Besluit van 17 oktober 2018 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 17 oktober 2018, houdende wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2018, 371)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 16 oktober 2018, nr. WJZ / 18239656;

Gelet op artikel V van de wet van 17 oktober 2018, houdende wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2018, 371);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

• 1. Artikel II, onderdelen A, C, artikel 52a, D, eerste lid, en H van de wet van 17 oktober 2018, houdende wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2018, 371) treden in werking met ingang van de dag na uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit is geplaatst.

• 2. De artikelen I en II, onderdelen C, artikelen 52a, 52c, 52d, D, tweede lid, E, F en G van de wet van 17 oktober 2018, houdende wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2018, 371) treden in werking met ingang van 1 januari 2019.

• 3. De artikelen II, onderdelen B, C, artikel 52b, 52e, 52f, 52g, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, 52h, 52i, III en IV van de wet van 17 oktober 2018, houdende wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2018, 371) treden in werking met ingang van 1 oktober 2019.

Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 17 oktober 2018

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Uitgegeven de negenentwintigste oktober 2018

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Met de wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld worden de procedures over de winning van gas uit het Groningenveld gewijzigd. Deze wet treedt in vier fasen in werking, te weten de dag na uitgifte van het Staatsblad, 1 januari 2019, 1 oktober 2019 en een nog nader te bepalen tijdstip.

Inwerkingtreding op zo kort mogelijke termijn wijkt af van het beleid van de vaste verandermomenten. Het is van belang dat artikel 167c van de Mijnbouwwet zo spoedig mogelijk in werking treedt zodat bij het nemen van het instemmingbesluit met het winningsplan van de vergunninghouder reeds rekening kan worden gehouden met de bijzondere functie die het Groningenveld heeft bij de leveringszekerheid. Op grond van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State moet dit instemmingsbesluit uiterlijk 14 november 2018 zijn genomen. De artikelen die betrekking hebben op de voorbereiding en de vaststelling van de operationele strategie treden eveneens direct in werking. Hierdoor kan tijdig worden begonnen met de voorbereiding van de operationele strategie, die op 1 oktober 2019 gereed moet zijn. Tot slot treden artikel II, onderdelen A en D op deze datum in werking.

Artikel I treedt in werking op 1 januari 2019.

Inwerkingtreding van de overige artikelen wijkt ook af van de vaste verandermomenten. Deze artikelen zien op de uitvoering van de operationele strategie en moeten in werking treden bij aanvang van het gasjaar 2019–2020. Een gasjaar wijkt af van een kalenderjaar en vangt aan op 1 oktober. Inwerkingtreding op een andere datum dan 1 oktober 2019 is niet uitvoerbaar.

In artikel II, onderdelen aA en bA, en artikel IVA wordt artikel 7a van de Mijnbouwwet gewijzigd. In deze wijziging is abusievelijk een deel van de verwijzing naar de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht weggevallen waardoor het niet langer mogelijk zou zijn een vergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht te verlenen voor het veranderen, het veranderen van de werking of het in werking hebben van een mijnbouwwerk. Dit wordt zo spoedig mogelijk hersteld, en hierna zullen deze artikelen in werking treden.

Ook artikel II, onderdeel C, artikel 52g, derde lid, treedt op een nader te bepalen tijdstip in werking.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes