Wet van 1 juni 2016 tot wijziging van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet financiering sociale verzekeringen en enkele andere wetten in verband met verbetering van de hybride markt van de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (Wet verbetering hybride markt WGA)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet financiering sociale verzekeringen en enkele andere wetten te wijzigen om aanpassingen aan te brengen in de publieke financiering van de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten teneinde de hybride markt voor publieke en private verzekeraars te verbeteren;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WET WERK EN INKOMEN NAAR ARBEIDSVERMOGEN

De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 42, eerste lid, wordt «artikel 82, eerste en tweede lid» vervangen door: artikel 82, eerste lid.

B

De artikelen 82 tot en met 84 komen te luiden:

Artikel 82. Afbakening eigenrisico

  • 1. De eigenrisicodrager draagt met inachtneming van artikel 83 het risico van betaling van de WGA-uitkering aan de verzekerde, die op de eerste dag van de bij die uitkering in acht genomen wachttijd tot hem in dienstbetrekking stond dan wel arbeidsongeschikt is geworden nadat de dienstbetrekking met hem is beëindigd en artikel 46 van de Ziektewet van toepassing is, alsmede het risico van betaling van de overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 74, eerste lid, aan de rechthebbende of rechthebbenden, bedoeld in dat lid, indien die wachttijd is ingegaan op of na de dag waarop deze werkgever eigenrisicodrager werd.

  • 2. Indien het eigenrisicodragen eindigt blijft de werkgever het risico, bedoeld in het eerste lid, dragen, voor zover de eerste dag van ongeschiktheid tot werken wegens ziekte is gelegen voor het einde van het eigenrisicodragen.

  • 3. In geval van overgang van een onderneming in de zin van artikel 662 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, alsmede in geval van een dergelijke overgang bij faillissement, wordt het risico van de betaling van de WGA-uitkering aan de verzekerde, die op de eerste dag van de bij die uitkering in acht genomen wachttijd in dienstbetrekking stond tot de werkgever die de onderneming heeft overgedragen, alsmede het risico van betaling van de overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 74, eerste lid, aan de rechthebbende of rechthebbenden, bedoeld in dat lid, in afwijking van het tweede lid gedragen door de werkgever die de onderneming verkrijgt, indien:

    • a. de werkgever die de onderneming overdraagt geen eigenrisicodrager is en de werkgever die de onderneming verkrijgt eigenrisicodrager is of wordt;

    • b. de werkgever die de onderneming overdraagt eigenrisicodrager is; of

    • c. de werkgever die de onderneming overdraagt een werkgever is wiens eigenrisicodragen is beëindigd of geëindigd als bedoeld in het tweede lid.

  • 4. Indien in de situatie, bedoeld in het derde lid, onderdeel a, slechts een deel van de onderneming overgaat, vindt het derde lid, onderdeel a, toepassing naar rato van het deel van de loonsom dat het overgegane deel van de onderneming deel uitmaakte van de gehele onderneming in het kalenderjaar voorafgaande aan dat van overgang.

  • 5. Indien in de situatie, bedoeld in het derde lid, onderdeel b of c, slechts een deel van de onderneming overgaat, blijft het risico van de betaling van de uitkering berusten bij de werkgever die een deel van de onderneming overdraagt.

  • 6. Het eerste lid is niet van toepassing indien de uitkering wordt toegekend aan de verzekerde die in de dienstbetrekking waaruit de WGA-uitkering is ontstaan, recht had op een uitkering op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, 29a, 29b of 29d van de Ziektewet, dan wel indien de uitkering wordt toegekend in aansluiting op een uitkering toegekend op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, of in aansluiting op een periode waarin recht op arbeidsondersteuning op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten bestond.

  • 7. Het eerste lid is niet van toepassing indien de uitkering wordt toegekend aan een werknemer die naar de dienstbetrekking waaruit de uitkering is ontstaan, is toegeleid door het college van burgemeester en wethouders op grond van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet en waarbij bij ziekte van die werknemer de mogelijkheid tot vergoeding als bedoeld in artikel 8a, tweede lid, onderdeel b, van die wet, zoals die luidde op 31 december 2015, van toepassing was.

Artikel 83. Periode van eigenrisicodragen

  • 1. De eigenrisicodrager draagt gedurende een bij ministeriële regeling te bepalen periode nadat het recht op een WGA-uitkering is ontstaan het eigenrisico, bedoeld in artikel 82.

  • 2. Indien een WGA-uitkering wordt toegekend direct aansluitend op een arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt de duur van de arbeidsongeschiktheidsuitkering in mindering gebracht op de periode, bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Indien artikel 24 is toegepast wordt de periode, bedoeld in het eerste lid, bekort met de duur van het verlengde tijdvak, bedoeld in artikel 24, eerste lid.

Artikel 84. Betaling bij eigenrisicodragen

  • 1. De eigenrisicodrager is bevoegd, met inachtneming van artikel 72, de door het UWV toegekende WGA-uitkering en de overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 74, eerste lid, namens het UWV te betalen aan de verzekerde, bedoeld in artikel 82, eerste lid, onderscheidenlijk de rechthebbende of rechthebbenden, bedoeld in artikel 74, eerste lid.

  • 2. De door de eigenrisicodrager op grond van het eerste lid aan de verzekerde betaalde loonaanvullingsuitkering, bedoeld in hoofdstuk 7, en de vervolguitkering, bedoeld in artikel 62, vijfde lid, voor zover die uitkeringen meer bedragen dan hetgeen berekend is op grond van het eerste en vierde lid van dat artikel, alsmede de op grond van enige wet hierover verschuldigde premies die daarop niet in mindering kunnen worden gebracht en de verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage, bedoeld in artikel 42 van de Zorgverzekeringswet, over deze beide uitkeringen, kunnen door hem op het UWV worden verhaald.

  • 3. Indien de eigenrisicodrager de uitkering en de overlijdensuitkering niet betaalt, betaalt het UWV deze uitkering en deze overlijdensuitkering en verhaalt het UWV de uitkering en de overlijdensuitkering, alsmede de op grond van enige wet over deze uitkering en deze overlijdensuitkering verschuldigde premies die niet op deze uitkering en deze overlijdensuitkering in mindering kunnen worden gebracht en de verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage, bedoeld in artikel 42 van de Zorgverzekeringswet, over deze uitkering en deze overlijdensuitkering, op de eigenrisicodrager. Op de eigenrisicodrager wordt evenwel niet verhaald hetgeen deze, als hij de uitkering en de overlijdensuitkering wel had betaald, op grond van het tweede lid op het UWV had kunnen verhalen.

  • 4. Indien de eigenrisicodrager in staat van faillissement is verklaard, of indien ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard, dan wel indien hij ophoudt werkgever te zijn, betaalt het UWV:

    • a. de WGA-uitkering en verhaalt het deze uitkering, alsmede de op grond van enige wet over deze uitkering verschuldigde premies die niet op deze uitkering in mindering kunnen worden gebracht en de verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage, bedoeld in artikel 42 van de Zorgverzekeringswet, over deze uitkering, voor zover deze is betaald over de periode, bedoeld in artikel 83, op de bank of verzekeraar, bedoeld in artikel 40, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen;

    • b. de kosten die rechtstreeks verband houden met de uitvoering van artikel 30a, eerste lid, juncto derde lid, onderdeel c, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en verhaalt het deze kosten op de werkgever, bedoeld in de eerste zin, of de bank of verzekeraar, bedoeld in artikel 40, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de soort en de omvang van de kosten, bedoeld in de eerste zin.

  • 5. In de situatie, bedoeld in artikel 82, vierde lid, berust de betaling van de uitkering bij het UWV. Het UWV verhaalt op de eigenrisicodrager de uitkering, bedoeld in de vorige zin, alsmede de op grond van enige wet over deze uitkering verschuldigde premies die niet op deze uitkering in mindering kunnen worden gebracht en de verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage, bedoeld in artikel 42 van de Zorgverzekeringswet, over deze uitkering.

  • 6. Het UWV kan de in het derde lid bedoelde bedragen invorderen bij dwangbevel.

C

In artikel 86, eerste lid, wordt «artikel 83, derde lid» vervangen door: artikel 84, derde lid.

D

In artikel 89, derde lid, wordt «artikel 83, derde lid» vervangen door: artikel 84, derde lid.

E

In artikel 115 wordt «artikel 83» vervangen door «artikel 84».

F

Aan hoofdstuk 13 wordt een artikel waarvan de nummering aansluit op het laatste artikel van dat hoofdstuk toegevoegd, luidende:

Artikel 133l. Afbakening eigenrisico voor werkgevers die uiterlijk 1 juli 2015 eigenrisicodrager zijn geworden

  • 1. In afwijking van artikel 82, eerste lid, draagt de eigenrisicodrager die uiterlijk op 1 juli 2015 eigenrisicodrager is geworden tot het moment dat dit eigenrisicodragen is beëindigd of geëindigd overeenkomstig artikel 83 het risico van de betaling van de WGA-uitkering aan de verzekerde, die op de eerste dag van de bij die uitkering in acht genomen wachttijd tot hem in dienstbetrekking stond dan wel arbeidsongeschikt is geworden nadat de dienstbetrekking met hem is beëindigd en artikel 46 van de Ziektewet van toepassing is, alsmede het risico van betaling van de overlijdensuitkering, bedoeld in artikel 74, eerste lid, aan de rechthebbende of rechthebbenden, bedoeld in dat lid, ook als die wachttijd is ingegaan voor de dag waarop deze werkgever eigenrisicodrager werd.

  • 2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat voor bepaalde categorieën van eigenrisicodragers de toepassing van het eerste lid beperkt wordt tot een deel van de WGA-uitkeringen.

ARTIKEL II. WET FINANCIERING SOCIALE VERZEKERINGEN

De Wet financiering sociale verzekeringen wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1 worden, onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel x, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

y. WGA-staartlastuitkering:

de WGA-uitkering aan een verzekerde, die op de eerste dag van de bij die uitkering in acht genomen wachttijd tot een eigenrisicodrager in dienstbetrekking stond dan wel arbeidsongeschikt is geworden nadat de dienstbetrekking met hem is beëindigd en artikel 46 van de Ziektewet van toepassing is, waarbij die dag is gelegen vóór de dag van ingang van het eigenrisicodragen, met uitzondering van de uitkeringen, bedoeld in artikel 117b, derde lid, onderdeel h;

z. staartlastenvermogen:

het staartlastenvermogen, genoemd in artikel 113a.

B

In artikel 28, vijfde lid, wordt «artikel 82 juncto 84 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen» vervangen door: artikel 82 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

C

In artikel 33, tweede lid, wordt na «de uitgaven ten laste van de Werkhervattingskas» ingevoegd: , alsmede de financiële middelen voor het vormen en in stand houden van een staartlastenvermogen in de Werkhervattingskas,.

D

In artikel 38, eerste lid, wordt «In dit artikel wordt verstaan onder: categorie werkgevers:» vervangen door: In dit artikel wordt onder categorie werkgevers verstaan:.

E

In artikel 38a, derde lid, wordt «artikel 82 juncto 84 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen» vervangen door: artikel 82 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

F

Artikel 40 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vierde lid wordt na «beëindigd» ingevoegd: of geëindigd.

2. In het zevende lid wordt «artikel 84, derde lid» vervangen door: artikel 82, derde lid.

3. In het dertiende en veertiende lid wordt «artikel 82, eerste lid» vervangen door: artikel 83, eerste lid.

G

In artikel 113a wordt «middelen tot dekking van de uitgaven» vervangen door: financiële middelen tot dekking van de uitgaven alsmede de financiële middelen benodigd voor het vormen en in stand houden van een staartlastenvermogen,.

H

In artikel 115, eerste lid, onderdeel o, wordt «artikel 83, tweede lid» vervangen door artikel 84, tweede lid.

I

In artikel 117a, onderdeel b, wordt «83, derde lid, 84, tweede en vierde lid» vervangen door: 82, vierde en vijfde lid, 84, derde lid.

J

Artikel 117b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «artikel 82» vervangen door «artikel 83» en wordt na «te rekenen vanaf die dag» ingevoegd: , met dien verstande dat de WGA-staartlastuitkeringen en de uitvoeringskosten en andere kosten in verband met deze uitkeringen ten laste komen van het staartlastenvermogen.

2. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel b wordt «artikel 83, derde lid» vervangen door: artikel 84, derde lid.

b. In onderdeel h wordt «artikel 84, achtste lid» vervangen door «artikel 133l, tweede lid» en wordt na «eigenrisicodragers» ingevoegd , met dien verstande dat het eerste lid van toepassing is op een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur bepaald deel van die uitkeringen.

ARTIKEL III. BURGERLIJK WETBOEK

In artikel 631, derde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt «artikel 83 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen» vervangen door: artikel 84 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

ARTIKEL IV. WERKLOOSHEIDSWET

In artikel 11, derde lid, van de Werkloosheidswet wordt «artikel 82 juncto 84 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen» vervangen door: artikel 82 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

ARTIKEL V. WET OP DE MEDISCHE KEURINGEN

In artikel 4, vijfde lid, van de Wet op de medische keuringen wordt «artikel 83» vervangen door: artikel 84.

ARTIKEL VI. WET STRUCTUUR UITVOERINGSORGANISATIE WERK EN INKOMEN

De Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 30a, derde lid, onderdeel c, wordt «artikel 82, eerste en tweede lid» vervangen door «artikel 82, eerste lid» en wordt «of 84, tweede of achtste lid» vervangen door «82, tweede lid, of 133l, tweede lid».

B

In artikel 32, vierde lid, wordt «artikel 82, eerste lid, onderdeel b» vervangen door: artikel 82, eerste lid.

ARTIKEL VII. ZIEKTEWET

De Ziektewet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 11, vierde lid, wordt «artikel 82 juncto 84 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen» vervangen door: artikel 82 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

B

In artikel 73b wordt «een in artikel 38, derde of vierde lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, bedoelde opslag of korting» vervangen door: de opslag of korting, bedoeld in de artikelen 38, derde of vierde lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen.

ARTIKEL VIII. WET TOT WIJZIGING VAN DE PARTICIPATIEWET, DE ZIEKTEWET, DE WET WERK EN INKOMEN NAAR ARBEIDSVERMOGEN EN DE WET FINANCIERING SOCIALE VERZEKERINGEN IN VERBAND MET HARMONISATIE VAN INSTRUMENTEN TER BEVORDERING VAN ARBEIDSDEELNAME VAN ARBEIDSBEPERKTEN

In artikel VI van de wet tot wijziging van de Participatiewet, de Ziektewet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met harmonisatie van instrumenten ter bevordering van arbeidsdeelname van arbeidsbeperkten wordt «artikel 82, vijfde lid» vervangen door «artikel 82, zevende lid» en wordt de aanduiding «5.» vervangen door «7.».

ARTIKEL IX. CITEERTITEL

Deze wet wordt aangehaald als: Wet verbetering hybride markt WGA.

ARTIKEL X. INWERKINGTREDING

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. In dat besluit wordt zo nodig toepassing gegeven aan artikel 12 van de Wet raadgevend referendum.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te Wassenaar, 1 juni 2016

Willem-Alexander

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Uitgegeven de zeventiende juni 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 34 336

Naar boven