Besluit van 17 november 2008, houdende wijziging van lijst I en II, behorende bij de Opiumwet, in verband met plaatsing op lijst I van oripavine en in verband met plaatsing op lijst II van hallucinogene paddenstoelen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 15 oktober 2008, VGP/ADT 2882258, gedaan na overleg met Onze Minister van Justitie;

Gelet op artikel 3a, eerste en tweede lid, van de Opiumwet;

De Raad van State gehoord (advies van 24 oktober 2008, no. W13.08.0446/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 11 november 2008, kenmerk DWJZ/SWW-2889449, uitgebracht na overleg met Onze Minister van Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Aan lijst I, behorende bij de Opiumwet, wordt na «– opium het gestremde melksap, verkregen van de plant Papaver somniferum L.» ingevoegd:

«oripavine

3-O-demethylthebaine

6,7,8,14-tetradehydro-4,5-alpha-epoxy-6-methoxy-17-methylmorphinan-3-ol»

ARTIKEL II

Aan lijst II, behorende bij de Opiumwet, wordt na «zolpidem – «ingevoegd «Paddo’s

A: paddenstoelen die van nature de stof psilocine of psilocybine bevatten:

agrocybe farinacea

conocybe cyanopus

blauwvoetbreeksteeltje

conocybe kuehneriana

grasbreeksteeltje

conocybe siligineoides

conocybe smithii

copelandia affinis

copelandia anomala

copelandia bispora

copelandia cambodginiensis

copelandia chlorocystis

copelandia cyanescens

copelandia lentisporus

copelandia mexicana

copelandia tirunelveliensis

copelandia tropica

copelandia tropicalis

copelandia westii

galerina steglichii

gerronema fibula

gerronema solidipes

gymnopilus aeruginosus

gymnopilus braendlei

gymnopilus intermedius

gymnopilus lateritius

gymnopilus liquiritiae

gymnopilus luteofolius

gymnopilus luteoviridis

gymnopilus luteus

gymnopilus purpuratus

gymnopilus sapineus

dennevlamhoed

gymnopilus spectabilis

gymnopilus subpurpuratus

gymnopilus validipes

gymnopilus viridans

hypholoma gigaspora

hypholoma guzmanii

hypholoma naematoliformis

hypholoma neocaledonica

hypholoma popperianum

hypholoma rhombispora

inocybe aeruginascens

groenverkleurende vezelkop

inocybe coelestium

inocybe corydalina corydalina

groenige perevezelkop

inocybe corydalina erinaceomorpha

schubbige perevezelkop

inocybe haemacta

blozende stinkvezelkop

inocybe tricolor

mycena cyanorrhiza

blauwvoetmycena

panaeolina foenisecii

gazonvlekplaat

panaeolina rhombisperma

panaeolina sagarae

panaeolina microsperma

panaeolus africanus

panaeolus ater

zwartbruine vlekplaat

panaeolus castaneifolius

panaeolus fimicola

grauwe vlekplaat

panaeolus microsporus

panaeolus moellerianus

panaeolus olivaceus

panaeolus papilionaceus

witte vlekplaat

panaeolus retirugis

geaderde vlekplaat

panaeolus rubricaulis

panaeolus sphinctrinus

franjevlekplaat

panaeolus subbalteatus

gezoneerde vlekplaat

panaeolus venezolanus

pluteus atricapillus

pluteus cyanopus

blauwvoethertezwam

pluteus glaucus

pluteus nigriviridis

pluteus salicinus

grauwgroene hertezwam

pluteus villosus

psilocybe acutipilea

psilocybe angustipleurocystidiata

psilocybe antioquensis

psilocybe aquamarina

psilocybe argentipes

psilocybe armandii

psilocybe aucklandii

psilocybe australiana

psilocybe aztecorum

psilocybe aztecorum bonetii

psilocybe azurescens

psilocybe baeocystis

psilocybe banderiliensis

psilocybe barrerae

psilocybe bohemica

psilocybe brasiliensis

psilocybe brunneocystidiata

psilocybe caeruleoannulata

psilocybe caerulescens

psilocybe caerulescens ombrophila

psilocybe caerulipes

psilocybe carbonaria

psilocybe chiapanensis

psilocybe collybioides

psilocybe columbiana

psilocybe coprinifacies

psilocybe cordispora

psilocybe cubensis

psilocybe cyanescens

psilocybe cyanofibrillosa

psilocybe dumontii

psilocybe eucalypta

psilocybe fagicola

psilocybe fagicola mesocystidiata

psilocybe farinacea

psilocybe fimetaria

psilocybe fuliginosa

psilocybe furtadoana

psilocybe galindoi

psilocybe goniospora

psilocybe graveolens

psilocybe guatapensis

psilocybe guilartensis

psilocybe heimii

psilocybe heliconiae

psilocybe herrerae

psilocybe hispanica

psilocybe hoogshagenii hoogshagenii

psilocybe hoogshagenii convexa

psilocybe inconspicua

psilocybe indica

psilocybe isabelae

psilocybe jacobsii

psilocybe jaliscana

psilocybe kumaenorum

psilocybe laurae

psilocybe lazoi

psilocybe liniformans

psilocybe liniformans americana

psilocybe mairei

psilocybe makarorae

psilocybe mammillata

psilocybe meridensis

psilocybe mexicana

psilocybe moseri

psilocybe muliercula

psilocybe natalensis

psilocybe natarajanii

psilocybe ochreata

psilocybe papuana

psilocybe paulensis

psilocybe pelliculosa

psilocybe pericystis

psilocybe pintonii

psilocybe pleurocystidiosa

psilocybe plutonia

psilocybe portoricensis

psilocybe pseudoaztecorum

psilocybe puberula

psilocybe quebecensis

psilocybe ramulosa

psilocybe rostrata

psilocybe rzedowskii

psilocybe samuiensis

psilocybe sanctorum

psilocybe schultesii

psilocybe semilanceata

puntig kaalkopje

psilocybe septentrionalis

psilocybe serbica

psilocybe sierrae

psilocybe silvatica

psilocybe singerii

psilocybe strictipes

psilocybe stuntzii

psilocybe subacutipilea

psilocybe subaeruginascens

psilocybe subaeruginosa

psilocybe subcaerulipes

psilocybe subcubensis

psilocybe subtropicalis

psilocybe subyungensis

psilocybe subzapotecorum

psilocybe tampanensis

psilocybe tasmaniana

psilocybe uruguayensis

psilocybe uxpanapensis

psilocybe venenata

psilocybe veraecrucis

psilocybe villarrealii

psilocybe wassoniorum

psilocybe weilii

psilocybe weldenii

psilocybe wrightii

psilocybe xalapensis

psilocybe yungensis

psilocybe zapotecorum

B: paddenstoelen die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten:

amanita muscaria muscaria

vliegenzwam

amanita pantherina

panteramaniet.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 december 2008.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 17 november 2008

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Uitgegeven de zevenentwintigste november 2008

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Het in artikel I van dit besluit genoemde middel oripavine is een substantie die verwant is aan de opiumalkaloïden. Het wordt, voor zover bekend, niet in Nederland gebruikt of toegepast.

Gelet op artikel 3a, eerste lid, van de Opiumwet, worden bij algemene maatregel van bestuur aan de bij deze wet behorende lijst I of II middelen toegevoegd, indien deze middelen onder de werking van het Enkelvoudig Verdrag zijn gebracht. Bij besluit van 14 maart 2007 van de Commission on Narcotic Drugs van de Verenigde Naties (Decision 50/1, vindplaats: E/2007/28-E/CN.7/2007/16) is bepaald dat het middel oripavine wordt toegevoegd aan lijst I van het Enkelvoudig Verdrag. Middelen die op lijst I van dit verdrag worden opgenomen, worden tevens op lijst I, behorende bij de Opiumwet, geplaatst.

Door oripavine op lijst I van de Opiumwet te plaatsen geeft het onderhavige besluit uitvoering aan artikel 3a, eerste lid, van de wet.

Ten aanzien van het middel oripavine verwacht de Inspectie voor de Gezondheidszorg geen aanvraag om een ontheffing voor een in artikel 2 van de Opiumwet bedoelde toepassing. Mocht er toch een aanvraag komen, dan betreft het hooguit een ontheffinghouder die een eerder verleende ontheffing wil wijzigen. Eventueel zouden er dan ook verzoeken om in- of uitvoer kunnen komen.

In artikel II van dit besluit zijn alle paddenstoelen opgenomen die een hallucinogene werking hebben. Dergelijke paddenstoelen worden ook wel aangeduid als «magic mushrooms» of «paddo’s».

Gebleken is dat het gebruik van paddo’s hallucinogene effecten heeft. Deze effecten kunnen leiden tot onvoorspelbaar en daarmee risicovol gedrag. Het is niet doenlijk een zodanige veilige gebruikssituatie te garanderen dat de gevolgen van een eventuele ‘bad trip’ kunnen worden beperkt. Vanuit het perspectief van de gezondheidsbescherming is er geen reden om gedroogde paddo’s wel te verbieden en verse paddo’s niet, mede gelet op het toegenomen aantal incidenten met voornamelijk buitenlandse toeristen die in Nederland paddo’s hebben gebruikt. Het is van belang de maatschappelijke schade die hiermee verband houdt tegen te gaan.

Middels dit besluit worden de paddo’s toegevoegd aan lijst II van de Opiumwet. De paddo’s zijn een substantie in de zin van artikel 1, onder b, van de Opiumwet. De Hoge Raad (LJN: AE2095, Hoge Raad, 01030/01) heeft in 2002 geoordeeld dat gedroogde, gestampte, gemalen of in etenswaren verwerkte paddo’s zijn aan te merken als preparaten in de zin van artikel 1, onder c, van de Opiumwet. Zodoende werden de bewerkte paddo’s door de Hoge Raad onder de reikwijdte van lijst I gebracht, omdat bewerkte paddo’s werden beschouwd als preparaten die de substantie psilocine of psilocybine bevatten. Deze substanties staan op lijst I en onder lijst I vallen naast de substanties ook de preparaten die deze substanties bevatten. Doordat de paddenstoelen nu op lijst II worden geplaatst, komen straks zowel de bewerkte als de onbewerkte paddo’s onder de reikwijdte van lijst II te vallen, omdat ook in dit geval geldt dat preparaten die substanties bevatten die op lijst II staan onder de reikwijdte van lijst II vallen. Dat deze paddenstoelen psilocine of psilocybine bevatten doet daar niet aan af, aangezien het de paddenstoel zelf is die wordt gedroogd, gestampt, gemalen of in etenswaren wordt verwerkt.

Plaatsing op lijst II betekent niet dat de AHOJG-criteria op enigerlei wijze op paddo’s van toepassing zullen zijn.

De paddo’s kunnen worden onderverdeeld in twee groepen, te weten: 1) paddenstoelen die van nature de stof psilocine of psilocybine bevatten of waarvan wordt aangenomen dat ze deze stof bevatten, en 2) paddenstoelen die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten.

In Nederland worden de volgende paddo’s het meest verkocht: de copelandia cyanescens, de psilocybe cubensis en de psilocybe semilanceata. Deze paddo’s behoren tot de groep van 186 verschillende paddenstoelen die van nature de stof psilocine of psilocybine bevatten.

Er is voor gekozen om alle soorten paddenstoelen, waarvan bekend is dat ze van nature psilocine of psilocybine bevatten toe te voegen aan lijst II van de Opiumwet. Zodoende wordt voorkomen dat er straks een soort op de markt komt die mogelijk als alternatief zal gaan dienen voor een van de drie hierboven genoemde soorten.

De werkzame bestanddelen van deze paddo’s, psilocine en psilocybine, staan op lijst I van de Opiumwet. Deze stoffen zijn onder controle gebracht door plaatsing onder het Psychotrope Stoffenverdrag uit 1971. De paddo’s zelf zijn niet in dit verdrag opgenomen.

De thans vrij verkrijgbare verse paddo’s verschillen wat betreft effecten en risico’s niet of nauwelijks van de gedroogde paddo’s, die door de uitspraak van de Hoge Raad in 2002 onder de werking van de Opiumwet zijn gebracht. Er is echter wel een duidelijk verschil in risico tussen substanties waarin de werkzame stoffen psilocine of psilocybine zijn verwerkt en paddenstoelen waarin deze stoffen van nature voorkomen. Vandaar dat er voor is gekozen de paddenstoelen die van nature de stof psilocine of psilocybine bevatten of waarvan wordt aangenomen dat ze deze stof bevatten op lijst II van de Opiumwet te plaatsen.

In Nederland komen ook paddenstoelen voor die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten. Deze werkzame stoffen staan niet op lijst I van de Opiumwet vermeld, maar van muscimol is bekend dat het een hallucinogeen is, dat prikkelend werkt op het centrale zenuwstelsel. Iboteenzuur geeft een dromerig, slaperig gevoel.

Het bekendste voorbeeld van paddenstoelen die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten is de vliegenzwam. Niet alleen heeft deze paddenstoel een hallucinogene werking, hij is ook nog eens giftig. Dit brengt extra risico’s voor de volksgezondheid met zich mee, zeker in die gevallen dat de vliegenzwam als alternatief wordt aangeboden voor paddenstoelen die van nature de stof psilocine of psilocybine bevatten. Vandaar dat er specifiek voor is gekozen ook deze paddenstoelen onder de werking van de Opiumwet te brengen, ondanks het feit dat er geen risicobeoordeling heeft plaatsgevonden ten aanzien van paddenstoelen die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten.

Dit onderdeel van het besluit geeft uitvoering aan artikel 3a, tweede lid, van de Opiumwet. Dit heeft tot gevolg dat de verkoop van paddo’s wordt verboden, alsmede andere handelingen op grond van artikel 3 van de Opiumwet. Een dergelijk verbod heeft economische gevolgen. De verwachting is dat de smartshops ongeveer een derde tot de helft van hun omzet kwijt zullen raken. Daarnaast heeft de Vereniging Landelijk Overleg Smartshops aangegeven dat er vier kwekers in Nederland actief zijn. Deze kwekers zullen de teelt van paddo’s moeten staken, hetgeen een omzetderving tot gevolg heeft.

De handhaving zal zich richten op de smartshops met behulp van primair de bestuurlijke bevoegdheden op grond van artikel 13b Opiumwet. De handhaving wordt binnen de bestaande kaders meegenomen.

Een ontwerp van dit besluit is ter toetsing voorgelegd aan het Adviescollege van toetsing administratieve lasten. Het college heeft besloten het ontwerpbesluit niet te selecteren voor een toets op de gevolgen voor de administratieve lasten voor het bedrijfsleven.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven