Besluit van 24 juni 2021 tot wijziging van het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft en het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector in verband met de invoering van een verbod op dienstverrichting door derdelandverzekeraars

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 30 maart 2021, 2021-0000046078, directie Financiële Markten;

Gelet op de artikelen 2:45, derde lid en 2:46, derde lid, van de Wet op het financieel toezicht;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 28 april 2021, nr.W06.21.0097/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 16 juni 2021, 2021-0000113009, directie Financiële Markten;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft wordt als volgt gewijzigd:

A

In het opschrift van paragraaf 2.3 wordt «artikel 2:45, tweede lid» vervangen door «artikel 2:45, derde lid,» en wordt «artikel 2:46, tweede lid» vervangen door «artikel 2:46, derde lid».

B

Artikel 24 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.

2. In de aanhef wordt «artikel 2:45, tweede lid» vervangen door «artikel 2:45, derde lid».

3. In onderdeel f wordt «de verzekeraar voornemens is de diensten te verrichten» vervangen door «de verzekeraar voornemens is het herverzekeringsbedrijf door middel van het verrichten van diensten naar Nederland uit te oefenen».

4. Onderdeel g komt te luiden:

  • g. de vermelding van de bevoegdheid om in de staat van de zetel het directe bedrijf en het herverzekeringsbedrijf uit te oefenen en in welke branches de verzekeraar bevoegd is zijn directe bedrijf uit te oefenen en in welke activiteit of activiteiten hij bevoegd is zijn herverzekeringsbedrijf uit te oefenen;

5. In onderdeel h wordt «het directe bedrijf van verzekeraar» vervangen door «het directe bedrijf en het herverzekeringsbedrijf».

6. Onderdeel j komt te luiden:

  • j. een opgave van de aard van de risico’s die de verzekeraar voornemens is in herverzekering te dekken.

C

Artikel 25 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.

2. In de aanhef wordt «artikel 2:46, tweede lid» vervangen door «artikel 2:46, derde lid».

3. In onderdeel a wordt «hij voornemens is de diensten te verrichten» vervangen door «hij voornemens is het herverzekeringsbedrijf door middel van het verrichten van diensten naar Nederland uit te oefenen».

4. In onderdeel b wordt «voornemens is diensten naar Nederland te verrichten, waaruit blijkt in welke branches de verzekeraar bevoegd is zijn bedrijf uit te oefenen» vervangen door «voornemens is het herverzekeringsbedrijf door middel van het verrichten van diensten naar Nederland uit te oefenen, waaruit blijkt in welke activiteit of activiteiten hij bevoegd is zijn herverzekeringsbedrijf uit te oefenen».

5. Onderdeel c komt te luiden:

  • c. een opgave van de aard van de risico’s die de verzekeraar voornemens is in herverzekering te dekken; en

ARTIKEL II

In artikel 10 van het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector wordt in de opsomming van artikelen uit het Deel Markttoegang financiële ondernemingen «2:45, eerste lid tot en met derde lid» vervangen door «2:45, eerste lid tot en met vierde lid», wordt «2:45, vierde lid» vervangen door «2:45, vijfde lid», wordt «2:46, eerste lid tot en met derde lid» vervangen door «2:46, eerste lid tot en met vijfde lid» en wordt «2:52, eerste lid» vervangen door «2:52, eerste en tweede lid».

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 24 juni 2021

Willem-Alexander

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Uitgegeven de tweede juli 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Dit besluit brengt twee algemene maatregelen van bestuur in lijn met wijzigingen in de Wet op het financieel toezicht (Wft) die een gevolg zijn van de Wet van 3 maart 2021 tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht in verband met de invoering van een verbod op dienstverrichting door derdelandverzekeraars (Stb. 2021, 131). Bij die wijziging is een verbod op het verrichten van diensten in het levens- en schadeverzekeringsbedrijf naar Nederland opgenomen. Daarmee is de Nederlandse regelgeving op verzekeringsgebied in overeenstemming gebracht met die van de andere lidstaten die eveneens een dergelijk verbod op dienstverrichting kennen, alsook met de wens van de Europese Commissie die op dit gebied een uniform beleid voorstaat. De Commissie interpreteert de richtlijn solvabiliteit II nu zo dat dienstverrichting in het levens- en schadeverzekeringsbedrijf door een levens- of schadeverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is, niet langer is toegestaan. Het verrichten van diensten in het herverzekeringsbedrijf naar Nederland door levens- en schadeverzekeraars met zetel in een staat die geen lidstaat is wordt evenwel niet verboden.

Gezien de geringe, technische wijzigingen die dit besluit behelst en het implementatie betreft van EU-regelgeving, is besloten om consultatie achterwege te laten. Bovendien is de bovengenoemde Wet van 3 maart 2021 reeds geconsulteerd, waardoor een consultatie van dit besluit geen toegevoegde waarde zou hebben.

Artikel I (Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft)

A

De in het opschrift van paragraaf 2.3 genoemde artikelen zijn in overeenstemming gebracht met de aangebrachte vernummeringen.

B

Artikel 2:45, tweede lid, Wft stelt de voorwaarden waaronder uitsluitend dienstverrichting naar Nederland in het herverzekeringsbedrijf door schade- en levensverzekeraars vanuit een vestiging in een staat die geen lidstaat is, is toegestaan. Dienstverrichting naar Nederland in het directe bedrijf is niet meer toegestaan. Op grond van genoemde bepaling moeten deze verzekeraars het directe levens- of schadeverzekeringsbedrijf daadwerkelijk uitoefenen in hun staat van zetel en mogen zij het herverzekeringsbedrijf door middel van het verrichten van diensten naar Nederland uitsluitend uitoefenen in de herverzekeringsactiviteit waartoe zij in hun staat van zetel bevoegd zijn. De gegevens die in artikel 24 van het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft worden verlangd, zijn in overeenstemming gebracht met deze eisen.

Artikel 24, tweede lid, van het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft betrof dienstverrichting in de branche Aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen, dus dienstverrichting in het directe verzekeringsbedrijf. Dit is niet langer toegestaan op grond van de Wft; het tweede lid is dus vervallen om die reden.

C

Dienstverrichting in het directe bedrijf naar Nederland vanuit een bijkantoor in een andere lidstaat door een verzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is, is eveneens niet meer toegestaan. Het verrichten van diensten naar Nederland in het herverzekeringsbedrijf door schade- en levensverzekeraars vanuit een bijkantoor in een andere lidstaat blijft evenwel toegestaan. Zie het gewijzigde artikel 2:46 Wft. In overeenstemming daarmee is artikel 25 van het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft ook op die wijze aangepast.

Artikel 25, tweede lid, van het Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft zag evenals artikel 24, tweede lid, op dienstverrichting in het directe verzekeringsbedrijf. Ook het tweede lid van artikel 25 is daarom geschrapt.

Artikel II (Besluit bestuurlijke boetes financiële sector)

In artikel 10 van het besluit is de opsomming van artikelen uit het Deel Markttoegang financiële ondernemingen in overeenstemming gebracht met de wijzigingen in de artikelen 2:45, 2:46 en 2:52 Wft.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Naar boven