Wet van 21 december 2016, houdende vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2017

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij de wet moet worden vastgesteld en dat in artikel 1 van de Comptabiliteitswet 2001 wordt bepaald welke begrotingen tot die van het Rijk behoren en dat overigens de inrichting van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Infrastructuurfonds moet geschieden met inachtneming van de bepalingen van de Wet op het Infrastructuurfonds (Stb. 1993, 319);

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De bij deze wet behorende begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2017 wordt vastgesteld.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 januari.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te Wassenaar, 21 december 2016

Willem-Alexander

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Uitgegeven de veertiende februari 2017

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok

Vastgestelde begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2017

(bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

12

Hoofdwegennet

3.296.674

2.365.030

126.245

13

Spoorwegen

2.011.156

2.218.915

185.262

14

Regionaal, lokale infrastructuur

52.695

216.332

0

15

Hoofdvaarwegennet

802.092

872.578

93.675

17

Megaprojecten Verkeer en Vervoer

1.318.102

181.174

22.661

18

Overige uitgaven en ontvangsten

84.239

24.292

0

19

Bijdragen andere begrotingen Rijk

   

5.450.478

 

TOTAAL

7.564.958

5.878.321

5.878.321


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 34 550 A

Naar boven