Besluit van 17 april 2019 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 3 april 2019 tot wijziging van de Beginselenwetten, de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, de Wet politiegegevens en enkele andere wetten in verband met het vervoer, het medisch klachtrecht en wijzigingen van technische aard (Stb. 2019, 141)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Rechtsbescherming van 11 april 2019, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 2566830;

Gelet op artikel VI van de Wet van 3 april 2019 tot wijziging van de Beginselenwetten, de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, de Wet politiegegevens en enkele andere wetten in verband met het vervoer, het medisch klachtrecht en wijzigingen van technische aard (Stb. 2019, 141)

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen IIIa tot en met IV van de Wet van 3 april 2019 tot wijziging van de Beginselenwetten, de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, de Wet politiegegevens en enkele andere wetten in verband met het vervoer, het medisch klachtrecht en wijzigingen van technische aard (Stb. 2019, 141) treden in werking met ingang van 1 mei 2019.

Onze Minister voor Rechtsbescherming is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 april 2019

Willem-Alexander

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

Uitgegeven de zesentwintigste april 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van enkele technische wijzigingen, deels ter uitvoering van Europese regelgeving, waarmee spoed is gemoeid en die burgers niet raken, zodat kan worden afgeweken van de vaste verandermomenten.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

Naar boven