24 036 Marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit

Nr. 376 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2010

Hierbij zend ik u een brief over de benzinemarkt waarin ik mijn eerdere toezegging gestand doe uw Kamer nader te informeren over de resultaten van mijn consultatie van de sector om te komen tot een betere prijstransparantie.

Op 22 oktober 2009 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de resultaten van nader onderzoek naar de hoogte en totstandkoming van Nederlandse benzineprijzen.1

Ik heb daarbij aangegeven in te willen zetten op een verdere verbetering in de «online» beschikbaarheid van complete en betrouwbare informatie over actuele benzineprijzen aan de pomp. Een grotere prijstransparantie stelt de prijsbewuste weggebruiker in staat om gemakkelijk over de juiste informatie te beschikken en weloverwogen te kunnen besluiten waar hij gaat tanken. Om een structurele verbetering te bereiken heb ik brancheverenigingen van tankstationexploitanten en oliemaatschappijen verzocht hun leden te vragen mee te denken over concrete verbeteringen in het aanbod van online prijsinformatie op de benzinemarkt.2 Daarnaast heb ik met een aantal grote oliemaatschappijen gesprekken gevoerd, alsook met overige stakeholders die een rol kunnen spelen bij een verbetering van de transparantie, waaronder aanbieders van navigatiesystemen, softwareontwikkelaars, data aggregators en consumentenorganisaties.

Ik heb helaas moeten vaststellen dat er bij tankstationexploitanten en oliemaatschappijen onvoldoende bereidheid bestaat om voor de gehele sector vrijwillig te komen tot een verbetering van prijstransparantie op de benzinemarkt. De route van vrijwillige afspraken over een verbeteringspad, al dan niet vastgelegd in de vorm van bijvoorbeeld een convenant, acht ik daarmee afgesloten. Een belangrijke constatering die ik opmaak uit de gesprekken met overige stakeholders, is dat de beperkte beschikbaarheid van actuele prijzen aan de pomp momenteel nog als het voornaamste knelpunt wordt ervaren bij het uitrollen van volledig marktdekkende prijsvergelijkingsdiensten.

Ik ben evenwel van mening dat nadere maatregelen vanuit de overheid gericht op het verbeteren van prijstransparantie op de benzinemarkt niet passen bij de demissionaire status van het kabinet. Ik laat een besluit over het nemen van aanvullende maatregelen op dit punt derhalve aan een volgend kabinet en zal bovengenoemd knelpunt meegeven aan mijn ambtsopvolger.

De minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven


XNoot
1

Kamerstukken II 2009/10, 24 036, nr. 367.

XNoot
2

Hierbij is een beroep gedaan op onder meer de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie (VNPI), de Belangenvereniging Tankstations (BETA), de Vereniging Particuliere Rijkswegvergunningen (VPR) en de BOVAG.

Naar boven