Besluit van 7 november 2019 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van enkele artikelen van de Wet basisregistratie ondergrond, de Wet van 27 maart 2019 tot wijziging van de Wet basisregistratie ondergrond (bronhouderschap modellen, kwaliteitscontrole en enkele verbeteringen) (Stb. 2019, 153) en het Besluit van 30 augustus 2019 houdende wijziging van het Besluit basisregistratie ondergrond met betrekking tot het aanwijzen van registratieobjecten (tweede tranche) (Stb. 2019, 292)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 17 oktober 2019, nr. 2019-0000524850;

Gelet op artikel 43 van de Wet basisregistratie ondergrond, artikel II van de Wet van 27 maart 2019 tot wijziging van de Wet basisregistratie ondergrond (bronhouderschap modellen, kwaliteitscontrole en enkele verbeteringen) (Stb. 2019, 153) en artikel II van het Besluit van 30 augustus 2019 houdende wijziging van het Besluit basisregistratie ondergrond met betrekking tot het aanwijzen van registratieobjecten (tweede tranche) (Stb. 2019, 292);

Enig artikel

Met ingang van 1 januari 2020 treden in werking:

  • a. de artikelen 7, 22, 28, 31, 32, tweede lid, 35, 36 en 37 van de Wet basisregistratie ondergrond;

  • b. de Wet van 27 maart 2019 tot wijziging van de Wet basisregistratie ondergrond (bronhouderschap modellen, kwaliteitscontrole en enkele verbeteringen) (Stb. 2019, 153), met uitzondering van artikel I, onderdeel I; en

  • c. het Besluit van 30 augustus 2019 houdende wijziging van het Besluit basisregistratie ondergrond met betrekking tot het aanwijzen van registratieobjecten (tweede tranche) (Stb. 2019, 292).

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 7 november 2019

Willem-Alexander

De Minister voor Milieu en Wonen, S. van Veldhoven-van der Meer

Uitgegeven de zesentwintigste november 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Met dit besluit zal de tweede tranche van de Basisregistratie ondergrond op 1 januari 2020 in werking treden. Deze tranche bestaat uit 3 onderdelen. Ten eerste zullen een aantal artikelen van de Wet basisregistratie ondergrond in werking treden. Dit betreft de artikelen in de wet die over de categorie modellen gaan. Nu er in de tweede tranche ook modellen als registratieobjecten worden aangewezen, treden ook deze artikelen in werking. Het tweede onderdeel van deze tranche betreft de Wet van 27 maart 2019 tot wijziging van de Wet basisregistratie ondergrond (bronhouderschap modellen, kwaliteitscontrole en enkele verbeteringen) (Stb. 2019, 153). Tot slot zal ook het Besluit van 30 augustus 2019 houdende wijziging van het Besluit basisregistratie ondergrond met betrekking tot het aanwijzen van registratieobjecten (tweede tranche) (Stb. 2019, 292) in werking treden op 1 januari 2020. Het voornaamste doel van dit besluit is de aanwijzing van acht registratieobjecten voor de Basisregistratie ondergrond.

De bijbehorende wijziging van de Regeling basisregistratie ondergrond zal eveneens met ingang van 1 januari 2020 in werking treden. Daarin is onder meer de catalogus vastgesteld met eisen en standaarden waaraan gegevens die geregistreerd worden in de Basisregistratie ondergrond ten aanzien van de in het Besluit basisregistratie ondergrond genoemde registratieobjecten moeten voldoen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven