Besluit van 29 maart 2010, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen van hoofdstuk III, de daarop gebaseerde bijlage, artikel 4.1, onderdelen A, tweede lid, C, E, G en H, artikel 4.4, onderdeel C van het Besluit OM-afdoening

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 24 maart 2010, directie Wetgeving, nr. 5646718/10/6;

Gelet op artikel 5.2, tweede lid, van het Besluit OM-afdoening;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen van hoofdstuk III, de daarop gebaseerde bijlage, artikel 4.1, onderdelen A, tweede lid, C, E, G en H, artikel 4.4, onderdeel C van het Besluit OM-afdoening treden in werking met ingang van 1 april 2010.

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 29 maart 2010

Beatrix

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Uitgegeven de eenendertigste maart 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven