Besluit van 8 februari 2019 tot wijziging van het Kiesbesluit en het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming in verband met vereenvoudiging van stemmen vanuit het buitenland

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 17 december 2018, nr. 2018-0000941026;

Gelet op de artikelen D 9, K 9, L 12, M 6, eerste lid, M 7a, M 9, vijfde lid, N 16a, tweede lid, en Y 2 van de Kieswet, artikel 3 van de Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming en artikel I van de Intrekkingswet Wet raadgevend referendum;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 december 2018, nr. W04.18.0391/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 5 februari 2019, nr. 2019-0000027611;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Kiesbesluit wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel M 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Het eerste lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

a. Onderdeel a komt te luiden:

  • a. het hoofd van de ingevolge artikel M 13, eerste of tweede lid, van de Kieswet aangewezen diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging dan wel de Nederlandse leiding van de ingevolge artikel M 13, vierde lid, van de Kieswet aangewezen militaire missie;.

b. Onder verlettering van onderdeel c tot d, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • c. de burgemeester van de ingevolge artikel M 13, vijfde lid, van de Kieswet aangewezen gemeente;.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. De kiezer kan een andere retourenveloppe dan de retourenveloppe, bedoeld in het eerste lid, retourneren aan het hoofd van de diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging, de Nederlandse leiding van de militaire missie, de vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao of Sint Maarten, de burgemeester van de aangewezen gemeente of de burgemeester van ’s-Gravenhage, bedoeld in het eerste lid.

B

Artikel M 6 komt te luiden:

Artikel M 6

De stukken, bedoeld in artikel M 6, eerste lid, van de Kieswet, worden per post aan de kiezer gezonden voorzien van een Priority-aanduiding of per koerier.

C

Artikel M 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt «briefstembureaus in het buitenland» vervangen door «briefstembureaus als bedoeld in artikel M 13 van de Kieswet».

2. In onderdeel a wordt «het briefstembureau dan wel» vervangen door «het briefstembureau,» en wordt na «Sint Maarten» ingevoegd «dan wel door de burgemeester van de aangewezen gemeente».

3. In onderdeel b wordt «respectievelijk Onze Minister van Defensie» vervangen door «Onze Minister van Defensie, respectievelijk burgemeester en wethouders van de aangewezen gemeente».

D

Artikel M 14 vervalt.

E

In artikel N 14 wordt «briefstembureaus in het buitenland» vervangen door «briefstembureaus als bedoeld in artikel M 13 van de Kieswet», wordt «het briefstembureau dan wel» vervangen door «het briefstembureau,» en wordt na «Sint Maarten» ingevoegd «dan wel door de burgemeester van de aangewezen gemeente».

F

Na artikel Z 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Z 1a

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties kan voorafgaand aan een verkiezing informatie aan gemeenten verstrekken ter nadere invulling van de modellen, bedoeld in de artikelen D 3, vierde lid, K 4, vierde lid, K 6, eerste lid, L 8, vierde lid, L 11, tweede lid, M 3, derde lid, M 6, tweede lid en Y 32, vierde lid, van de Kieswet.

ARTIKEL II

Het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2 vervalt «bij verkiezingen als bedoeld in de Kieswet».

B

Artikel 6 vervalt.

C

In artikel 39, derde lid, vervalt «per diplomatieke post».

D

In artikel 42, eerste lid, wordt na «proces-verbaal» ingevoegd «met weglating van de ondertekening».

E

De artikelen 19, derde lid, 47a en 47b vervallen.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet van 5 december 2018 tot wijziging van de Kieswet en de Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming ter vereenvoudiging van stemmen vanuit het buitenland en verlenging van de mogelijkheid tot experimenteren (Stb. 2018, 483) in werking treedt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 8 februari 2019

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Uitgegeven de eenentwintigste februari 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

1. Inhoud van het besluit

Met de onderhavige wijziging van het Kiesbesluit en het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming zijn de onderdelen van die besluiten aangepast die samenhangen met de Wet van 5 december 2018 tot wijziging van de Kieswet en de Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming ter vereenvoudiging van stemmen vanuit het buitenland en verlenging van de mogelijkheid tot experimenteren (Stb. 2018, 483, hierna: de Wijzigingswet).

De Wijzigingswet had als voornaamste doel het nemen van enkele maatregelen om het stemmen vanuit het buitenland te vereenvoudigen. Enkele van die maatregelen hadden ook gevolgen voor het Kiesbesluit of het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming. Zo is in de Wijzigingswet geregeld dat ook andere enveloppen dan de toegezonden «oranje» retourenveloppe gebruikt mogen worden voor het verzenden van stemmen naar het briefstembureau. Verder is de mogelijkheid gecreëerd voor het instellen van briefstembureaus in grensgemeenten in Nederland, waardoor Nederlanders die over de grens wonen hun briefstem kunnen afgeven bij die gemeente. Ten slotte is met de Wijzigingswet in de Kieswet het gebruik van de lijst van personen die per brief mogen stemmen en de eis om bepaalde stukken per diplomatieke post te verzenden vervallen. Voor de achtergronden van deze wijzigingen wordt verwezen naar de memorie van toelichting bij de Wijzigingswet (Kamerstukken II 2017/18, 35 012, nr. 3). De gevolgen van deze wijzigingen voor het Kiesbesluit en het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming zijn in dit wijzigingsbesluit verwerkt, aangevuld met het schrappen van verzending per luchtpost, dat niet meer bestaat.

Naast de wijzigingen die verband houden met stemmen vanuit het buitenland, is met onderhavig besluit tevens een bepaling toegevoegd aan het Kiesbesluit, die ertoe strekt dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in aanloop naar een verkiezing informatie kan verstrekken aan gemeenten ter nadere invulling van bepaalde modellen, bedoeld in de Kieswet. Daarnaast is van de gelegenheid gebruik gemaakt om in het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming te regelen dat de elektronische openbaarmaking van het proces-verbaal van het gemeentelijk stembureau geschiedt met weglating van de ondertekening. Dit is conform de thans geldende regeling in de Kieswet en houdt verband met de bescherming van persoonsgegevens.1 Tot slot is van de gelegenheid gebruik gemaakt om de onderdelen van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming die samenhangen met de inmiddels ingetrokken Wet raadgevend referendum te schrappen.

2. Administratieve en financiële lasten voor overheid en burger

Dit besluit brengt geen administratieve lasten met zich en heeft geen financiële consequenties.

3. Consultatie

Begin september 2018 is een concept van dit besluit aangeboden voor advies aan de Kiesraad en het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR). Voorts is het voor commentaar voorgelegd aan de gemeente ’s-Gravenhage (waaraan is verzocht om indien nodig de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB) bij het advies te betrekken).

De Kiesraad heeft, gelet op komende verkiezing van de leden van het Europees Parlement, binnen een heel korte termijn geadviseerd bij brief van 20 september 2018. De Kiesraad kan zich vinden in het conceptbesluit. Hij geeft evenwel in overweging in artikel M 5 van het Kiesbesluit te vermelden, zoals ook in de Kieswet is gebeurd, dat de geldigheid van de daar genoemde identiteitsdocumenten een geldigheid op de dag van de kandidaatstelling betreft. Gelet op de helderheid die de Kieswet op dit punt biedt, is in dit besluit niet gekozen voor een uitbreiding van artikel M 5 van het Kiesbesluit.

De gemeente ’s-Gravenhage heeft niet gereageerd op het consultatieverzoek.

Het ATR heeft besloten geen formeel advies uit te brengen over het voorstel, vanwege het feit dat het dossier naar verwachting geen omvangrijke regeldrukeffecten tot gevolg zal hebben, mede omdat de categorie niet-ingezetenen buiten het Handboek meting regeldruk vallen.

4. Voorhangprocedure

Vanwege de wijzigingen van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming is het ontwerpbesluit bij brief van 16 november 2018 voorgehangen bij de Staten-Generaal. De Tweede en de Eerste Kamer hebben het ontwerpbesluit respectievelijk per 29 en 27 november 2018 voor kennisgeving aangenomen. De voorhangtermijn is per 14 december 2018 verstreken.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

Als gevolg van wijzigingen in artikel M 7, vijfde lid, van de Kieswet door de Wijzigingswet, is het voortaan voor de kiezer mogelijk om zowel de voorgeadresseerde retourenveloppe te gebruiken om de stembescheiden te retourneren naar het briefstembureau als een willekeurige andere enveloppe. Om die reden wordt in artikel M 4 van het Kiesbesluit in een nieuw tweede lid bepaald dat de adressen waarnaar de kiezer zijn stem kan retourneren dezelfde zijn als de adressen die op de voorgeadresseerde retourenveloppen worden gezet. Het is aan de kiezer zelf om te bepalen welk adres hij kiest.

In artikel M 13, vijfde lid, van de Kieswet is als gevolg van de Wijzigingswet bepaald dat ook briefstembureaus kunnen worden ingesteld in bepaalde daartoe door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen gemeenten (doorgaans grensgemeenten). Aangezien de adressen van deze briefstembureaus ook geplaatst moeten kunnen worden op de retourenveloppen die de burgemeester van ’s-Gravenhage verstuurt aan de kiezers die per brief gaan stemmen, zijn deze toegevoegd aan de oorspronkelijke tekst van artikel M 4 van het Kiesbesluit, nu artikel M 4, eerste lid (nieuw), onderdeel c.

Ten slotte is in artikel M 4, eerste lid (nieuw), onderdeel a, ter verbetering opgenomen dat niet het adres van het briefstembureau op de retourenveloppe wordt vermeld, maar het adres van het hoofd van de ingevolge artikel M 13, eerste of tweede lid, van de Kieswet aangewezen diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging dan wel de Nederlandse leiding van de ingevolge artikel M 13, vierde lid, van de Kieswet aangewezen militaire missie.

Onderdeel B

Artikel M 6 van het Kiesbesluit, waarin is bepaald dat de stukken, bedoeld in artikel M 6, eerste lid, van de Kieswet aan de kiezer in het buitenland (met uitzondering van België) worden verzonden per luchtpost, is niet meer actueel, aangezien verzending per luchtpost als aparte categorie van verzending niet meer bestaat. In plaats daarvan is in artikel M 6 van het Kiesbesluit bepaald dat de stukken per post of per koerier worden verzonden. Voorwaarde voor verzending per post is dat die is voorzien van een Priority-aanduiding. Dat betekent dat de post met voorrang de grens over gaat en ook in het buitenland met voorrang wordt behandeld.

Onderdeel C

De wijziging van «briefstembureaus in het buitenland» in «briefstembureaus als bedoeld in artikel M 13 van de Kieswet» hangt samen met de nieuwe mogelijkheid in de Kieswet om ook briefstembureaus in te stellen in grensgemeenten in Nederland.

Verder wordt in artikel M 13, onderdeel a, van het Kiesbesluit de burgemeester van de aangewezen (grens)gemeente toegevoegd als degene die de taken verricht die in de artikelen M 7 tot en met M 12 van het Kiesbesluit zijn opgedragen aan de burgemeester van ’s-Gravenhage voor de briefstembureaus in de gemeente ’s-Gravenhage. Op vergelijkbare wijze zijn in artikel M 13, onderdeel b, van het Kiesbesluit burgemeester en wethouders van de aangewezen (grens)gemeente toegevoegd als degenen die de bevoegdheden uitoefenen die bij burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Gravenhage zijn neergelegd voor de briefstembureaus in de gemeente ’s-Gravenhage.

Onderdeel D

In de Kieswet is het gebruik van de lijst van personen die per brief mogen stemmen vervallen, waaronder de grondslag om bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen uit welke gegevens die lijst bestaat (het voormalige artikel M 9, zesde lid, van de Kieswet). Om die reden vervalt artikel M 14 van het Kiesbesluit, waarin dat laatste was geregeld.

Onderdeel E

Net als in artikel M 13 van het Kiesbesluit is in artikel N 14 van het Kiesbesluit «briefstembureaus in het buitenland» gewijzigd in «briefstembureaus als bedoeld in artikel M 13 van de Kieswet» als gevolg van de nieuwe mogelijkheid in de Kieswet om ook briefstembureaus in te stellen in grensgemeenten in Nederland.

Verder is in artikel N 14 van het Kiesbesluit toegevoegd dat de taken die bij de briefstembureaus in de gemeente ’s-Gravenhage worden uitgevoerd door de burgemeester van ’s-Gravenhage, voor de briefstembureaus in de grensgemeenten worden uitgevoerd door de burgemeester van de aangewezen (grens)gemeente.

Onderdeel F

Op grond van de artikelen D 9, K 9, L 12 en M 7a van de Kieswet kunnen bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld over respectievelijk de registratie van de kiesgerechtigdheid, het stemmen met een kiezerspas, het stemmen bij volmacht en het stemmen per brief. Met onderhavig wijzigingsonderdeel is een nieuw artikel geïntroduceerd in het Kiesbesluit, waarin wordt vastgelegd dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voorafgaand aan een verkiezing informatie kan verstrekken aan gemeenten ter nadere invulling van bepaalde modellen uit de Kiesregeling. Het gaat hierbij om de modellen voor het formulier waarmee kiezers buiten Nederland zich kunnen registreren, het formulier waarmee kiezers buiten Nederland een gegevenswijziging kunnen doorgeven, de formulieren waarmee een verzoek kan worden ingediend om te stemmen met een kiezerspas of bij volmacht, de kiezerspas, het schriftelijk volmachtbewijs, het briefstembewijs en de verklaring omtrent stemmen voor het Europees Parlement in Nederland.2 Dit betreffen modellen uit de Kiesregeling waarin niet alle (tekst)velden volledig zijn ingevuld in de ministeriële regeling. Met de voorgestelde bepaling wordt geregeld dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de nadere invulling hiervan in aanloop naar een verkiezing kan verstrekken. Ten overvloede wordt opgemerkt dat ten aanzien van de stempas in artikel J 7 van de Kieswet is geregeld dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdig voor de verkiezing aan gemeenten de informatie verstrekt die nodig is voor het produceren van de stempas.

Artikel II

Onderdelen A en E

De Wet raadgevend referendum is ingetrokken met de Intrekkingswet Wet raadgevend referendum. De wijzigingen die in verband met de Wet raadgevend referendum in het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming waren opgenomen, te weten een aanvulling in artikel 2 en 19 en de artikelen 47a en 47b (zie artikel 18 van het voormalige Besluit raadgevend referendum), zijn daarom in de onderdelen A en E geschrapt.

Onderdeel B

Artikel 6 van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming vervalt. In dat artikel was in het eerste lid bepaald dat, in afwijking van artikel M 7 van de Kieswet, aan de kiezer op zijn verzoek een nieuwe retourenveloppe wordt verstrekt indien de hem toegezonden retourenveloppe in het ongerede is geraakt. Nu op grond van artikel M 7, vijfde lid, van de Kieswet als gevolg van de Wijzigingswet een kiezer ook een willekeurige andere enveloppe mag gebruiken, is het verstrekken van een nieuwe retourenveloppe niet langer nodig.

In het tweede lid van artikel 6 was bepaald dat in afwijking van artikel M 7, vijfde lid, van de Kieswet de kiezer de retourenveloppe kan retourneren naar het briefstembureau, de vertegenwoordiger of de burgemeester, bedoeld in artikel M 4 van het Kiesbesluit. Die keuze heeft hij echter nu ook op grond van artikel M 7, vijfde lid, van de Kieswet in samenhang met het nieuwe artikel M 4, tweede lid, van het Kiesbesluit (zie onderdeel A). Een afwijkende regeling is dus niet meer aan de orde.

Onderdeel C

Net als in de Kieswet is gebeurd, vervalt ook in het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming de eis om bepaalde stukken per diplomatieke post te verzenden (artikel 39). Het gaat in dat besluit om het verzenden van het proces-verbaal van een briefstembureau (met verzegelde pakketten van onder andere de briefstembewijzen) naar het gemeentelijk stembureau van ’s-Gravenhage bij experimenten in de gemeente ’s-Gravenhage. Het is aan hoofd van de aangewezen diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging dan wel aan de vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao of Sint Maarten dan wel aan de Nederlandse leiding van een militaire missie om de meest geschikte wijze van verzending te bepalen. In de praktijk wordt de post per koerier verstuurd.

Onderdeel D

Per 1 januari 2019 is in de Kieswet geregeld dat de processen-verbaal van de stembureaus en de opgaven van de burgemeesters met de stemtotalen van de gemeenten op een algemeen toegankelijke wijze openbaar worden gemaakt op de gemeentelijke website.3 Met het oog op de bescherming van persoonsgegevens is in de Kieswet geregeld dat bij de elektronische openbaarmaking van deze stukken, de ondertekening hiervan niet openbaar wordt gemaakt. Met wijzigingsonderdeel D van dit besluit is dit voorschrift ook neergelegd in artikel 42, eerste lid, van het Tijdelijke experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming, waarin de elektronische openbaarmaking van het proces-verbaal van het gemeentelijk stembureau is geregeld.

Artikel III

De inwerkingtreding van dit besluit is gekoppeld aan de inwerkingtreding van de Wijzigingswet, die in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar: Kamerstukken II 2017/18, 35 011, nr. 3.

X Noot
2

Deze modellen zijn opgenomen in de Kiesregeling en worden daarin thans als volgt aangeduid: registratieformulier voor kiezers buiten Nederland (model D 3-1), formulier gegevenswijziging kiezers buiten Nederland (model D 3-2), kiezerspas (model K 4), verzoek om een kiezerspas (model K 6), verzoek om een kiezerspas voor kiezers buiten Nederland (model K 6-2), verzoek om bij volmacht te stemmen (model L 8), verzoek om bij volmacht te stemmen voor kiezers buiten Nederland (model L 8-2), schriftelijk volmachtbewijs (model L 11), het briefstembewijs (model M 6-2) en de verklaring stemmen voor Europees Parlement in Nederland (model Y 32). De grondslag voor het stellen van nadere regels bij algemene maatregel van bestuur ten aanzien van het model Y 32 is opgenomen in artikel D 9, te lezen in samenhang met artikel Y 2.

X Noot
3

Wet van 5 december 2018 tot wijziging van de Kieswet houdende maatregelen tot elektronische openbaarmaking van de processen-verbaal van de stembureaus en van de opgaven van de burgemeesters van de aantallen in de gemeente uitgebrachte stemmen (Stb. 2018, 470).

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt met de daarbij behorende stukken openbaar gemaakt door publicatie in de Staatscourant.

Naar boven