hebben genotificeerd. Dit betreft, naast lidstaten die al eerder in een buitensporigetekortprocedure terecht zijn gekomen, Malta, Letland, Polen en Roemenië.

De hogere tekorten, tezamen met interventies in financiële instellingen die in veel Europese landen hebben plaatsgevonden, zorgen ook voor een stijgende schuldquote. Hogere schuldniveaus ten gevolge van de economische crisis leggen extra druk op de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. In het licht van de vergrijzende samenleving werd daarom door enkele lidstaten nogmaals het belang van een geloofwaardige exit-strategie onderstreept.

Accountingstandaarden

De discussie bij de economische en financiële situatie richtte zich tevens kort op de accountingstandaarden. Tijdens de informele Ecofin Raad van 3 en 4 april jl. in Praag benadrukte de Raad het belang van het waarborgen van een internationaal gelijk speelveld en het bestrijden van de schijn van protectionisme. Dit resulteerde in een oproep aan de International Accountancy Standard Board (IASB) om nauw samen te werken met de Federal Accountancy Standard Board (FASB) om mogelijke divergenties in accountingstandaarden tussen de Verenigde Staten en Europa tegen te gaan.

Tijdens Ecofin Raad kwam naar voren dat sommige lidstaten van mening waren dat er op dit punt sinds de vorige Ecofin Raad te weinig progressie is geboekt. Om vooruitgang op dit dossier te bewerkstellingen, stelde Minister Bos voor dat het goed zou zijn om vertegenwoordigers van de IASB uit te nodigen voor de volgende Ecofin Raad in juni. Dit voorstel kreeg bijval van de lidstaten.

Medium-term financial assistance for balance of payments

Tijdens de Europese Raad van 20 maart jl. is een politiek akkoord bereikt om het plafond van de EU-betalingsbalansfaciliteit te verhogen van 25 naar 50 miljard euro. Dit akkoord werd tijdens de Ecofin Raad door de ministers van Financiën bekrachtigd. De EU-betalingsbalansfaciliteit stelt de EU in staat om, waar nodig, lidstaten die de euro niet als munt hebben in geval van betalingsbalansproblemen bij te staan door middel van geconditioneerde leningen. Met de verhoging van het plafond van de faciliteit laat de EU zien dat, indien er een beroep op wordt gedaan, voldoende middelen aanwezig zijn om lidstaten met betalingsbalansproblemen bij te staan. Een definitief akkoord over de verhoging van het plafond zal spoedig volgen zodra de wetteksten in orde zijn gemaakt.

De Europese Commissie gaf aan dat er op het ogenblik 15 miljard euro van de totale betalingsbalansfaciliteit is gecommitteerd aan Letland, Hongarije en Roemenië. De Ecofin Raad nam een definitief besluit over de toekenning van betalingsbalanssteun aan Roemenie nadat met dit land overeenstemming was bereikt over de voorwaarden die gepaard gaan met het gebruik van de faciliteit.

In principe heeft het verhogen van het plafond van de betalingsbalansfaciliteit naar 50 miljard euro geen gevolgen voor de EU begroting of voor de afdrachten van de afzonderlijke lidstaten. Indien een lidstaat echter niet in staat blijkt (een deel van) de lening terug te betalen, dan komt dit bedrag via de EU-begroting voor rekening van de lidstaten. Het Nederlandse deel van de rekening bedraagt zo’n 4,5% van het totaal, conform de standaard verdeelsleutel. Een verhoging van de faciliteit van 25 naar 50 miljard euro zou dus, indien geheel gebruikt, een additioneel budgettair risico voor Nederland kunnen impliceren van 1,2 miljard euro. Hierbij moet meteen worden opgemerkt dat het in deze mate optreden van risico’s als uiterst onwaarschijnlijk moet worden gekwalificeerd. De kans opdefault wordt beperkt door de beleidscondities die deel uitmaken van het steunpakket en doordat de lening in tranches beschikbaar wordt gesteld: een nieuwe tranche wordt alleen verstrekt indien een land goede vorderingen maakt met de benodigde hervormingen en terugbetaling niet in gevaar lijkt.

De Raadsconclusies aangaande de betalingsbalansondersteuning zijn te vinden op:

http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pres sdata/en/misc/107534.pdf

Besluit van de Raad voor toekenning betalingsbalansondersteuning aan Roemenië:

http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pres sdata/en/misc/107581.pdf

Kwaliteit en houdbaarheid van de overheidsfinanciën

Naar aanleiding van een rapport van de Europese Commissie over de houdbaarheid van de overheidsfinanciën werd door de Ecofin Raad kort gediscussieerd over de uitkomsten van dit rapport en over de uitdagingen waar vergrijzing de lidstaten mee zal confronteren. Het vergrijzingsrapport van de Commissie wordt door de Ecofin Raad verwelkomd, juist in tijden van economische crisis. De verslechterende budgettaire uitgangsposities van de lidstaten, die het gevolg zijn van de crisis, benadrukken de extra aandacht die nodig is voor de houdbaarheidsopgave.

Op het Algemeen Overleg aangaande de Ecofin Raad van 23 april jl. heeft de Staatssecretaris de Kamer toegezegd de cijfers over de kosten van de vergrijzing in het rapport van de Commissie te vergelijken met de Nederlandse cijfers. Dit kan gedaan worden zodra het CPB het nieuwe vergrijzingsrapport naar buiten brengt.

De Ecofin Raad verwelkomde het rapport van de Commissie. Het rapport omvat, naast cijfers over de kosten van de vergrijzing in de lidstaten, tevens sensitiviteitsanalyses waarbij aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de levensverwachting en de arbeidsproductiviteit zijn gewijzigd ten opzichte van de centrale projecties. De Europese Commissie benadrukte dat er, ondanks dat er sinds 2006 vooruitgang is geboekt, door de lidstaten meer gedaan moet worden gedaan om de houdbaarheid te verbeteren. Hierbij valt te denken aan flexibilisering van de pensioengerechtigde leeftijd, verbreding en verbetering van de arbeidsparticipatie en gerichte training om langer actief te blijven in het arbeidsproces. Ook benadrukten enkele lidstaten dat meer scholing en meer onderzoek en ontwikkeling nodig zijn om alle bevolkingsgroepen te stimuleren aan het arbeidsproces deel te nemen.

Deze discussiepunten zijn gereflecteerd in de ontwerpconclusies over de houdbaarheid van de overheidsfinanciën, die door de Ecofin Raad werden geaccordeerd. De Raad verbindt zich met deze conclusies nogmaals aan de bestaande «three-pronged strategy», te weten het reduceren van de staatschuld, het verhogen van de arbeidsparticipatie en de arbeidsproductiviteit en het hervormen van pensioen- en gezondheidsstelsels. De Ecofin Raad concludeert dat de langtermijn houdbaarheid van de overheidsfinanciën een uiterst belangrijke uitdaging is die weerspiegeld moeten blijven in alle gebieden waarin economisch beleid in Europees verband wordt gecoördineerd.

Tot slot is het uitkomen van het vergrijzingsrapport, en de Raadsconclusies die de Ecofin Raad naar aanleiding hiervan heeft aangenomen, voor de Ecofin Raad ook aanleiding geweest om gelijktijdig de belangrijke discussie te voeren over de kwaliteit van de overheidsfinanciën. In de Raadsconclusies zijn daarom enkele passages opgenomen over de noodzaak van, onder andere, een meer systematische analyse van de efficiëntie en de effectiviteit van de overheidsuitgaven.

De Raadsconclusies over de kwaliteit en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën zijn te vinden op: http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/107535.pdf

Dialoog met derde landen

Tijdens de Ecofin Raad heeft de Commissie kort gerapporteerd over de recente contacten die de Commissie heeft gehad met Japan, China en de VS. Aangezien dit onderwerp in een later stadium pas weer aan de agenda van de Ecofin Raad is toegevoegd, is hiervan geen rekenschap gegeven in de geannoteerde agenda.

In de contacten met derde landen heeft de Commissie aan derde landen een toelichting gegeven op de komende Europese wet- en regelgeving die verband houdt met de financiële crisis, zoals de Credit Rating Agencies verordening en de Solvency II richtlijn. De participanten hechten allen zeer aan informatie-uitwisseling over te nemen maatregelen in verband met de crisis en de verbetering van de afstemming van beleid. Ook is deze dialoog een goed forum om een scherp oog te houden op de (mogelijke) invoering van protectionistische maatregelen in deze tijd van economische crisis.

Er zijn tijdens de Ecofin Raad op dit punt geen conclusies aangenomen. Ook lagen er geen documenten voor en zijn er geen vervolgafspraken gemaakt. Het Voorzitterschap heeft de Commissie echter wel opgeroepen regelmatig te rapporteren over de dialoog met derde landen.

Tabaksaccijnzen

De Ecofin Raad sprak over voorstellen om herzieningen aan te brengen in de bestaande richtlijnen (92/79/EEG, 92/80/EEG en 95/59/EEG) over de structuur en de hoogte van accijnzen op tabak. De voorstellen gaan concreet over het simplificeren, moderniseren en transparanter te maken van de bestaande regels. Ook zouden de minimumtarieven voor tabak moeten worden verhoogd.

Tijdens de Ecofin Raad kon door de lidstaten geen compromis worden bereikt over verhoogde Europese minimumtarieven voor tabaksaccijnzen. Dit komt overeen met de verwachtingen, zoals aangegeven in de geannoteerde agenda. Er zijn op dit moment nog meerdere knelpunten. Ten eerste zijn sommige lidstaten bezorgd over wat een verhoging van de minimumtarieven voor tabaksaccijnzen zou betekenen voor eventuele smokkel van tabaksproducten vanuit omringende landen naar de Europese Unie. Ten tweede is er een discussie over een eventuele transitieperiode, en de lengte daarvan. Sommige lidstaten zouden gedurende het aanpassen van hun tabaksaccijnzen aan een nieuw, verhoogd, Europees minimumtarief gebruik kunnen maken van een dergelijke transitieperiode. Ten derde is er discussie over of een (lange) transitieperiode al dan niet gepaard moet gaan met kwantitatieve restricties op het importeren van sigaretten uit de lidstaten die van een transitieperiode gebruik maken. Deze discussie wordt verder gecompliceerd gezien het feit dat kwantitatieve restricties in strijd kunnen zijn met de regels van de interne markt. Tot slot pleit een enkele lidstaat daarnaast nog voor maximumtarieven op tabaksaccijnzen.

De staatssecretaris lichtte tijdens de Ecofin Raad toe dat Nederland inzet op het verhogen van de Europese minimumtarieven teneinde meer harmonisatie te bewerkstelligen. Daarnaast hebben hogere minimumtarieven op tabaksaccijnzen positieve gezondheidseffecten en een positief effect op de financiële positie van de nationale overheden. Het is voor Nederland belangrijk dat er op dit punt overeenstemming wordt bereikt. De staatssecretaris gaf daarom aan dat Nederland bereid is om middels een compromis tot concrete resultaten te komen. De staatssecretaris maakte tevens duidelijk dat eventuele maximumtarieven op tabak voor Nederland onacceptabel zijn.

Bij het uitblijven van een compromis verzocht de Raad het Coreper om de voorgestelde wijzigingen aan de richtlijnen voor tabaksaccijnzen verder te bespreken, gebaseerd op de overeenkomsten en verschillen die op basis van de discussie tussen de lidstaten tijdens deze Ecofin Raad naar voren waren gekomen. Op een van de volgende bijeenkomsten van de Raad kan dan een overeenkomst worden bereikt.

«Good governance» bepaling op het gebied van belastingzaken

In het kader van de bestrijding van belastingontduiking, witwaspraktijken, corruptie en de financiering van terrorisme streeft de Europese Commissie bij het onderhandelen over associatieakkoorden tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en derde landen anderzijds naar het opnemen van een bepaling over zogenoemde «good governance» op het gebied van belastingzaken. Deze bepaling ziet toe op het naleven van de beginselen van transparantie, uitwisseling van informatie en eerlijke belastingconcurrentie.

De Commissie gaf tijdens de Ecofin Raad een presentatie over het bevorderen van de good governance bepaling. De Commissie heeft dit uiteengezet in mededeling 9281/09. Naast het genoemde voorstel om good governance bepalingen op te nemen bij akkoorden met derde landen, stelt de Commissie in de mededeling ook voor om de herziening van richtlijnen aangaande administratieve samenwerking tussen lidstaten te versnellen. Ook roept de mededeling lidstaten op elkaar wederzijdse assistentie te verlenen bij het innen van belastingen op onder andere spaargelden en om prioriteit te blijven geven aan het elimineren van schadelijke belastingpraktijken. De Ecofin Raad zal tijdens de bijeenkomst in juni discussiëren over de punten die de Commissie in haar presentatie en in de mededeling heeft aangestipt.

De Commissie gaf tevens een korte toelichting over de vorderingen die gemaakt worden bij de onderhandelingen aangaande een overeenkomst met Liechtenstein over het tegengaan van (belasting)fraude. De Commissie stelde voor om in deze overeenkomst een clausule op te nemen die ziet op het uitwisselen van informatie op belastinggebied. Naar aanleiding van de G20-top van 2 april 2009 staan landen met een bankgeheim onder druk om ten minste informatie op verzoek over banktegoeden ten behoeve van belastingheffing toe te staan. Weigering leidt tot opname op een door de G20-top geaccordeerde zwarte lijst. Om deze reden wensen voormalige non-coöperatieve jurisdicties zoals Liechtenstein zo snel mogelijk informatie uitwisselingsverdragen op het gebied van belastingen te sluiten om te voldoen aan de nieuwe internationale minimumstandaard. Zowel de lidstaten als Liechtenstein hebben in dit geval baat bij een snelle totstandkoming van deze overeenkomst. Verder gaf de Commissie aan dat de EG bevoegd is om te onderhandelen over uitwisseling van informatie over spaartegoeden met, onder andere, Liechtenstein.

De staatssecretaris stelde dat Nederland kan leven met een multilaterale overeenkomst over het tegengaan van belastingfraude met een clausule daarin opgenomen over uitwisseling van informatie op belastinggebied, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan:

1. De Commissie mag geen concessies op belastinggebied doen aan Liechtenstein, zoals toegang verlenen tot de moeder dochterrichtlijn of tot de interest en royalty richtlijn. Concessies kunnen enkel plaatsvinden in bilaterale verdragsonderhandelingen.

2. De huidige verdeling van bevoegdheden op fiscaliteit tussen de lidstaten en de EU blijft onveranderd. Het staat dus de lidstaten vrij om verdergaande op maat gemaakte belasting uitwisselingsovereenkomsten te sluiten.

3. De overeenkomst met Liechtenstein is een gemengd akkoord wat betekent dat zowel akkoord van de Raad van Europa als de individuele lidstaten vereist is.

Tijdens de volgende Ecofin Raad zal naar verwachting dit onderwerp weer op de agenda staan.

Voorontwerp EU-begroting 2010

De Europese Commissie, bij monde van Eurocommissaris László Kovács, gaf een presentatie over het voorontwerp van de EU-begroting van 2010 van in totaal 139 miljard euro. Het voorontwerp van de EU-begroting 2010 laat een stijging zien van 3,8% in de vaststellingskredieten ten opzichte van 2009. De betalingskredieten stijgen met 4,7% in vergelijking met 2009. Beide liggen onder de plafonds van de Financiële Perspectieven.

De begroting voor 2010 staat voor een belangrijk deel in het teken van het leveren van een bijdrage aan het bevorderen van economisch herstel. In het voorontwerp is de restfinanciering van het stimuleringsplan van 5 miljard euro (energieprojecten en health-check gerelateerde uitgaven) nog niet inbegrepen. Tijdens de komende begrotingsonderhandelingen voor 2010 moet hiervoor nog 2,4 miljard euro gevonden worden.

Tijdens de Ecofin Raad vond geen verdere discussie plaats over het voorontwerp van de EU-begroting. De Raad verzocht het Coreper om de voorgestelde begroting nu verder te bespreken, zodat tijdens de bijeenkomst van de Raad op 10 juli de eerste officiële lezing van de ontwerpbegroting kan plaatsvinden.

Overige punten

Het Voorzitterschap geeft aan dat er op het gebied van financiële diensten een aantal zeer belangrijke stappen is gezet. De Solvency II richtlijn, de Credit Rating Agencies verordening, de Cross-Border Payments verordening en de E-money richtlijn zijn afgerond. Tijdens de komende periode zullen de teksten worden gefinaliseerd en kan er definitief een punt achter de onderhandelingen worden gezet. De inhoudelijke besluitvorming is nu reeds afgerond. Tijdens de Ecofin Raad vond over deze punten daarom geen verdere inhoudelijke discussie plaats. Ook de kapitaalseisen richtlijn zal spoedig worden afgerond. Het Europese Parlement stemde op 6 mei jl. in met het voorgestelde compromis.

Ministeriele dialoog kandidaat-lidstaten

Voorafgaand aan de Ecofin Raad vond de reguliere ministeriele dialoog plaats tussen de ministers van Financiën van de lidstaten en hun collega’s uit de kandidaat-lidstaten Kroatië, Macedonië en Turkije. De dialoog spitste zich toe op een bespreking van de PEP’s (Pre-accession Economic Programmes) van de kandidaat-lidstaten. Geconstateerd werd dat de programma’s vorderingen hebben gemaakt wat betreft de coherentie. Helaas zijn, door de economische crisis, veel aannames gemaakt in de PEP’s inmiddels niet meer realistisch. De Voorjaarsvoorspellingen van de Europese Commissie geven aan dat voor 2009 een krimp wordt verwacht van 3% in Kroatië, 0,25% in Macedonië en 3,7% in Turkije. De terugvallende economische groei zal spanningen creëren op het gebied van de overheidsfinanciën. Begrotingsconsolidatie is daarom noodzakelijk. Kroatië en Macedonië zijn inmiddels al bezig met begrotingsaanpassingen.

Overige goedgekeurde punten

De Ecofin Raad stemde, zonder discussie, in met de volgende punten:

• Verlaagde BTW-tarieven in bepaalde sectoren: http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/misc/107529.pdf

• Conclusies EU-uitbreiding 5 jaar na dato: http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/107527.pdf

• Meer goedgekeurde punten: http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/107540.pdf

Naar boven