Besluit van 30 oktober 2012 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen XIX, XX en XXI van de Fiscale vereenvoudigingswet 2010, artikel XXI van de Fiscale verzamelwet 2011 en artikel XXXIII van het Belastingplan 2012

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van 15 oktober 2012, nr. DB 2012/375M;

Gelet op artikel XXVII, tweede lid, van de Fiscale vereenvoudigingswet 2010, artikel XXVI, negende lid, van de Fiscale verzamelwet 2011 en artikel XXXVIII, derde lid, van het Belastingplan 2012;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Met ingang van 1 januari 2013 treden in werking:

  • a. de artikelen XIX, XX en XXI van de Fiscale vereenvoudigingswet 2010;

  • b. artikel XXI van de Fiscale verzamelwet 2011 met dien verstande dat dit artikel toepassing vindt nadat artikel II van de Wet uniformering loonbegrip is toegepast;

  • c. artikel XXXIII van het Belastingplan 2012 met dien verstande dat dit artikel toepassing vindt nadat artikel II van de Wet uniformering loonbegrip is toegepast.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 30 oktober 2012

Beatrix

De Staatssecretaris van Financiën, F. H. H. Weekers

Uitgegeven de vijfde november 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van de artikelen XIX, XX en XXI van de Fiscale vereenvoudigingswet 2010, artikel XXI van de Fiscale verzamelwet 2011 en artikel XXXIII van het Belastingplan 2012.

De artikelen XIX, XX en XXI van de Fiscale vereenvoudigingswet 2010, zoals gewijzigd bij artikel XXII van Overige fiscale maatregelen 2012, treden in werking met ingang van 1 januari 2013. Deze artikelen houden verband met de opname van een nieuwe definitie van het partnerbegrip in artikel 3 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen waarbij wordt aangesloten bij het basispartnerbegrip van artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Dat basispartnerbegrip is met ingang van 1 januari 2011 ingevoerd. In verband met de implementatie van een nieuw automatiseringssysteem bij de Belastingdienst/Toeslagen is destijds besloten om het nieuwe partnerbegrip voor de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in te voeren op het moment waarop de implementatie van dat nieuwe systeem is voltooid. Dat is per 1 januari 2013 het geval.

Artikel XXI van de Fiscale verzamelwet 2011 treedt eveneens in werking met ingang van 1 januari 2013. Artikel XXI van de Fiscale verzamelwet 2011 bevat een aanpassing van artikel 50 van de Zorgverzekeringswet zoals dat ingevolge de Wet uniformering loonbegrip per 1 januari 2013 komt te luiden1 en regelt dat de inspecteur ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende teruggaven inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet of voorschotten op die teruggaven bij voor bezwaar vatbare beschikking kan terugvorderen.

Artikel XXXIII van het Belastingplan 2012 betreft eveneens een wijziging van artikel 50 van de Zorgverzekeringswet zoals dat artikel ingevolge de Wet uniformering loonbegrip per 1 januari 2013 komt te luiden. De wijziging houdt verband met de vervanging van de regeling heffingsrente door die van de belastingrente en treedt eveneens in werking met ingang van 1 januari 2013.

De Staatssecretaris van Financiën, F. H. H. Weekers


X Noot
1

Stb. 2012, 45.

Naar boven