Besluit van 23 februari 2021, houdende wijziging van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 in verband met het aanwijzen van autoriteiten

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 9 oktober 2020, nr. WJZ / 20234724;

Gelet op artikel 4 van de Landbouwkwaliteitswet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 4 november 2020, nr. No.W11.20.0376/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 19 februari 2021, nr. WJZ / 20299061;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt na «groenten en fruit,» ingevoegd «aardappelen,».

2. Het tweede lid, komt te luiden:

  • 2. De Stichting KCB is de bevoegde autoriteit voor de officiële controles, bedoeld in artikel 36, derde lid, van verordening (EU) 1151/2012 ten aanzien van producten die op grond van het eerste lid onder haar bevoegdheid vallen.

B

In artikel 15 wordt, onder verlettering van onderdeel c tot onderdeel d, een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • c. uitvoering van de overeenstemmingscontroles en de materiële controles ten behoeve van de verificatie van zendingen, bedoeld in artikel 2, vijfde lid, en artikel 13, eerste lid, onderdeel b, van Verordening (EU) 1235/2008 van de Commissie van 8 december 2008 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad wat de regeling voor de invoer van biologische producten uit derde landen betreft (PbEU 2008, L334);

C

Artikel 16 komt te luiden:

Artikel 16

  • 1. Onze Minister is de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de wet, voor het gebied, genoemd in artikel 1, tweede lid, onderdeel i van verordening (EU) 2017/625.

  • 2. De Stichting Skal is de controleautoriteit, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de wet.

D

Artikel 17, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

  • a. de officiële controles als bedoeld in artikel 36, derde lid, verordening (EU) 1151/2012 ten aanzien van producten die niet onder de in artikel 14, tweede lid, bedoelde bevoegdheid van de Stichting KCB vallen;

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Apeldoorn, 23 februari 2021

Willem-Alexander

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Uitgegeven de zesentwintigste februari 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

1. Inleiding

Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU 2017, L 95) (hierna: verordening 2017/625), is met ingang van 14 december 2019 rechtstreeks van toepassing. In dit besluit wordt de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) aangewezen als bevoegde autoriteit voor officiële controles en andere officiële activiteiten voor biologische producten en wordt Stichting Skal aangewezen als controleautoriteit voor biologische producten.

2. Inhoud van het besluit

Artikel 4, eerste lid, van de Landbouwkwaliteitswet verplicht tot aanwijzing van één of meer bevoegde autoriteiten op het gebied van biologische productie en etikettering van biologische producten (artikel 1, tweede lid, onderdeel i, van verordening 2017/625) en op het gebied van het gebruik en etikettering van beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten (artikel 1, tweede lid, onderdeel j, van verordening 2017/625). In dit besluit wordt de Minister van LNV aangewezen als de bevoegde autoriteit die verantwoordelijk is voor de organisatie van officiële controles op deze gebieden. De Stichting Kwaliteits-Controle-Bureau blijft aangewezen als bevoegde autoriteit voor de officiële controles op het gebied van het gebruik en etikettering van beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten voor de onder haar bevoegdheid vallende producten. Dat zijn reeds groenten en fruit, bananen en krenten en rozijnen en hier worden aardappelen aan toegevoegd. De wijzigingen in artikel 14 en 17 hangen met de aanwijzing in verband met verordening 2017/625 samen.

Artikel 4, tweede lid, van de Landbouwkwaliteitswet biedt de grondslag voor het aanwijzen van een controleautoriteit voor biologische producten als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van verordening 2017/625. In dit besluit wordt van deze mogelijkheid gebruik gemaakt door het privaatrechtelijke zelfstandige bestuursorgaan Stichting Skal aan te wijzen als controleautoriteit voor biologische producten als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van verordening 2017/625.

De controleautoriteit voor biologische producten is een overheidsinstantie die activiteiten verricht ten einde te verifiëren of de exploitanten de in artikel 1, tweede lid, onder i, van verordening 2017/625 bedoelde regels voor de biologische productie en etikettering van biologische producten naleven.

Verordening (EU) 2017/625 bevat evenals de huidige Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEU 2004, L 165) (hierna: verordening 882/2004) algemene voorschriften voor de uitoefening van officiële controles onder meer op het gebied van biologische productie en etikettering van biologische producten. Verordening (EU) 2017/625 laat specifieke communautaire bepalingen betreffende officiële controles onverlet. In verordening (EG) nr. 834/2007 en de daarop gebaseerde uitvoeringsverordening (EG) nr. 889/2008 van de Commissie van 5 september 2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) 834/2007 van de Raad inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wat de biologische productie, de etikettering en de controle betreft (PbEU 2008, L 250) zijn aanvullende specifieke controlebepalingen uitgewerkt die rechtstreeks van toepassing zijn.

Stichting Skal is op grond van artikel 15 van het Landbouwkwaliteitsbesluit voor plantaardige producten al aangewezen als instantie bedoeld in artikel 27, vierde lid, onder a, van verordening (EG) 834/2007 en belast met: a. het toezicht op de naleving van bij of krachtens dit besluit gestelde regels ten aanzien van de biologische productiemethoden en van productiemethoden die bij ministeriële regeling daaraan gelijkgesteld zijn; b. uitvoering van de registratie, bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) 834/2007 en c. overige uitvoeringshandelingen die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de in de aanhef bedoelde verordening. Om te verduidelijken dat Stichting Skal belast is met de materiele controles en overeenstemmingscontroles ten behoeve van de verificatie van zendingen (import uit derde landen) is artikel 15 uitgebreid met een onderdeel (c (nieuw)) waarin dit expliciet wordt gemaakt. Tot nu toe vormde de restcategorie, genoemd in het huidige onderdeel c (straks onderdeel d) van artikel 15 de basis voor deze taak.

De aanwijzing als controleautoriteit voor biologische producten als bedoeld in verordening 2017/625 betekent een continuering van de huidige activiteiten die voortvloeien uit verordening 834/2007 en verordening 882/2004.

3. Regeldruk

Dit besluit heeft geen gevolgen voor de eenmalige en structurele regeldruk voor het bedrijfsleven. Omdat het besluit zich niet op burgers richt heeft het ook geen gevolgen voor de regeldruk voor burgers.

4. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt bij koninklijk besluit in werking. Het ligt in de bedoeling het besluit gelijktijdig met de Plantgezondheidswet in werking te laten treden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven