Besluit van 21 december 2016, houdende vaststelling van het tijdstip van de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel B, en de artikelen II, III en IV van de Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van 20 december 2016, nr. 2016-0000223821

Gelet op artikel V, tweede lid, van de Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel I, onderdeel B, en de artikelen II, III en IV van de Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen treden, onder toepassing van artikel 12, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum, in werking met ingang van 1 januari 2017.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 21 december 2016

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

Uitgegeven de negenentwintigste december 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de vaststelling van het tijdstip van de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel B, en de artikelen II, III en IV van de Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen. Deze artikelen treden in werking met ingang van 1 januari 2017. Met het van toepassing worden van artikel I, onderdeel B, wordt met ingang van 1 januari 2017 een artikel 60a in de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm) geïntroduceerd dat erin voorziet dat het tarief over de eerste 10.000 kWh elektriciteit die wordt geleverd aan een oplaadinstallatie voor elektrische voertuigen die beschikt over een zelfstandige aansluiting, wordt verlaagd tot het tarief dat is opgenomen in de tweede schijf in artikel 59, eerste lid, onderdeel c, tweede aandachtsstreepje, van de Wbm. Met het van toepassing worden van artikel II komt met ingang van 1 januari 2021 het verlaagde tarief voor elektriciteit die wordt geleverd aan een oplaadinstallatie voor elektrische voertuigen die beschikt over een zelfstandige aansluiting, te vervallen. Hiertoe vervalt artikel 60a van de Wbm. Met het van toepassing worden van artikel III wordt het tarief voor de elektriciteit die wordt geleverd aan een oplaadinstallatie voor elektrische voertuigen die beschikt over een zelfstandige aansluiting in de Wet opslag duurzame energie met ingang van 1 januari 2017 op nul gesteld. Met het van toepassing worden van artikel IV komt het nihiltarief in de Wet opslag duurzame energie voor elektriciteit die wordt geleverd aan een oplaadinstallatie voor elektrische voertuigen die beschikt over een zelfstandige aansluiting, met ingang van 1 januari 2021 te vervallen.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

Naar boven