Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 maart
2020, nr. 2020-000036408;
Gelet op de artikelen 71, eerste lid, en 80 van de Wet financiering sociale verzekeringen;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 april 2020, No. W12.20.0071/III);
Gezien het nader rapport van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
8 juli 2020, nr. 2020-0000093313;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
In artikel 3.3, eerste lid, onderdeel b, en tweede lid, onderdeel b, van het Besluit
Wfsv wordt «het als tweede vermelde bedrag» vervangen door «het als eerste vermelde
bedrag».
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2020.
’s-Gravenhage, 14 juli 2020
Willem-Alexander
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees
Uitgegeven de zeventiende juli 2020
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
NOTA VAN TOELICHTING
Met het belastingplan 20201 wordt met ingang van 1 januari 2020 het tweeschijvenstelsel in de inkomstenbelasting
geïntroduceerd. Door de invoering van het tweeschijvenstelsel in de inkomstenbelasting
is een technische verwijzing in het Besluit Wfsv inzake de vaststelling van de premie
voor de vrijwillige algemene ouderdomsverzekering (AOW) en de vrijwillige nabestaandenverzekering
(Anw) niet correct meer. Met de onderhavige technische aanpassing van het Besluit
Wfsv wordt dit gecorrigeerd.
De wijziging ziet op artikel 3.3, eerste en tweede lid, van het Besluit Wfsv, waarin
de formule voor de vaststelling van de premie voor respectievelijk de vrijwillige
AOW- en Anw-verzekering wordt gegeven. Daarbij wordt uitgegaan van het hoogste premie-inkomen
in de zin van artikel 8 van de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv). Het
maximale premie-inkomen wordt op grond van artikel 8, derde lid, Wfsv vastgesteld
op basis van de tarieftabellen van artikelen 2.10, eerste lid, en 2.10a, eerste lid,
van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet-IB 2001). Door het tweeschijvenstelsel veranderen
de tarieftabellen in de Wet-IB 2001 en wordt niet meer correct verwezen. Bij tweede
nota van wijziging op het Belastingplan 20202 is artikel 8 Wfsv reeds technisch aangepast. Onderhavig besluit voert deze technische
wijziging ook door in artikel 3.3, eerste en tweede lid, Besluit Wfsv. Indien deze
technische wijziging niet doorgevoerd zou worden, zou dit leiden tot een te hoge premie
voor de vrijwillige verzekering voor de AOW en Anw en zouden artikel 3.3 niet meer
correct naar artikel 8 Wfsv verwijzen.
De inwerkingtreding van dit besluit vindt plaats met ingang van de dag na de datum
van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst. Aan dit besluit wordt
terugwerkende kracht verleend tot en met 1 januari 2020. De Sociale Verzekeringsbank
is gevraagd hierop te anticiperen bij de uitvoering van de vrijwillige verzekering
voor de AOW en Anw.
Op grond van artikel 71, tweede lid, van de Wfsv is dit besluit overgelegd aan beide
kamers der Staten Generaal. Bij brief van 2 maart 2020 zijn schriftelijke vragen van
de Tweede Kamer beantwoord (Kamerstukken II, 2019/20, 35 302, nr. 74). Deze heeft de Tweede Kamer voor kennisgeving aangenomen. Dit besluit heeft geen
aanleiding gegeven tot een reactie van de Eerste Kamer
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees