Besluit van 24 juni 2016 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van enkele artikelen van de Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de totstandkoming van het personenregister kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en de mogelijkheid te komen tot meertalige buitenschoolse opvang (Stb. 2015, 452)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 juni 2016, nr. 2016-0000144309;

Gelet op artikel III van de Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de totstandkoming van het personenregister kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en de mogelijkheid te komen tot meertalige buitenschoolse opvang (Stb. 2015, 452);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel I, onderdelen A, voor zover het betreft de begrippen «beroepskracht meertalige buitenschoolse opvang», «buitenschoolse opvang» en «meertalige buitenschoolse opvang», C, onder 1, CA en Na, van de Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de totstandkoming van het personenregister kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en de mogelijkheid te komen tot meertalige buitenschoolse opvang (Stb. 2015, 452) treden in werking met ingang van 1 september 2016.

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 24 juni 2016

Willem-Alexander

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Uitgegeven de zevende juli 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding met ingang van 1 september 2016 van de artikelen van de Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de totstandkoming van het personenregister kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en de mogelijkheid te komen tot meertalige buitenschoolse opvang (Stb. 2015, 452) die verband houden met de invoering van de mogelijkheid tot het aanbieden van meertalige buitenschoolse opvang. Dit betreft artikel I, onderdelen A, voor zover het betreft de begrippen «beroepskracht meertalige buitenschoolse opvang», «buitenschoolse opvang» en «meertalige buitenschoolse opvang», C, onder 1, en CA. Tevens regelt dit besluit de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel Na. Met dit onderdeel wordt een nieuw tweede lid toegevoegd aan artikel 2.29 waarmee wordt geregeld dat er bij of krachtens algemene maatregel van bestuur voorwaarden kunnen worden gesteld aan de deelname van een experiment. Inwerkingtreding van deze bepaling is noodzakelijk voor de inwerkingtreding van de op dit moment in voorbereiding zijnde algemene maatregel van bestuur waarmee een experiment meertalige dagopvang en meertalig peuterspeelzaalwerk wordt mogelijk gemaakt.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Naar boven