Besluit van 29 december 2009 tot intrekking van het Besluit energierendementseisen voorschakelapparaten voor fluorescentielampen en het Besluit energie-efficiëntienormen koel- en vriesapparatuur

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 16 november 2009, nr. BJZ2009059600, Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op verordening (EG) nr. 245/2009 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 maart 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32 van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor fluorescentielampen zonder ingebouwd voorschakelapparaat, voor hogedrukgasontladingslampen en voor voorschakelapparaten en armaturen die deze lampen kunnen laten branden, en tot intrekking van Richtlijn 2000/55/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU L 76) en verordening (EG) nr. 643/2009 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 22 juli 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32 van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor koelapparaten voor huishoudelijk gebruik (PbEU L 191), artikel 9.4.4 van de Wet milieubeheer en de artikelen 2, 6 en 21 van de Wet energiebesparing toestellen;

De Raad van State gehoord (advies van 2 december 2009, nr. W08.09.0483/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 21 december 2009, nr. BJZ2009064970, Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit energierendementseisen voorschakelapparaten voor fluorescentielampen wordt ingetrokken.

ARTIKEL II

Het Besluit energie-efficiëntienormen koel- en vriesapparatuur wordt ingetrokken.

ARTIKEL III

  • 1. Artikel I treedt in werking met ingang van 13 april 2010.

  • 2. Artikel II treedt in werking met ingang van 1 juli 2010.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 29 december 2009

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer

Uitgegeven de negentiende januari 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Met het onderhavige besluit wordt een tweetal algemene maatregelen van bestuur ingetrokken. Deze algemene maatregelen van bestuur dienden tot implementatie van Europese richtlijnen, die ingevolge recent vastgestelde en gepubliceerde Europese verordeningen worden ingetrokken. Met die rechtstreeks werkende verordeningen, gebaseerd op de zogenoemde ecodesign-richtlijn (richtlijn 2005/32/EG), worden aan de producten waarvoor in die algemene maatregelen van bestuur eisen met betrekking tot het energiegebruik waren gesteld, andere en strengere eisen gesteld. Als gevolg daarvan dienden de richtlijnen en derhalve ook de daarop geënte nationale regelgeving te worden ingetrokken. Ik ga hieronder nader op beide algemene maatregelen van bestuur in.

Het Besluit energierendementseisen voorschakelapparaten voor fluorescentielampen is tot stand gekomen als implementatie van richtlijn 2000/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 september 2000 inzake de energierendementseisen voor voorschakelapparaten voor fluorescentielampen (Pb EG L 279). In artikel 7 van verordening (EG) nr. 245/2009 van de Europese Commissie van 18 maart 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32 van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor fluorescentielampen zonder ingebouwd voorschakelapparaat, voor hogedrukgasontladingslampen en voor voorschakelapparaten en armaturen die deze lampen kunnen laten branden, en tot intrekking van Richtlijn 2000/55/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU L 76) is bepaald dat voornoemde richtlijn 2000/55/EG een jaar na de inwerkingtreding van die verordening wordt ingetrokken. Dat betekent dat de regelgeving waarmee die richtlijn in Nederland is geïmplementeerd, met ingang van dat tijdstip eveneens dient te worden ingetrokken. Daartoe dient artikel I van het besluit, in samenhang met artikel III, eerste lid.

Voornoemde verordening is op 13 april 2009 in werking getreden. Het besluit vervalt daarom met ingang van 13 april 2010.

Het Besluit energie-efficiëntienormen koel- en vriesapparatuur is tot stand gekomen als implementatie van richtlijn 96/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 september 1996 betreffende normen voor de energie-efficiëntie van huishoudelijke elektrische koelkasten, diepvriezers en combinaties daarvan (Pb EG L 236). In artikel 8 van verordening (EG) nr. 643/2009 van de Europese Commissie van 22 juli 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32 van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor koelapparaten voor huishoudelijk gebruik (PbEU L 191) is bepaald dat voornoemde richtlijn 96/57/EG met ingang van 1 juli 2010 wordt ingetrokken. Dat betekent dat de regelgeving waarmee die richtlijn in Nederland is geïmplementeerd, met ingang van dat tijdstip eveneens dient te worden ingetrokken. Daartoe dient artikel II van het besluit, in samenhang met artikel III, tweede lid.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven