Besluit van 17 oktober 2013 tot wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met implementatie van richtlijnen nr. 2012/36/EU en nr. 2013/47/EU

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van 16 juli 2013, nr. IenM/BSK-2013/132107, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op richtlijn nr. 2012/36/EU van de Commissie van 19 november 2012 tot wijziging van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU L 321), richtlijn nr. 2013/47/EU van de Commissie van 2 oktober 2013 tot wijziging van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU L 261), richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU L 403) en de artikelen 111, eerste lid, onderdeel b, 113, eerste lid, 116, eerste lid, en 118, derde lid, van de Wegenverkeerswet 1994;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 4 september 2013, nr. W14.13.0228/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van 16 oktober 2013, nr. IenM/BSK-2013/240287, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Reglement rijbewijzen wordt als volgt gewijzigd:

A

Onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 1, onderdeel z, door een puntkomma worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

aa: motorrijtuig met handschakeling:

motorrijtuig, met een koppeling, die door de bestuurder moet worden bediend om weg te rijden, te stoppen en te schakelen;

ab: motorrijtuig met automatische schakeling:

motorrijtuig, niet zijnde een motorrijtuig met handschakeling, al dan niet voorzien van een schakelaar of een hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, subonderdeel I, onder 2°, wordt «voor de rijbewijscategorie A» vervangen door: ten behoeve van de rijbewijscategorie A.

2. In het tweede lid, onderdeel a, subonderdeel I, onder 3° en 4°, wordt «een rijbewijs A1» telkens vervangen door «een geldig rijbewijs A1» en wordt «zonder handbediende koppelingshendel» telkens vervangen door: met automatische schakeling.

3. Het derde lid, onderdeel a, subonderdeel I, komt te luiden:

  • I. die bestuurder in het bezit is van een van de volgende documenten:

    • 1°. een geldig rijbewijs A1;

    • 2°. een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland;

    • 3°. een niet langer dan een jaar en zes maanden tevoren afgegeven theoriecertificaat ten behoeve van de rijbewijscategorie A;

    • 4°. een door het daartoe bevoegde militaire gezag niet langer dan een jaar en zes maanden tevoren afgegeven theoriecertificaat ten behoeve van de rijbewijscategorie A;

    • 5°. een geldig rijbewijs A2 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling;

    • 6°. een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling;

    • 7°. een geldig rijbewijs B;

    • 8°. een geldig rijbewijs B, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland;.

4. In het vierde lid, onderdeel a, subonderdeel II, onder 3° en 4°, wordt «een rijbewijs A» telkens vervangen door «een geldig rijbewijs A» en wordt «zonder handbediende koppelingshendel» telkens vervangen door: met automatische schakeling.

5. In het vierde lid, onderdeel a, subonderdeel II, wordt de tweede aanduiding «8°» vervangen door: 10°.

6. In het vijfde lid wordt na «tweede lid, onderdeel a,» ingevoegd: derde lid, onderdeel a,.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het zesde en zevende lid wordt na «Zwitserland» telkens ingevoegd: , dan wel over een door het daartoe bevoegde gezag in Nederland afgegeven rijbewijs voor die categorie dat is verkregen door omwisseling overeenkomstig artikel 45.

2. In het achtste lid wordt na «een motorrijtuig van de categorie A» ingevoegd «, niet zijnde een driewielig motorrijtuig van die categorie,» en wordt na «Zwitserland» ingevoegd: , dan wel over een door het daartoe bevoegde gezag in Nederland afgegeven rijbewijs voor die categorie dat is verkregen door omwisseling overeenkomstig artikel 45.

3. Onder vernummering van het negende lid tot tiende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 9. In afwijking van het eerste lid, onderdeel d, geldt voor bestuurders van een driewielig motorrijtuig van de categorie A de minimumleeftijd van 21 jaren, indien zij beschikken over een geldig rijbewijs voor de categorie A, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dan wel over een door het daartoe bevoegde gezag in Nederland afgegeven rijbewijs voor die categorie dat is verkregen door omwisseling overeenkomstig artikel 45.

D

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste en tweede lid worden vernummerd tot respectievelijk tweede en vierde lid.

2. Er wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 1. De in artikel 5, eerste lid, genoemde minimumleeftijden gelden ook voor degene aan wie rijonderricht in de zin van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 wordt gegeven.

3. Het tweede lid (nieuw) komt te luiden:

  • 2. In afwijking van het eerste lid geldt de in artikel 5, eerste lid, onderdeel b, genoemde leeftijd van 18 jaren niet voor zover degene aan wie rijonderricht wordt gegeven voor de rijbewijscategorie A1 de leeftijd van 17 jaren heeft bereikt.

4. Er wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het eerste lid geldt de in artikel 5, eerste lid, onderdeel c, genoemde leeftijd van 20 jaren niet voor zover degene aan wie rijonderricht wordt gegeven voor de rijbewijscategorie A2 de leeftijd van 19 jaren heeft bereikt en in het bezit is van een rijbewijs voor de categorie A1, dan wel een rijbewijs van de categorie A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland.

5. Het vierde lid (nieuw), aanhef, komt te luiden: In afwijking van het eerste lid geldt de in artikel 5, eerste lid, onderdelen g en h, genoemde leeftijd van 18, respectievelijk 21 jaren niet voor zover:.

E

Artikel 7, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel c wordt na «voor een andere rijbewijscategorie» ingevoegd: dan de categorie A1, A2 of A.

2. In onderdeel e, onder 3° en 4°, wordt «een rijbewijs A1» telkens vervangen door «een geldig rijbewijs A1» en wordt «zonder handbediende koppelingshendel» telkens vervangen door: met automatische schakeling.

3. Onderdeel f komt te luiden:

  • f. degene aan wie rijonderricht wordt gegeven voor de categorie A2, dient in het bezit te zijn van een van de volgende documenten:

    • 1°. een geldig rijbewijs A1;

    • 2°. een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland;

    • 3°. een niet langer dan een jaar en zes maanden tevoren afgegeven theoriecertificaat ten behoeve van de rijbewijscategorie A;

    • 4°. een door het daartoe bevoegde militaire gezag niet langer dan een jaar en zes maanden tevoren afgegeven theoriecertificaat ten behoeve van de rijbewijscategorie A;

    • 5°. een geldig rijbewijs A2 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling;

    • 6°. een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling;

    • 7°. een geldig rijbewijs B;

    • 8°. een geldig rijbewijs B, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland;.

4. In onderdeel g, subonderdeel II, onder 7° en 8°, wordt «een rijbewijs A» telkens vervangen door «een geldig rijbewijs A» en wordt «zonder handbediende koppelingshendel» vervangen door: met automatische schakeling.

F

In artikel 7a, tweede lid, onderdeel a, wordt «indien het motorrijtuig niet is voorzien van een koppelingspedaal,» vervangen door: indien het een motorrijtuig met automatische schakeling betreft,.

G

In artikel 8, onderdeel a, wordt «indien het motorrijtuig is voorzien van een koppelingspedaal,» vervangen door: indien het een motorrijtuig met handschakeling betreft,.

H

Artikel 9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt «indien het motorrijtuig is voorzien van een koppelingspedaal,» vervangen door: indien het een motorrijtuig met handschakeling betreft,.

2. In onderdeel e wordt «in een motorrijtuig zonder koppelingspedaal» vervangen door: in een motorrijtuig met automatische schakeling.

I

Artikel 17, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Aan de aanvrager van een rijbewijs, die blijkens de ten behoeve van hem in het rijbewijzenregister geregistreerde verklaring van rijvaardigheid het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig met automatische schakeling, dan wel blijkens de ten behoeve van hem in het rijbewijzenregister geregistreerde verklaring van geschiktheid slechts een motorrijtuig mag besturen met automatische schakeling, wordt een rijbewijs afgegeven dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van de in de verklaring van rijvaardigheid of de verklaring van geschiktheid genoemde rijbewijscategorie met automatische schakeling. In het rijbewijs is deze beperking aangeduid met een bij ministeriële regeling vastgestelde codering.

J

Artikel 18 komt te luiden:

Artikel 18

  • 1. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs voor de categorie A1, respectievelijk A2, dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd op een motorrijtuig van de desbetreffende categorie met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de categorie A2, respectievelijk voor de categorie A, waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen heeft afgelegd op een motorrijtuig van de categorie A2, respectievelijk van de categorie A, met handschakeling, tevens een rijbewijs voor de categorie A1, respectievelijk voor de categorieën A1 en A2, afgegeven zonder dat voor die categorie of categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 2. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs voor de categorie A1, dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd op een motorrijtuig van de desbetreffende categorie met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de categorie A, waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen heeft afgelegd op een motorrijtuig van de categorie A, met handschakeling, tevens een rijbewijs voor de categorieën A1 en A2 afgegeven, zonder dat voor die categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 3. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs B dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de rijbewijscategorie BE, C1, C1E, C of CE waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen voor die categorie heeft afgelegd in een motorrijtuig met handschakeling, een rijbewijs afgegeven voor het besturen van de betrokken categorieën van motorrijtuigen, zonder dat voor een van die categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 4. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs B dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de rijbewijscategorie BE, D1, D1E, D of DE waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen voor die categorie heeft afgelegd in een motorrijtuig met handschakeling, een rijbewijs afgegeven voor het besturen van de betrokken categorieën van motorrijtuigen, zonder dat voor een van die categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 5. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs C1, respectievelijk C, dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de rijbewijscategorie C1E, C of CE, respectievelijk CE, waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen voor die categorie heeft afgelegd in een motorrijtuig met handschakeling, een rijbewijs afgegeven voor het besturen van de betrokken categorieën van motorrijtuigen, zonder dat voor een van die categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 6. Onverminderd artikel 17 wordt aan de aanvrager die in het bezit is van een rijbewijs D1, respectievelijk D, dat is voorzien van een bij ministeriële regeling vastgestelde codering waaruit blijkt dat de houder van dat rijbewijs het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig met automatische schakeling, en ten behoeve van wie in het rijbewijzenregister een verklaring van rijvaardigheid is geregistreerd voor de rijbewijscategorie D1E, D of DE, respectievelijk DE, waaruit blijkt dat hij het praktijkexamen voor die categorie heeft afgelegd in een motorrijtuig met handschakeling, een rijbewijs afgegeven voor het besturen van de betrokken categorieën van motorrijtuigen, zonder dat voor een van die categorieën een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 7. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt met een rijbewijs voor de categorie A1 of A2 als daar bedoeld gelijkgesteld een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland aan de aanvrager afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A1 of A2.

  • 8. Voor de toepassing van het derde en vierde lid wordt met een rijbewijs voor de categorie B als daar bedoeld gelijkgesteld:

    • a. een rijbewijs B dat zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur;

    • b. een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland aan de aanvrager afgegeven geldig rijbewijs B.

  • 9. Voor de toepassing van het vijfde lid wordt met een rijbewijs C1 of C als daar bedoeld gelijk gesteld een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland aan de aanvrager afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie C1 of C.

  • 10. Voor de toepassing van het zesde lid wordt met een rijbewijs D1 of D als daar bedoeld gelijkgesteld een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland aan de aanvrager afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie D1 of D.

K

Na artikel 18 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 18a

  • 1. In afwijking van artikel 17 wordt aan de aanvrager die:

    • a. in het bezit is van een rijbewijs B dat geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met handschakeling,

    • b. blijkens de geregistreerde verklaring van rijvaardigheid het praktijkexamen voor de categorie C, CE, D of DE heeft afgelegd in een motorrijtuig van die categorie met automatische schakeling, dat is voorzien van een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig, en

    • c. bij dat praktijkexamen heeft voldaan aan bij ministeriële regeling gestelde voorwaarden,

    een rijbewijs afgegeven dat tevens geldig is voor de categorie C, CE, D of DE zonder dat voor die categorie een beperking tot motorrijtuigen met automatische schakeling geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel a, wordt met een rijbewijs B dat in het bezit is van de in de aanhef bedoelde aanvrager gelijkgesteld een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland aan de aanvrager afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie B.

L

Na artikel 22 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 22a

  • 1. Aan de aanvrager van een rijbewijs op grond van artikel 45 die beschikt over een rijbewijs C1 respectievelijk C1E, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat blijkens de daarop aangegeven codering niet de bevoegdheid geeft tot het besturen van een motorrijtuig van de categorie C1 respectievelijk C1 en C1E dat onder Verordening (EEG) nr. 3821/85 valt, wordt een rijbewijs C1 respectievelijk C1E afgegeven dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie C1 respectievelijk C1 en C1E die niet onder de werking van die verordening vallen. Deze beperking is aangeduid met een bij ministeriële regeling vastgestelde codering.

  • 2. Aan de aanvrager van een rijbewijs C1 of C die in het bezit is van een rijbewijs C1 als bedoeld in het eerste lid wordt, indien ten behoeve van hem in het rijbewijzenregister een verklaring van vakbekwaamheid is geregistreerd voor de categorie C1 of C, een rijbewijs C1 of C afgegeven, zonder dat daarbij ten aanzien van categorie C1 de in het eerste lid bedoelde codering wordt vermeld.

M

Artikel 53 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. Het onderzoek naar de rijvaardigheid voor de rijbewijscategorie A2 bestaat uit:

    • a. een praktijkexamen waarbij wordt getoetst op zowel voertuigbeheersing als verkeersdeelneming, indien de aanvrager op de datum van het praktijkexamen:

      • 1°. ten minste twee jaar beschikt over een hem afgegeven rijbewijs voor de categorie A1, of

      • 2°. ten minste twee jaar beschikt over een aan hem door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A1;

    • b. een praktijkexamen voertuigbeheersing en een praktijkexamen verkeersdeelneming, indien de aanvrager op de datum van het praktijkexamen voertuigbeheersing:

      • 1°. nog geen twee jaar beschikt over een aan hem afgegeven rijbewijs voor de categorie A1, of

      • 2°. nog geen twee jaar beschikt over een aan hem door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A1;

    • c. een theorie-examen ten behoeve van de categorie A, een praktijkexamen voertuigbeheersing en een praktijkexamen verkeersdeelneming, indien de aanvrager op de datum van het praktijkexamen voertuigbeheersing niet voldoet aan de in de onderdelen a of b bedoelde voorwaarden.

