Wet van 30 juni 2011 tot wijziging van de wet houdende wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde een korting te kunnen toepassen op de toeslag voor de echtgenoot die jonger is dan 65 jaar

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het vanuit inkomensoverwegingen wenselijk is de grens van het gezamenlijke inkomen, waaronder de korting niet wordt toegepast, te verhogen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Indien het bij koninklijke boodschap van 28 juni 2010 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde een korting te kunnen toepassen op de toeslag voor de echtgenoot die jonger is dan 65 jaar (32 430) tot wet wordt verheven, wordt in die wet in het in artikel I, onderdeel B, voorgestelde artikel 12, eerste lid, van de Algemeen Ouderdomswet «8%» vervangen door «10%» en «niet minder dan 110% van het bruto-minimumloon bedraagt» door «niet minder bedraagt dan 162% van het bruto-minimumloon met inbegrip van de bruto-minimumvakantiebijslag, bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag».

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 28 juni 2010 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde een korting te kunnen toepassen op de toeslag voor de echtgenoot die jonger is dan 65 jaar (32 430) tot wet is verheven en die wet in werking treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 30 juni 2011

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. G. J. Kamp

Uitgegeven de negentiende juli 2011

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 32 697

Naar boven