Besluit van 23 juni 2022, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen II en IV van het Besluit van 6 maart 2020, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten en het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in verband met de toevoeging van enkele schadelijke (stoffen in) kruidenpreparaten en enkele technische aanpassingen (Stb. 2020, 100)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 juni 2022, kenmerk 3385380-1031334-WJZ;

Gelet op artikel V van het Besluit van 6 maart 2020, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten en het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in verband met de toevoeging van enkele schadelijke (stoffen in) kruidenpreparaten en enkele technische aanpassingen (Stb. 2020, 100);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen II en IV van het Besluit van 6 maart 2020, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten en het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in verband met de toevoeging van enkele schadelijke (stoffen in) kruidenpreparaten en enkele technische aanpassingen (Stb. 2020, 100), treden in werking met ingang van 1 juli 2022.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 23 juni 2022

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Uitgegeven de achtentwintigste juni 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

Dit inwerkingtredingsbesluit voorziet in de inwerkingtreding van de artikelen II en IV van het Besluit van 6 maart 2020, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten en het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in verband met de toevoeging van enkele schadelijke (stoffen in) kruidenpreparaten en enkele technische aanpassingen (Stb. 2020, 100), met ingang van 1 juli 2022. Dit houdt verband met de vaststelling van nieuwe Europese maximumgehalten aan pyrrolizidinealkaloïden in bepaalde levensmiddelen. Daartoe is Verordening (EG) nr. 1881/2006 gewijzigd door Verordening (EU) 2020/2040 van de Commissie van 11 december 2020. Deze wijziging is met ingang van 1 juli 2022 in werking getreden. De nieuwe maximumgehalten aan pyrrolizidinealkaloïden zijn derhalve met ingang van die datum van toepassing. Om die reden vervallen in het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten de maximumgehalten aan pyrrolizidinealkaloïden en daarmee verband houdende bepalingen. De artikelen II en IV van voornoemd wijzigingsbesluit voorzien hierin.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven