Besluit van 18 januari 2013 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO en het Staatsexamenbesluit VO in verband met het verstrekken van een vervangend opleidingsdocument bij naams- en geslachtsverandering

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 3 december 2012, nr. WJZ/464125 (3859), directie Wetgeving en Juridische Zaken, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Economische zaken;

Gelet op de artikelen 29 en 60 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 12 december 2012, nr. W05.12.0490/I);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 16 januari 2013, nr. 476530 (3859) directie Wetgeving en Juridische Zaken, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Economische zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I WIJZIGING EINDEXAMENBESLUIT VO

Artikel 54 van Eindexamenbesluit VO wordt als volgt gewijzigd:

1. Het opschrift komt te luiden:

Artikel 54. Duplicaten, afgifte verklaringen en vervangende opleidingsdocumenten

2. Na het tweede lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Een document ter vervanging van een diploma, certificaat of cijferlijst kan uitsluitend door Onze Minister worden verstrekt indien op grond van artikel 4, vierde lid, artikel 7, eerste lid, of artikel 28b, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek de voornaam onderscheidenlijk de geslachtsnaam van de kandidaat is gewijzigd.

ARTIKEL II WIJZIGING STAATSEXAMENBESLUIT VO

Artikel 32 van het Staatsexamenbesluit VO wordt als volgt gewijzigd:

1. Het opschrift komt te luiden:

Artikel 32. Duplicaten, afgifte verklaringen en vervangende opleidingsdocumenten

2. Na het tweede lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Een document ter vervanging van een diploma, certificaat of cijferlijst kan uitsluitend door Onze Minister worden verstrekt indien op grond van artikel 4, vierde lid, artikel 7, eerste lid, of artikel 28b, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek de voornaam onderscheidenlijk de geslachtsnaam van de kandidaat is gewijzigd.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 18 januari 2013

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Uitgegeven de zevenentwintigste maart 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Deze nota van toelichting wordt gegeven mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken.

1. Wat regelt dit besluit?

Dit besluit regelt door middel van een wijziging van het Eindexamenbesluit VO en het Staatsexamenbesluit VO dat mensen die, hun voornaam of achternaam (hun geslachtsnaam) hebben gewijzigd, een vervangend opleidingsdocument, zoals een diploma, certificaat of cijferlijst, kunnen aanvragen. Hiermee wordt het zowel voor transgenders van wie de voornamen op grond van artikel 1:28b, tweede lid, van het BW zijn gewijzigd, als voor personen die om andere redenen hun voornamen of geslachtsnaam hebben laten wijzigen, mogelijk om een vervangend opleidingsdocument te verkrijgen.

2. Achtergrond en inhoud van het besluit

De directe aanleiding is de casus van een transgender1 die als vrouw in 2001 afstudeerde aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) en daarna een geslachtsveranderende operatie onderging.

De transgender vroeg een aangepast diploma aan bij de UvA. Deze weigerde dit op grond van artikel 7.11 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW).

Deze casus werd behandeld door de Commissie Gelijke Behandeling.2 Deze oordeelde dat de universiteit verboden onderscheid maakt op grond van geslacht door een transman (een transgender die bij geboorte als vrouw werd aangeduid) een diploma met zijn huidige mannelijke voornamen te weigeren. De Commissie redeneerde dat door het verstrekken van een aangepast diploma niet toe te staan transgenders onevenredig worden getroffen omdat zij niet in staat worden gesteld de geslachtswijziging in hun persoonlijk leven geheel te laten doorwerken. Ook voor het argument van het risico op fraude was de Commissie ongevoelig: «Het belang van verzoeker bij een nieuw getuigschrift weegt zwaarder dan het belang van verweerster om door het eenmalig verstrekken van een getuigschrift het risico op fraude te verminderen.»

Op 31 maart 2010 heeft de Nederlandse regering de aanbeveling van het Comité van Europese ministers aangenomen. Eén daarvan stelt dat het voor een volledige juridische erkenning van een geslachtsverandering nodig is dat officiële sleuteldocumenten, zoals school- en werkdiploma’s, op een snelle, transparante en toegankelijke manier kunnen worden bijgesteld.3

De VO-regelgeving voorziet echter niet expliciet in de mogelijkheid tot aanpassing van al afgegeven diploma’s of andere opleidingsdocumenten. Het verstrekken van duplicaten is op grond van artikel 54 van de Eindexamenbesluit VO en artikel 32 van het Staatsexamenbesluit VO uitgesloten. Om het verstrekken van een vervangend opleidingsdocument aan transgenders mogelijk te maken worden dan ook hierbij het Eindexamenbesluit VO en het Staatsexamenbesluit VO aangepast.

Nu de mogelijkheid gecreëerd wordt een vervangend opleidingsdocument te verstrekken aan transgenders ligt het in de rede deze mogelijkheid tevens open te stellen voor personen die om andere redenen hun voor- of achternaam hebben gewijzigd: personen die hun voornaam hebben gewijzigd op grond van artikel 1:4 BW en personen die hun achternaam hebben gewijzigd op grond van artikel 1:7 BW.

Bij inwerkingtreding van dit besluit kunnen personen die op grond van artikel 1:4, artikel 1:7 of artikel 1:28b, tweede lid, van het BW hun voor- of achternaam hebben gewijzigd een vervangend opleidingsdocument aanvragen. Het verzoek daartoe moet worden ingediend bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), welke namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) de aangepaste documenten verstrekt.

3. Gevolgen voor uitvoering en handhaving

Algemeen

In afwijking van artikel 54 van het Eindexamenbesluit VO kan de minister een vervangend opleidingsdocument verstrekken. De gevallen waarin de Minister een vervangend opleidingsdocument kan verstrekken, zijn limitatief opgesomd, te weten:

  • bij een verandering van een voornaam (artikel 1:4 van het BW);

  • bij een verandering van een geslachtsnaam (artikel 1:7 van het BW);

  • bij een verandering van een voornaam bij een geslachtsverandering (artikel 1:28 van het BW).

Het vervangend opleidingsdocument vervangt bijvoorbeeld, een diploma, getuigschrift, certificaat of cijferlijst. Ook een reeds eerder door DUO namens de Minister van OCW verstrekte Verklaring afgelegd examen kan worden vervangen, indien sprake is van een wijziging van voor- of achternaam. Een bewijs van ontheffing kan niet worden vervangen: dit document is geen sleuteldocument maar een eenmalige ontheffing die bij het College voor examens wordt aangevraagd.

Door het verstrekken van een vervangend opleidingsdocument in plaats van een Verklaring afgelegd examen worden personen die hun voor- of achternaam hebben gewijzigd in staat gesteld deze wijziging in hun persoonlijk leven geheel door te laten werken, zonder zich bezwaard te voelen over de achterliggende reden(en) van een nieuw vervangend opleidingsdocument. In het geval van een naamswijziging van transgenders kan discriminatie voor deze groep, in het bijzonder in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, worden tegengegaan.

DUO wordt met dit besluit de enige instantie voor de sector voortgezet onderwijs die, namens de Minister van OCW, een vervangend document aan personen mag afgeven voor onderwijssoorten en jaargangen die bij DUO en het ministerie van OCW zijn geregistreerd. Met het diplomaregister en het papieren archief beschikt DUO over de gegevens om een vervangend opleidingsdocument te kunnen verstrekken. Hierbij kan worden aangesloten bij de huidige praktijk van de afgifte van een Verklaring afgelegd examen en wordt uniformiteit en privacy gewaarborgd.

Vervangend opleidingsdocument

Het vervangend opleidingsdocument moet gelijkwaardig zijn aan het originele opleidingsdocument. Zo moet het de volgende kenmerken hebben: een uniek watermerk, een unieke nummering in de vorm van een laserperforatie, UV-vezels, een vloeiend kleurverloop, microtekst en een beschermlaag die verkleurt bij mechanische of chemische aantasting. Ook zal de tekst op het vervangend opleidingsdocument zoveel mogelijk overeen moeten komen met het origineel.

Toch zal het vervangende document niet exact hetzelfde zijn als het originele opleidingsdocument. Om mogelijk misbruik, namaak en vervalsing te voorkomen, zal de ondertekening van een diploma, getuigschrift, certificaat of cijferlijst afwijken van het origineel.

Op het vervangend opleidingsdocument zal in ieder geval de datum van uitreiking van het originele diploma vermeld worden. De ondertekening zal namens de Minister van OCW plaatsvinden door een medewerker Examendiensten van DUO, en door de aanvrager.

Procedure

De procedure wordt vergelijkbaar met de procedure van een Verklaring afgelegd examen. Zo kan het vervangend opleidingsdocument schriftelijk of per e-mail worden aangevraagd. Dit kan alleen worden aangevraagd door de persoon die op het originele opleidingsdocument staat vermeld. Bij de aanvraag moet een kopie van het originele opleidingsdocument, een kopie van een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) en een kopie van een identiteitsbewijs worden gevoegd. Daarnaast moet een bewijs van naamswijziging moeten bijgevoegd. In het geval van voornaamwijziging is dat een kopie van de beschikking van de rechtbank, en in het geval van geslachtsnaamwijziging is dat een kopie van het Koninklijk Besluit. Indien het voorstel van wet tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens in verband met het wijzigen van de voorwaarden voor en de bevoegdheid ter zake van wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte (Kamerstukken II 2011/12, 33 351, nr. 2) in werking treedt, dan wordt een kopie van de akte van geboorte waaruit de wijziging van de voornaam blijkt bijgevoegd om aan te tonen dat een naamswijziging op grond van artikel 1:28b, tweede lid, BW heeft plaatsgevonden.

Na controle door DUO op authenciteit van de geleverde documenten zal er een bericht uitgaan naar de persoon die de aanvraag heeft gedaan. Het bericht omvat een melding dat het vervangend opleidingsdocument gereed is, en dat de aanvrager het vervangend opleidingsdocument in persoon bij DUO Groningen zal moeten ophalen. Het vervangend opleidingsdocument wordt ondertekend door de aanvrager en door de medewerker Examendiensten van DUO namens de Minister van OCW. De aanvrager ontvangt het vervangend opleidingsdocument in persoon, onder voorwaarde dat het originele opleidingsdocument wordt ingeleverd bij de medewerker Examendiensten van DUO.

Kosten

Als er sprake is van naamswijziging na een geslachtsverandering, worden voor de aanvraag van het verstrekken van een vervangend opleidingsdocument, geen kosten in rekening gebracht. Overige kosten, zoals kopie-, porto- en reiskosten zijn wel voor rekening van de aanvrager.

Bij verandering van voor- of achternaam op grond van artikel 1:4 of 1:7 BW, worden voor de aanvraag van het verstrekken van een vervangend opleidingsdocument wel kosten in rekening gebracht. Het bedrag daarvoor is vergelijkbaar met het bedrag van een Verklaring afgelegd examen, en wordt geraamd op € 72 (prijspeil 2012).

4. Administratieve lasten

Het besluit legt geen verplichting op aan instellingen of individuen. Het biedt slechts een mogelijkheid waarvan vrijwillig gebruik gemaakt kan worden. Er is derhalve geen sprake van administratieve belasting.

5. Financiële gevolgen

Om een vervangend opleidingsdocument te verzorgen dat gelijkwaardig is aan een origineel maakt DUO kosten voor ICT-middelen en capaciteitsinzet. Deze kosten zijn afhankelijk van het aantal aanvragen dat uiteindelijk zal worden ingediend, maar zullen naar verwachting zeer gering zijn. Zij zullen worden gedekt binnen de OCW-begroting.

6. Caribisch Nederland

Vooralsnog zullen het Eindexamenbesluit VO BES en het Staatsexamenbesluit VO BES niet worden gewijzigd. Het is op dit moment niet mogelijk voor DUO om vervangende diploma’s te verstrekken, omdat de originele diploma’s op grond van Nederlands-Antilliaanse wetgeving zijn verstrekt. Zodra diploma’s op grond van de WVO BES worden verstrekt, zal worden bezien of het technisch mogelijk is om ook voor Caribisch Nederland vervangende diploma’s te produceren.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker


X Noot
1

Transgender is een overkoepelende term die wordt gebruikt voor mensen bij wie het geboortegeslacht, de genderidentiteit (in hoeverre iemand zichzelf psychisch als man of vrouw ervaart) en/of de genderexpressie (in hoeverre iemand zich in kleding of andere uiterlijke kenmerken als man of vrouw uit) niet overeenkomen. In deze nota van toelichting wordt onder transgender een persoon verstaan die de geslachtsaanduiding én de voornamen in de geboorteakte heeft laten wijzigen op basis van artikel 1:28 en 1:28b, tweede lid, van het BW.

X Noot
2

Commissie Gelijke Behandeling, Een universiteit maakt verboden onderscheid op grond van geslacht door een man die transseksueel is een nieuw getuigschrift met zijn huidige mannelijke voornamen te weigeren, Oordeel 2010-175,l 30 november 2010.

X Noot
3

Recommendation CM/Rec(2010)5 of the Committee of Ministers to member states on measures to combat discrimination on grounds of sexual orientation or gender identity, Adopted by the Committee of Ministers on 31 March 2010 at the 1081st meeting of the Ministers’ Deputies.

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven