Besluit van 29 januari 2019, houdende wijziging van het Besluit rechtspositieregelen Bopz in verband met de verruiming van de huisregels van psychiatrische ziekenhuizen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, in overeenstemming met Onze Minister voor Rechtsbescherming, van 20 december 2018, kenmerk 1381743-179278-WJZ;

Gelet op artikel 37, vierde lid, van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 16 januari 2019, no. W13.18.0399/III, RvS.);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister voor Rechtsbescherming van 24 januari 2019, kenmerk 1381736-179278-WJZ;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In artikel 3 van het Besluit rechtspositieregelen Bopz wordt na «een ordelijke gang van zaken» ingevoegd «en de veiligheid, passend bij de doelgroep,».

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 29 januari 2019

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis

Uitgegeven de vijftiende februari 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemene toelichting

In artikel 3 van het Besluit rechtspositieregelen Bopz is nader bepaald met welk doel psychiatrische ziekenhuizen huisregels, als bedoeld in artikel 37 van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz), kunnen opstellen.

Thans is het doel waarvoor huisregels kunnen worden opgesteld beperkt tot «de ordelijke gang van zaken» in het psychiatrisch ziekenhuis. Aan die grondslag wordt nu expliciet toegevoegd dat de huisregels ook betrekking kunnen hebben op «de veiligheid» in het psychiatrisch ziekenhuis. Een adequate borging van de veiligheid binnen het ziekenhuis is zowel voor de patiënt zelf, als voor medepatiënten, bezoekers en personeel noodzakelijk. Hiermee wordt tevens een beter behandelklimaat gecreëerd. Zo kunnen de huisregels bijvoorbeeld bepalen wat de patiënten niet op hun kamer mogen hebben. Ook moet geborgd zijn dat de kamers toegankelijk, snel controleerbaar en brandveilig zijn.

Deze wijziging is ingegeven doordat met name bij de psychiatrische ziekenhuizen die zwaardere categorieën (forensische) patiënten behandelen de behoefte bestaat om de huisregels beter te kunnen toespitsen op de doelgroep die in het ziekenhuis verblijft. Daarbij dient de mate van beveiliging afgestemd te worden op de specifieke zorgbehoeften van de patiënten en het ernstig nadeel dat zij zichzelf of anderen kunnen berokkenen. Afhankelijk van de aard en het niveau van zorg en bescherming binnen de afdeling zullen de huisregels in meer of mindere mate beperkingen op kunnen leggen en ook andersoortig kunnen zijn. Vereist blijft dat de huisregels noodzakelijk en proportioneel dienen te zijn. Daarnaast geldt ook nog steeds dat huisregels van algemene aard moeten zijn. Ze zijn geen basis voor het toepassen van individuele dwang, zoals middelen en maatregelen. Zo wordt geborgd dat alle patiënten de behandeling krijgen die zij nodig hebben en dat sprake is van verantwoorde zorg.

Nu deze problematiek voor de praktijk nijpend is, wordt voldoende aanleiding gezien deze uitbreiding van de grondslag voor het opstellen van huisregels reeds nu in het Besluit rechtspositieregelen Bopz door te voeren, vooruitlopend op de vervanging van de Wet Bopz door de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) en de Wet zorg en dwang voor psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd). Die wetten, die op 1 januari 2020 in werking zullen treden, bevatten een vergelijkbare grondslag voor het opstellen van huisregels voor onder meer de veiligheid (artikel 8:15, eerste lid, Wvggz en artikel 45, tweede lid, Wzd).

Deze wijziging van artikel 3 van het Besluit rechtspositieregelen Bopz was eerder opgenomen in het ontwerpbesluit tot wijziging van onder andere het Reglement verpleging ter beschikking gestelden en is in het kader daarvan voor advies voorgelegd aan de Raad voor de rechtspraak (Rvdr), de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NVvR), het openbaar ministerie (OM), de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA), GGZ Nederland en de Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). Er zijn geen opmerkingen over de wijziging gemaakt.

In verband met de verplichte voorhangprocedure, op grond van artikel 72 Wet bopz, is de wijziging thans opgenomen in onderhavig separaat besluit. De voorhang startte op 13 juli 2018. Bij brief van 2 november 2018 zijn de op 21 september van de Tweede Kamer ontvangen vragen beantwoord (Kamerstukken 2018–2019, 25 763, nr. 30).

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

In artikel 3 van het Besluit rechtspositieregelen Bopz is nader bepaald met welk doel psychiatrische ziekenhuizen huisregels, als bedoeld in artikel 37 van de Wet Bopz, kunnen opstellen. Thans is dit beperkt tot «de ordelijke gang van zaken» in het psychiatrisch ziekenhuis. Die grondslag wordt nu uitgebreid door aan artikel 3 expliciet toe te voegen dat de huisregels ook betrekking kunnen hebben op «de veiligheid» in het psychiatrisch ziekenhuis. Deze huisregels dienen passend te zijn bij de doelgroep die in het psychiatrisch ziekenhuis, of een afdeling daarvan, verblijft.

Artikel II

Dit artikel regelt dat dit besluit onmiddellijk inwerking treedt. De behoefte aan aanpassing is zodanig urgent, zoals is toegelicht in het algemeen deel, dat wordt afgeweken van de vaste verandermomenten.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis

Naar boven