Besluit van 19 maart 2010, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 23 december 2009 tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 28), het Rechtspositiebesluit voorzitters huurcommissie 2010 en het besluit van 4 februari 2010 tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 42)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van 16 maart 2010, nr. BJZ2010007861, Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op artikel X van de wet van 23 december 2009 tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 28), artikel 23 van het Rechtspositiebesluit voorzitters huurcommissie 2010 en artikel VI van het besluit van 4 februari 2010 tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 42);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De wet van 23 december 2009 tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 28), het Rechtspositiebesluit voorzitters huurcommissie 2010 en het besluit van 4 februari 2010 tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) (Stb. 2010, 42) treden in werking met ingang van 1 april 2010.

Onze Minister voor Wonen, Wijken en Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 19 maart 2010

Beatrix

De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

E. van Middelkoop

Uitgegeven de dertigste maart 2010

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven