Besluit van 9 juni 2022 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 11 mei 2022, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het afschaffen van de collectiviteitskorting (Stb. 2022, 185)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 3 juni 2022, kenmerk 3377343-1030365-WJZ;

Gelet op artikel II van de Wet van 11 mei 2022, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het afschaffen van de collectiviteitskorting (Stb. 2022, 185);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 11 mei 2022, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het afschaffen van de collectiviteitskorting (Stb. 2022, 185) treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 9 juni 2022

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Uitgegeven de zestiende juni 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

In artikel II van de Wet van 11 mei 2022, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het afschaffen van de collectiviteitskorting (Stb. 2022, 185) is geregeld dat die wet in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Op grond van dit besluit is dat tijdstip 1 januari 2023. Hiermee wordt aangesloten bij het beleid betreffende vaste verandermomenten, dat inhoudt dat wetten per 1 januari of 1 juli in werking treden en dat de termijn tussen de publicatiedatum en de inwerkingtreding minimaal twee maanden is.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven