Besluit van 19 mei 2009, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen en van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten i.v.m. verordening (EG) 124/2009

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 22 april 2009, VGP/VV 2926236, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Gelet op verordening (EG) nr. 124/2009 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 februari 2009 tot vaststelling van maximumgehalten voor coccidiostatica en histomonostatica in levensmiddelen als gevolg van niet te voorkomen versleping van die stoffen naar niet-doeldiervoeders (PbEU L 40), alsmede op de artikelen 4, eerste lid, 13, onder a, en 32b, eerste lid, van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 29 april 2009, no. W13.09.0140/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 mei 2009, VGP/VV 2929798, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel s door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • t. verordening (EG) 124/2009: verordening (EG) nr. 124/2009 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 februari 2009 tot vaststelling van maximumgehalten voor coccidiostatica en histomonostatica in levensmiddelen als gevolg van niet te voorkomen versleping van die stoffen naar niet-doeldiervoeders (PbEU L 40).

B

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 15. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 1, eerste lid, eerste en derde alinea, van verordening (EG) 124/2009.

ARTIKEL II

In de bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten wordt ingevoegd:

D-63.5.3

art. 2 lid 15

€ 450,–

€ 900,–

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2009.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 19 mei 2009

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Uitgegeven de zestiende juni 2009

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Artikel I

Op 11 februari 2009 is gepubliceerd verordening (EG) 124/2009 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 februari 2009 tot vaststelling van maximumgehalten voor coccidiostatica en histomonostatica in levensmiddelen als gevolg van niet te voorkomen versleping van die stoffen naar niet-doeldiervoeders (PbEU L 40), verder te noemen: verordening (EG) 124/2009.

De omstandigheden die hebben geleid tot de vaststelling van verordening (EG) 124/2009 zijn toegelicht in de elf overwegingen bij de verordening.

Verordening (EG) 124/2009 schrijft voor dat bepaalde levensmiddelen niet in de handel worden gebracht indien zij één of meer van de in de bijlage bij die verordening vermelde verontreinigingen bevatten in een gehalte dat het daarbij vermelde maximumgehalte overschrijdt. Voorts staat de verordening niet toe dat deze levensmiddelen gemengd worden met levensmiddelen die wél voldoen aan de in die bijlage vastgestelde maximumgehalten.

Verordening (EG) 124/2009 is verbindend in al zijn onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat van de Europese Unie. Daarom zal deze verordening niet worden omgezet in nationale wetgeving. Wel is het, om overtreding van de voorschriften uit de verordening te kunnen bestraffen, noodzakelijk om deze aan te wijzen als strafbaar of beboetbaar feit. Dat is gebeurd bij artikel I, onder B, van dit besluit (artikel 2, vijftiende lid, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen; verder: BBL).

Artikel II

Bij artikel II is een – in verband met het voorgaande noodzakelijke – wijziging aangebracht in de bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten. Overtreding van artikel 2, vijftiende lid, van het BBL wordt beboet met een bedrag van € 450,– voor de kleine bedrijven (50 of minder werknemers) en een bedrag van € 900,– voor de zogenaamde grote bedrijven (meer dan 50 werknemers). Overtreding van de hier in het geding zijnde voorschriften vertonen, voor zover zij door een bestuurlijke boete kunnen worden afgedaan, een goed vergelijkbare mate van (geringe) ernst. Voor een verdere toelichting inzake de hoogte van deze bedragen zij verwezen naar de nota van toelichting bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten.

Artikel III

Het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit (1 juli 2009) is gekozen met inachtneming van artikel 2 van verordening (EG) 124/2009.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven