Besluit van 25 september 2018, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II van de wet van 14 april 2016 tot uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169) (Stb. 2016, 215)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 20 september 2018, nr. 2018-0000684460;

Gelet op artikel VI, eerste lid, van de wet van 14 april 2016 tot uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169) (Stb. 2016, 215);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel II van de wet van 14 april 2016 tot uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169) (Stb. 2016, 215) treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 25 september 2018

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Uitgegeven de vijfde oktober 2018

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding per 1 januari 2019 van artikel II van de wet van 14 april 2016 tot uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169) (Stb. 2016, 215).

Artikel II strekt tot wijziging van artikel J 4 van de Kieswet. Deze wijziging regelt dat burgemeester en wethouders er zorg voor dragen dat alle in de gemeente aangewezen stemlokalen zodanig zijn gelegen en zo zijn ingericht en uitgerust dat kiezers met lichamelijke beperkingen zoveel mogelijk hun stem zelfstandig kunnen uitbrengen. Als burgemeester en wethouders hier niet aan voldoen, dienen zij de gemeenteraad te informeren over de reden hiervoor. Het inwerkingtredingsmoment is aangekondigd bij mijn brief van 20 maart 2018 aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2017/18, 31 142, nr. 82).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven