Wet van 28 maart 2013 tot wijziging van de Wet luchtvaart in verband met de uitvoering van verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is, gelet op de uitvoering van verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (PbEU L 79), de Wet luchtvaart te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet luchtvaart wordt als volgt gewijzigd:

A

Het opschrift van hoofdstuk 1 komt te luiden:

HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN

B

Na het opschrift van hoofdstuk 1 wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

TITEL 1.1. ALGEMENE BEPALINGEN

C

In de alfabetische rangschikking van artikel 1.1, eerste lid, wordt een aantal onderdelen ingevoegd, luidende:

basisverordening:

verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (PbEU L 79);

luchtruim van Bonaire, Sint Eustatius en Saba:

delen van het vluchtinformatiegebied Curaçao en het vluchtinformatiegebied San Juan, bedoeld in artikel 1 van de Luchtvaartwet BES, die zich boven het territoir van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba bevinden dan wel die delen waarvoor Onze Minister van Infrastructuur en Milieu de verantwoordelijkheid voor het verzorgen van luchtverkeersdiensten heeft aanvaard;.

D

Artikel 1.2, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Deze wet is:

    • a. van toepassing op de luchthavens, het luchtverkeer, de luchtverkeersbeveiliging, de luchtvaartnavigatiediensten, de luchtvaartuigen, het vervoer en de vluchtuitvoering met luchtvaartuigen binnen het vluchtinformatiegebied Amsterdam, voor zover hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald niet van toepassing is;

    • b. van toepassing op Nederlandse luchtvaartuigen, alsmede het vervoer en de vluchtuitvoering met Nederlandse luchtvaartuigen buiten het vluchtinformatiegebied Amsterdam, voor zover hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald niet van toepassing is;

    • c. met betrekking tot het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 2, 3, en 4 en de artikelen 11.1, 11.2, 11.2a, 11.3 tot en met 11.14 mede van toepassing binnen het luchtruim van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en op het territoir van deze openbare lichamen;

    • d. met betrekking tot het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 11 van toepassing op de verleners van luchtvaartnavigatiediensten die bij of krachtens deze wet zijn gecertificeerd.

E

Na artikel 1.4 wordt een nieuwe titel ingevoegd, luidende:

TITEL 1.2. EASA

Artikel 1.5

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële regeling kunnen regels gesteld worden ter uitvoering van hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald.

Artikel 1.6

Het is verboden in strijd te handelen met bij ministeriële regeling aangewezen voorschriften van hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald.

Artikel 1.7
  • 1. De kosten die samenhangen met het in behandeling nemen van de aanvraag, afgifte, wijziging, beperking, schorsing, intrekking, verlenging en vernieuwing van bewijzen van bevoegdheid, verklaringen, certificaten en overige documenten die bij of krachtens de basisverordening worden afgegeven, worden ten laste gebracht van de aanvrager van het document.

  • 2. De bedragen ter vergoeding van de kosten, bedoeld in het eerste lid, worden bij ministeriële regeling vastgesteld.

F

Artikel 2.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «luchtverkeersdiensten te verlenen» ingevoegd: , luchthaveninformatie te verstrekken.

2. In het tweede lid wordt na «het verlenen van luchtverkeersdiensten» ingevoegd: , het verstrekken van luchthaveninformatie.

G

Artikel 2.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt «erkende, gekwalificeerde of» vervangen door: goedgekeurde of.

2. In het vijfde lid wordt na «luchtverkeersdiensten te verlenen» ingevoegd: , luchthaveninformatie te verstrekken.

3. In het zesde lid wordt na «het verlenen van luchtverkeersdiensten» telkens ingevoegd: of het verstrekken van luchthaveninformatie.

H

Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. In het derde lid wordt na «luchtverkeersdiensten te verlenen» ingevoegd: , luchthaveninformatie te verstrekken.

I

Artikel 2.8a vervalt.

J

Artikel 2.9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «erkennen, kwalificeren of» vervangen door: goedkeuren of.

2. In het derde en vierde lid wordt «de erkenning, kwalificatie of» vervangen door: de goedkeuring of.

K

In artikel 2.12, zesde lid, wordt na «luchtverkeersdiensten verleent» ingevoegd: , luchthaveninformatie verstrekt.

L

Artikel 3.13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt.

2. Het derde, vierde en vijfde lid worden hernummerd tot het tweede, derde en vierde lid.

M

In artikel 3.22, vierde lid, vervalt: door EASA en.

N

In artikel 3.25, eerste lid, vervalt: die erkenning niet door EASA moet worden verleend en.

O

In artikel 5.16 wordt «artikel 2.1, eerste lid,» vervangen door: artikel 2.1, eerste lid, van deze wet en de basisverordening.

P

Na artikel 7.5 wordt een titel ingevoegd, luidende:

TITEL 7.5 VERGOEDINGEN TER UITVOERING VAN INTERNATIONALE VERPLICHTINGEN

Artikel 7.6

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden vastgesteld betreffende de vergoedingen voor de kosten van handelingen die voortvloeien uit internationale overeenkomsten, die ter zake van de luchtvaartveiligheid door Nederland, dan wel op grond van de artikelen 100, tweede lid, en 207, eerste en vierde lid, in samenhang met artikel 218 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie door de Europese Unie zijn gesloten, voor zover deze kosten niet reeds de basis vormen voor de vergoedingen bedoeld in deze wet.

Q

Artikel 11.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze wet, met uitzondering van de artikelen 8.25d tot en met 8.25h, bepaalde en het bij of krachtens de basisverordening bepaalde, zijn belast:.

2. In de onderdelen a en c wordt na «de artikelen 10.7 en 10.8» ingevoegd: van deze wet.

R

Artikel 11.1b vervalt.

S

Artikel 11.2a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «bedoeld in artikel 3.25» vervangen door: bedoeld in artikel 3.25 van deze wet en artikel 5, tweede lid, van de basisverordening.

2. In het tweede lid wordt «bedoeld in artikel 4.1, tweede lid» vervangen door: bedoeld in artikel 4.1, tweede lid, van deze wet en artikel 8, tweede lid, van de basisverordening.

T

In artikel 11.4, eerste lid, wordt «artikel 2.1» vervangen door: artikel 2.1 van deze wet of artikel 7, tweede lid, van de basisverordening.

U

In artikel 11.5, eerste lid, wordt «artikel 2.12, eerste lid» vervangen door: artikel 2.12, eerste lid, van deze wet, of paragraaf 7, onderdeel g, van bijlage IV bij de basisverordening.

V

Artikel 11.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «artikel 2.12, eerste en derde lid,» vervangen door: artikel 2.12, eerste lid, van deze wet, paragraaf 7, onderdeel g, van bijlage IV bij de basisverordening, of artikel 2.12, derde lid, van deze wet.

2. In het vierde lid en achtste lid wordt «artikel 2.12, eerste lid,» telkens vervangen door: artikel 2.12, eerste lid, van deze wet of paragraaf 7, onderdeel g, van bijlage IV bij de basisverordening.

W

Artikel 11.8a komt te luiden:

Artikel 11.8a

De artikelen 11.4, tweede lid, 11.5, eerste, derde en vierde lid, 11.6, 11.7 en 11.8 van deze wet zijn van overeenkomstige toepassing op degene, die luchtverkeersdienstverlening geeft of luchthaveninformatie verschaft als bedoeld in de artikelen 2.1, 5.16 of 10.2 van deze wet of artikel 8c van de basisverordening dan wel een grondstation of een mobiel station als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, van deze wet bedient, met dien verstande, dat voor de toepassing van artikel 11.5 in plaats van het opleggen van een vliegverbod treedt het verbieden van het geven van luchtverkeersdienstverlening, het verschaffen van luchthaveninformatie of het gebruiken van een grondstation als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid.

X

Artikel 11.9 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

  • b. handelt in strijd met het bepaalde krachtens de artikelen

    • 1°. 1.5 voor zover het bepaalde betrekking heeft op hoofdstuk II van de basisverordening;

    • 2°. 2.1, derde lid, 2.3, vijfde lid;

    • 3°. 3.7, 3.23, 3,31;

    • 4°. 5.5, 5.11, 5.12, tweede lid.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. handelt in strijd met hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald voor zover deze voorschriften bij ministeriële regeling als bedoeld in artikel 1.6 zijn aangewezen als overtreding.

Y

Artikel 11.10 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of een geldboete van ten hoogste de vierde categorie wordt gestraft degene, die

    • a. handelt in strijd met de artikelen

      • 1°. 1.2a;

      • 2°. 2.12;

      • 3°. 3.8, eerste lid, 3.13, derde en vierde lid;

      • 4°. 11.5, vierde lid, 11.6, tweede, zesde, achtste en negende lid, 11.8, vijfde lid, 11.8a voor zover het betreft de artikelen 11.5, 11.6 en 11.8, 11.12 en 11.14;

    • b. handelt in strijd met hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald, voor zover deze voorschriften bij ministeriële regeling als bedoeld in artikel 1.6 zijn aangewezen als misdrijf en het gaat om gelijksoortige voorschriften als bedoeld in onderdeel a;

    • c. handelt in strijd met hetgeen bij of krachtens de basisverordening is bepaald, voor zover deze voorschriften bij ministeriële regeling als bedoeld in artikel 1.6 zijn aangewezen als misdrijf en het gaat om andersoortige voorschriften dan bedoeld in onderdeel a.

2. Er wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 3. De ministeriële regeling, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, vervalt een jaar nadat zij in werking is getreden, dan wel indien binnen die termijn een voorstel tot wijziging van het eerste lid bij de Staten-Generaal is ingediend, op het tijdstip waarop dat voorstel is verworpen of, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden.

Z

In artikel 11.12, eerste lid, wordt «krachtens artikel 2.5» vervangen door: krachtens artikel 2.5 van deze wet of krachtens de basisverordening.

AA

In artikel 11.13, eerste lid, wordt «artikel 2.2» vervangen door «artikel 2.2 van deze wet of de basisverordening» en wordt na «artikel 2.7» ingevoegd: van deze wet.

BB

Onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 11.15, onderdeel b, sub 8, door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • 9°. de basisverordening.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 28 maart 2013

Beatrix

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld

Uitgegeven de achttiende april 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 33 476

Naar boven