Besluit van 11 juni 2010, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Vruchtensappen in verband met richtlijn 2009/106/EG

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 april 2010, VGP/VC 2998200, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, en van Economische Zaken;

Gelet op richtlijn nr. 2009/106/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 14 augustus 2009 (PbEU L 212) tot wijziging van richtlijn 2001/112/EG van de Raad inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtensappen en bepaalde soortgelijke producten, alsmede op de artikelen 8, eerste lid, onder c, en 13, onder a, van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 28 april 2010, no. W13.10.0144/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 7 juni 2010, VGP/VC 3005644, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, en van Economische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Warenwetbesluit Vruchtensappen wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 7 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma en het woord «en», een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. het voldoet aan de in bijlage 2 bedoelde minimumbrixwaarden.

B

In artikel 9 wordt «bijlage 2» steeds vervangen door: bijlage 3.

C

In artikel 17, eerste lid, onder c, wordt:

  • a. «vervaardigd uit sapconcentra(a)t(en» vervangen door: uit sapconcentra(a)t(en).

  • b. «gedeeltelijk vervaardigd uit sapconcentra(a)t(en» vervangen door: gedeeltelijk uit sapconcentra(a)t(en).

D

In bijlage 2 wordt «Bijlage 2» vervangen door: Bijlage 3.

E

Een bijlage wordt ingevoegd, luidende:

Bijlage 2

Deze bijlage behoort bij artikel 7, onder d.

Gewone naam van de vrucht

Botanische naam

Minimumbrixwaarden voor gereconstitueerd vruchtensap en gereconstitueerde vruchtenmoes

Appel*

Malus domestica Borkh.

11,2

Abrikoos**

Prunus armeniaca L.

11,2

Banaan**

Musa sp.

21,0

Zwarte bes*

Ribes nigrum L.

11,6

Druif*

Vitis vinifera L. of hybriden daarvan

Vitis labrusca L. of hybriden daarvan

15,9

Pompelmoes*

Citrus x paradise Macfad.

10,0

Guave**

Psidium guajava L.

 9,5

Citroen*

Citrus limon (L.) Burm.f.

 8,0

Mango**

Mangifera indica L.

15,0

Sinaasappel*

Citrus sinensis (L.) Osbeck

11,2

Passievrucht*

Passiflora edulis Sims

13,5

Perzik**

Prunus persica (L.) Batsch var. persica

10,0

Peer**

Pyrus communis L.

11,9

Ananas*

Ananas comosus (L.) Merr.

12,8

Framboos*

Rubus idaeus L.

 7,0

Zure kers*

Prunus cerasus L.

13,5

Aardbei*

Fragaria x ananassa Duch.

 7,0

Mandarijn*

Citrus reticulata Blanco

11,2

Wanneer een sap uit sapconcentraat is bereid uit een vrucht die niet is opgenomen in bovenstaande lijst, is de minimumbrixwaarde van het gereconstitueerde sap de brixwaarde van het sap dat is geëxtraheerd uit de voor de bereiding van het concentraat gebruikte vrucht.

Voor de met * aangegeven producten die tot sap worden verwerkt, wordt een minimale dichtheid bepaald ten opzichte van water bij 20/20 °C.

Voor de met ** aangegeven producten die tot moes worden verwerkt, wordt slechts een minimale ongecorrigeerde brixwaarde (zonder zuurcorrectie) bepaald.

Voor zwarte bes, guave, mango en passievrucht gelden de brixwaarden uitsluitend voor gereconstitueerd vruchtensap en gereconstitueerde vruchtenmoes die in de Europese Unie zijn geproduceerd.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 11 juni 2010

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Uitgegeven de zesde juli 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Op 12 januari 2002 is gepubliceerd richtlijn nr. 2001/112/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 december 2001 inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtensappen en bepaalde soortgelijke producten (PbEU 2002, L 10), verder te noemen: richtlijn 2001/112/EG.

Op 15 augustus 2009 is gepubliceerd richtlijn nr. 2009/106/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 14 augustus 2009 (PbEU L 212) tot wijziging van richtlijn 2001/112/EG van de Raad inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtensappen en bepaalde soortgelijke producten, verder te noemen: richtlijn 2009/106/EG.

Richtlijn 2001/112/EG is in Nederland uitgevoerd bij het Warenwetbesluit Vruchtensappen. Richtlijn 2009/106/EG wijzigt richtlijn 2001/112/EG, en diende daarom te worden uitgevoerd door een wijziging van het Warenwetbesluit Vruchtensappen. Dit besluit zorgt daarvoor.

Richtlijn 2001/112/EG is bij richtlijn 2009/106/EG aangepast aan de vooruitgang van de techniek en aan de ontwikkelingen in de betrokken internationale normen. Dit laatste betreft met name de codexnorm voor vruchtensappen en nectars (Codex Stan 247-2005), en de praktijkcode van de Europese vereniging voor vruchtensappen (AIJN).

In deze codexnorm is bepaald dat het door reconstitutie van geconcentreerd vruchtensap verkregen product wordt omschreven als vruchtensap uit sapconcentraat. Deze internationaal erkende term is nu ook gebruikt in de gewijzigde Nederlandstalige versie van richtlijn 2001/112/EG.

Deze codexnorm en de praktijkcode van de AIJN voorzien ook in minimumbrixwaarden (een indicatie voor het gehalte aan sacharose) voor een lijst van vruchtensappen uit sapconcentraat. Deze waarden vereenvoudigen de controle van minimumkwaliteitseisen. Daarom zijn zij overgenomen in de gewijzigde richtlijn 2001/112/EG, voor zover zij overeenstemmen met de in de Europese Unie gebruikte referentiewaarden.

De in de voorgaande drie alinea's beschreven wijzigingen van richtlijn 2001/112/EG zijn bij dit besluit tevens doorgevoerd in het Warenwetbesluit Vruchtensappen.

In onderstaande tabel is het verband weergegeven tussen richtlijn 2009/106/EG, dit besluit, en het Warenwetbesluit Vruchtensappen.

Richtlijn 2009/106/EG

Dit besluit

Warenwetbesluit Vruchtensappen

artikel 1, punt 1

artikel I onder C

artikel 17, eerste lid, onder c

artikel 1, punt 2

artikel I, onder A

artikel 7, onder d

artikel 1, punt 3

artikel 1, onder E

bijlage 2 (nieuw)

artikel 2

artikel II

artikelen 3 en 4

De bij dit besluit (en richtlijn 2009/106/EG) voorgeschreven wijziging van de etikettering van vruchtensappen, is reeds bekend sinds de publicatie van die richtlijn (15 augustus 2009). Aangezien dit besluit pas op 1 januari 2011 in werking is getreden, konden producenten deze wijziging doorvoeren bij de periodieke aanpassing van verpakkingen en etiketten. Dit besluit heeft daarom geen gevolgen voor de administratieve lasten voor het bedrijfsleven, en ook verder geen bedrijfseffecten.

Regulier Overleg Warenwet

Het ontwerp van dit besluit is voorgelegd aan de deelnemers aan het Regulier Overleg Warenwet (ROW)1. Deze consultatie heeft niet geleid tot een reactie.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van ondernemers (industrie en handel), van consumenten, van ministeries (met name van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, en van Economische Zaken), van de Voedsel en Waren Autoriteit, en van product- en bedrijfschappen.

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven