Besluit van 28 november 2012, houdende Wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 en het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden werknemersverzekeringen 1990 in verband met de inwerkingtreding van de Wet sociale verzekeringen continentaal plat

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 juli 2012, nr. IVV/OOG/2012/11260, gedaan mede namens Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op artikel 3, vierde en vijfde lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 3, vierde en vijfde lid, van de Ziektewet, artikel 3, vierde en vijfde lid, van de Werkloosheidswet, artikel 6, derde lid, van de Algemene Ouderdomswet, artikel 13, derde lid, van de Algemene nabestaandenwet, artikel 6, derde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet en artikel 5, derde lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 19 september 2012, nr. W12.12.0299/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 november 2012, nr. 2012-0000044524, uitgebracht mede namens Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN HET BESLUIT UITBREIDING EN BEPERKING KRING VERZEKERDEN VOLKSVERZEKERINGEN 1999

Het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan het slot van artikel 1 worden onder vervanging van de punt door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  • f. in Nederland arbeid verrichten: in Nederland of op het continentaal plat arbeid verrichten;

  • g. buiten Nederland arbeid verrichten: buiten Nederland en het continentaal plat arbeid verrichten.

B

Artikel 11, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Verzekerd op grond van de volksverzekeringen is de vreemdeling die rechtmatig in Nederland verblijf houdt in de zin van artikel 8, onder f tot en met k, van de Vreemdelingenwet 2000

    indien hij:

    • a. in Nederland, met uitzondering van het continentaal plat, in overeenstemming met de Wet arbeid vreemdelingen arbeid in dienstbetrekking verricht uit hoofde waarvan hij aan de loonbelasting is onderworpen;

    • b. op het continentaal plat arbeid in dienstbetrekking verricht uit hoofde waarvan hij aan de loonbelasting is onderworpen.

C

Artikel 12, derde lid, vervalt.

D

In artikel 23 wordt na «voor een werkgever» ingevoegd: in Nederland, met uitzondering van het continentaal plat,.

ARTIKEL II. WIJZIGING VAN HET BESLUIT UITBREIDING EN BEPERKING KRING VERZEKERDEN WERKNEMERSVERZEKERINGEN 1990

Het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden werknemersverzekeringen 1990 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. werknemersverzekeringen:

de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Ziektewet en de Werkloosheidswet;

b. in Nederland arbeid verrichten, dan wel werkzaam zijn:

in Nederland of op het continentaal plat arbeid verrichten;

c. buiten Nederland arbeid verrichten, dan wel werkzaam zijn:

buiten Nederland en het continentaal plat arbeid verrichten.

B

Artikel 4c komt te luiden:

Artikel 4c

Als werknemer in de zin van de werknemersverzekeringen wordt beschouwd de vreemdeling die:

rechtmatig in Nederland verblijf houdt in de zin van artikel 8, onder f tot en met k, van de Vreemdelingenwet 2000,

indien hij:

  • a. in Nederland, met uitzondering van het continentaal plat, in overeenstemming met de Wet arbeid vreemdelingen arbeid in dienstbetrekking verricht;

  • b. op het continentaal plat arbeid in dienstbetrekking verricht.

C

In artikel 14, tweede lid, wordt de zinsnede «Een buiten Nederland doorgebrachte verlofperiode» vervangen door: Een buiten Nederland en op het continentaal plat doorgebrachte verlofperiode.

D

In artikel 16a wordt na «indien hij» ingevoegd: in Nederland, met uitzondering van het continentaal plat,.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDINGSBEPALING

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 28 november 2012

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L. F. Asscher

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. I. Schippers

Uitgegeven de twaalfde december 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding en achtergrond

Met ingang van 1 januari 2012 is de Wet sociale verzekeringen continentaal plat (Wet NCP) in werking getreden. Deze wet beoogt de socialezekerheidsbescherming te verbeteren voor werknemers, die werkzaam zijn op het Nederlands deel van het continentaal plat (NCP), maar die voor 1 januari 2012 nog niet onder de Nederlandse sociale verzekeringswetten vielen. De Wet NCP regelt dit door een wijziging aan te brengen in de materiewetten, waaronder de Algemene Ouderdomswet (AOW), de Algemene Nabestaandenwet (Anw), de Algemene Kinderbijslagwet (AKW), de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), de Werkloosheidswet (WW) en de Ziektewet (ZW). Door de wijziging in de AWBZ ontstaat daarnaast verzekeringsplicht op grond van de Zorgverzekeringswet.

In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel NCP is opgemerkt dat het uitgangspunt is dat aan werken op het NCP, voor wat betreft de toepasselijkheid van de socialezekerheidsregelingen, dezelfde gevolgen moeten worden verbonden als aan werken aan de wal. Dit uitgangspunt betekent dat ook de bijzondere bepalingen uit het Besluit uitbreiding en beperking kring volksverzekeringen 1999 (hierna BUB volksverzekeringen) en het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden werknemersverzekeringen 1990 (hierna BUB werknemersverzekeringen), zullen moeten gelden voor werknemers die op het NCP werken. In dit verband zijn een aantal technische aanpassingen nodig, die in dit voorstel nader zijn vormgegeven.

De Wet NCP gaat niet in op de socialezekerheidspositie van zelfstandigen, die werkzaam zijn op het NCP. Wel is in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel de toezegging gedaan dat, in het kader van de uit het wetsvoorstel voortvloeiende technische wijzigingen van het BUB, deze positie nader bezien zou worden. Deze toezegging wordt in dit besluit uitgewerkt.

De definitie van het begrip «continentaal» plat is te vinden in de artikelen 1 van de AOW, Anw, AKW, AWBZ, WW en ZW en luidt als volgt: «de exclusieve economische zone van het Koninkrijk, bedoeld in artikel 1 van de Rijkswet instelling exclusieve economische zone, voor zover deze grenst aan de territoriale zee van Nederland.» Voor de redactie van deze bepaling is aangesloten bij de wijze waarop dit omschreven is in de Algemene wet inzake rijksbelastingen.

2. Hoofdlijnen van dit besluit

Met de in dit besluit opgenomen wijzigingen worden allereerst, in technische zin, aanpassingen verricht in beide algemene maatregelen van bestuur (amvb) inzake de kring van verzekerden voor de sociale verzekeringen. Deze wijzigingen vloeien voort uit de wijzigingen die op grond van de Wet NCP hebben plaatsgevonden in de diverse materiewetten. In beide amvb’s wordt nu – door middel van de definitiebepalingen betreffende het in dan wel buiten Nederland arbeid verrichten – het uitgangspunt vastgelegd dat het werken op het continentaal plat verzekeringsplicht met zich meebrengt.

Zo zijn de artikelen 11 BUB volksverzekeringen en artikel 4c BUB werknemersverzekeringen aangepast waardoor de vreemdeling die rechtmatig in Nederland verblijft op basis van artikel 8 f tot en met k van de Vreemdelingenwet 2000, ook verzekerd is indien hij op het NCP gaat werken. Voor personen die niet in Nederland woonachtig zijn of verblijf houden, bijvoorbeeld Filippijnse werknemers die vanuit de Filippijnen worden ingehuurd om op het NCP werkzaam te zijn, is deze aanpassing niet bedoeld. Deze groep is reeds verzekerd op basis van de wijzigingen die de Wet NCP heeft aangebracht in de hoofdregel met betrekking tot de verzekeringsplicht in de betreffende artikelen van de AOW, Anw, AKW, AWBZ, WW en de ZW. Omdat deze categorie personen van rechtswege verzekerd is voor de AWBZ, is deze groep ook verplicht verzekerd voor de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Daarnaast zien de wijzigingen op de verzekeringspositie van zelfstandigen. Er zijn een aantal redenen om de zelfstandigen die werkzaam zijn op het NCP zoveel als mogelijk hetzelfde niveau van sociale zekerheidsbescherming te geven als op het NCP werkzame werknemers én de op het Nederlandse vasteland werkzame zelfstandigen. In de eerste plaats is de bescherming van werknemers en zelfstandigen door middel van de volksverzekeringen, indien zij werkzaam zijn op het vasteland van Nederland nu al vergelijkbaar. Ook voor de toepassing van de Europese verordening 883/2004 die ziet op de coördinatie van sociale zekerheidsregelingen, worden werknemers en zelfstandigen gelijk behandeld voor zover mogelijk en hetzelfde geldt – weliswaar in mindere mate – voor de coördinatiebepalingen in bilaterale socialezekerheidsverdragen die Nederland met landen buiten de Europese Unie heeft gesloten. Zeker nu met de wet NCP beoogd wordt aan te sluiten bij de internationale tendens om niet langer een onderscheid te maken tussen arbeid «onshore» en arbeid «offshore» als het gaat om het toepasselijk sociale zekerheidsregime, ligt het voor de hand om de betere bescherming die het wetsvoorstel aan werknemers op het NCP biedt, ook te laten gelden voor zelfstandigen.

In artikel 9 van het BUB volksverzekeringen is geregeld dat zelfstandigen die niet in Nederland wonen en die hier te lande aan de inkomstenbelasting zijn onderworpen, verzekerd zijn voor de volksverzekeringen, mits men in Nederland arbeid verricht voor die onderneming. Door de definitie van het begrip: «in Nederland arbeid verrichten» in artikel 1 van het BUB volksverzekeringen, wordt onder dit begrip ook het verrichten van arbeid op het NCP verstaan. Hierdoor wordt bereikt dat ook zelfstandigen die buiten Nederland wonen en werkzaam zijn op het NCP verzekerd zijn voor de Nederlandse volksverzekeringen.

Er is alleen sprake van gelijkstelling van de verzekeringspositie van zelfstandigen die werkzaam zijn op het NCP met de positie van werknemers die werkzaam zijn op het NCP, voor zover het gaat om de volksverzekeringen.

De werknemersverzekeringen, zoals de WW en de WIA, worden niet van toepassing verklaard op zelfstandigen. Een zelfstandige dient zelf voorzieningen te treffen om zich te beschermen tegen risico’s als werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Dit blijft tot de eigen verantwoordelijkheid van de zelfstandige behoren. Dit sluit aan bij de kabinetsvisie zoals onlangs verwoord in een reactie op het SER-advies «Zelfstandigen en arbeidsomstandigheden» (Kamerstukken II 2011/12, 31 311, nr. 87). Ook daarin wordt immers uitgegaan van een andere (beperktere) rol van de overheid bij de bescherming van zelfstandigen dan van werknemers vanwege een grotere eigen verantwoordelijkheid van de zelfstandige.

Door de branche is in het kader van een overleg met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de Wet NCP de vraag gesteld of de zesmaandentermijn uit artikel 14 BUB werknemersverzekeringen niet ook in artikel 9 BUB volksverzekeringen kan worden geïntroduceerd in verband met de in het buitenland woonachtige zelfstandigen. Artikel 14 van het BUB werknemersverzekeringen kent een uitzondering op de verzekeringsplicht voor werknemers die buiten Nederland wonen, in dienst zijn van een buiten Nederland wonende of gevestigde werkgever en die korter dan zes maanden in Nederland werkzaam zijn.

De periode van zes maanden in artikel 14 BUB werknemersverzekeringen is afkomstig uit de fiscale regelgeving. Deze periode wordt gehanteerd in belastingverdragen. De werkstaat dient af te zien van heffing van belasting indien een werknemer minder dan 183 dagen in de werkstaat gedurende het belastingjaar verblijft. Daarbij gelden overigens nog twee andere voorwaarden: de werkgever mag geen inwoner zijn van de werkstaat en de beloning komt niet ten laste van een vaste inrichting of vast middelpunt van de werkgever in de werkstaat. Als aan alle voorwaarden wordt voldaan, heeft de woonstaat van de werknemer het recht van belastingheffing over diens beloning.

De belastingverdragen kennen een andere regeling als het gaat om het belasten van inkomsten uit zelfstandige arbeid van niet-inwoners die in Nederland een onderneming drijven met behulp van een vast middelpunt (vaste inrichting). Veelal geldt dan geen termijn van zes maanden en hangt een heffingsrecht voor Nederland af van het antwoord op de vraag of er een vast middelpunt (vaste inrichting) in Nederland is of niet. Ook in de Wet inkomstenbelasting 2001 geldt voor niet in Nederland wonende zelfstandigen met een vaste inrichting in Nederland geen bepaalde termijn. Aangezien er zoveel als mogelijk gestreefd wordt naar samenloop van belastingheffing en premieheffing, is voor de verzekeringsplicht van niet in Nederland wonende zelfstandigen aangesloten bij de belastingheffing. Er is dus geen reden tot wijziging van artikel 9 BUB volksverzekeringen op dit punt. Opname van een termijn in artikel 9 zou betekenen dat belastingheffing en premieheffing niet meer automatisch samenlopen.

De datum van inwerkingtreding is op 1 januari 2013 bepaald. De reden hiervoor is dat de betrokkenen, voor zover zij al niet onder een wettelijk buitenlands ziektekostenstelsel vallen, een particuliere verzekeringsdekking zullen hebben. Die particuliere verzekeringen hebben in de regel een looptijd van minimaal 1 jaar. Teneinde de bestaande verzekering tijdig te kunnen opzeggen en daarmee dubbele verzekering en premiebetaling te voorkomen, moeten betrokkenen de gelegenheid krijgen hun bestaande ziektekostenverzekering tijdig op te zeggen.

3. Financiële gevolgen

Aangezien de wijzigingen die de Wet NCP met ingang van 1 januari 2012 heeft aangebracht in de volksverzekeringswetten al voldoende zijn om voor het merendeel van de zelfstandigen een betere bescherming te bewerkstelligen, hebben de wijzigingen in dit besluit slechts gevolgen voor een beperkte groep zelfstandigen. Deze groep betreft zelfstandigen die op het NCP werkzaam zijn en niet woonachtig zijn in Nederland, een EU-lidstaat, een EER-lidstaat of Zwitserland dan wel een land waarmee Nederland bilaterale afspraken heeft gemaakt op dit terrein. De omvang van deze groep kan, uitgaande van de woonlandverhoudingen die gelden voor de groep werknemers die op het NCP werken, worden geschat op zo’n 60 personen. Naar schatting werken er in totaal zo’n 1500 zelfstandigen op het NCP.

Aangezien de wijzigingen in het besluit met name de positie van zelfstandigen betreft, hebben zij budgettair enkel invloed op de volksverzekeringen en niet op de werknemersverzekeringen. Deze personen gaan alleen premies volksverzekeringen betalen, waardoor de premiebaten stijgen met 70.000 euro. Daar staat een iets groter uitgavenstijging tegenover: de uitkeringslasten stijgen in de structurele situatie met circa 90.000 euro.

4. Adviezen

Het voorliggende besluit is voor advies over de uitvoeringsaspecten voorgelegd aan de SVB, UWV, CVZ en IWI.

SVB

De SVB acht het besluit uitvoerbaar. SVB heeft wel een opmerking van wetstechnische aard die inhoudt dat duidelijker moest worden aangegeven dat de Wet arbeid vreemdelingen (verder WAV) niet geldt voor arbeid verricht op het continentaal plat. Het besluit is conform deze opmerking aangepast.

Voorts signaleert de SVB als handhavingsrisico dat werknemers en zelfstandigen die van buiten de EU/EER-landen of Zwitserland afkomstig zijn, moeilijk traceerbaar zijn.

De regering wijst er op dat deze problematiek ook reeds aan orde is geweest tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Wet sociale verzekeringen continentaal plat. Daar is aangegeven dat de Belastingdienst zicht heeft op alle werkgevers (inclusief zelfstandigen) die werkzaam zijn op het NCP omdat deze ook nu al onder de Nederlandse fiscale wetgeving vallen (uiteraard indien voldaan is aan de voorwaarden uit de Wet inkomstenbelasting 2001). Inmiddels zijn er in het kader van de uitvoering van de Wet NCP afspraken gemaakt tussen de SVB en de Belastingdienst waardoor de SVB de benodigde gegevens krijgt om haar taak uit te voeren. De regering spreekt de verwachting uit dat het ook mogelijk zal zijn dergelijke afspraken te maken in het kader van de uitvoering van dit besluit.

UWV

UWV voorziet geen problemen voor de uitvoering aangezien het om een populatie van geringe omvang gaat. UWV voorziet ook geen problemen in de handhaafbaarheid van het besluit.

CVZ

CVZ had geen behoefte aan het uitbrengen van een aparte uitvoeringstoets en verwees naar de uitvoeringstoets die is uitgebracht naar aanleiding van de Wet NCP.

In deze toets wijst CVZ evenals de SVB er op dat het voor de controle op naleving belangrijk is dat er een adequate registratie komt van deze groep verzekerden. Daarnaast wijst CVZ op het risico van wanbetaling ten aanzien van de (nominale) premieplicht maar maakt daarbij de kanttekening dat het hier om een groep van zeer geringe omvang gaat.

IWI

IWI heeft geen opmerkingen over de toezichtbaarheid van dit besluit

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

In dit onderdeel wordt artikel 1 van het BUB volksverzekeringen zodanig gewijzigd dat daar waarbij in de artikelen van het BUB volksverzekeringen de vraag of betrokkene verzekerd is, het werken op Nederlands grondgebied van belang is, dit wordt uitgebreid met het werken op het continentaal plat. Daartoe dient in het BUB volksverzekeringen daar waar het begrip «in of buiten Nederland arbeid verrichten» wordt gebruikt dit begrip uitgebreid te worden met het begrip werken op het continentaal plat.

Artikel I, onderdeel B

Voor een toelichting hierop wordt verwezen naar de toelichting bij artikel I, onderdeel A.

Artikel I, onderdeel C

Artikel 12, derde lid, van het BUB volksverzekeringen komt in dit onderdeel te vervallen. In dit artikellid wordt een afwijkende regel geformuleerd ten aanzien van het verrichten van arbeid buiten Nederland indien betrokkene werkzaam was in hetzelfde gebied zoals dit nu in dit besluit als continentaal plat wordt aangemerkt. Deze bepaling is met de inwerkingtreding van de Wet NCP zinledig geworden en kan derhalve komen te vervallen.

Artikel I, onderdeel D

In dit artikel is de daar genoemde vreemdeling verzekerd voor de volksverzekeringen indien aan de Wet arbeid vreemdelingen is voldaan. Aangezien laatstgenoemde wet niet van toepassing op het continentaal plat behoeft dit artikel een redactionele aanpassing.

Artikel II, de onderdelen A, B, C en D

Voor een toelichting hierop wordt – voor zover relevant – verwezen naar de toelichting bij artikel I, onderdeel A.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L. F. Asscher


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven