Beschikking van de Minister van Justitie van 23 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van het Besluit programma van werkzaamheden verzekeringsbedrijf BES, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

De Minister van Justitie,

Gelet op artikel 24, eerste lid, van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

Besluit:

de tekst van het Besluit programma van werkzaamheden verzekeringsbedrijf BES, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba in het Staatsblad te plaatsen als bijlage bij deze beschikking.

’s-Gravenhage, 23 september 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Uitgegeven de eerste oktober 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

TEKST VAN HET BESLUIT PROGRAMMA VAN WERKZAAMHEDEN VERZEKERINGSBEDRIJF BES, ZOALS GEWIJZIGD BIJ HET AANPASSINGSBESLUIT OPENBARE LICHAMEN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. wet:

Wet toezicht verzekeringsbedrijf BES;

b. programma van werkzaamheden:

het programma van werkzaamheden, bedoeld in Artikel 12, eerste lid, van de wet.

Artikel 2

Het programma van werkzaamheden dient met betrekking tot de voorgenomen uitoefening van het levensverzekeringsbedrijf te bevatten:

  • a. een opgave van de aard van de overeenkomsten die de verzekeraar voornemens is aan te gaan;

  • b. de polisvoorwaarden die de verzekeraar voornemens is te gebruiken;

  • c. de tarieven die de verzekeraar voornemens is toe te passen;

  • d. de technische grondslagen die de verzekeraar voornemens is toe te passen, met name de gegevens die nodig zijn voor de berekening van de tarieven en de technische voorzieningen;

  • e. een uiteenzetting omtrent de leidende beginselen op het gebied van de herverzekering;

  • f.

    • 1. indien de verzekeraar zijn zetel in een openbaar lichaam heeft:

      bewijsstukken waaruit blijkt dat de verzekeraar beschikt over het minimum bedrag van de solvabiliteitsmarge dat krachtens Artikel 36, derde lid, van de wet geldt;

    • 2. indien de verzekeraar zijn zetel buiten de openbare lichamen heeft: bewijsstukken dat de solvabiliteitsmarge voor zijn verzekeringsbedrijf tenminste overeenkomt met de ingevolge Artikel 36, eerste en derde lid, van de wet vereiste solvabiliteitsmarge;

  • g. een raming van de kosten voor de inrichting van de administratie en van het produktienet, alsmede bewijsstukken waaruit blijkt dat de verzekeraar beschikt over de financiële middelen tot dekking daarvan;

    en voorts, voor de eerste drie boekjaren:

  • h. een raming van de liquiditeitspositie;

  • i. een raming van de vermoedelijke inkomsten en uitgaven, zowel wat de direkte verzekeringen en de geaccepteerde herverzekeringen als de uitgaande herverzekeringen betreft;

  • j. een raming van de financiële middelen tot dekking van de verzekeringsverplichtingen;

  • k. indien de verzekeraar zijn zetel in een openbaar lichaam heeft: een raming van de financiële middelen tot dekking van de solvabiliteitsmarge.

Artikel 3

  • 1. Het programma van werkzaamheden dient met betrekking tot de voorgenomen uitoefening van het schadeverzekeringsbedrijf te bevatten:

    • a. een opgave van de aard van de risico’s die de verzekeraar voornemens is te dekken;

    • b. de polisvoorwaarden die de verzekeraar voornemens is te gebruiken;

    • c. de tarieven die de verzekeraar voornemens is toe te passen;

    • d. een uiteenzetting omtrent de leidende beginselen op het gebied van de herverzekering;

    • e.

      • 1. indien de verzekeraar zijn zetel in een openbaar lichaam heeft: bewijsstukken waaruit blijkt dat hij beschikt over het minimum bedrag van de solvabiliteitsmarge dat krachtens Artikel 36, derde lid, van de wet geldt, dan wel over de solvabiliteitsmarge die krachtens Artikel 36, tweede lid, van de wet is vereist op grond van het reeds door hem uitgeoefende schadeverzekeringsbedrijf indien deze solvabiliteitsmarge hoger is dan het minimum bedrag;

      • 2. indien de verzekeraar zijn zetel buiten de openbare lichamen heeft: bewijsstukken dat de solvabiliteitsmarge van zijn gehele verzekeringsbedrijf tenminste overeenkomt met de ingevolge Artikel 36, tweede en derde lid, van de wet vereiste solvabiliteitsmarge;

    • f. een raming van de kosten voor de inrichting van de administratie en van het produktienet, alsmede bewijsstukken waaruit blijkt dat de verzekeraar beschikt over de financiële middelen tot dekking daarvan;

      en voorts, voor de eerste drie boekjaren:

    • g. een raming van de andere dan de in onderdeel f bedoelde kosten van beheer, met name van de algemene kosten en de provisies;

    • h. een raming van de premies en van de schaden, zowel wat de direkte en de geaccepteerde herverzekeringen als de uitgaande herverzekeringen betreft;

    • i. een raming van de liquiditeitspositie;

    • j. een raming van de financiële middelen tot dekking van de verzekeringsverplichtingen;

    • k. indien de verzekeraar zijn zetel in een openbaar lichaam heeft:

      een raming van de financiële middelen tot dekking van de solvabiliteitsmarge.

Artikel 4

De verzekeraar met zetel buiten de openbare lichamen voegt bij het programma van werkzaamheden zijn jaarrekening van elk der laatste drie boekjaren.

Artikel 5

Dit besluit berust op artikel 12, tweede lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf BES.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit programma van werkzaamheden verzekeringsbedrijf BES.

Naar boven