Tijdelijk besluit van 17 juni 2020 tot wijziging van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB vanwege de mogelijkheid tot afwijking van de examinering voor de examenonderdelen die een keuzedeel en rekenen betreffen in verband met de uitbraak van COVID-19 voor mbo-studenten die in 2020 hun diploma behalen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 juni 2020, nr. WJZ/24470585(11611) directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 7.4.3a van de Wet educatie en beroepsonderwijs;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 10 juni 2020, nr. W05.20.0164/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 16 juni 2020, nr. WJZ/24795332(11611), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I. WIJZIGING EXAMEN- EN KWALIFICATIEBESLUIT BEROEPSOPLEIDINGEN WEB

Na artikel 18 van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB wordt het volgende artikel ingevoegd:

Artikel 18a. Tijdelijk afwijkende examenregeling en uitslagbepaling vanwege COVID-19

  • 1. In afwijking van artikel 3 kan het bevoegd gezag beslissen dat de examenonderdelen rekenen en die een keuzedeel betreffen, geen onderdeel zijn van het examen van een beroepsopleiding.

  • 2. Het bevoegd gezag neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid alleen ten behoeve van deelnemers die uiterlijk 31 december 2020 hun diploma behalen en die als gevolg van de uitbraak van COVID-19 studievertraging hebben opgelopen.

  • 3. Indien het bevoegd gezag heeft beslist overeenkomstig het eerste lid is op die deelnemers de uitslagbepaling van artikel 17 van toepassing, met dien verstande dat, afhankelijk van op welk examenonderdeel de beslissing betrekking heeft:

    • a. het onderdeel rekenen niet behoeft te zijn afgelegd;

    • b. het examenonderdeel dat een keuzedeel betreft, niet behoeft te zijn afgelegd,

    • c. beide examenonderdelen, bedoeld in onderdelen a en b, niet behoeven te zijn afgelegd.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, werkt terug tot en met 15 maart 2020 en vervalt met ingang van 1 januari 2021.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 juni 2020

Willem-Alexander

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Uitgegeven de vijfentwintigste juni 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen deel

Dit besluit betreft een tijdelijke wijziging van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB (hierna: Ekb) in het kader van de coronacrisis.

Nederland is getroffen door het coronavirus COVID-19. Binnen de maatregelen van het kabinet om de verdere verspreiding te beperken en ieders welzijn te bewaken, heeft het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap samen met vertegenwoordigers van het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) gezocht naar een manier om verantwoord te diplomeren in een tijd waarin veel examens niet op de manier zoals oorspronkelijk voorzien kunnen worden afgenomen.

Daarbij wordt een groot beroep gedaan op mbo-instellingen om de examinering aan te passen. Namelijk voor alle onderdelen die volwaardig meetellen voor het behalen van het diploma en die noodzakelijk zijn voor de beoefening van een beroep. Iedere student die een mbo-diploma wil behalen, zal ook in deze periode een resultaat conform artikel 17 van het Ekb moeten hebben voor iedere taal en voor loopbaan en burgerschap in het basisdeel van de opleiding, evenals een voldoende voor ieder beroepsgericht ofwel specifiek onderdeel van de kwalificatie. Ook de beroepspraktijkvorming (bpv) zal onverminderd met goed gevolg moeten zijn afgelegd.

De hoogte van het resultaat dat wordt behaald voor de keuzedelen en voor het generieke examenonderdeel rekenen, telt op dit moment nog niet mee bij het slaag-zakbesluit in het mbo. Vanwege de bijzondere omstandigheden is besloten om de mbo-scholen de mogelijkheid te geven om aan hun studenten de ruimte te geven zich te concentreren op de overige onderdelen van de opleiding waarvoor de hoogte van het behaalde resultaat wel meetelt voor diplomering.

Om dit mogelijk te maken, wijzigt dit besluit in lijn met het reeds eerder vastgestelde Servicedocument mbo-aanpak Coronavirus COVID-19 versie 3.0 en de handreiking Verantwoord diplomabesluit versie 2.0. tijdelijk het volgende aan de diploma-eisen in het Ekb:

  • door middel van een wijziging van de onderwijs- en examenregeling als bedoeld in artikel 7.4.8, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs (hierna Web), kan het bevoegd gezag beslissen, dat een student in de periode van 15 maart tot en met 31 december 2020 het mbo-diploma (voor alle mbo-niveaus) kan behalen zonder resultaat voor het keuzedeel of de keuzedelen. Wanneer een mbo-student dan aan iedere andere diplomavoorwaarde voldoet, behalve het hebben voldaan aan de keuzedeelverplichting, dient een examencommissie tot en met 31 december 2020 te besluiten dat de student het diploma heeft behaald; en

  • Het bevoegd gezag kan op dezelfde wijze voor de periode van 15 maart tot en met 31 december 2020 beslissen dat een student het mbo-diploma (voor alle mbo-niveaus) kan behalen zonder resultaat voor het generieke examenonderdeel rekenen. Wanneer een mbo-student dan aan iedere diplomavoorwaarde voldoet, behalve dat het generieke examenonderdeel rekenen op ten minste het vereiste referentieniveau is afgelegd, dient een examencommissie tot en met 31 december 2020 te besluiten dat de student het diploma heeft behaald.

Bovenstaande wijzigingen gelden ook gecombineerd. Dit wil zeggen dat bijvoorbeeld een mbo-student op niveau 2 die voldoet aan iedere diplomavoorwaarde, maar vanwege studievertraging als gevolg van COVID-19 noch examen in het generieke examenonderdeel rekenen noch examen in het keuzedeel of de keuzedelen van de opleiding heeft afgelegd, toch het diploma behaalt. Zo kan eventueel opgelopen studievertraging vanwege COVID-19 worden ingelopen. Dat geldt alleen voor studenten die hun beroepsopleiding uiterlijk op 31 december 2020 afsluiten met een diploma.

De wijziging van de onderwijs- en examenregeling, kan plaatsvinden door bijvoorbeeld een korte bijlage of oplegger toe te voegen aan de onderwijs- en examenregeling waarin de wijzigingen zijn opgenomen. Het niet behoeven af te leggen van het examenonderdeel rekenen of het examenonderdeel dat een keuzedeel betreft, betekent niet dat er geen onderwijs is verzorgd voor het generieke onderdeel rekenen of in het keuzedeel. Het heeft daarom geen directe gevolgen voor de waarde van het diploma of de doorstroom naar het vervolgonderwijs.

Voor die studenten die wel resultaten hebben behaald voor rekenen en de keuzedelen geldt dat deze resultaten worden vermeld op de resultatenlijst, tenzij de student op basis van het examenprogramma nog gebruik had kunnen en willen maken van een herkansing na 15 maart 2020 en deze mogelijkheid vanwege de coronamaatregelen niet kon worden aangeboden. In dat laatste geval treedt de examencommissie in overleg met de student over het al dan niet vermelden van het resultaat op de resultatenlijst. Uiteraard kan er geen certificaat als bedoeld in de artikelen 7.2.3 Web en 17c Ekb worden uitgereikt voor een keuzedeel of rekenen als er op basis van dit besluit geen examen is afgelegd.

Gevolgen voor Caribisch Nederland

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor Caribisch Nederland, aangezien het Ekb uitsluitend van toepassing is in Europees Nederland.

Administratieve lasten en nalevingskosten

Voor de eventuele aanpassingen aan de onderwijs- en examenregeling is er sprake van nalevingskosten voor de onderwijsinstellingen. Dit bestaat uit kennis nemen van dit tijdelijke besluit, hierover intern in overleg treden, en de daadwerkelijke wijziging van de onderwijs- en examenregeling voor de instelling. De verwachting is dat die instellingsregelingen ongeveer 500 keer zullen moeten worden aangepast. De veronderstelling hierbij is dat de diverse onderwijsteams binnen de instelling met elkaar samenwerken op dit punt, zodat de wijzigingen zoveel mogelijk generiek zijn. De verwachting is dat de wijziging gemiddeld een uur in beslag neemt. Met een tarief van € 50,– per uur komen de nalevingskosten dan uit op circa € 25.000,–. Dit is eenmalig vanwege het tijdelijke karakter van dit besluit.

Uitvoering en handhaving

DUO en de Inspectie van het Onderwijs achten het besluit uitvoerbaar en handhaafbaar.

Financiële gevolgen voor OCW

Dit besluit heeft geen financiële gevolgen voor de rijksbegroting.

Artikelsgewijs deel

Artikel I

Artikel 18a van het Ekb bevat een afwijkende examenregeling en bijpassende uitslagbepaling. Dit artikel zet de huidige uitslagbepaling van artikel 17 gedeeltelijk opzij, indien het bevoegd gezag voor de studenten die nog in het kalenderjaar 2020 hun diploma kunnen behalen, hiertoe heeft beslist. Dit in verband met de coronacrisismaatregelen die voor een langere studieduur kunnen zorgen. Het effect van dit tijdelijke besluit en daaropvolgende beslissing van het bevoegd gezag is dat studenten het examenonderdeel rekenen en het examen in een keuzedeel niet behoeven af te leggen om toch te kunnen slagen voor hun beroepsopleiding. Dit besluit is tijdelijk en vervalt met ingang van 1 januari 2021. Dit betekent dat de examencommissie alleen die studenten die erin slagen hun beroepsopleiding voor die tijd met goed gevolg af te ronden, mag beoordelen volgens de uitslagbepaling van artikel 18a. Met dit artikel wordt dus afgeweken van de artikelen 3, eerste lid, en 17, eerste lid, onderdeel c, tweede en derde lid, onderdelen a en d van het Ekb. Hierdoor kunnen met name studenten die zich in de eindfase van hun beroepsopleiding bevinden, alsnog tijdig afstuderen. Hierdoor kunnen zij zonder al te veel studievertraging toch de arbeidsmarkt betreden of doorstromen naar vervolgonderwijs.

Artikel II

Het nieuwe artikel 18a treedt in werking met ingang van de dag na plaatsing in het Staatsblad en werkt terug tot en met 15 maart 2020, zijnde de dag waarop het kabinet aankondigde dat de scholen en instellingen tijdelijk moesten sluiten voor wat betreft de reguliere onderwijsactiviteiten.

Omdat artikel 18a slechts geldt om de eerste gevolgen van de uitbraak van COVID-19 op te vangen, vervalt dit besluit en een hierop gebaseerde wijziging van de onderwijs- en examenregeling van de mbo-instelling per 1 januari 2021. In de tussentijd genomen diplomabeslissingen overeenkomstig dit besluit blijven van kracht.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Naar boven