Besluit van 30 september 2021 tot wijziging van bijlage 1 bij de Wet normering topinkomens in verband met wijzigingen met betrekking tot de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 10 september 2021, nr. 2021-0000464436, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Gelet op artikel 1.3, tweede lid, van de Wet normering topinkomens;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 september 2021, nr. W04.21.0280/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 27 september 2021, nr. 2021-0000492270, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Bijlage 1. bij artikel 1.3, eerste lid, onderdeel d, van de Wet normering topinkomens wordt als volgt gewijzigd:

A

Onder het opschrift Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt het volgende gewijzigd:

1. In onderdeel 3 wordt «Stichting Huis voor democratie en rechtsstaat» vervangen door «Stichting ProDemos – Huis voor democratie en rechtstaat».

2. Onderdeel 8 vervalt onder vernummering van de onderdelen 9 tot en met 13 tot 8 tot en met 12.

B

Onder het opschrift Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wordt het volgende gewijzigd:

1. In onderdeel 13 wordt «De Stichting Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ECBO) te ’s-Hertogenbosch» vervangen door «De Stichting WorldSkills Netherlands (WSNL) te Waddinxveen».

2. Onderdeel 25 komt te luiden:

  • 25. Platform Talent voor Technologie (PTvT) te Utrecht.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 30 september 2021

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Uitgegeven de tweeëntwintigste oktober 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

1. Algemeen

Met onderhavig besluit is bijlage 1 bij artikel 1.3, eerste lid, onderdeel d, van de Wet normering topinkomens (hierna: WNT) op twee onderdelen gewijzigd, namelijk ten aanzien van de instellingen die op de bijlage staan onder het ministerie van Binnenlandse Zaken en onder het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In de paragrafen 2 en 3 zijn deze wijzigingen toegelicht. Opname in bijlage 1 bij de WNT betekent dat de paragrafen 2 (Bezoldigingsmaximum) en 4 (Openbaarmaking) van de WNT van toepassing zijn op de desbetreffende instelling. Dat wil zeggen dat er een bezoldigingsmaximum geldt voor de instelling (het algemeen bezoldigingsmaximum of een van de maxima uit de sectorregelingen) en dat er een WNT-verantwoording moet worden opgenomen in het jaarverslag.

2. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Stichting ProDemos – Huis voor democratie en rechtstaat (onderdeel 3)

Dit betreft een redactionele wijziging, waarbij de officieel juiste naam van de betrokken stichting, Stichting ProDemos – Huis voor democratie en rechtstaat, in bijlage 1 van de WNT is opgenomen.

Het Verbond Sectorwerkgevers Overheid (VSO) (onderdeel 8 (oud))

Het Verbond Sectorwerkgevers Overheid (VSO) is per 1 januari 2020 opgeheven en is om die reden van de bijlage verwijderd. De werkgevers bij de decentrale overheden en het onderwijs hebben zich verenigd in de stichting Zelfstandige Publieke Werkgevers (ZPW). ZPW wordt gefinancierd door de deelnemers. Dat zijn de sectorwerkgevers van gemeenten, provincies, waterschappen, primair onderwijs, voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs, hoge beroepsonderwijs, universiteiten, onderzoeksinstellingen en universitair medische centra. De werkgevers Rijk, politie, defensie en rechterlijke macht opereren apart hiervan.

3. Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

De Stichting Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ECBO) (onderdeel 13 (oud))

ECBO is per 31 augustus 2018 via een fusie opgegaan in de Stichting CINOP. De Stichting CINOP is reeds opgenomen in bijlage 1 van de WNT (in onderdeel 12 onder Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). Om deze reden is ECBO uit bijlage 1 van de WNT verwijderd.

De Stichting WorldSkills Netherlands (WSNL) (onderdeel 13 (nieuw))

WSNL zet zich in ter promotie van het beroepsonderwijs en vakmanschap onder jongeren. Vakwedstrijden staan daarbij centraal. Deze worden met partners georganiseerd op scholen of beroepsevenementen. Voor het organiseren van de jaarlijkse vakwedstrijden is de subsidieregeling Regeling vakwedstrijden vmbo en mbo opgesteld. De subsidie voor het organiseren van de internationale en nationale vakwedstrijden mbo is voor de periode 2020–2023 verleend aan WSNL. WSNL wordt daarmee voor het grootste deel uit publieke middelen gesubsidieerd en is om die reden toegevoegd aan bijlage 1 van de WNT.

Om onnodige hernummering in de bijlage te voorkomen, is de Stichting WSNL opgenomen in onderdeel 13 onder Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap waar voorheen ECBO was opgenomen.

Platform Bèta Techniek (PBT) en Platform Talent voor Technologie (PTvT) (onderdeel 25)

Sinds 2019 is PBT opgegaan in PTvT. PBT is om die reden van bijlage 1 van de WNT verwijderd. PTvT zet zich in om jongeren in het onderwijs hun talent voor technologie en ICT te laten ontdekken. Hierdoor kunnen meer jongeren een technische opleidings- en beroepskeuze maken. In de oprichtingsakte van PTvT is vastgelegd dat bij de vaststelling van het salaris en overige arbeidsvoorwaarden van de bestuurder wordt aangesloten bij de wet- en regelgeving omtrent de beloning van topfunctionarissen in de (semi-)publieke sector. Om die reden is PTvT in onderdeel 25 van bijlage 1 van de WNT geplaatst, waar voorheen PBT was opgenomen.

4. Gevolgen voor regeldruk

De in paragraaf 2 en 3 beschreven wijzigingen van bijlage 1 zijn niet ingrijpend van aard. Er worden slechts enkele instellingen aan bijlage 1 van de WNT toegevoegd en daarnaast enkele verwijderd. Gezien de verwaarloosbare impact van deze aanpassing voor de administratieve lasten zijn deze niet gekwantificeerd.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen (omvangrijke) gevolgen voor de regeldruk heeft.

5. Consultatie

Er heeft geen (internet)consultatie plaatsgevonden, aangezien deze regeling slechts gevolgen heeft voor de betrokken instellingen. De instellingen die zijn verwijderd bestonden inmiddels niet meer.

De nieuw op de bijlage op te nemen instellingen zijn direct aangeschreven over het voornemen tot plaatsing op bijlage 1 van de WNT.

De Stichting WorldSkills Netherlands (WSNL) heeft als volgt gereageerd: »Onze organisatie en bestuur onderschrijven een goed afgewogen beloningssysteem passend bij de uitgangspunten, normen en waarden die wij nastreven bij onze werkzaamheden binnen de (semi) publieke sector. Het is correct dat Skills Netherlands vanaf 1 april 2019 gebruikt maakt van een of meerdere subsidies welke meer dan € 500.000 bedragen en die ten minste voor 50% deel uitmaakt van de opbrengsten. Zoals is vastgelegd in de Wet Normering Top Inkomens, geldt bij deze criteria dat daar het volgen van de WNT-norm van toepassing is vanaf het vierde kalenderjaar (artikel 1.3 eerste lid, onder c, WNT). Alhoewel wettelijk dus nog niet van toepassing, heeft Skills Netherlands – vooruitlopend op deze normering – reeds bij het aanstellen van de nieuwe bestuurder deze norm al indicatief ingezet voor de directie en voorzitter.»

Platform Bèta Techniek (PBT) en Platform Talent voor Technologie (PTvT) hebben niet gereageerd.

6. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022. Hiermee wordt voldaan aan de vaste verandermomenten bij invoering of wijziging van wet- en regelgeving. Tevens is voldaan aan de publicatietermijn van ten minste twee maanden voorafgaand aan inwerkingtreding.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven