Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 maart 2012
Tijdens de regeling van werkzaamheden van uw Kamer van 29 februari 2012 heeft het
lid Çörüz (CDA) verzocht om een brief vóór het AO JBZ-raad van woensdag 7 maart 2012
over Oost-Europese bendes die winkels plunderen. Tijdens het AO over georganiseerde
criminaliteit van 15 december 2011 (Kamerstuk 29 911, nr. 60) heb ik uw Kamer toegezegd vóór 1 april 2012 een brief over rondtrekkende dadergroepen
toe te zenden waarin ik zal ingaan op de internationale opsporing en vervolging van
daders. Vooruitlopend op deze brief stuur ik u onderstaand bericht.
In mijn brief aan uw Kamer van 13 februari jl. (Kamerstukken II, 2011–2012, 28 684, nr. 337) heb ik u geïnformeerd over het nieuwe actieplan «Criminaliteit tegen bedrijven».
Dit actieplan is opgesteld om Nederland veiliger te maken en een bijdrage te leveren
aan het realiseren van een veilige werkomgeving en van een optimaal ondernemersklimaat.
Onderdeel van dit actieplan vormt de aanpak van rondtrekkende dadergroepen die onder
meer tal van winkeldiefstallen plegen.
Nationale aanpak rondtrekkende daders
De hoofdlijnen van de nationale aanpak zijn neergelegd in het convenant dat op 27 februari
door mij en Detailhandel Nederland is ondertekend. De ondertekening markeert het einde
van de proeftuin mobiele bendes waarbij een drietal grootwinkelbedrijven hun informatie
en beeldmateriaal over mogelijke bendes aan de KLPD beschikbaar stelt. Over deze werkwijze is uw Kamer geïnformeerd bij brief van 17 januari 2011 (Kamerstukken II, 2010–2011,
28 684, nr. 301). Die aanpak bleek duidelijk meerwaarde te hebben, zodat na afronding van de pilot
in 2011 is besloten de werkwijze uit te breiden. Inmiddels hebben zich drie nieuwe
grootwinkelbedrijven aangesloten bij de verstrekking van informatie en beeldmateriaal
aan de politie.
In het convenant zijn zeven hoofdlijnen voor de integrale aanpak van rondtrekkende
dadergroepen vastgelegd. De acties hebben betrekking op analyse, preventie, opsporing,
vervolging en bestuurlijke maatregelen tegen «facilitators» (heling, verblijf, vervoer)
voor het kunnen plegen van criminaliteit in georganiseerd verband. Uiterlijk 1 mei
2012 zijn alle acties uit het convenant uitgewerkt en start de uitvoering. In het
kader van het actieplan «Criminaliteit tegen bedrijven» zal ik de vorderingen nauwlettend volgen. De overeengekomen maatregelen moeten uiterlijk 1 mei 2015 uitgevoerd
zijn.
Europese aanpak
Ook andere Europese landen worden geconfronteerd met rondtrekkende dadergroepen die
winkels leegroven, inbraken plegen, auto’s stelen en allerlei andere vermogensdelicten
plegen. Het betreft hier vaak grensoverschrijdende criminaliteit die lastig is te
bestrijden doordat de daders na de delictpleging de grens weer overtrekken. Internationale
samenwerking is dus geboden. Slimme methoden zijn nodig om de pakkans te vergroten.
Op Europees niveau zijn vorig jaar afspraken gemaakt over onder meer analyse door
Europol, het stimuleren van bestuurlijke maatregelen en betere samenwerking in de
opsporing en vervolging. In Europa worden thans operationele plannen uitgewerkt om
de bendes te bestrijden en Nederland doet daar actief aan mee. Zoals ik in het AO
over georganiseerde criminaliteit van 15 december 2011 uw Kamer heb toegezegd, stuur
ik u vóór 1 april 2012 een brief over rondtrekkende dadergroepen, waarin ik nader
zal ingegaan op de internationale opsporing en vervolging van deze daders (Kamerstukken
II, 2011–2012, 29 911, nr. 60).
De minister van Veiligheid en Justitie,
I. W. Opstelten