Besluit van 15 november 2016 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 22 juni 2016 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de concentratie van scheepvaartzaken bij de rechtbank Rotterdam (Stb. 2016, 255)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 27 oktober 2016, nr. 2008193, directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel IV van de Wet van 22 juni 2016 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de concentratie van scheepvaartzaken bij de rechtbank Rotterdam (Stb. 2016, 255);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 22 juni 2016 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de concentratie van scheepvaartzaken bij de rechtbank Rotterdam (Stb. 2016, 255) treedt in werking met ingang van 1 januari 2017.

Onze Minister van Veiligheid en Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 15 november 2016

Willem-Alexander

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Uitgegeven de vijfentwintigste november 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven