Wet van 21 december 2016 tot wijziging van de Wet opslag duurzame energie in verband met de vaststelling van tarieven voor 2017

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is tarieven voor de opslag duurzame energie op het verbruik van elektriciteit en aardgas voor het jaar 2017 vast te stellen om de verdere stimulering van de productie van duurzame energie te financieren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet opslag duurzame energie wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

a. In het eerste lid, onderdeel a, onder 1°, wordt «in 2015 en € 0,0113 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0113 in 2016 en € 0,0159 in 2017.

b. In het eerste lid, onderdeel a, onder 2°, wordt «in 2015 en € 0,0042 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0042 in 2016 en € 0,0074 in 2017.

c. In het eerste lid, onderdeel a, onder 3°, wordt «in 2015 en € 0,0013 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0013 in 2016 en € 0,0027 in 2017.

d. In het eerste lid, onderdeel a, onder 4°, wordt «in 2015 en € 0,0009 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0009 in 2016 en € 0,0013 in 2017.

e. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «in 2015 en € 0,0113 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0113 in 2016 en € 0,0159 in 2017.

f. In het eerste lid, onderdeel c, onder 1°, wordt «in 2015 en € 0,0018 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0018 in 2016 en € 0,0026 in 2017.

g. In het eerste lid, onderdeel c, onder 2°, wordt «in 2015 en € 0,0021 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0021 in 2016 en € 0,0025 in 2017.

h. In het eerste lid, onderdeel c, onder 3°, wordt «in 2015 en € 0,0013 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0013 in 2016 en € 0,0027 in 2017.

i. In het eerste lid, onderdeel c, onder 4°, wordt «in 2015 en € 0,0009 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0009 in 2016 en € 0,0013 in 2017.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a, wordt «in 2015 en € 0,0056 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0056 in 2016 en € 0,0074 in 2017.

b. In onderdeel b, wordt «in 2015 en € 0,007 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,007 in 2016 en € 0,0123 in 2017.

c. In onderdeel c, wordt «in 2015 en € 0,0019 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,0019 in 2016 en € 0,0033 in 2017.

d. In onderdeel d, wordt «in 2015 en € 0,000084 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,000084 in 2016 en € 0,000131 in 2017.

e. In onderdeel e, wordt «in 2015 en € 0,000084 in 2016» vervangen door: in 2015, € 0,000084 in 2016 en € 0,000131 in 2017.

ARTIKEL II

Deze wet treedt, onder toepassing van artikel 12, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum, in werking met ingang van 1 januari 2017. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2016, treedt zij in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te Wassenaar, 21 december 2016

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Uitgegeven de dertigste december 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 34 497

Naar boven