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. Het onderzoek naar de rijvaardigheid voor de rijbewijscategorie A bestaat uit:

    • a. een praktijkexamen waarbij wordt getoetst op zowel voertuigbeheersing als verkeersdeelneming, indien de aanvrager op de datum van het praktijkexamen:

      • 1°. ten minste twee jaar beschikt over een aan hem afgegeven rijbewijs voor de categorie A2, of

      • 2°. ten minste twee jaar beschikt over een aan hem door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A2;

    • b. een praktijkexamen voertuigbeheersing en een praktijkexamen verkeersdeelneming, indien de aanvrager 24 jaar of ouder is en op de datum van het praktijkexamen voertuigbeheersing:

      • 1°. beschikt over een aan hem afgegeven rijbewijs voor de categorie A1,

      • 2°. beschikt over een aan hem door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A1,

      • 3°. nog geen twee jaar beschikt over een aan hem afgegeven rijbewijs voor de categorie A2, of

      • 4°. nog geen twee jaar beschikt over een aan hem door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland afgegeven geldig rijbewijs voor de categorie A2;

    • c. een theorie-examen ten behoeve van de categorie A, een praktijkexamen voertuigbeheersing en een praktijkexamen verkeersdeelneming, indien de aanvrager 24 jaar of ouder is en op de datum van het praktijkexamen voertuigbeheersing niet voldoet aan de in de onderdelen a of b bedoelde voorwaarden.

3. Onder vernummering van het tiende en elfde lid tot elfde en twaalfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 10. In afwijking van het tweede, derde en vierde lid, bestaat het onderzoek naar de rijvaardigheid voor respectievelijk de categorieën A1, A2 en A uit een praktijkexamen verkeersdeelneming voor de desbetreffende categorie, indien de aanvrager beschikt over:

    • a. een geldig rijbewijs voor dezelfde categorie als waarop de aanvraag betrekking heeft, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling, of

    • b. een geldig rijbewijs voor dezelfde categorie als waarop de aanvraag betrekking heeft, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

4. In het elfde lid (nieuw) wordt na «categorie C1» ingevoegd: , met uitzondering van een rijbewijs voor de categorie C1 dat blijkens de daarop aangegeven codering niet de bevoegdheid geeft tot het besturen van een motorrijtuig van de categorie C1 dat onder Verordening (EEG) nr. 3821/85 valt,.

5. In het twaalfde lid (nieuw) wordt «tiende lid» vervangen door: elfde lid.

N

Aan artikel 63 wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Het derde lid is niet van toepassing op aanvragers die in het bezit zijn van een rijbewijs C1 dat blijkens de daarop aangegeven codering niet de bevoegdheid geeft tot het besturen van een motorrijtuig van de categorie C1 dat onder Verordening (EEG) nr. 3821/85 valt, respectievelijk een rijbewijs C1 afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland dat blijkens de daarop aangegeven codering niet de bevoegdheid geeft tot het besturen van een motorrijtuig van de categorie C1 dat onder Verordening (EEG) nr. 3821/85 valt.

O

Artikel 67a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «ten behoeve van de rijbewijscategorie» aan het slot van dat onderdeel vervangen door: ten behoeve van de rijbewijscategorie A.

2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «te over te leggen» vervangen door: over te leggen.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. Het eerste lid, onderdeel a, geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen reeds beschikt over:

    • a. een geldig rijbewijs A1 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met automatische schakeling, of

    • b. een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met automatische schakeling.

4. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Het tweede lid geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen in het bezit is van:

    • a. een geldig rijbewijs A1 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met automatische schakeling, of

    • b. een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

P

Artikel 67b komt te luiden:

Artikel 67b

  • 1. Voor de toelating tot het praktijkexamen voor de rijbewijscategorie A2 moet zijn voldaan aan de volgende eisen:

    • a. de aanvrager dient niet langer dan een jaar en zes maanden voor de dag van het examen te zijn geslaagd voor het theorie-examen ten behoeve van de rijbewijscategorie A of dient aan te tonen dat hij beschikt over een door het daartoe bevoegde militaire gezag niet langer dan een jaar en zes maanden voor de dag van het praktijkexamen afgegeven theoriecertificaat ten behoeve van de rijbewijscategorie A;

    • b. de aanvrager dient bij de aanvraag een op zijn naam gesteld identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder 1°, 2° of 3°, van de Wet op de identificatieplicht over te leggen, dan wel een eerder aan de aanvrager afgegeven rijbewijs dat hetzij nog geldig is hetzij zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur.

  • 2. Indien de aanvraag betrekking heeft op het praktijkexamen verkeersdeelneming voor de rijbewijscategorie A2 moet de aanvrager tevens niet langer dan een jaar voor de dag van dat examen zijn geslaagd voor het praktijkexamen voertuigbeheersing voor die categorie.

  • 3. Voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel a, wordt, voor zover het de toelating tot het praktijkexamen voertuigbeheersing voor de rijbewijscategorie A2 betreft, met de registratie dat de aanvrager is geslaagd voor het theorie-examen ten behoeve van de rijbewijscategorie A gelijkgesteld:

    • a. een geldig rijbewijs B, of

    • b. een geldig rijbewijs B, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland.

  • 4. Het eerste lid, onderdeel a, geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen in het bezit is van:

    • a. een rijbewijs voor de categorie A1,

    • b. een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of in Zwitserland,

    • c. een geldig rijbewijs A2 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling, of

    • d. een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of in Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

  • 5. Het tweede lid geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen:

    • a. ten minste twee jaar in het bezit is van een rijbewijs A1,

    • b. ten minste twee jaar in het bezit is van een geldig rijbewijs A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland,

    • c. in het bezit is van een geldig rijbewijs A2 dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met automatische schakeling, of

    • d. in het bezit is van een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

Q

Artikel 67c wordt als volgt gewijzigd:

1. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. Het eerste lid, onderdeel a, geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen:

    • a. in het bezit is van een rijbewijs voor de categorie A1 en de leeftijd van 24 jaren heeft bereikt;

    • b. in het bezit is van een geldig rijbewijs voor de categorie A1, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland en de leeftijd van 24 jaren heeft bereikt;

    • c. ten minste twee jaar in het bezit is van een geldig rijbewijs A2;

    • d. ten minste twee jaar in het bezit is van een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland;

    • e. in het bezit is van een rijbewijs A2 en de leeftijd van 24 jaren heeft bereikt;

    • f. in het bezit is van een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland en de leeftijd van 24 jaren heeft bereikt;

    • g. reeds in het bezit is van een geldig rijbewijs A dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling;

    • h. reeds in het bezit is van een geldig rijbewijs A, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

2. Het vijfde lid komt te luiden:

  • 5. Het tweede lid geldt niet, indien de aanvrager aantoont dat hij op de datum van het praktijkexamen:

    • a. ten minste twee jaar in het bezit is van een geldig rijbewijs A2,

    • b. ten minste twee jaar in het bezit is van een geldig rijbewijs A2, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland,

    • c. in het bezit is van een geldig rijbewijs A dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met automatische schakeling, of

    • d. in het bezit is van een geldig rijbewijs A, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dat slechts geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van deze categorie met automatische schakeling.

R

In de artikelen 67d, eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, 67e, eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, 67f, eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, 67g, eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, en 67h, eerste lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, wordt «zonder koppelingspedaal» telkens vervangen door: met automatische schakeling.

S

Artikel 71 komt te luiden:

Artikel 71

  • 1. De in artikel 53, tweede en tiende lid (nieuw), bedoelde praktijkexamens voor de rijbewijscategorie A1 bestaan uit het afleggen van een rijproef met een motorrijtuig op twee wielen van de categorie A1, zonder zijspan, met een cilinderinhoud van ten minste 120 cm3, dat een snelheid kan bereiken van ten minste 90 km/u, dan wel, indien het gaat om een motorrijtuig op twee wielen van de categorie A1, zonder zijspan, met een volledig elektrische aandrijving, met een zodanig motorrijtuig met een maximumvermogen van minder dan 11 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van ten minste 0,08 kW per kg en dat een snelheid kan bereiken van ten minste 90 km/u.

  • 2. De in artikel 53, derde en tiende lid (nieuw), bedoelde praktijkexamens voor de rijbewijscategorie A2 bestaan uit het afleggen van een rijproef met een motorrijtuig op twee wielen van de categorie A2, zonder zijspan, met een vermogen van ten minste 20 kW en ten hoogste 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,2 kW/kg, dan wel, indien het gaat om een motorrijtuig op twee wielen van de categorie A2, zonder zijspan, met een volledig elektrische aandrijving, met een zodanig motorrijtuig met een maximumvermogen van ten minste 20 kW en ten hoogste 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van ten minste 0,15 kW/kg.

  • 3. De in artikel 53, vierde en tiende lid (nieuw), bedoelde praktijkexamens voor de rijbewijscategorie A bestaan uit het afleggen van een rijproef met een motorrijtuig op twee wielen van de categorie A, zonder zijspan, met een ongeladen massa van ten minste 180 kg en met een vermogen van ten minste 50 kW, dan wel, indien het gaat om een motorrijtuig van de categorie A op twee wielen, zonder zijspan, met een volledig elektrische aandrijving, met een zodanig motorrijtuig met een maximumvermogen van ten minste 50 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van ten minste 0,25 kW/kg.

T

In artikel 73 wordt na «een versnellingsbak met ten minste acht voorwaartse versnellingen,» ingevoegd: waarbij de versnelling door de bestuurder met de hand wordt bediend,.

U

Artikel 73 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien het een praktijkexamen betreft voor de rijbewijscategorie C met het oog op de aanvraag van een rijbewijs voor die categorie, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, is het in het eerste lid bedoelde motorrijtuig voorzien van een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

V

Artikel 74 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien het een praktijkexamen betreft voor de rijbewijscategorie D met het oog op de aanvraag van een rijbewijs voor die categorie, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, is het in het eerste lid bedoelde motorrijtuig voorzien van een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

W

Aan artikel 76 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien het een praktijkexamen betreft voor de rijbewijscategorie E bij C met het oog op de aanvraag van een rijbewijs voor die categorie, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, is het in het eerste lid bedoelde trekkend motorrijtuig voorzien van een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

X

Artikel 77 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien het een praktijkexamen betreft voor de rijbewijscategorie E bij D met het oog op de aanvraag van een rijbewijs voor die categorie, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, is het in het eerste lid bedoelde trekkend motorrijtuig voorzien van een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

IJ

Artikel 78 komt te luiden:

Artikel 78

Het motorrijtuig waarmee de rijproef wordt afgelegd, behoeft niet te zijn voorzien van handschakeling.

Z

In de artikelen 80, onderdeel a, en 81, onderdeel a, wordt «indien het motorrijtuig is voorzien van een koppelingspedaal,» telkens vervangen door: indien het een motorrijtuig met handschakeling betreft,.

AA

Artikel 85 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien de aanvrager van een verklaring van rijvaardigheid voor de rijbewijscategorie C, CE, D of DE, die voldoet aan de in artikel 18a, eerste lid, onderdelen a en b, bedoelde eisen, naar het oordeel van de examinator niet heeft voldaan aan de in artikel 18a, eerste lid, onderdeel c, bedoelde eisen, maar overigens wel heeft voldaan aan de bij ministeriële regeling vastgestelde eisen voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie C, CE, D of DE, wordt een verklaring van rijvaardigheid geregistreerd die geldig is voor de desbetreffende rijbewijscategorie waarvoor de aanvrager aan de eisen heeft voldaan, met dien verstande dat daarbij wordt geregistreerd dat de aanvrager het praktijkexamen heeft afgelegd in een motorrijtuig van de categorie C of D met automatische schakeling, respectievelijk met een aanhangwagen, voortbewogen door een trekkend motorrijtuig van de categorie C of D met automatische schakeling.

BB

In de artikelen 115, 116 en 179, eerste lid, wordt «motorrijtuig dat is voorzien van een automatische gangwissel of van een automatische koppeling» telkens vervangen door: motorrijtuig met automatische schakeling.

CC

In artikel 173d wordt «artikel 5, eerste lid, onderdeel m,» vervangen door: artikel 6, eerste lid,.

DD

In artikel 173l wordt «artikel 5, eerste lid, onderdeel f,» vervangen door: artikel 6, eerste lid,.

EE

In artikel 178a, aanhef, wordt «zoals dat luidde tot het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H,» vervangen door: zoals dat luidde tot 19 januari 2013,.

FF

Artikel 179a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt «zoals dat luidde tot het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel K,» vervangen door: zoals dat luidde tot 19 januari 2013,.

2. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H» vervangen door: voor het in de aanhef genoemde tijdstip.

3. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H,» vervangen door: voor het in de aanhef genoemde tijdstip.

4. In het derde lid wordt «voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H, « vervangen door «voor 19 januari 2013» en wordt «tot het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel K,» telkens vervangen door: tot 19 januari 2013,.

5. In het vierde en vijfde lid wordt «voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H, van dit besluit» telkens vervangen door «voor 19 januari 2013» en wordt «tot het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel K,» telkens vervangen door: tot 19 januari 2013,.

GG

Na artikel 179a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 179b

Examenvoertuigen voor de categorie A, die op 31 december 2013 voldoen aan de eisen aan een examenvoertuig van deze categorie zoals die golden tot dat tijdstip, kunnen tot uiterlijk 31 december 2018 als zodanig worden gebruikt.

HH

Artikel 186 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «motorrijtuig zonder koppelingspedaal» telkens vervangen door: motorrijtuig met automatische schakeling.

2. In het tweede lid wordt «motorrijtuig dat is voorzien van een automatische gangwissel of van een automatische koppeling» telkens vervangen door: motorrijtuig met automatische schakeling.

II

In artikel 196 wordt «motorrijtuig zonder koppelingspedaal» telkens vervangen door «motorrijtuig met automatische schakeling» en wordt «motorrijtuigen zonder koppelingspedaal» vervangen door: «motorrijtuigen met automatische schakeling.

JJ

In artikel 198 wordt «artikel 2, tweede lid,» vervangen door: artikel 2, vijfde lid,.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 31 december 2013, met uitzondering van artikel I, onderdelen K, U, V, W, X en AA die in werking treden met ingang van 1 april 2014.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

Wassenaar, 17 oktober 2013

Willem-Alexander

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Uitgegeven de eenendertigste oktober 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen deel

1. Inleiding

De in dit besluit opgenomen wijzigingen houden verband met richtlijn nr. 2012/36/EU van de Commissie van 19 november 2012 tot wijziging van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU L 321), verder te noemen: de eerste wijzigingsrichtlijn. Tevens betreft het implementatie van richtlijn 2013/47/EU tot wijziging van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (PbEU L 261; tweede wijzigingsrichtlijn). In deze tweede wijzigingsrichtlijn is een overgangstermijn opgenomen voor twee nieuwe eisen voor examenvoertuigen van de categorie A.

Verder wordt alsnog de rechtstreekse instroom in de rijbewijscategorie A2 mogelijk gemaakt. Hiermee samenhangend wordt de lesleeftijd voor deze categorie voor de kandidaten die doorstromen vanuit categorie A1 verlaagd tot 19 jaar.

Ten slotte worden enkele onvolkomenheden hersteld, zoals onjuiste verwijzingen.

2. Aanleiding en noodzaak

De eerste wijzigingsrichtlijn bevat een aanpassing in de definities van handgeschakelde motorrijtuigen en motorrijtuigen voorzien van een automaat. Verder bevat de eerste wijzigingsrichtlijn enkele aanpassingen in de definities van de examenvoertuigen voor de rijbewijscategorieën A1, A2, A, C en E bij C.

In de artikelsgewijze toelichting wordt nader op deze punten ingegaan.

Ten slotte bevat de eerste wijzigingsrichtlijn aanpassingen die op het niveau van een ministeriële regeling moeten worden geïmplementeerd: het betreft hier aanpassingen van de beperkende coderingen en aanpassing van enkele exameneisen. Op deze punten wordt in de toelichting op de regeling tot wijziging van de desbetreffende regelingen ingegaan.

De eerste wijzigingsrichtlijn geeft verder de lidstaten op twee punten de keuze. Allereerst betreft het de mogelijkheid om een zogenoemd examen «C1-light» in te voeren. Dit houdt in dat lidstaten ervoor kunnen kiezen aanvragers van een rijbewijs voor de categorie C1 of C1E dat de bevoegdheid geeft tot het besturen van motorrijtuigen van die categorieën die niet onder Verordening (EEG) nr. 3821/85 vallen, vrij te stellen van de verplichting hun kennis te bewijzen van de punten die specifiek de rij- en rusttijden betreffen zoals in die verordening beschreven, alsmede de voor internationaal beroepsvervoer benodigde documenten. Nederland heeft, mede op basis van de informatie uit de uitvoeringstoetsen van het CBR en de RDW, ervoor gekozen hier vooralsnog geen gebruik van te maken vanwege de hoge kostprijs van een dergelijk examen gelet op het beperkt aantal examenkandidaten dat naar verwachting gebruik zal maken van deze optie, als tot invoer besloten zou worden. Wel is in artikel 22a een voorziening getroffen waardoor het mogelijk wordt deze rijbewijzen in Nederland om te wisselen, met behoud van de codering. Worden deze rijbewijzen aangevuld met examens zoals beschreven in de artikelen 156ga en 156h, dan vervalt de codering.

Daarnaast biedt de eerste wijzigingsrichtlijn de lidstaten de mogelijkheid ten aanzien van aanvragers van een rijbewijs voor de categorie C, CE, D of DE, die al in het bezit zijn van een rijbewijs B, BE, C1, C1E, C, CE, D1, D1E of D waarmee een motorrijtuig van die categorie of categorieën met handschakeling mag worden bestuurd en die tijdens het praktijkexamen de voorgeschreven handelingen hebben uitgevoerd, af te zien van de vermelding van de automaatcode op het rijbewijs. Omdat het hier een voorziening betreft waarvan in de praktijk is gebleken dat er behoefte aan bestaat, heeft Nederland ervoor gekozen van deze mogelijkheid gebruik te maken. De optie speelt in op de nieuwe generatie vrachtwagens die in toenemende mate worden uitgerust met een gerobotiseerde automatische schakeling.

Ten slotte is van de gelegenheid gebruik gemaakt om alsnog de rechtstreekse instroom in de rijbewijscategorie A2 mogelijk te maken. Bij de implementatie van richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende het rijbewijs (L 403) was ervoor gekozen om deze rechtstreekse instroom niet mogelijk te maken, omdat naar het oordeel van het kabinet de tekst van de desbetreffende artikelen uit die richtlijn dit niet mogelijk maakt. Later is gebleken dat de Commissie daarentegen van mening is dat rechtstreekse instroom in de rijbewijscategorie A2 wel mogelijk moet zijn. Zij erkent daarbij dat de richtlijn op dit punt niet duidelijk is. Gelet op dit standpunt van de Commissie en op het feit dat ook de branche voorstander is van een rechtstreekse instroom in de rijbewijscategorie A2 is ervoor gekozen om deze alsnog mogelijk te maken. Deze rechtstreekse instroom is mogelijk vanaf de leeftijd van 20 jaar. In het verlengde hiervan wordt het mogelijk gemaakt dat personen die beschikken over een rijbewijs A1 en willen doorstromen naar categorie A2 al vanaf 19 jaar praktijkles kunnen volgen voor deze categorie. Met deze leeftijdverlaging wordt het systeem van doorstromen van de categorie A1 naar categorie A2 aantrekkelijker gemaakt. Dat systeem heeft vanuit een oogpunt van verkeersveiligheid de voorkeur boven het rechtstreeks instromen in een hogere A-categorie. De leeftijd voor het afleggen van het praktijkexamen en de afgifte van het rijbewijs A2 blijft gehandhaafd op 20 jaar.

3. Handhaving en uitvoering

Consequenties voor de handhaving

Implementatie van de beide wijzigingsrichtlijnen heeft naar verwachting geen gevolgen voor politie, OM en de zittende magistratuur. Dit is evenmin het geval met de mogelijkheid van rechtstreekse instroom in de categorie A2.

Consequenties voor de uitvoering
Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR)

Zowel de aanpassingen in de definitie van automaat, de aangepaste eisen voor de examenvoertuigen, als de invoering van de mogelijkheid van rechtstreekse toegang tot A2 hebben gevolgen voor het CBR. Ten behoeve van de rechtstreekse instroom in categorie A2 heeft het CBR een apart praktijkexamen ontwikkeld. Verder zijn de geautomatiseerde systemen aangepast in verband met de aangepaste toelatingseisen voor de categorie A2. Ten behoeve van het vervallen van de automaatcode voor de rijbewijzen C, CE, D en DE als tijdens het praktijkexamen bepaalde aanvullende handelingen worden verricht, is voorzien in een aanpassing in het examen en in aanpassing van de geautomatiseerde systemen.

Dienst Wegverkeer (RDW)

De aanpassingen in de definitie van automaat en de aangepaste eisen voor de examenvoertuigen hebben geen gevolgen voor de RDW. De invoering van de rechtstreekse toegang tot A2 en het opnemen van de erkenning en de mogelijkheid tot omwisseling van een door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland rijbewijs C1-light heeft enige gevolgen voor de RDW op het gebied van de aanpassing van de ICT-systemen. Datzelfde is het geval in verband met het vervallen van de automaatcode.

4. Administratieve lasten en nalevingskosten

Administratieve lasten voor de burger

Voor de burger kunnen de voorgestelde wijzigingen leiden tot kleine besparingen, omdat de rechtstreekse toegang tot het rijbewijs A2 een vermindering van het aantal af te leggen examens zou kunnen opleveren. In individuele gevallen gaat het om een besparing van € 101,– (praktijkexamen motor, prijspeil 2013). Het is echter niet mogelijk gebleken een en ander nader te kwantificeren.

Administratieve lasten voor het bedrijfsleven

De onderhavige wijzigingen hebben geen gevolgen voor de administratieve lasten van het bedrijfsleven.

Nalevingskosten

Er is geen sprake van inhoudelijke nalevingskosten. De aanpassing van de definities handgeschakeld en automaat betreffen verduidelijkingen. De aanpassingen ten aanzien van de examenvoertuigen voor de categorieën A1, A2, A, C, E bij C, D en E bij D betreffen een aanpassing van de formulering. Inhoudelijk hebben deze aanpassingen niet tot gevolg dat er met andere motorrijtuigen van de desbetreffende categorie examen moet worden gedaan dan thans het geval is. Echter voor opleiders wordt het aanbod in voertuigen dat geschikt is voor een examen dat leidt tot een rijbewijs zonder automaatcode, aanzienlijk groter.

Dit zou in theorie anders kunnen zijn voor de examenvoertuigen van de categorie A, omdat de eerste wijzigingsrichtlijn uitgaat van een zwaardere eis dan thans het geval is (50 kW in plaats van 40 kW en een ledig gewicht van ten minste 180 kg). Bij de voorbereiding van de implementatie van richtlijn 2006/126/EU is de branche er evenwel al op gewezen dat men bij de aanschaf van les- en examenvoertuigen van de categorie A rekening moest houden met het voornemen van de Commissie om de kW-eis aan te scherpen. Inmiddels is de tweede wijzigingsrichtlijn vastgesteld en gepubliceerd, waarin de verzwaring van de eerdergenoemde eisen voor een examenvoertuig voor categorie A wordt uitgesteld tot 31 december 2018. Ter uitvoering hiervan is geregeld dat tot en met 30 december 2018 examenvoertuigen A mogen worden gebruikt die voldoen aan de oude eisen. Bij het vaststellen van deze termijn is rekening gehouden met de reguliere afschrijvingsperiode van dit soort voertuigen. Dit betekent dat de «oude» examenvoertuigen A pas behoeven te worden vervangen nadat ze zijn afgeschreven. Op grond hiervan zijn er evenmin nalevingskosten te verwachten voor het bedrijfsleven.

Ook de keuze voor invoering van de optie om af te zien van de vermelding van code 78 (de automaatcode) op de rijbewijzen C, CE, D en DE als aan de daartoe gestelde eisen wordt voldaan, leidt niet tot extra nalevingskosten voor het bedrijfsleven. Het gaat hier in feite om de invoering van een nieuw praktijkexamen, in aanvulling op de reeds bestaande praktijkexamens voor de rijbewijzen C en D. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan een verzoek van de brancheorganisaties. Rijscholen kunnen zelf bepalen of zij hierop willen inspelen door te investeren in een motorrijtuig met een schakelsysteem waarmee kan worden voldaan aan de in het nieuwe praktijkexamen gestelde eisen.

5. Advisering

Over het ontwerpbesluit zijn adviezen gevraagd en verkregen van de RDW, het CBR en het College van Procureurs-Generaal (het OM) en de politie. De gemaakte opmerkingen zijn zo veel mogelijk verwerkt.

6. Voorlichting

In overleg met betrokken partijen als het CBR, de RDW en de brancheorganisaties op het terrein van vervoer wordt de voorlichting zo vorm gegeven dat zowel de burgers als de betrokken organisaties kennis kunnen nemen van wat er wijzigt en wat niet. De voorlichting binnen de eigen organisaties zal, in afstemming met het ministerie van Infrastructuur en Milieu, worden uitgevoerd door de desbetreffende organisaties zelf.

7. Inwerkingtreding

Het besluit treedt in werking met ingang van de in de richtlijn bepaalde datum, zijnde 31 december 2013, met uitzondering van de bepalingen die betrekking hebben op de afschaffing van de automaatcode voor aanvragers van rijbewijzen C, CE, D en DE. Deze bepalingen treden in werking met ingang van 1 april 2014. Afgeweken is van de voor de overige onderdelen vastgestelde datum van inwerkingtreding, omdat de voor de afschaffing van de automaatcode noodzakelijke voorbereidingen voor de uitvoering niet op een zodanig tijdstip konden worden afgerond dat deze onderdelen tegelijk met de overige onderdelen in werking konden treden. Afgeweken is van de eerstvolgende datum van 1 juli, omdat de branche te kennen heeft gegeven sterk te hechten aan een zo spoedig mogelijke inwerkingtreding.

8. Transponeringstabel

In de hieronder opgenomen transponeringstabel wordt aangegeven welke onderdelen uit de wijzigingsrichtlijn in welke artikelen van het Reglement rijbewijzen zijn geïmplementeerd. De overige onderdelen zijn geïmplementeerd in diverse ministeriële regelingen (in ieder geval de Regeling coderingen beperkingen rijbevoegdheid, de Regeling praktijkexamens rijbewijscategorieën B en E bij B, de Regeling praktijkexamens rijbewijscategorieën C1, E bij C1, C en E bij C en de Regeling praktijkexamens rijbewijscategorieën D1, E bij D1, D en E bij D). De wijzigingen in de ministeriële regelingen zijn niet in onderstaande transponeringstabel opgenomen.

Bepaling uit Bijlage bij Richtlijn 2012/36/EU

Geïmplementeerd in:

Omschrijving beleidsruimte

Toelichting op de keuzen bij invulling beleidsruimte

artikel II, punt 2

niet van toepassing. Voor de erkenning: artikel 22a van het Reglement rijbewijzen

keuzemogelijkheid voor lidstaten om aanvragers van een rijbewijs C1 of E bij C1 uit te zonderen van de eisen uit de punten 4.1.1 tot en met 4.1.3 uit bijlage III bij richtlijn 2006/126/EG

Nederland heeft ervoor gekozen geen gebruik te maken van deze uitzonderings-mogelijkheid. Rijbewijzen afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland die wel voor deze optie hebben gekozen, worden wel erkend

artikel II, punt 3, 5.1.1 en 5.1.2

artikelen 1, 2, 7, 7a, 8, 9, 17, 18, 67a t/m 67h, 78, 80, 81, 115, 116, 179, 186 en 196 van het Reglement rijbewijzen

niet van toepassing

niet van toepassing

artikel II, punt 3, 5.1.3

artikelen 18a, 73, 74, 76, 77 en 85

keuzemogelijkheid voor lidstaten om geen automaatcode te registreren op rijbewijzen van de categorieën C, CE, D of DE, indien de aanvrager reeds beschikt over een rijbewijs voor een van de categorieën B, BE, C1, C1E, C, CE, D1, D1E of D zonder automaatcode en heeft voldaan aan de eisen uit 8.4 uit bijlage III bij richtlijn 2006/126/EG

Nederland heeft ervoor gekozen gebruik te maken van deze uitzonderingsmogelijkheid

artikel II, punt 4

artikelen 71 en 179b (categorieën A1, A2 en A) en 73 (categorie C), van het Reglement rijbewijzen

niet van toepassing

niet van toepassing

Artikelsgewijze toelichting

Onderdelen A, B, tweede en vierde lid, E, tweede en vierde lid, F tot en met J, O, derde lid, R, IJ, Z, BB, HH en II

De aanpassingen in deze onderdelen zijn het gevolg van de nieuwe formulering van de definities van handgeschakelde motorrijtuigen en motorrijtuigen met automaat. De definitie van motorrijtuig met automatische schakeling is naar aanleiding van de uitvoeringstoets van het CBR nog verduidelijkt. Daarnaast is de definitie ook ondershands voorgelegd aan een aantal fabrikanten, die hebben ingestemd met de voorgestelde formulering. Onder een motorrijtuig met handschakeling wordt verstaan een motorrijtuig met een koppeling die moet worden bediend om weg te rijden, te stoppen en te schakelen. Op grond van de nieuwe definitie voor motorrijtuigen met automaat vallen de motorrijtuigen die niet zijn aan te merken als motorrijtuig met handschakeling onder de definitie van motorrijtuigen met automaat. De reden voor de aanpassing van de definities is gelegen in de noodzaak om de formuleringen aan te passen aan de technische ontwikkelingen op dit punt.

In de onderdelen B, tweede en vierde lid, en E, tweede en vierde lid, wordt tevens verduidelijkt dat het moet gaan om een rijbewijs dat nog geldig is. De formuleringen worden daarmee in lijn gebracht met vergelijkbare formuleringen die reeds waren opgenomen in andere artikelen dan wel artikelleden.

Onderdeel B, eerste en vijfde lid, C, eerste en tweede lid, E, eerste lid, O, eerste en tweede lid, Q, eerste lid, CC tot en met FF en JJ

De in deze onderdelen, dan wel leden van onderdelen, opgenomen aanpassingen betreffen het herstel van onvolkomenheden of onjuiste verwijzingen of een verduidelijking.

Onderdelen B, derde en zesde lid, E, derde lid, M, eerste en tweede lid, en P

Deze onderdelen betreffen de aanpassingen die noodzakelijk zijn om de rechtstreekse instroom in rijbewijscategorie A2 mogelijk te maken, dan wel een aanpassing die hiermee verband houdt.

De aanpassing in onderdeel M, eerste lid, betreft het vaststellen van de onderdelen van het onderzoek naar de rijvaardigheid in geval van rechtstreekse instroom in de categorie A2: het theorie-examen A en een praktijkexamen voertuigbeheersing categorie A2 en een praktijkexamen verkeersdeelneming categorie A2 (artikel 53, derde lid, onderdeel b). Hiervan kan sprake zijn als betrokkene in het geheel niet beschikt over een rijbewijs A1, dan wel korter dan twee jaar over het rijbewijs A1 beschikt.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om ook voor de verschillende manieren van instroom in de rijbewijscategorie A de onderdelen van het onderzoek naar de rijvaardigheid opnieuw vast te stellen (onderdeel M, tweede lid).

Het in onderdeel P opgenomen artikel 67b is vanwege de leesbaarheid opnieuw vastgesteld. Waar nodig is tevens rekening gehouden met de aangepaste definities betreffende handschakeling en automatische schakeling.

Onderdeel C, derde lid

Het betreft hier een aanvulling op het in artikel 5 opgenomen overzicht met de minimumleeftijden voor de verschillende rijbewijscategorieën, met de minimumleeftijd voor het besturen van driewielige motorrijtuigen die onder de categorie A vallen. Voor deze categorie is in de derde rijbewijsrichtlijn de minimumleeftijd van 21 jaar vastgesteld. Houders van een rijbewijs voor de categorie A dat in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland is afgegeven, alsmede houders van een Nederlands rijbewijs voor die categorie, dat is verkregen door omwisseling, mogen vanaf 21 jaar een driewielig motorrijtuig van de categorie A besturen.

Onderdeel D

De in dit onderdeel opgenomen aanpassingen strekken, in lijn met het advies van het OM, tot een verduidelijking van artikel 6. De in artikel 5 opgenomen minimumleeftijden voor het besturen van motorrijtuigen gelden volgens het nieuwe eerste lid van artikel 6 (opgenomen in onderdeel D, tweede lid) ook voor het volgen van rijonderricht in de zin van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993.

Verder is in het vierde lid van onderdeel D een uitzondering opgenomen van die minimumleeftijd voor degenen die in het bezit zijn van een rijbewijs voor de categorie A1 en dan willen doorstromen in categorie A2, de «doorstromers». Zij zullen al vanaf 19 jaar les kunnen nemen. Met deze leeftijdverlaging wordt het systeem van doorstromen van de categorie A1 naar categorie A2 aantrekkelijker gemaakt. Dat systeem heeft vanuit een oogpunt van verkeersveiligheid de voorkeur boven het rechtstreeks instromen in een hogere A-categorie. Voor een toelichting op de invoering van de rechtstreekse instroom in categorie A2 wordt verwezen naar het algemeen deel van de toelichting en naar de artikelsgewijze toelichting op de onderdelen B, derde en zesde lid, E, derde lid, M, eerste en tweede lid, en P.

Onderdelen K, U, V, W, X en AA

Zoals in het algemeen deel van de toelichting is aangegeven, zal ten aanzien van aanvragers van een rijbewijs voor de categorie C, CE, D of DE, die al in het bezit zijn van een rijbewijs B, BE, C1, C1E, C, CE, D1, D1E of D waarmee een motorrijtuig van die categorie of categorieën met handschakeling mag worden bestuurd en die tijdens het praktijkexamen de voorgeschreven handelingen hebben uitgevoerd, worden afgezien van de vermelding van de automaatcode op het rijbewijs. Het in onderdeel K opgenomen nieuwe artikel 18a strekt hiertoe. In dit artikel is volstaan met de vermelding dat de betrokken aanvrager in het bezit moet zijn van ten minste een rijbewijs B waarmee een motorrijtuig van die categorie met handschakeling mag worden bestuurd. Eventuele overige categorieën met handschakeling behoeven niet apart te worden vermeld in de regelgeving. Iemand die beschikt over B zonder automaatcode en bijvoorbeeld C1 met automaatcode, heeft de mogelijkheid om op deze wijze bijvoorbeeld C of D zonder automaatcode te halen. Dat geldt ook voor iemand die aanvankelijk B met automaatcode heeft gehaald, maar later bijvoorbeeld C1 heeft gehaald zonder die code. Op grond van artikel 18 van het Reglement rijbewijzen zal bij die gelegenheid de automaatcode bij B zijn vervallen. Ook voor dit soort gevallen kan derhalve worden volstaan met de vermelding van rijbewijs B zonder automaatcode.

Het zal kunnen voorkomen dat kandidaten wel slagen voor de «gewone» eisen voor het desbetreffende praktijkexamen, maar niet slagen voor het aanvullende deel. Voor deze gevallen voorziet de in onderdeel AA opgenomen aanpassing van artikel 85 erin dat er wel een verklaring van rijvaardigheid wordt geregistreerd, maar ten behoeve van een rijbewijs van de desbetreffende categorie met de beperking dat geen voertuigen met handschakeling mogen worden bestuurd. Uiteraard staat het de betrokken kandidaat daarna vrij het praktijkexamen in een motorrijtuig met handschakeling af te leggen of opnieuw op te gaan voor het praktijkexamen met de voorgeschreven aanvullende onderdelen in een motorrijtuig met automatische schakeling, maar met hendel (zie hieronder). Als hij daarvoor slaagt, dan vervalt de beperkende codering.

In de onderdelen U, V, W en X zijn de aanpassingen voorzien van achtereenvolgens de artikelen 73, 74, 76 en 77 die verband houden met het vervallen van de automaatcode voor aanvragers van een rijbewijs C, CE, D of DE die hebben voldaan aan de eisen, bedoeld in artikel 18a, eerste lid. Om te kunnen voldoen aan de aanvullende eisen, bedoeld in artikel 18a, eerste lid, onderdeel c, zal het desbetreffende examenvoertuig moeten beschikken over een schakelaar of hendel, waarmee de bestuurder invloed kan uitoefenen op de gangwissel van het motorrijtuig.

Er is omwille van het kostenaspect niet gekozen voor invoering van de mogelijkheid dat houders van een rijbewijs C, CE, D of DE dat de bevoegdheid geeft tot het besturen van motorrijtuigen van de desbetreffende categorie met automatische schakeling (derhalve met automaatcode) door middel van het met goed gevolg afleggen van een aanvullend examenonderdeel een rijbewijs voor de desbetreffende categorie kunnen krijgen zonder die beperking. Omdat wordt verwacht dat maar een beperkt aantal rijbewijshouders een dergelijke overstap zouden willen maken, is besloten hier geen aparte voorziening voor te creëren.

Onderdelen L, M, vierde lid, en N

Zoals in het algemeen deel van de toelichting is aangegeven is er vooralsnog voor gekozen geen gebruik te maken van de mogelijkheid die de wijzigingsrichtlijn biedt om een zogenoemd examen «C1-light» in te voeren. In het in dit onderdeel opgenomen nieuwe artikel 22a, eerste lid, is een voorziening getroffen waardoor het wel mogelijk wordt deze rijbewijzen in Nederland om te wisselen.

Als houders van een rijbewijs «C1-light» de beschikking willen krijgen over een rijbewijs C1 zonder deze beperking, dan wel over een rijbewijs C zonder deze beperking zullen ze zowel het theorie-examen als het praktijkexamen moeten afleggen voor de desbetreffende categorie. Dit volgt uit de wijziging, opgenomen in de onderdelen M, vierde lid, en N, in samenhang met de eisen opgenomen in de artikelen 67e en 67f van het Reglement rijbewijzen. Er is, in de verwachting dat er maar zelden gebruik van zal worden gemaakt, omwille van de kosten afgezien van het opnemen van de mogelijkheid voor een aanvullend examen.

Onderdelen M, derde en vijfde lid, O, vierde lid, P (artikel 67b, vijfde lid) en Q, tweede lid.

Het derde lid van onderdeel M voorziet er in om voor de rijbewijscategorieën A1, A2 en A vast te stellen dat het onderzoek naar de rijvaardigheid alleen bestaat uit een praktijkexamen verkeersdeelneming, indien de aanvrager al wel beschikt over een rijbewijs van de desbetreffende categorie dat alleen geldig is voor het besturen van motorrijtuigen van die categorie met een automatische schakeling, maar hij het rijbewijs voor diezelfde categorie wil behalen zonder die beperking. Dat betekent dat slechts één praktijkexamen behoeft te worden afgelegd en dat de algemene verplichting dat het praktijkexamen verkeersdeelneming binnen een jaar na het behalen van het praktijkexamen voertuigbeheersing moet zijn afgelegd, niet van toepassing is in dit geval. Dit is verder uitgewerkt in de bepalingen over de toegang tot het praktijkexamen (voor A1 het in onderdeel O, vierde lid, opgenomen nieuwe vijfde lid van artikel 67a; voor A2 in het in onderdeel P opgenomen nieuwe vijfde lid van artikel 67b, en voor A in het in onderdeel Q, tweede lid, opgenomen opnieuw geformuleerde vijfde lid van artikel 67c).

Onderdelen S en GG

De in onderdeel S opgenomen aanpassing van artikel 71 vloeit voort uit de aangepaste eisen aan de examenvoertuigen voor de categorieën A1, A2 en A. Het uitgangspunt dat het examen moet worden gedaan met een motorrijtuig van de categorie waarop het examen betrekking heeft, is overigens niet gewijzigd. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het artikel eenvoudiger te redigeren.

Zo veel mogelijk is aangesloten bij de formulering van de eisen aan de examenvoertuigen zoals die al waren opgenomen in artikel 71 voor de rijbewijscategorieën A2 en A. Ook in die formulering was er, zo wordt opgemerkt in reactie op een daartoe strekkende redactionele opmerking van de Afdeling advisering van de Raad van State, destijds al voor gekozen de cilinderinhoud bij de eisen voor de examenvoertuigen van categorieën A2 en A niet op te nemen. Dit heeft in het kader van de notificatieprocedure niet geleid tot opmerkingen. De in onderdeel S voorgestelde aanpassing leidt niet tot een wijziging in deze systematiek. Uitgangspunt bij het vastleggen van eisen aan examenvoertuigen is dat de kandidaat examen doet op of in een voertuig waar men na het slagen daadwerkelijk mee mag gaan rijden. Met de formulering zoals opgenomen in het Reglement rijbewijzen wordt aan dit doel voldaan, zodat wordt voorkomen dat kandidaten met een te «gemakkelijk» voertuig examen afleggen. Ook voor de – ook door de rijbewijsrichtlijn beoogde en gewenste – afbakening van de verschillende voertuigcategorieën is opneming van een minimale cilinderinhoud niet nodig om toch die afbakening te kunnen realiseren. Verder zou opneming van de eis van een minimale cilinderinhoud beperkend werken ten aanzien van de voertuigen die dan zouden kunnen worden goedgekeurd als examenvoertuig. Een zo ruim mogelijke keuze aan examenvoertuigen is voor de opleidingsbranche gewenst. Tot slot voorkomt het niet-opnemen van de minimale cilinderinhoud onduidelijkheid: het komt namelijk voor dat motoren op de markt worden gebracht, aangeduid met een bepaalde cilinderinhoud, terwijl bij nadere beschouwing de inhoud van de verbrandingsruimte in werkelijkheid naar boven of naar beneden afwikt van de typeaanduiding. Zo'n motor zou dan bij opneming van deze eis alsnog buiten de voorschriften vallen en niet mogen worden ingezet.

In de derde rijbewijsrichtlijn was als vermogen voor het examenvoertuig van de categorie A2 opgenomen een vermogen tussen de 25 en de 35 kW. In de wijzigingsrichtlijn is de ondergrens bepaald op 20 kW. Deze aanpassing is doorgevoerd in de in onderdeel S voorgestelde aanpassing van artikel 71, en wel in artikel 71, tweede lid.

Wat het vermogen van de examenvoertuigen van de categorie A betreft wordt het volgende opgemerkt. In de wijzigingsrichtlijn is een aantal eisen opgenomen waaraan het examenvoertuig van de categorie A zal moeten voldoen. Volgens de eerste wijzigingsrichtlijn treden al deze eisen in werking met ingang van de in de wijzigingsrichtlijn vastgestelde datum van 31 december 2013. In de inmiddels vastgestelde en gepubliceerde tweede wijzigingsrichtlijn is ten aanzien van twee eisen voor de examenvoertuigen van de categorie A, namelijk de ledige massa van ten minste 180 kg en een vermogen van ten minste 50 kW, bepaald dat de lidstaten mogen besluiten het gebruik van motorvoertuigen van de categorie A, waarvan de ledige massa minder dan 180 kg is en die een vermogen hebben van tenminste 40 kW en ten hoogste 50 kW, tot 31 december 2018 toe te staan. Besloten is om gebruik te maken van deze mogelijkheid. Dat betekent dat examenvoertuigen van de categorie A die nog niet voldoen aan de nieuwe eis van ten minste 50kW of een ledige massa van ten minste 180 kg, nog gebruikt kunnen blijven worden tot 31 december 2018. Op deze manier krijgen de rijscholen meer tijd om zich voor te bereiden op de verandering van de eisen voor het examenvoertuig voor de categorie A, en worden extra lasten voor het bedrijfsleven voorkomen. Dit overgangsrecht is geregeld in onderdeel GG. Bij de formulering van het overgangsrecht is rekening gehouden met de uitvoeringstoets van het CBR op dit punt.

Onderdeel T

In onderdeel T is een aanpassing opgenomen van de formulering van de eisen aan het examenvoertuig van de categorie C om deze zo in overeenstemming te brengen met de nieuwe formulering in de wijzigingsrichtlijn. Inhoudelijk is er geen sprake van een aanpassing.

ARTIKEL II

Zie hiervoor § 7 van het algemeen deel van de toelichting.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid j° vijfde lid van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven