Besluit van 28 januari 2008 tot wijziging van het Besluit OM-afdoening en het Transactiebesluit 1994 in verband met de periodieke actualisering van de bij deze besluiten behorende bijlage

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 6 december 2007, directie Wetgeving, nr. 5518993/07/6,

Gelet op de artikelen 74c van het Wetboek van Strafrecht en 257b van het Wetboek van Strafvordering;

De Raad van State gehoord (advies van 4 januari 2008, nr. W03.07.0474/II);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 23 januari 2008, directie Wetgeving, nr. 5525888/08/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

De bijlage, bedoeld in artikel 3.3 van het Besluit OM-afdoening en de bijlage, bedoeld in artikel 3 van het Transactiebesluit 1994 worden vervangen door de bij dit besluit behorende bijlage.

ARTIKEL II

In artikel 4.4, onderdeel C, van het Besluit OM-afdoening wordt in artikel 5, eerste lid, aan het slot toegevoegd: , met uitzondering van de met betrekking tot overtredingen uitgevaardigde strafbeschikkingen waarin een geldboete wordt opgelegd die minder dan € 100 beloopt.

ARTIKEL III

In artikel 11a van het Besluit tenuitvoerlegging ontnemings- en schadevergoedingsmaatregelen vervalt: bij rechterlijke uitspraak.

ARTIKEL IV

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2008.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 28 januari 2008

Beatrix

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Uitgegeven de twaalfde februari 2008

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Bijlage

   

Feit

Artikel

Categorie

   

Afdeling A. Verkeer te land

Categorie-indeling B:

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

5 - Voetgangers;

6 - Overige weggebruikers;

7 - Schippers;

8 - Een ieder.

  
    
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Nummers K 006 - K 175: Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994)

  
   

als bestuurder van een motorrijtuig rijden terwijl krachtens de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

9 lid 8 WVW 1994

 

K

006

a

- het rijbewijs is ingenomen

 

1/2/3

      
   

als bestuurder van een motorrijtuig rijden, terwijl het kentekenbewijs is ingevorderd

36 lid 3 sub c WVW 1994

 

K

020

a

- na deugdelijk herstel

 

1/2/3

      
   

als bestuurder beneden de 16 jaar een motorrijtuig besturen, zijnde (de vermelde tarieven bij deze feitcodes dienen gehalveerd en op hele Euro's naar boven afgerond te worden)

110 lid 1 WVW 1994 jo. artikel 5 sub b RR

 

K

070

a

- een bromfiets

 

3

K

070

b

- een gehandicaptenvoertuig

 

4

K

070

c

- een landbouw- of bosbouwtrekker

 

1

K

070

d

- een motorrijtuig met beperkte snelheid (niet zijnde een stoom- of motorwals)

 

1

K

145

b

als bestuurder handelen in strijd met het in de ontheffing verbonden voorschrift betreffende de begeleiding of vakbekwaamheid

150 lid 2 WVW 1994

1

K

160

a

als bestuurder, die in overtreding wordt bevonden van een bij of krachtens de WVW 1994 vastgesteld voorschrift, de gegeven bevelen niet opvolgen

160 lid 6 WVW 1994

1/2/3/4/6

K

160

b

als bestuurder van een voertuig die, in het kader van beroepsgoederenvervoer of personenvervoer, in overtreding wordt bevonden van een bij of krachtens de WVW 1994 vastgesteld voorschrift, betreffende het vervoer van lading of personen, de gegeven bevelen niet opvolgen

160 lid 6 WVW 1994

1

      
   

Nummers S 005 - S 025, VA 004 - VR 101: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

  
   

Categorie-indeling C: (maximum snelheid)

  
   

1 - motorvoertuigen (uitgezonderd categorie 2: vrachtauto's, autobussen en motorvoertuigen met aanhangwagen);

  
   

2 - vrachtauto's, autobussen en motorvoertuigen met aanhangwagen;

  
   

3 - bromfietsen, brommobielen, snorfietsen en gehandicaptenvoertuigen met motor;

  
   

4 - land- of bosbouwtrekkers en motorvoertuigen met beperkte snelheid.

  
      
   

Hoofdstuk 2. Verkeersregels

  
   

VIII. Maximum snelheid

  
   

a. Algemeen

  
   

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is. De gedraging/overtreding is geconstateerd met behulp van het Videocontrole systeem (VCS) - bij snelheden van meer dan 80 km/h en tot en met 100 km/h, waarbij de onderlinge afstand tussen de voertuigen overeenkomt met een tijd

19 RVV 1990

 

S

015

a

- vanaf 0,5 seconde tot en met 0,4 seconde

 

1/2

S

015

b

- van minder dan 0,4 seconde tot en met 0,3 seconde

 

1/2

S

015

c

- van minder dan 0,3 seconde tot en met 0,2 seconde

 

1/2

S

015

d

- van minder dan 0,2 seconde

 

1/2

      
   

als bestuurder niet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is. De gedraging/overtreding is geconstateerd met behulp van het Videocontrole systeem (VCS) - bij snelheden van meer dan 100 km/h tot en met 120 km/h, waarbij de onderlinge afstand tussen de voertuigen overeenkomt met een tijd

19 RVV 1990

 

S

020

a

- vanaf 0,5 seconde tot en met 0,4 seconde

 

1/2

S

020

b

- van minder dan 0,4 seconde tot en met 0,3 seconde

 

1/2

S

020

c

- van minder dan 0,3 seconde tot en met 0,2 seconde

 

1

      
   

Nummers R 301 - R 630: Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)

  
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Hoofdstuk 2. Verkeersregels

  
   

XI. Het plaatsen van fietsen en bromfietsen

  

R

412

 

een (brom)fiets plaatsen anders dan op het trottoir, voetpad, in de berm of door het bevoegde gezag aangewezen plaatsen

27 RVV 1990

3/4

      
   

Hoofdstuk 3. Verkeerstekens

  
   

II. Verkeersborden

  

R

587

 

een (brom)fiets plaatsen in strijd met bord E3 (verbod (brom)fietsen te plaatsen)

62 jo. bord E3 RVV 1990

3/4

      
   

Hoofdstuk 4. Aanwijzingen

  
   

I. Verplichtingen weggebruikers

  
      
   

als weggebruiker niet

  

R

627

a

- opvolgen van de in de Bijlage II vastgestelde aanwijzing om te stoppen, gegeven door daartoe bevoegde en als zodanig kenbare verkeersbrigadiers

82 lid 1 jo. 82 lid 3 ivm Bijlage II RVV 1990

1/2/3/4/6

R

627

b

- stoppen voor een stopteken dat bestaat uit bord F10 van Bijlage I van het RVV 1990, dan wel een rode lamp, dan wel een rode vlag, gegeven door een begeleider van een railvoertuig

82 lid 4 RVV 1990

1/2/3/4/5/6

      
   

als weggebruiker niet opvolgen van de in de Bijlage II RVV 1990 vastgestelde aanwijzingen

  

R

630

b

- gegeven door daartoe bevoegde en als zodanig kenbare verkeersregelaar

82 lid 1 ivm Bijlage II RVV 1990

1/2/3/4/5/6

      
   

Nummers K 800 - K 825: Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 (WRM 1993)

  

K

800

 

rijonderricht geven zonder in het bezit te zijn van het vereiste certificaat (particulier)

7 lid 1 WRM 1993

8

      
   

rijonderricht geven terwijl het certificaat

  

K

810

a

- niet geldig is voor het rijonderricht dat wordt gegeven

7 lid 2 onder a WRM 1993

8

K

810

b

- niet voldoet aan de vastgestelde eisen inzake inrichting en uitvoering

7 lid 2 onder b WRM 1993

8

K

810

c

- niet behoorlijk leesbaar is

7 lid 2 onder c WRM 1993

8

   

als houder niet (tijdig) inleveren van een ongeldig verklaard certificaat voor

  

K

815

a

- rijonderricht

15 lid 4 WRM 1993

8

K

815

b

- vakbekwaamheid

22 lid 5 WRM 1993

8

K

820

 

het certificaat niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

24 WRM 1993

8

K

825

 

het instructeursbewijs, dan wel het bewijs van ontheffing niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

28 WRM 1993

8

      
      
   

Nummers N 010 - P 600: Voertuigreglement (VR)

  
   

Categorie-indeling A: (voertuigreglement)

  
   

2 - personenauto's;

  
   

3 - bedrijfsauto's;

  
   

4 - motorfietsen;

  
   

5 - driewielige motorrijtuigen;

  
   

6 - bromfietsen;

  
   

7 - motorrijtuigen met beperkte snelheid;

  
   

8 - land- of bosbouwtrekkers;

  
   

9 - fietsen;

  
   

10 - gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een verbrandingsmotor of een elektromotor en voorzien van een gesloten carrosserie;

  
   

11 - gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een elektromotor en niet voorzien van een gesloten carrosserie;

  
   

12 - aanhangwagens met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg achter personenauto's, bedrijfsauto's en driewielige motorrijtuigen;

  
   

13 - aanhangwagens met een toegestane maximum massa van niet meer dan 750 kg achter personenauto's, bedrijfsauto's en driewielige motorrijtuigen;

  
   

14 - aanhangwagens achter landbouw- of bosbouwtrekkers en achter motorrijtuigen met beperkte snelheid;

  
   

15 - aanhangwagens achter motorfietsen (15a) of bromfietsen (15b);

  
   

16 - aanhangwagens achter fietsen op twee wielen;

  
   

17 - wagens.

  
      
   

Noot Voertuigreglement (VR):

  
   

- De feiten met betrekking tot het VR zijn in 16 categorieën onderverdeeld en deze categorieën zijn genummerd van 2 t/m 17. Deze categorie-indeling komt overeen met de indeling van het VR.

  
   

- Indien bij artikel een * staat vermeld, dan dient dit teken vervangen te worden door het nummer van de categorie waarop de feitcode betrekking heeft, om het op die categorie betrekking hebbende artikel van het Voertuigreglement te verkrijgen.

  
   

- Bij categorie 15 kan het trekkende voertuig verschillend zijn (motor of bromfiets). Voor deze voertuigen gelden verschillende tarieven. Achter de categorie-aanduiding moet daarom voor de motorfiets een A en voor de bromfiets een B worden vermeld.

  
   

categorie: 15A - motorfiets

  
   

categorie: 15B - bromfiets.

  
   

- Op de kennisgeving/aankondiging moet een nadere toelichting op het feit worden vermeld, omdat de bepalingen van het VR in algemene feitomschrijvingen zijn weergegeven.

  
   

- De feiten die betrekking hebben op de massa of de last onder wiel of as gelden uitsluitend voor particulieren. Indien sprake is van beroepsmatig vervoer is de Wet op de economische delicten van toepassing. Zie hiervoor de feitcodeserie E 850 t/m E 856

  
      
   

4 - Krachtoverbrenging

  

N

150

b

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 31-12-1987 in gebruik genomen bedrijfsauto, met een toegestane maximum massa van meer dan 12.000 kg niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

ba

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 31-12-2004 in gebruik genomen bedrijfsauto, met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg doch niet meer dan 12.000 kg, niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

bb

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 30-09-2001 doch voor 01-01-2005 in gebruik genomen bedrijfsauto met een dieselmotor, met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg doch niet meer dan 12.000 kg, niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

c

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 31-12-1987 in gebruik genomen bus met een toegestane maximum massa van meer dan 10.000 kg niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

ca

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 31-12-2004 in gebruik genomen bus, met een toegestane maximum massa van niet meer dan 10.000 kg, niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

cb

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de na 30-09-2001 doch voor 01-01-2005 in gebruik genomen bus met een dieselmotor, met een toegestane maximum massa van niet meer dan 10.000 kg, niet is voorzien van een snelheidsbegrenzer

5.3.15 lid 2 VR

3

N

150

d

dan wel als eigenaar of houder doen of laten rijden terwijl de snelheidsbegrenzer niet aan de eisen voldoet. (bedrijfsauto bestemd voor het vervoer van goederen niet meer dan 90 km/h en een bus maximaal 100 km/h)

5.3.15 lid 3 VR

3

      
   

8 - Reminrichting

  
   

niet wordt voldaan aan de vereiste remvertraging (categorie 12: toegestane maximum massa minder dan 3500 kg); de vermindering bedraagt

5.*.38 VR

 

N

381

d

- 1,51 t/m 2,0 m/s²

 

2/4/5/12

N

381

e

- meer dan 2,0 m/s²

 

2/4/5/12

      
   

niet wordt voldaan aan de vereiste remvertraging (categorie 12: toegestane maximum massa 3500 kg of meer); de vermindering bedraagt

5.*.38 VR

 

N

381

g

- 0,51 t/m 1,0 m/s²

 

3/12

N

381

h

- 1,01 t/m 1,5 m/s²

 

3/12

N

381

i

- 1,51 t/m 2,0 m/s²

 

3/12

N

381

j

- meer dan 2,0 m/s²

 

3/12

   

Gebruikseisen voertuigen

  
      
   

Als bestuurder van een voertuig of samenstel van voertuigen rijden (terwijl):

  
      
   

1 - Afmetingen en massa's

  
   

Noot afmetingen: Als bij ondeelbare lading meer dan 1 afmeting wordt overschreden, dan wordt uitsluitend een mini-procesverbaal opgemaakt terzake de afmeting die het meest wordt overschreden.

  
   

De overige overschrijdingen worden als bevinding eveneens in het proces-verbaal vermeld. Indien sprake is van een exceptioneel transport, waar een ontheffing voor is afgegeven en die niet geldig is vanwege het overschrijden van een afmeting, het niet volgen van de voorgeschreven route of het rijden buiten de toegestane tijden, dan moeten de feitcodes P 131 g, h, P 142 d of P 150 d worden gebruikt

  
      
   

Lengte samenstel (onbeladen), c.q. indien geen sprake is van uitstekende lading

  
      
   

Noot: Lengte trekker met oplegger max. 16,50 m; vrachtauto met aanhangwagen max.18, 75 m; personenauto/ driewielig motorvoertuig met aanhangwagen max. 18 m; samenstel kermis- /circusvoertuigen max. 24 m; rijdend werktuig met aanhangwagen 20 m; land- bosbouwtrekker/motorvoertuig beperkte snelheid met aanhangwagen 18 m

  
      
   

de maximum lengte van het samenstel van voertuigen wordt overschreden, met een overschrijding

5.18.11 VR, 5.18.20 VR

 

P

111

c

- van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

 

2/3/5/7/8

P

111

d

- van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

 

2/3/5/7/8

      
   

Lengte deelbaar; uitstekende lading achterzijde

  
   

de lading meer dan 1 m achter het voertuig en/of meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt en/of de vereiste stootbalk, voor het na 01-01-1996 in gebruik genomen voertuig, meer dan 0,60 m van de uiterste achterzijde is aangebracht, terwijl de afstand van de lading tot het wegdek meer bedraagt dan 0,55 m (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.12 VR

 

P

121

c

- van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

 

3/12

P

121

d

- van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

 

3/12

      
   

een beladen samenstel van bedrijfsauto en aanhangwagen, niet zijnde een oplegger, dat is ingericht voor het vervoer van voertuigen, langer is dan 20,75 m, een overschrijding

5.18.13 lid 2 VR

 

P

130

k

- van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

 

3/12

P

130

l

- van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

 

3/12

      
   

Lengte; ondeelbare lading

  
      
   

de in lengte ondeelbare lading van het voertuig of samenstel van voertuigen, niet zijnde een samenstel van kermis- of circusvoertuigen, met inbegrip van in lengte ondeelbare lading meer dan 3,5 m voor het hart van het stuurwiel uitsteekt, een overschrijding

5.18.13 VR

 

P

130

p

- van meer dan 0,50 m t/m 0,75 m

 

2/3/5

P

130

q

- van meer dan 0,75 m t/m 1,00 m

 

2/3/5

      
   

de in lengte ondeelbare lading meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding

5.18.13 VR

 

P

131

c

- van meer dan 0,50 m en t/m 0,75 m

 

3/12

P

131

d

- van meer dan 0,75 m en t/m 1,00 m

 

3/12

      
   

Breedte; ondeelbare lading

  
   

het voertuig met inbegrip van de ondeelbare lading de maximum breedte overschrijdt, een overschrijding

5.18.14 lid 2 VR

 

P

142

b

- van meer dan 0,25 m en t/m 0,50 m

 

3/12/13

      
   

Massa

  
   

Noot

  
   

De feiten, die betrekking hebben op de massa of de last onder wiel of as, gelden uitsluitend voor particulieren. Indien er sprake is van beroepsmatig vervoer is de Wet op de economische delicten van toepassing (m.u.v. landbouwvoertuigen)

  
   

de som van de aslasten van de aangekoppelde middenasaanhangwagen met een toegestane maximum massa van meer dan 12.000 kg meer bedraagt dan 1,5 maal de som van aslasten van het trekkend motorrijtuig, een overschrijding met

5.18.31 VR

 

P

310

c

- meer dan 50 % t/m 75 %

 

12

P

310

d

- meer dan 75 %

 

12

   

3 - Reminrichting

  
      
   

niet wordt voldaan aan de minimale remvertraging van de bedrijfsrem van het samenstel, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 1 VR

 

P

350

d

- 1,51 t/m 2,0 m/s²

 

2/4/5

P

350

e

- meer dan 2,0 m/s²

 

2/4/5

      
   

niet wordt voldaan aan de minimale remvertraging van de bedrijfsrem van het samenstel, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 1 VR

 

P

350

g

- 0,51 t/m 1,0 m/s²

 

3

P

350

h

- 1,01 t/m 1,5 m/s²

 

3

P

350

i

- 1,51 t/m 2,0 m/s²

 

3

P

350

j

- meer dan 2,0 m/s²

 

3

      
   

de remvertraging van het samenstel niet voldoet aan die van het trekkend voertuig, de vermindering bedraagt

5.18.35 lid 2 VR

 

P

351

d

- 1,51 t/m 2,0 m/s²

 

7/8

P

351

e

- meer dan 2,0 m/s²

 

7/8

      
   

Afdeling B. Verkeer te water

  
      
   

Categorie-indeling E (scheepvaartwetgeving)

  
   

1 - (gezagvoerder) schipper;

  
   

2 - bestuurder;

  
   

3 - bemanningslid;

  
   

4 - waterskiër;

  
   

5 - werkgever;

  
   

6 - exploitant;

  
   

7 - eigenaar of houder;

  
   

8 - een ieder.

  
      
   

NB Categorie bemanningslid of een ieder geldt in voorkomend geval mede voor een bemanningslid of ieder ander persoon die tijdelijk zelfstandig koers en snelheid schip bepaalt (1.03 lid 3 BPR/RPR)

  
      
   

Nummers W 500 - W 530; W 065 - W 182: Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS), Scheepvaartreglement Eemsmonding (SRE), Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

  
      
   

Snelle motorboten

  
   

als schipper van een snelle motorboot aan de scheepvaart deelnemen zonder dat, dan wel als eigenaar of houder er niet mede zorg voor hebben gedragen dat

  

W

500

a

- de snelle motorboot is geregistreerd

8.01 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

b

- de snelle motorboot ten name van de huidige eigenaar is geregistreerd

8.01 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

c

- het registratiebewijs aan boord van de snelle motorboot is

8.01 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

d

- de snelle motorboot is voorzien van het registratieteken

8.02 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

e

- het registratieteken op de voorgeschreven wijze op de snelle motorboot is aangebracht

8.02 lid 1 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

f

- de snelle motorboot is voorzien van het in verband met de constructie voorgeschreven registratieteken van 100 x 60 x 15 mm

8.02 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

g

- de snelle motorboot op de juiste wijze is voorzien van het in verband met de constructie voorgeschreven registratieteken van 100 x 60 x 15 mm

8.02 lid 2 jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

h

- bij de snelle motorboot de afgewerkte gassen door een behoorlijk geluiddempende voorziening worden afgevoerd

8.03 aanhef en onder b jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

i

- de snelle motorboot is voorzien van een technische inrichting waardoor bij het onderbreken van de besturing de middelen tot voortbeweging onmiddellijk tot stilstand of nagenoeg tot stilstand komen (dodemansknop)

8.03 aanhef en onder d jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

W

500

j

- aan boord van de snelle motorboot een deugdelijk brandblusapparaat is

8.03 aanhef en onder f jo. 8.04 cq 1.02 lid 2 BPR

1/7

      
   

als schipper van een snelle motorboot aan de scheepvaart deelnemen zonder dat, dan wel als eigenaar of houder er niet mede zorg voor hebben gedragen dat een reddingsvest onder handbereik is voor ieder der opvarenden aan boord van de snelle motorboot

8.03 aanhef en onder e jo. 1.02 lid 2 en 8.04 BPR

 

W

501

a

- één ontbreekt

 

1/7

W

501

b

- twee ontbreken

 

1/7

W

501

c

- drie ontbreken

 

1/7

W

501

d

- vier ontbreken

 

1/7

W

501

e

- vijf of meer ontbreken

 

1/7

W

514

 

als bestuurder van een snelle motorboot, die qua constructie niet veilig staande kan worden bestuurd, tijdens het varen niet zijn gezeten op de voor hem bestemde zitplaats

8.05 lid 1 aanhef en onder a jo.8.05 lid 4 BPR

2

W

516

 

als bestuurder van een snelle motorboot deze, niet vanaf een gesloten binnenbesturing, staande besturen zonder een reddingsvest te dragen

8.05 lid 5 BPR

2

W

518

 

als bestuurder van een snelle motorboot varen zonder gebruik te maken van de dodemansknop

8.05 lid 1 aanhef en onder b jo. 8.03 onder d BPR

2

W

528

 

waterskiën, doen waterskiën of op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maken, waar c.q. wanneer dat verboden is

8.06 lid 2 jo. 1.02 lid 2 BPR

1/2/4/8

W

529

a

als bestuurder van een snelle motorboot zich zodanig gedragen dat hinder of gevaar voor andere gebruikers van het vaarwater wordt veroorzaakt

8.05 lid 1 aanhef en onder c BPR

2

W

529

b

als waterskiër of persoon die op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maakt, zich zodanig gedragen, dat gevaar of hinder voor andere gebruikers van de vaarweg kan worden veroorzaakt (asociaal gedrag)

8.06 lid 4 BPR

4/8

W

530

 

als bestuurder van een snelle motorboot één of meer waterskiërs of personen, die op soortgelijke wijze van de vaarweg gebruik maken, voortbewegen zonder zich bij te laten staan door een medeopvarende van tenminste 15 jaar oud als uitkijk

8.06 lid 3 BPR

2

      
   

Snelheidsovertredingen

  
   

als schipper van een snelle motorboot sneller varen dan 20 km/h, waar dat verboden is, met een overschrijding

8.06 lid 1 BPR

 

W

065

a

- tot 6 km/h

 

1

W

065

b

- van 6 tot 15 km/h

 

1

W

065

c

- van 15 tot 25 km/h

 

1

      
   

als schipper van een klein schip sneller varen dan toegestaan, met een overschrijding

5.01 BPR ivm verkeersteken B6 of bekendmaking 13 BABS

 

W

075

a

- tot 6 km/h

 

1

W

075

b

- van 6 tot 15 km/h

 

1

W

075

c

- van 15 tot 25 km/h

 

1

      
   

Overige

  

W

150

 

als schipper van een genoemd schip varen terwijl het sturen niet wordt verricht door een daartoe bekwaam en tenminste 16 jaar oud persoon

1.09 lid 1 aanhef en onder b BPR

1

W

152

 

als schipper van een snelle motorboot varen terwijl het sturen niet wordt verricht door een daartoe bekwaam en tenminste 18 jaar oud persoon

1.09 lid 1 aanhef en onder a BPR

1

W

156

 

geen bijgewerkt exemplaar van het Binnenvaartpolitiereglement aan boord aanwezig hebben

1.11 lid 1 BPR

1

      
   

bij het meren of verhalen gebruik maken van

  

W

158

a

- verkeerstekens

1.13 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder b BPR

1/8

W

158

b

- andere voorwerpen dan die daarvoor bestemd zijn

7.04 lid 3 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder b BPR

1/8

W

160

a

varen met een zeilplank op een voor de doorgaande vaart bestemd gedeelte van een in de bijlage 16 van het BPR opgenomen vaarweg

9.05 lid 1 BPR

1/8

W

160

b

varen met een door vlieger voortbewogen zeilplank

9.05 lid 2 BPR

1/8

W

162

 

als schipper van een zeilplank, daarmee varen in een gedeelte van de vaarweg waar dit verboden is

PL.V

1

      
   

als schipper deelnemen aan de scheepvaart terwijl de voorgeschreven kentekens niet zijn aangebracht, te weten op een

  

W

164

a

- groot schip

2.01 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

1/6

W

164

b

- klein schip

2.02 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

1/6

      
   

als schipper deelnemen aan de scheepvaart terwijl de voorgeschreven kentekens niet op de voorgeschreven wijze zijn aangebracht, te weten op een

  

W

166

a

- groot schip

2.01 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

1/6

W

166

b

- klein schip

2.02 lid 1 jo. 1.02 lid 2 en/of 5 onder a BPR

1/6

W

170

 

als schipper varen in strijd met een duidelijk zichtbaar geplaatst en voor hem geldend verbodsteken als bedoeld onder A.1 van de bijlage 7 van het BPR

6.08 aanhef en onder a BPR

1

W

180

 

als persoon die zwemt dan wel die op andere wijze watersport zonder schip bedrijft niet voldoende afstand houden van varend schip, varend drijvend voorwerp of drijvend werktuig in bedrijf

8.08 lid 1 BPR

8

W

181

a

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven bij wachtplaats, of in onmiddellijke nabijheid van een brug , een sluis of een stuw

8.08 lid 2 aanhef en onder a BPR

8

W

181

b

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een gedeelte van de vaarweg bestemd voor doorgaande scheepvaart

8.08 lid 2 aanhef en onder b BPR

8

W

181

c

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in de route van een veerpont

8.08 lid 2 aanhef en onder c BPR

8

W

181

d

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een haven of nabij de ingang daarvan

8.08 lid 2 aanhef en onder d BPR

8

W

181

e

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in de nabijheid van een meergelegenheid

8.08 lid 2 aanhef en onder e BPR

8

W

181

f

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in gebied dat is aangewezen voor snelvaren of waterskiën

8.08 lid 2 aanhef en onder f BPR

8

W

181

g

zwemmen, watersport zonder schip of onderwatersport bedrijven in een door een bevoegde autoriteit aangewezen verboden gebied

8.08 lid 2 aanhef en onder g BPR

8

W

182

a

in het vaarwater van de Eemsmonding waterskiën of varen met waterscooters

22 lid 1 SRE

1/8

W

182

b

in de Eemsmonding varen met zeilplank in het vaarwater of buiten het vaarwater op de door de bevoegde autoriteit vastgestelde wateroppervlakken

22 lid 3 SRE

1/8

W

182

c

's nachts, bij beperkt zicht of gedurende de door de bevoegde autoriteit vastgestelde tijd waterskiën of varen met waterscooter of zeilplank op de vrijgegeven wateroppervlakken van de Eemsmonding

22 lid 4 SRE

1/8

      
   

Nummers W 300 - W 310: Binnenschepenwet (BSW), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Binnenvaartpolitiereglement (BPR)

  
   

als schipper van een schip op binnenwateren varen zonder in het bezit te zijn van een geldig

46 jo. 16 BSW

 

W

300

b

- klein vaarbewijs

 

1

      
   

als schipper niet op eerste vordering behoorlijk ter inzage afgeven

  

W

305

a

- een geldig certificaat van onderzoek of een het certificaat van onderzoek vervangend document

52a, lid 1 aanhef en onder a BSW

1

W

305

b

- een geldig vaarbewijs of een het vaarbewijs vervangend document

52a, lid 1 aanhef en onder b BSW

1

W

305

c

- een geldige meetbrief

52a, lid 1 aanhef en onder c BSW

1

   

niet op eerste vordering de vereiste bescheiden en documenten overleggen

1.10 lid 4 RPR/BPR

 

W

310

a

- één document

 

1/3/8

W

310

b

- twee documenten

 

1/3/8

W

310

c

- drie documenten

 

1/3/8

W

310

d

- vier documenten

 

1/3/8

W

310

e

- vijf documenten

 

1/3/8

      
   

Nummers W 601- W 619; W 701 - W 711: Binnenvaartpolitiereglement (BPR), Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Scheepvaartreglement voor het kanaal van Gent naar Terneuzen (SRKGT), Scheepsvaartreglement Gemeenschappelijke Maas (SRGM), Scheepvaartreglement Westerschelde 1990 (SRW), Scheepvaartreglement Eemsmonding (SRE)

  
      
   

Verkeerstekens. Bijlage 7 BPR

  
   

A. Verbodstekens

  

W

601

a

met een schip in- uit- of doorvaren waar dat verboden is (verkeersteken A.1)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.1 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

601

b

met een schip varen waar dat verboden is (verkeersteken A.1 a) (uitgezonderd klein schip, zonder motor)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.1a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

602

a

met een groot schip het verbod voorbijlopen negeren (verkeersteken A.2)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.2 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

602

b

met een klein schip het verbod voorbijlopen negeren (verkeersteken A.2)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.2 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

603

 

met een samenstel het verbod voorbijlopen voor samenstellen onderling negeren (verkeersteken A.3) (nvt als één van beide een duwstel is dat kleiner is dan 110 x 12 m)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.3 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

604

a

met een groot schip het verbod ontmoeten en voorbijlopen bij engte negeren (verkeersteken A.4)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.4 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

604

b

met een klein schip het verbod ontmoeten en voorbijlopen bij engte negeren (verkeersteken A.4)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.4 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

605

a

met een schip het verbod ligplaats te nemen (ankeren en meren) aan de zijde van de vaarweg waar bord is geplaatst negeren (verkeersteken A.5)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.5 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

605

b

met een schip het verbod ligplaats te nemen (ankeren en meren) binnen de in meters aangegeven breedte te rekenen vanaf het bord negeren (verkeersteken A.5.1)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.5.1 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

606

 

met een schip verbod te ankeren negeren of negeren verbod ankers, kabels en kettingen laten slepen aan de zijde van de vaarweg waar bord is geplaatst (verkeersteken A.6)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.6 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

607

 

met een schip het verbod te meren negeren aan de zijde van de vaarweg waar het bord is geplaatst (verkeersteken A.7)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.7 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

608

 

met een schip verbod te keren negeren (verkeersteken A.8)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.8 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

609

 

met een schip het verbod hinderlijke waterbeweging te veroorzaken negeren (verkeersteken A.9)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.9 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

610

 

met een schip verbod buiten de aangegeven begrenzing te varen negeren (verkeersteken A.10)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.10 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

611

a

met een schip het verbod in-, uit- of doorvaren negeren (wordt aanstonds toegestaan) (verkeersteken A.11)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.11 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

611

b

met een schip het verbod doorvaren negeren, terwijl stilhouden redelijkerwijs mogelijk was (verkeersteken A.11.1)

5.01 BPR/RPR en 51 SRKGT alle jo. verkeersteken A.11.1 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

612

 

met een motorschip het verbod voor motorschepen negeren (verkeersteken A.12)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.12 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

613

 

met een klein schip verbod voor kleine schepen negeren (verkeersteken A.13)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.13 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

614

 

met een schip verbod te waterskiën negeren (verkeersteken A.14)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.14 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

615

 

met een zeilschip verbod voor zeilschepen negeren (verkeersteken A.15)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.15 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

616

 

met een door spierkracht voortbewogen schip het verbod voor door spierkracht voortbewogen schepen negeren (verkeersteken A.16)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.16 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

617

 

met een zeilplank het verbod voor zeilplanken negeren (verkeersteken A.17)

5.01 BPR/RPR/SRGM en 51SRKGT alle jo. verkeersteken A.17 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

618

 

met een snelle motorboot het verbod einde van het vaarweggedeelte waar door snelle motorboten zonder beperking van de snelheid mag worden gevaren negeren (verkeersteken A.18)

5.01 BPR/ SRGM beide jo. verkeersteken A.18 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

619

 

met een waterscooter het verbod voor waterscooters negeren (verkeersteken A.19)

5.01 BPR/ RPR beide jo. verkeersteken A.19 cq bekendmaking 13 BABS

1/8

      
   

B. Gebodstekens en -regels

  

W

701

a

met een schip de verplichting te varen in de richting aangegeven door de pijl negeren (verkeersteken B.1a)

6.12/5.01 BPR/ RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B.1a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

701

b

met een schip de verplichting te varen in de richting aangegeven door de pijl negeren (verkeersteken B.1b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B.1b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

702

a

met een groot schip de verplichting zich naar de bakboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

702

b

met een groot schip de verplichting zich naar de stuurboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

702

c

met een klein schip de verplichting zich naar de bakboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

702

d

met een klein schip de verplichting zich naar de stuurboordszijde van het vaarwater te begeven negeren (verkeersteken B.2b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 2b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

703

a

met een groot schip de verplichting de bakboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

703

b

met een groot schip de verplichting de stuurboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

703

c

met een klein schip de verplichting de bakboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

703

d

met een klein schip de verplichting de stuurboordszijde van het vaarwater te houden negeren (verkeersteken B.3b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle jo. verkeersteken B. 3b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

703

e

met een schip bij slecht zicht niet zo veel mogelijk aan de stuurboordszijde van het vaarwater varen

6.30 lid 2 BPR, 9.11 RPR, 6.30 lid 6 SRGM

1/3/8

W

703

f

met een klein schip niet zoveel mogelijk aan stuurboordszijde van het vaarwater varen op een aangegeven vaarweg van bijlage 15 onder a BPR

9.04 lid 2 jo. bijlage 15 onder a BPR

1/3/8

W

703

g

met een afvarend schip vóór het invaren van het boventoeleidingskanaal van de sluizen bij Grave en Limmel niet zo dicht mogelijk langs de rechteroever varen

11.01 lid 1 tweede volzin BPR

1/3/8

W

703

h

met een afvarend schip vóór het invaren van de boventoeleidingskanalen van de sluizen bij Roermond, Belfeld en Sambeek alsmede bij het bevaren van het boventoeleidingskanaal van de sluizen bij Roermond niet zo dicht mogelijk langs de linkeroever varen

11.01 lid 1 eerste volzin BPR

1/3/8

W

703

i

met een schip dat in het kanaal van Gent naar Terneuzen vaart en de richting ervan volgt, niet zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, de oever van het kanaal aan stuurboordszijde houden

9 lid 1 SRKGT

1

W

703

k

met een schip dat in een vaargeul vaart en de richting ervan volgt niet, zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, de rand van de vaargeul aan stuurboordszijde houden (Westerschelde)

9 lid 1 SRW

1

W

703

l

met een schip met een lengte van 12 m of meer dat stroomopwaarts van het Oude Hoofd van Walsoorden buiten de vaargeul vaart en de richting ervan volgt niet, zo dicht als veilig en uitvoerbaar is, stuurboordswal houden

9 lid 2 SRW

1

W

703

m

zich met een schip met een lengte van minder dan 12 m, niet uit de hoofdvaargeul verwijderd houden, terwijl dit veilig en uitvoerbaar is (stroomopwaarts van het Oude Hoofd van Walsoorden of in de Sardijngeul en het Oostgat tussen de parallel van het licht «Noorderhoofd» en de parallel van het licht «Leugenaar»)

9 lid 3 SRW

1

W

703

o

met een schip in het vaarwater van de Eemsmonding niet zoveel mogelijk aan de rechterzijde varen

15 lid 1 SRE

1

W

704

a

met een groot schip de verplichting het vaarwater over te steken naar bakboord negeren (verkeersteken B.4a)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGMT jo. verkeersteken B.4a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

704

b

met een groot schip de verplichting het vaarwater over te steken naar stuurboord negeren (verkeersteken B.4b)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGMT jo. verkeersteken B.4b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

704

c

met een klein schip de verplichting het vaarwater over te steken naar bakboord negeren (verkeersteken B.4a)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.4a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

704

d

met een klein schip de verplichting het vaarwater over te steken naar stuurboord negeren (verkeersteken B.4b)

6.12/5.01 BPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.4b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

705

 

met een schip de verplichting vóór het bord stil te houden onder bepaalde omstandigheden negeren (verkeersteken B.5)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.5 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

   

met een groot schip geen gevolg geven aan de verplichting om de vaarsnelheid te beperken zoals is aangegeven door middel van verkeersteken B.6 (in km/h); overschrijding

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.6

 
      

W

706

a

- tot 2 km/h

 

1/3/8

W

706

b

- van 2 tot 3 km/h

 

1/3/8

W

706

c

- van 3 tot 4 km/h

 

1/3/8

W

706

d

- van 4 tot 5 km/h

 

1/3/8

W

706

e

- met meer dan 5 km/h

 

1/3/8

      
   

met een groot schip geen gevolg geven aan de verplichting de vaarsnelheid te beperken zoals is aangegeven (in km/h); overschrijding

5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM alle ivm bekendmaking 13 BABS

 

W

706

g

- tot 2 km/h

 

1/3/8

W

706

h

- van 2 tot 3 km/h

 

1/3/8

W

706

i

- van 3 tot 4 km/h

 

1/3/8

W

706

k

- van 4 tot 5 km/h

 

1/3/8

W

706

l

- met meer dan 5 km/h

 

1/3/8

W

707

 

met een schip de verplichting een geluidssein te geven negeren (verkeersteken B.7)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.7 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

708

 

met een schip de verplichting bijzonder op te letten negeren (verkeersteken B.8)

6.12/5.01 BPR/RPR, 51 SRKGT, 5.01 SRGM jo. verkeersteken B.8 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

709

a

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9a het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen

5.01 BPR, 51 SRKGT beide jo. verkeersteken B.9a cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

709

b

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9b het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen

5.01 BPR, 51 SRKGT beide jo. verkeersteken B.9b cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

709

c

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9a het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen (NB 6.02 RPR: geldt niet voor grote schepen t.o.v. kleine schepen of slepen en gekoppelde samenstellen die uit kleine schepen bestaan)

6.16/5.01 RPR jo. verkeersteken B.9 a

1/3/8

W

709

d

met een schip in strijd met verkeersteken B. 9b het hoofdvaarwater opvaren of oversteken, waardoor schepen op het hoofdvaarwater worden genoodzaakt hun koers of snelheid te wijzigen (NB 6.02 RPR: geldt niet voor grote schepen t.o.v. kleine schepen of slepen en gekoppelde samenstellen die uit kleine schepen bestaan)

6.16/5.01 RPR jo. verkeersteken B.9b

1/3/8

W

710

 

met een schip geen gevolg geven aan de verplichting om koers en snelheid te wijzigen ten behoeve van uitvarende schepen (verkeersteken B.10)

5.01 BPR, 51 SRKGT beide jo. verkeersteken B.10 cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

W

711

 

met een schip de verplichting gebruik te maken van marifoon overeenkomstig de daartoe bij algemene regeling vastgestelde voorschriften negeren (verkeersteken B.11(a/b))

5.01 BPR/ RPR, 51 SRKGT alle jo. verkeersteken B.11(a/b) cq bekendmaking 13 BABS

1/3/8

      
      
   

Nummers W 420 - W 482: Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart (WVBB), het Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart (BVBB), Reglement onderzoek schepen op de Rijn (ROSR), Rijnvaartpolitiereglement 1995 (RPR), Arbeidstijdenbesluit vervoer (ATBvv)

  
      
   

Wisseling van de exploitatiewijze

  
   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat ieder bemanningslid bij een wisseling of herhaling van de exploitatiewijze de volledige rusttijd in acht heeft genomen (per bemanningslid)

16 jo. 5 WVBB jo. 5 en 7 BVBB jo. par. 5.5 ATBvv/23.07 ROSR

 

W

420

a

- 1 uur

 

1/5

W

420

b

- 2 uren

 

1/5

W

420

c

- 3 uren

 

1/5

W

420

d

- 4 uren

 

1/5

      
   

Exploitatiewijze A1

  
   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat ieder bemanningslid de volledige rusttijd in acht heeft genomen (per bemanningslid)

16 jo. 5 WVBB jo. 5 BVBB jo. par. 5.5:3 ATBvv/23.06 lid 1 ROSR

 

W

425

a

- 1 uur

 

1/5

W

425

b

- 2 uren

 

1/5

W

425

c

- 3 uren

 

1/5

W

425

d

- 4 uren

 

1/5

   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat de vaart tussen 22.00 uur en 06.00 uur wordt onderbroken, met (geen overschrijding van de vaar-/rusttijd)

16 jo. 5 WVBB jo.10 lid 1 BVBB/23.05 lid 3 ROSR

 

W

435

a

- 1 uur

 

1/5

W

435

b

- 2 uren

 

1/5

W

435

c

- 3 uren

 

1/5

W

435

d

- 4 uren

 

1/5

      
   

Exploitatiewijze A2

  
   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat ieder bemanningslid de volledige rusttijd in acht heeft genomen (per bemanningslid)

16 jo. 5 WVBB jo. 5 BVBB jo. par. 5.5:4 ATBvv/23.06 lid 2 ROSR

 

W

440

a

- 1 uur

 

1/5

W

440

b

- 2 uren

 

1/5

W

440

c

- 3 uren

 

1/5

W

440

d

- 4 uren

 

1/5

   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat de vaart tussen 23.00 uur en 05.00 uur wordt onderbroken, met (geen overschrijding van de vaar-/rusttijd)

16 jo. 5 WVBB jo.10 lid 2 BVBB/23.05 lid 3 ROSR

 

W

445

a

- 1 uur

 

1/5

W

445

b

- 2 uren

 

1/5

W

445

c

- 3 uren

 

1/5

W

445

d

- 4 uren

 

1/5

      
   

Exploitatiewijze B

  
   

als gezagvoerend schipper of als werkgever niet hebben nageleefd dat ieder bemanningslid de volledige rusttijd in acht heeft genomen (per bemanningslid)

16 jo. 5 WVBB jo. 5 BVBB jo. par. 5.5:5 ATBvv/23.06 lid 3 ROSR

 

W

450

a

- 1 uur

 

1/5

W

450

b

- 2 uren

 

1/5

W

450

c

- 3 uren

 

1/5

W

450

d

- 4 uren

 

1/5

      
   

Minimumbemanning

  
   

als gezagvoerend schipper varen zonder dat of als werkgever niet hebben nageleefd dat tijdens de vaart de minimumbemanning zich voortdurend aan boord bevindt, bij het ontbreken van

16 jo. 5 WVBB jo.15 lid 1 jo. 12 t/m 14 BVBB/23.01 ROSR

 

W

455

a

- 1 bemanningslid

 

1/5

W

455

b

- 2 bemanningsleden

 

1/5

      
   

Bescheiden

  
   

als gezagvoerend schipper dan wel als werkgever niet hebben nageleefd dat de schipper in het bezit is van een groot patent, een vaarbewijs, dan wel een bewijs van bekwaamheid voor de binnenvaart, te weten

  

W

460

a

- binnenvaart

16 jo. 5 WVBB jo.18 lid 1 aanhef en onder a BVBB/23.04 lid 5 ROSR

1/5

W

460

b

- zeescheepvaart op binnenwateren

16 jo. 5 WVBB jo. 18 lid 1 aanhef en onder a jo. 29 aanhef en onder b BVBB/20.02 lid 2 ivm 23.04 lid 5 ROSR

1/5

W

465

 

als gezagvoerend schipper, werkgever dan wel als bemanningslid niet hebben nageleefd dat het bemanningslid in het bezit is van een dienstboekje

16 jo. 5 WVBB jo. 24 lid 1 BVBB/23.04 lid 2 ROSR

1/3/5

W

470

 

als gezagvoerend schipper geen zorg hebben gedragen dat een vaartijdenboek aan boord van het schip aanwezig is

16 jo. 5 WVBB jo. 25 BVBB/23.08 lid 1 ROSR

1

W

472

 

als gezagvoerend schipper tijdens de vaart het vaartijdenboek niet in de stuurhut aanwezig hebben

16 jo. 5 WVBB jo. 27 lid 5 BVBB/23.08 lid 1 ROSR

1

   

als gezagvoerend schipper het vaartijdenboek niet dan wel niet op de juiste wijze bijhouden over een periode van

16 jo. 5 WVBB jo. 27 lid 1, 2 en 3 BVBB/23.08 ROSR

 

W

475

a

- 1 dag

 

1

W

475

b

- 2 dagen

 

1

W

475

c

- 3 dagen

 

1

W

481

 

als gezagvoerend schipper het vorige ongeldig verklaarde vaartijdenboek niet, gedurende 6 maanden nadat daarin de laatste aantekening is gesteld, aan boord bewaren

16 jo. 5 WVBB jo. 27 lid 6 BVBB/23.08 lid 3 ROSR

1

W

482

 

als gezagvoerend schipper niet de registraties van de tachograaf in chronologische volgorde aan boord bewaren, gedurende 6 maanden na de laatste aantekening daarop

16 jo. 5 WVBB jo. 11 BVBB/23.08 lid 5 ROSR

1

      
   

Afdeling C. Milieu

  
      
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Nummers H 002 - H 110: Wet Milieubeheer (Wm), Wet Bodembescherming (WBB), Wet verontreiniging oppervlakte wateren (WVO), de Model-Algemene plaatselijke verordening of Modelafvalstoffenverordening (Pl. V)

  
      
   

Afvalstoffen

  
      
   

Aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

  

H

002

 

huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aanbieden, terwijl men geen gebruiker van het perceel is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

003

a

de aangewezen categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden aan anderen dan de aangewezen inzameldienst of inzamelaar

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

004

 

huishoudelijke afvalstoffen anders aanbieden dan via het aangewezen of verstrekte inzamelmiddel

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

005

 

andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via inzamelmiddel aanbieden, dan waarvoor het is bestemd

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

006

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijze aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

007

 

afvalstoffen via het voor dat perceel toegewezen inzamelmiddel aanbieden, terwijl men niet de gebruiker van dat perceel is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

008

 

via een inzamelvoorziening voor groep percelen of op wijkniveau andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden, dan de categorie waarvoor de inzamelvoorziening bestemd is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

009

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijzen via een inzamelvoorziening voor groep percelen of op wijkniveau aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

010

 

via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanbieden, dan de categorie waarvoor het brengdepot bestemd is

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

011

 

huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijzen via brengdepot op lokaal of regionaal niveau aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

012

 

categorieën huishoudelijke afvalstoffen, die zonder inzamelmiddel moeten worden aangeboden, niet op de voorgeschreven wijze ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

013

 

huishoudelijke afvalstoffen op andere dan de vastgestelde dagen en tijden ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

      
   

Aanbieden van andere dan huishoudelijke afvalstoffen

  

H

014

 

andere categorieën van afvalstoffen dan huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

015

 

de door het College aangewezen categorieën van afvalstoffen, niet zijnde huishoudelijke afvalstoffen, niet op de voorgeschreven wijze ter inzameling aanbieden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

      
   

Doorzoeken van afvalstoffen

  

H

016

 

afvalstoffen die ter inzameling gereed staan doorzoeken en verspreiden

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

      
   

Handelingen verrichten met huishoudelijk afval, waardoor verontreiniging kan ontstaan

  

H

017

 

andere afvalstoffen dan straatafval achterlaten in daartoe van gemeentewege geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

020

 

afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig laden, lossen, vervoeren of andere werkzaamheden verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

022

 

straatafval achterlaten in de openbare ruimte zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

096

 

als particulier een afvalstof, stof of voorwerp buiten een daarvoor bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op of in de bodem brengen, storten, houden, achterlaten of anderszins plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

   

als particulier handelingen verrichten met betrekking tot een hoeveelheid niet gevaarlijk afval, waardoor de bodem kan worden verontreinigd of aangetast zonder maatregelen te nemen die verontreiniging of aantasting te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken

13 WBB

 

H

102

a

- tot en met 1 m³

 

8

H

102

b

- tussen 1 m³ en tot en met 2 m³

 

8

H

102

c

- tussen 2 m³ en tot en met 3 m³

 

8

      
   

Verbranden van afval

  

H

101

 

als particulier verbranden van afval waardoor de bodem kan worden verontreinigd of aangetast

13 WBB en 10.2 Wm

8

      
   

Huishoudelijk afval in riolering

  

H

099

 

als particulier zich van afvalwater of afvalstoffen ontdoen door deze anders dan vanuit een inrichting te laten weglopen in een rioolput

10.30 lid 1 Wm

8

      
   

Huishoudelijk afval in oppervlaktewateren door particulier (in niet kwetsbaar gebied)

  
   

als particulier zonder vergunning minder schadelijke stoffen al dan niet met behulp van een werk in oppervlaktewateren brengen, te weten

1 lid 1 en 3 WVO

 

H

098

a

- het weggooien van klein consumptieafval

 

8

H

098

b

- het weggooien van overig, niet gevaarlijk afval (inclusief vloeibaar)

 

8

H

098

c

- het weggooien van kleine hoeveelheid gevaarlijk afval (inclusief vloeibaar)

 

8

H

110

 

als particulier vanaf een woonboot, al dan niet met behulp van een werk, incidenteel lozen van huishoudelijk afvalwater

1 lid 1 en 3 WVO

8

      
   

Afvalstoffen storten, in bodem brengen, verbranden

  

H

025

 

als particulier zich van een afvalstof ontdoen door deze buiten een inrichting te storten, op of in de bodem te brengen of te verbranden

10.2 Wm

8

      
   

Wrakken

  

H

019

 

afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer opslaan of opgeslagen hebben

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

H

107

 

een voertuigwrak plaatsen of aanwezig hebben op de weg

Pl.V

8

H

109

 

zich als eigenaar of kentekenhouder ontdoen van een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken

Pl.V jo. 10.23 lid 1 Wm

8

      
   

Handelingen verrichten waardoor de bodem kan worden verontreinigd

  

H

100

 

als particulier handelingen verrichten, met betrekking tot een voertuig, waardoor de bodem wordt/kan worden verontreinigd of aangetast zonder maatregelen te nemen die verontreiniging of aantasting voorkomen, beperken of ongedaan te maken

13 WBB

8

H

103

 

niet voldoen aan de lozingsvoorschriften gesteld bij of krachtens het lozingsbesluit open teelt en veehouderij

4, 5 en 19 LBOTV

8

H

520

 

zonder vergunning met behulp van een werk een geringe omvang van minder schadelijke stoffen brengen in oppervlaktewateren in niet kwetsbare gebieden

1 lid 1 WVO

8

      
   

zonder vergunning minder schadelijke stoffen anders dan met behulp van een werk in oppervlakte wateren brengen

1 lid 3 WVO

 

H

522

a

- incidentele lozing van geringe omvang in niet kwetsbare gebieden, particulier anders dan woning

 

8

H

522

b

- incidentele lozing van geringe omvang in niet kwetsbare gebieden, kleine rechtspersoon

 

8

H

522

c

- incidentele lozing van geringe omvang in niet kwetsbare gebieden, grote rechtspersoon

 

8

H

522

d

- door particulier weggooien van klein consumptieafval in kwetsbaar gebied

 

8

H

522

e

- door particulier weggooien van klein consumptieafval in niet kwetsbaar gebied

 

8

H

522

f

- weggooien van overig afval (inclusief vloeibaar) in niet kwetsbaar gebied door particulier

 

8

H

522

g

- weggooien van overig afval (inclusief vloeibaar) in niet kwetsbaar gebied door kleine rechtspersoon

 

8

H

522

h

- weggooien van overig afval (inclusief vloeibaar) in niet kwetsbaar gebied door grote rechtspersoon

 

8

H

524

 

niet melden door de vergunninghouder aan wie gevaarlijke afvalstoffen worden afgegeven van elke aan hem verrichte afgifte aan het bevoegde gezag

9a WVO

8

      
   

handelen in strijd met een aan een vergunning verbonden voorschrift

30a WVO

 

H

526

a

- niet melden van een calamiteit van relatief geringe omvang door kleine rechtspersoon

 

8

H

526

b

- niet melden van een calamiteit van relatief geringe omvang door grote rechtspersoon

 

8

H

526

c

- overtreden van een administratief voorschrift, zoals melden rechtsopvolging, rapportageplicht, kleine rechtspersoon

 

8

H

526

d

- overtreden van een administratief voorschrift, zoals melden rechtsopvolging, rapportageplicht, grote rechtspersoon

 

8

      
   

niet voldoen aan de lozingsvoorschriften gesteld bij of krachtens

  

H

528

a

- lozingenbesluit WVO bodemsanering en proefbronnering

15 LWVOBP

8

H

528

b

- bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterenbescherming

19 BBO/ 18 lid 2 BBO/ 21 lid 2 BBO

8

H

528

c

- lozingsbesluit vaste objecten

14 t/m 24 en 28 LBVO

8

      
   

Nummers H 631 - H 670: Visserijwet 1963 (ViW), Besluit verbod gebruik van levende aasvis (BLVA), Reglement voor de Binnenvisserij 1985 (RB), Reglement minimummaten en gesloten tijden 1985 (RMGT), Reglement zee- en kustvisserij 1977 (RZK) en Beschikking visserij visserijzone zeegebied en kustwateren (BVVZK)

  
      
   

Noot: De op de visserijwetgeving betrekking hebbende feitcodes zijn uitsluitend van toepassing op door particulieren gepleegde overtredingen. Indien sprake is van beroepsmatig handelen dan moet proces-verbaal worden opgemaakt

  
      
   

Kustvisserij

  
      
   

Documenten

  
   

de kustvisserij uitoefenen zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het visrecht van dat water, met

7 lid 1 ViW

 

H

631

a

- meer dan twee hengels

 

8

      
   

de kustvisserij uitoefenen of plegen uit te oefenen en niet op eerste vordering van een opsporingsambtenaar ter inzage afgeven

55 lid 1 sub b ViW

 

H

633

a

- de schriftelijke toestemming (meer dan twee hengels)

 

8

H

633

b

- de schriftelijke toestemming (bij overige toegestane vistuigen)

 

8

      
   

Binnenvisserij

  
      
   

Documenten

  
   

de binnenvisserij uitoefenen met vistuigen, anders dan een of meer hengels of een of meer peuren, zonder een geldige akte te kunnen tonen, met

10 lid 1 ViW

 

H

643

a

- één vistuig

 

8

H

643

b

- twee of meer vistuigen

 

8

      
   

de binnenvisserij uitoefenen zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het visrecht van dat water, met

21 lid 1 ViW

 

H

645

a

- één of twee hengels

 

8

H

645

b

- één peur

 

8

H

645

c

- meer dan twee hengels

 

8

H

645

d

- twee of meer peuren of met andere toegestane vistuigen

 

8

      
   

de binnenvisserij uitoefenen of plegen uit te oefenen en niet op eerste vordering van een opsporingsambtenaar ter inzage afgeven

55 lid 1 sub b ViW

 

H

647

a

- een geldige akte en/of schriftelijke toestemming (bij vistuigen, anders dan één of meer hengels of peuren)

 

8

H

647

b

- een schriftelijke toestemming (bij één of meer hengels of peuren)

 

8

H

647

c

- de huurovereenkomsten en andere bescheiden

 

8

      
   

Vistuigen

  
   

vissen met een toegestaan vistuig dat niet aan de vereiste voorwaarden voldoet, bij

4 RB

 

H

650

a

- 1 of 2 toegestane vistuigen

 

8

      
   

Gesloten tijden (visserij)

  
   

vissen in de periode van 1 april tot en met 31 mei met

  

H

652

a

- een hengel geaasd met in die periode verboden aas

6 lid 1 a RB

8

H

652

b

- een staand net

6 lid 1 e RB

8

H

654

 

vissen tijdens de door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vastgestelde periode, in een door hem aangewezen water

6 lid 3 RB

8

H

656

 

vissen tussen twee uur na zonsondergang en één uur voor zonsopgang

7 RB

8

      
   

IJsselmeer

  

H

658

a

in het IJsselmeer vissen zonder voorzien te zijn van een vergunning van Onze Minister geldende voor de visserij, welke wordt uitgeoefend

8 lid 1 RB

8

      
   

Stuw/vispassage

  

H

660

 

vissen in de Neder-Rijn, de Maas, de Lek of de Overijsselsche Vecht binnen een afstand van 75 m stroomafwaarts van een stuw, in een bij een stuw aangebrachte vispassage of binnen een straal van 25 m voor de bovenmond van deze vispassage

9 RB

8

      
   

Voorhanden hebben

  
   

een vistuig voorhanden hebben op of in de nabijheid van enig binnenwater

10 lid 1 RB

 

H

662

a

- terwijl het gebruik van dat vistuig in het betrokken water of op dat moment verboden is

 

8

H

662

b

- te weten één of twee hengel(s), terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

 

8

H

662

c

- te weten één peur of meer dan twee hengels, terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

 

8

H

662

d

- te weten een ander toegestaan vistuig, terwijl men niet bevoegd of gerechtigd is in dat water te vissen

 

8

      
   

Levend aas

  

H

664

 

bij het vissen in kust- of binnenwater levende vis als aas gebruiken

2c lid 2 ViW jo 2 BVLA

8

      
   

Geluidhinder

  
      
   

Nummers H 200 - H 205: Wetboek van strafrecht (WvSr), Plaatselijke verordeningen (Pl.V)

  

H

200

 

rumoer of burengerucht verwekken waardoor de nachtrust kan worden verstoord

431 WvSr

8

H

205

 

als particulier met toestellen of geluidsapparaten dan wel op andere wijze handelingen verrichten, waardoor voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt, of toelaten dat deze handelingen worden verricht

Pl.V

8

      
   

Nummers H 300 - H 330: Plaatselijke verordeningen (Pl.V)

  

H

300

 

zonder daartoe bevoegd te zijn zich bevinden buiten wegen of paden, die liggen in/op voor publiek toegankelijke parken, wandelplaatsen, plantsoenen, groenstroken of grasperken dan wel in/tussen aanplantingen, bloemperken, heester- of struikgewassen, die op of aan de weg liggen

Pl.V

8

H

305

 

zonder daartoe bevoegd te zijn schade toebrengen aan bomen, heesters, bloemen of grasperken in een park, een bos of op andere dergelijke plaatsen

Pl.V

8

H

310

 

met een voertuig rijden door een park/plantsoen of op een niet van de weg deel uitmakende, van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook

Pl.V

1/2/3/4/6

H

311

 

met een voertuig rijden (crossen) door een park/ plantsoen of op een niet van de weg deel uitmakende, van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook

Pl.V

1/2/3/4/6

H

315

 

roken in bos, duin dan wel andere dergelijke gebieden op tijd en plaats waarop dit niet is toegestaan

Pl.V

8

H

320

 

in de openlucht vuur aanleggen, stoken of hebben

Pl.V

8

      
   

als eigenaar of houder van een hond er niet voor zorgen dat deze hond zich niet van uitwerpselen ontdoet

Pl.V

 

H

325

a

- op een weggedeelte (mede) bestemd voor voetgangers

 

8

H

325

b

- op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak of speelweide

 

8

H

325

c

- op een andere dan door het College aangewezen plaats

 

8

H

330

 

met een pleziervaartuig varen in/door rietkragen, biezen of ander opstaand gewas dan wel een pleziervaartuig daar afmeren

Pl.V

8

      
   

Afdeling D. Wetboek van strafrecht

  
      
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Nummers D 505 - D 537: Boek 3 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

  
      

D

530

 

zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevinden

453 WvSr

8

D

515

 

door het bevoegd gezag naar zijn identiteitsgegevens gevraagd, een valse naam, voornaam, geboortedatum, geboorteplaats, adres waarop hij in de basisadministratie persoonsgegevens als ingezetene staat ingeschreven, of woon- of verblijfplaats opgeven

435, onder 4 WvSr

8

      
   

zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden

460 WvSr

 

D

535

i

- op grond die bezaaid, bepoot of beplant is, of ter bezaaiing, bepoting of beplanting is gereedgemaakt

 

1/2/3/4/5/6/8

D

535

j

- gedurende de maanden mei tot en met oktober op enig wei- of hooiland

 

1/2/3/4/5/6/8

D

537

 

zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden op eens anders grond, waarvan de toegang hem op voor hem blijkbare wijze verboden is

461 WvSr

1/2/3/4/5/6/7/8

      
   

Afdeling E. Bijzondere wetten

  
      
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Nummers E 100 - E 162: Wet personenvervoer 2000 (Wp 2000), Besluit personenvervoer 2000 (Bp 2000), Spoorwegwet (Spww) en Algemeen Reglement Vervoer (ARV), Reglement Dienst Hoofd en Lokaalspoorwegen (RDHL)

  
      
   

Vervoerder/bestuurder

  
      
   

Noot:

  
   

1. Categorie 8 betreft bij deze feitcodeserie de vervoerder;

  
   

2. Indien de verdachte onder een andere categorie valt dan bij de betreffende feitcode is aangegeven en deze is normadressaat volgens de Wp 2000 dan moet proces-verbaal worden opgemaakt.

  

E

105

b

met een bus of auto meer personen vervoeren dan wel deze bus of auto voor ander vervoer gebruiken dan blijkens het kentekenbewijs is toegestaan.

81 lid 2 Bp 2000

1

E

105

c

openbaar vervoer met een bus, besloten busvervoer of taxivervoer of openbaar vervoer met een auto verrichten zonder aanduiding als bedoeld in artikel 29 lid 3 en/of 28 lid 3 van de WVW 1994 op het kentekenbewijs

80 lid 1 Bp 2000

8

      
   

geen geldig vergunningbewijs aanwezig hebben in bus of auto waarmee openbaar vervoer, besloten busvervoer of taxivervoer wordt verricht, te weten

5a lid 1 Wp 2000

 

E

106

a

- door hiervoor als bestuurder geen zorg te dragen

 

1

E

106

b

- door hiervoor als vervoerder geen zorg te dragen

 

8

      
   

in de auto waarmee taxivervoer wordt verricht geen voor de reiziger zichtbaar vergunningbewijs aanwezig hebben, te weten

5a lid 2 Wp 2000

 

E

107

a

- door hiervoor als bestuurder geen zorg te dragen

 

1

E

107

b

- door hiervoor als vervoerder geen zorg te dragen

 

8

E

108

 

als vervoerder die taxivervoer verricht in of op de auto, waarmee taxivervoer wordt verricht, dan wel anderszins niet duidelijk kenbaar maken op welke wijze een klacht als bedoeld in de Wet Personenvervoer kan worden ingediend en op welke wijze deze wordt behandeld.

2 lid 2 Regeling maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer jo. 1 onder 4 WED

8

E

110

a

een bestuurder met besturen van een bus belasten die niet in het bezit is van een niet ouder dan vijf jaar zijnde geneeskundige verklaring waaruit blijkt dat hij geen lichamelijke of geestelijke afwijkingen heeft welke hem zouden beletten een bus naar behoren te besturen en dat hij beschikt over voldoende gehoor- en gezichtsvermogen

74 lid 1 Bp 2000

8

      
   

als bestuurder van een bus

74 lid 3 BP 2000

 

E

111

a

- geen geneeskundige verklaring bij zich hebben

 

1

E

111

b

- niet in het bezit zijn van een geneeskundige verklaring

 

1

E

112

 

als vervoerder taxivervoer verrichten zonder er voor zorg te dragen dat terstond voor aanvang en na beëindiging van de rit volledig en naar waarheid een controledocument (rittenstaat) wordt ingevuld

127 lid 1 onderdeel d Bp 2000

8

E

113

a

als bestuurder van een auto waarmee taxivervoer wordt verricht niet in het bezit zijn van een geldige, behoorlijk leesbare chauffeurspas

75 lid 3 Bp 2000

1

E

113

aa

een bestuurder belasten met het besturen van een auto, waarmee taxivervoer wordt verricht, zonder dat die bestuurder in het bezit is van een geldige, behoorlijk leesbare chauffeurspas of chauffeurspas onder beperkingen

75 lid 1 en 2 Bp 2000

8

      
   

als bestuurder van een auto waarmee taxivervoer wordt verricht

75 lid 3 Bp 2000

 

E

113

b

- de chauffeurspas niet bij zich hebben

 

1

E

113

c

- de chauffeurspas niet voor de reiziger zichtbaar aanwezig houden in de auto

 

1

E

114

 

als vervoerder ten tijde van het aanbieden van het taxivervoer het te hanteren tarief niet duidelijk leesbaar tonen zowel aan de buitenzijde van als binnen in de auto waarmee dat vervoer wordt verricht

73 Bp 2000

8

E

115

 

in een auto waarmee taxivervoer wordt verricht, geen taxameter aanwezig hebben die zichtbaar voor de reiziger de vervoerprijs overeenkomstig de kenbaar gemaakte tarieven aangeeft

127 lid 1a Bp 2000

8

E

116

 

de taxameter voldoet niet aan de regels die bij en krachtens de IJkwet zijn gesteld

127 lid 1b Bp 2000

8

E

117

 

taxivervoer verrichten zonder de in de auto aanwezige taxameter te gebruiken

127 lid 1c Bp 2000

1

      
   

Een ieder

  
      
   

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door het verhinderen of belemmeren van

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1a Bp 2000

 

E

120

a

- de bediening en het gebruik van voorzieningen

 

8

E

120

b

- de bediening en het gebruik van een vervoermiddel

 

8

E

120

c

- de taakuitoefening van het personeel van de vervoerder

 

8

      
   

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door voorzieningen te gebruiken

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

 

E

121

a

- op een tijdstip waarop deze niet voor gebruik beschikbaar zijn

 

8

E

121

b

- op een andere dan de daarvoor bestemde wijze

 

8

E

121

c

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door misbruik te maken van voorzieningen

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

8

      
   

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door een vervoermiddel te gebruiken

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1b Bp 2000

 

E

122

a

- op een tijdstip waarop deze niet voor gebruik beschikbaar is

 

8

E

122

b

- op een andere dan de daarvoor bestemde wijze

 

8

E

123

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door stoffen of voorwerpen uit een vervoermiddel te werpen

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1c Bp 2000

8

      
   

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1d Bp 2000

 

E

124

a

- in kennelijke staat van dronkenschap te bevinden

 

8

E

124

b

- onder kennelijke invloed van verdovende middelen te bevinden

 

8

E

125

a

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door te roken in, een gedeelte van, een vervoermiddel, waarvan de vervoerder heeft aangegeven dat dit niet is toegestaan.

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1i Bp 2000

8

E

125

b

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door te roken in, een gedeelte van, een station, waarvan de vervoerder heeft aangegeven dat dit niet is toegestaan.

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1i Bp 2000

8

E

126

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich te bevinden op een, gedeelte van een, station of halte op een tijdstip dat deze gesloten dan wel niet toegankelijk is

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1j Bp 2000

8

E

127

 

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door zich op een station of halte te begeven langs een andere dan de daarvoor bestemde weg

72 Wp 2000 jo. 52, lid 1k Bp 2000

8

E

128

 

niet opvolgen van de aanwijzingen betreffende de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang, die door of vanwege de vervoerder duidelijk kenbaar zijn gemaakt

73 Wp 2000

8

      
   

de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang verstoren door

72 Wp 2000 jo. 52,

 

E

129

a

- zodanig geluid voort te brengen dat anderen daarvan hinder ondervinden

lid 1e Bp 2000

8

E

129

b

- het uitoefenen van een beroep, bedrijf of het aanbieden van diensten

lid 1f Bp 2000

8

E

129

c

- het tentoonstellen van voorwerpen, maken van reclame of propaganda

lid 1g Bp 2000

8

E

129

d

- het verspreiden van drukwerken (uitsluitend handelsreclame)

lid 1g Bp 2000

8

E

129

f

- hinder gevaar, verontreiniging of beschadiging te veroorzaken of te kunnen veroorzaken door dieren, stoffen of voorwerpen in een vervoermiddel mee te nemen

lid 1h Bp 2000

8

E

129

g

- het op andere wijze veroorzaken of kunnen veroorzaken van hinder, gevaar, verontreiniging of beschadiging

lid 1l Bp 2000

8

E

138

 

het niet opvolgen van de aanwijzingen betreffende de orde, rust, veiligheid of een goede bedrijfsgang, die door of vanwege de spoorweg duidelijk kenbaar zijn gemaakt

7 ARV

8

E

145

 

op of langs de spoorweg rijden of lopen

43 jo. 63 Spww

8

E

146

 

paarden, vee of andere dieren op of langs de spoorweg drijven of laten lopen

44 jo. 63 Spww

8

E

149

 

zich op of langs gedeelten van een hoofdspoorweg, met uitzondering van een perron, die niet zijn gelegen in een gelijkvloerse kruising met een weg of in een voor het openbaar verkeer openstaande weg, bevinden of daarop of daarlangs dieren drijven of laten lopen

22 lid 1 onderdeel c Spww (nieuw)

8

      
   

Nummer E 320: Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)

  

E

320

a

niet voldoen aan vordering van toezichthouder

34 lid 1, onderdeel a WAHV

8

E

320

b

onjuiste gegevens opgeven, na vordering van toezichthouder

34 lid 1, onderdeel b WAHV

8

E

320

c

niet voldoen aan de vordering van de officier van justitie het rijbewijs op een bepaalde tijd en aangewezen plaats in te leveren

34 lid 1, onderdeel c WAHV

8

      
   

Nummers E 801 - E 837: Vreemdelingenwet 2000 (VrW 2000) en Vreemdelingenbesluit 2000 (VB 2000)

  

E

801

 

als vreemdeling die Nederland in- of uitreist zich niet begeven langs een doorlaatpost, binnen de tijd dat deze is opengesteld, en zich niet aldaar vervoegen bij een ambtenaar, belast met de grensbewaking

4.4 lid 1 VB 2000

8

E

803

 

zich op of nabij een plaats bevinden, waar een grensdoorlaatpost is gevestigd, zonder zich te houden aan de aldaar door de ambtenaren, belast met de grensbewaking, in het belang van de uitoefening van hun taak gegeven aanwijzingen

4.6 VB 2000

8

E

805

a

als gezagvoerder van een zeeschip bij het binnenvaren van Nederland niet onmiddellijk aan een ambtenaar belast met de grensbewaking een bemanningslijst in tweevoud afgeven

4.11 lid 1a VB 2000

8

E

805

b

als gezagvoerder van een zeeschip bij het binnenvaren van Nederland niet onmiddellijk schriftelijk opgave verstrekken aan het hoofd van een grensdoorlaatpost omtrent alle overige zich bij binnenkomst in Nederland aan boord van zijn schip bevindende personen

4.11 lid 1b VB 2000

8

E

805

c

niet onmiddellijk opgave doen van de aanwezigheid van verstekelingen

4.11 lid 5 VB 2000

8

      
   

als gezagvoerder van een Nederland binnengevaren zeeschip gedurende de tijd dat zijn schip zich in Nederland bevindt niet voldoen aan de verplichting

  

E

807

a

- het exemplaar van de bemanningslijst hetwelk hem na controle door de ambtenaar, belast met de grensbewaking, terug is gegeven, onder zijn berusting te houden en desgevorderd onmiddellijk ter inzage te geven aan een ambtenaar, belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen

4.12 sub a VB 2000

8

E

807

b

- onmiddellijk kennis te geven aan een ambtenaar belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen van elke aanmonstering van een vreemdeling of van elke uit oogpunt van grensbewaking of vreemdelingentoezicht van belang zijnde afwezigheid van een vreemdeling die tot de bemanning van zijn schip behoort

4.12 sub b VB 2000

8

E

807

c

- tijdig kennis te geven aan een ambtenaar belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen van het voornemen tot afmonstering van een vreemdeling die lid is van de bemanning van zijn schip

4.12 sub c VB 2000

8

E

808

 

als gezagvoerder van een zeeschip niet tijdig van het voorgenomen vertrek van zijn schip uit Nederland kennis geven aan het hoofd van de grensdoorlaatpost

4.13 lid 1 VB 2000

8

      
   

als vreemdeling niet op vordering van de korpschef van het regionale politiekorps waarin de gemeente is gelegen waar de vreemdeling verblijft, namens de Minister van Justitie, binnen de in de vordering aangegeven tijd

  

E

817

a

- de gevraagde gegevens verstrekken

4.38 lid 1 VB 2000

8

E

817

b

- de gevraagde gegevens in persoon verstrekken

4.38 lid 2 VB 2000

8

      
   

als vreemdeling, die geen rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000, niet onmiddellijk van zijn aanwezigheid mededeling doen aan de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.39 VB 2000 jo. 108 VrW 2000

 

E

822

a

- gedurende een illegaal verblijf van 1 tot 15 dagen

 

8

E

822

b

- gedurende een illegaal verblijf van 15 dagen tot 3 maanden

 

8

E

822

c

- gedurende een illegaal verblijf van 3 tot 6 maanden

 

8

E

822

d

- gedurende een illegaal verblijf van 6 maanden tot 1 jaar

 

8

E

822

e

- gedurende een illegaal verblijf van 1 jaar tot 2 jaar

 

8

E

822

f

- gedurende een illegaal verblijf langer dan 2 jaar

 

8

E

825

 

als vreemdeling aan wie het krachtens artikel 12 van de Vreemdelingenwet 2000 is toegestaan in Nederland te verblijven en die naar Nederland is gekomen voor een verblijf langer dan drie maanden, zich niet binnen drie dagen na zijn binnenkomst in Nederland in persoon melden bij de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.47 VB 2000

8

E

827

 

als vreemdeling te zijner identificatie op vordering van een ambtenaar, belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen, niet een goedgelijkende pasfoto ter beschikking stellen of vingerafdrukken van zich laten nemen indien daartoe in het belang van het toezicht op vreemdelingen gegronde reden bestaat

4.45 VB 2000

8

E

830

 

als vreemdeling aan wie het krachtens artikel 12 van de Vreemdelingenwet 2000 is toegestaan in Nederland te verblijven en die naar Nederland is gekomen voor een verblijf van ten hoogste drie maanden, zich niet binnen drie dagen na zijn binnenkomst in Nederland in persoon melden bij de korpschef van de gemeente waar hij verblijft

4.48 VB 2000

8

E

832

 

als vreemdeling die houder is van een visum of een document voor grensoverschrijding waarin door de daartoe bevoegde autoriteit een aantekening is gesteld omtrent aanmelding bij een vreemdelingendienst in Nederland, zich niet binnen drie dagen na binnenkomst in Nederland in persoon aanmelden bij de korpschef van de in deze aantekening vermelde gemeente

4.49 VB 2000

8

E

834

 

als vreemdeling die naar Nederland is gekomen om als zeeman werk te zoeken aan boord van een zeeschip, zich niet binnen drie dagen na binnenkomst in Nederland in persoon aanmelden bij de korpschef van de gemeente waar hij werk zoekt

4.50 VB 2000

8

      
   

niet voldoen aan de verplichting tot wekelijkse aanmelding bij de korpschef van de gemeente van verblijf, behoudens door deze verleende ontheffing

  

E

836

a

- als vreemdeling die geen rechtmatig verblijf heeft, in afwachting van de feitelijke mogelijkheid tot vertrek of uitzetting

4.51 lid 1 sub a VB 2000

8

E

836

b

- als vreemdeling die rechtmatig verblijf heeft als bedoeld in artikel 8, onder f, g of h van de Vreemdelingenwet 2000

4.51 lid 1 sub b VB 2000

8

      
      
   

Afdeling F. Overige overtredingen

  
      
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
      
   

Nummers F 050 - F 310: Plaatselijk geldende verordeningen (Pl.V)

  
      
   

zonder vergunning van de burgemeester

Pl.V

 

F

070

a

- op of aan de weg een evenement, feest of wedstrijd geven of houden

 

8

F

070

b

- een georganiseerde dropping houden of daaraan deelnemen op een ander terrein dan een daarvoor bestemd sportterrein

 

8

F

095

 

zonder vergunning op of aan de weg als dienstverlener optreden of zijn diensten als zodanig aanbieden

Pl.V

8

F

100

 

als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids voor publiek optreden op of aan door de burgemeester aangewezen (gedeelte van een) weg, waar dit niet is toegestaan

Pl.V

8

F

105

 

als houder van een horecabedrijf, dit voor bezoekers geopend hebben of aldaar bezoekers toelaten of laten verblijven, buiten de vastgestelde openingstijden

Pl.V

8

F

111

 

op of aan door het College aangewezen wegen of gedeelten daarvan gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen onder publiek verspreiden dan wel openlijk aanbieden, aanbevelen of bekendmaken

Pl.V

8

F

114

 

de weg of op of aan de weg een voertuig, woonwagen, tent of soortgelijk ander onderkomen als slaapplaats gebruiken

Pl.V

8

F

117

 

met een voertuig dat niet is voorzien van rubberbanden rijden over de berm, de glooiing en de zijkant van de weg

Pl.V

1/2/3/4/6

F

118

 

op de weg (binnen een door het College aangewezen gebied) skaten of skateboarden

Pl.V

8

      
   

op of aan de weg

Pl.V

 

F

120

a

- klimmen of zich bevinden op een beeld, monument, overkapping, constructie, openbare toiletgelegenheid, voertuig, hek, heining of andere afsluiting, verkeersmeubilair en daarvoor niet bestemd straatmeubilair

 

8

F

120

b

- zich zodanig ophouden dat voor weggebruikers of bewoners van nabij de weg gelegen woningen onnodige overlast of hinder wordt veroorzaakt

 

8

F

121

a

op de weg (binnen een door de het College aangewezen gebied) alcoholhoudende drank nuttigen

Pl.V

8

F

121

b

op de weg (binnen een door het College aangewezen gebied) aangebroken flessen, blikjes e.d. met alcoholhoudende drank bij zich hebben

Pl.V

8

      
   

zonder redelijk doel

Pl.V

 

F

125

a

- zich in een portiek of poort ophouden of in, op of tegen een raamkozijn of een drempel van een gebouw zitten of liggen

 

8

F

125

b

- zich anders dan als bewoner of gebruiker van flatgebouwen, appartementsgebouwen en soortgelijke meergezinshuizen of van publiek toegankelijke gebouwen bevinden in een voor gemeenschappelijk gebruik bestemde ruimte

 

8

      
   

(in of op) een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke ruimte

Pl.V

 

F

130

a

- zich zonder redelijk doel en op een voor anderen hinderlijke wijze ophouden

 

8

F

130

b

- verontreinigen

 

8

F

130

c

- voor een ander doel bezigen dan waarvoor de ruimte bestemd is

 

8

F

131

 

op of aan de weg een fiets, snorfiets of bromfiets plaatsen of laten staan tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw of in de ingang van een portiek, waardoor de doorgang wordt versperd, dan wel in strijd met de uitdrukkelijk verklaarde wil van de gebruiker van dat gebouw of portiek

Pl.V

8

F

133

 

een motorvoertuig, bromfiets of fiets op of aan de weg laten staan, anders dan deugdelijk afgesloten of onder behoorlijk toezicht

Pl.V

8

F

135

 

zich met een fiets of bromfiets bevinden op een terrein waar een markt, kermis, uitvoering, bijeenkomst of plechtigheid wordt gehouden, welke publiek trekt

Pl.V

8

F

136

 

zich met een winkelwagentje op of aan de weg bevinden op meer dan de toegestane afstand van het bedrijf dat het winkelwagentje ter beschikking heeft gesteld

Pl.V

8

F

140

a

zich in de nabijheid van een persoon, gebouw, woonwagen of woonschip ophouden met de kennelijke bedoeling deze persoon of een zich daarin bevindende persoon te bespieden

Pl.V

8

F

140

b

een persoon in een gebouw, woonwagen of woonschip door middel van een verrekijker bespieden

Pl.V

8

      
   

als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of laten lopen

Pl.V

 

F

145

a

- op een weg gelegen binnen de bebouwde kom zonder dat de hond is aangelijnd

 

8

F

145

b

- op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak, speelweide of andere door het College aangewezen plaats

 

8

F

145

c

- op een weg zonder dat de hond is voorzien van een halsband of een door middel van tatoeage aangebracht identificatiemerk, die de eigenaar of houder van de hond duidelijk doet kennen

 

8

F

145

d

- op een weg zonder een deugdelijk middel dat is bestemd voor het verwijderen van uitwerpselen bij zich te dragen en/of dit middel niet op eerste vordering tonen aan de met het toezicht belaste ambtenaar

 

8

F

151

 

als degene die één of meer dieren onder zijn hoede heeft, niet door voorzorgsmaatregelen die van hem mogen worden verwacht, voorkomen dat deze dieren voor de omgeving hinderlijk zijn

Pl.V

8

F

155

 

als rechthebbende er niet voor zorgen dat zodanige maatregelen worden getroffen dat het vee/pluimvee in een aan een weg liggend weiland of terrein, die weg niet kan bereiken

Pl.V

8

      
   

de weg niet (doen) reinigen na een verontreiniging ontstaan bij het laden, lossen of vervoeren van stoffen of voorwerpen of bij andere werkzaamheden

Pl.V

 

F

180

a

- terstond, bij gevaar voor de verkeersveiligheid of bij gevaar voor beschadiging van het wegdek

 

8

F

180

b

- in overige gevallen, (iedere dag) na het beëindigen van de werkzaamheden

 

8

F

185

 

binnen de bebouwde kom buiten een daarvoor bestemde inrichting/plaats op of aan de weg zijn natuurlijke behoefte doen

Pl.V

8

F

190

 

een geparkeerd voertuig op een aangewezen weg of weggedeelte, waar dit niet is toegestaan, te koop aanbieden of verhandelen

Pl.V

8

F

195

 

een defect voertuig op een weg parkeren, langer dan de vastgestelde termijn

Pl.V

8

F

205

 

een kampeerwagen, caravan, magazijnwagen, keetwagen, aanhangwagen of ander dergelijk voertuig op een aangewezen weg waar dit niet is toegestaan, langer dan de vastgestelde termijn doen of laten staan

Pl.V

8

F

210

 

een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame op een weg parkeren met als doel handelsreclame te maken

Pl.V

8

      
   

een recreatiegebied gebruiken in strijd met de bepalingen geldend voor dat gebied

Pl.V

 

F

212

a

- door het parkeren of aanwezig hebben van een voertuig of vaartuig

 

1/2/3/4/6/7/8

F

212

b

- anders dan tot doel van dagrecreatie

 

8

F

212

c

- door met geluid voortbrengende apparatuur overlast te veroorzaken

 

8

F

212

d

- door te graven of te spitten of doen graven of spitten op buiten het strand, de zandhelling, speelkuilen of zandbakken gelegen gedeelten

 

8

F

212

e

- door anders dan in de aanwezige afvalbakken wegwerpen, neerleggen en/of achterlaten van afval, vuilnis, resten van levensmiddelen, papier, blikken, flessen of verpakkingsmateriaal

 

8

F

212

f

- door een afvalmand, -bak of soortgelijk voorwerp op andere wijze te gebruiken dan tot het deponeren van klein afval

 

8

F

212

g

- door zich als eigenaar of houder van een hond zich met die hond in een vastgestelde periode te bevinden buiten een aangewezen gebied, waar het verblijf van de hond is toegestaan

 

8

F

214

 

een voertuig met stankverspreidende stoffen parkeren daar waar bewoners of gebruikers van nabijgelegen gebouwen of terreinen daarvan hinder of overlast (kunnen) ondervinden

Pl.V

8

F

216

 

een voertuig parkeren of enig ander voorwerp plaatsen of laten staan op een weggedeelte waarvan door het bevoegde gezag is bekend gemaakt dat dit niet is toegestaan op de in die bekendmaking genoemde dagen en tijden (markt, evenement, kermis enz)

Pl.V

1/2/3/4/6/8

F

235

 

met of voor een vaartuig een ligplaats innemen, hebben of beschikbaar stellen op een gedeelte van een openbaar water waar dit niet is toegestaan

Pl.V

7/8

F

236

a

het zonder ontheffing van het College varen, doen of laten varen met enig vaartuig

Pl.V

7/8

F

237

a

het varen, doen of laten varen zonder dat de ontheffing in het vaartuig aanwezig is of zonder dat de corresponderende sticker op de juiste wijze is bevestigd

Pl.V

7/8

F

240

 

als bader of zwemmer in openbaar water zich zodanig gedragen dat het scheepvaartverkeer daarvan hinder of gevaar kan ondervinden

Pl.V

8

F

245

 

zich zonder redelijk doel aan, op, of in een vaartuig in openbaar water vasthouden, klimmen, begeven of bevinden

Pl.V

8

      
   

zich in/op voor publiek toegankelijke natuurgebieden, bossen, parken, plantsoenen of recreatieterreinen bevinden ten aanzien waarvan door het bevoegde gezag is verklaard dat het gebruik van een motorvoertuig, bromfiets, fiets, rij- of trekdier overlast kan veroorzaken of schade kan berokkenen aan milieuwaarden, te weten

Pl.V

 

F

250

a

- met een vervoermiddel in gesloten tijd of gesloten gebied

 

1/2/3/4/6

F

250

b

- met een motorvoertuig, bromfiets, fiets of paard buiten de (onverharde) wegen of gemarkeerde paden

 

1/2/3/4/6

F

250

c

- met een rij- of trekdier buiten de daarvoor bestemde paden

 

6

      
   

met een motorrijtuig gebruik maken van een weg in strijd met de verordening tot het bevorderen van ongestoord wetenschappelijk onderzoek van de RadioSterrenWacht (storingsvrije zone), te weten

Pl.V

 

F

260

a

- rijdend

 

1/2/3/6

F

260

b

- parkeren danwel laten staan

 

1/2/3/6

      
   

Afdeling G. Misdrijven

  
   

Categorie-indeling B:

  
   

1 - Bestuurders van motorvoertuigen op meer dan twee wielen, en bestuurders van brommobielen voor zover het de bepalingen van het RVV 1990 betreft;

  
   

2 - Bestuurders van motorvoertuigen op twee wielen;

  
   

3 - Bromfietsers en snorfietsers;

  
   

4 - Fietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen met of zonder motor;

  
   

5 - Voetgangers;

  
   

6 - Overige weggebruikers;

  
   

7 - Schippers;

  
   

8 - Een ieder.

  
      
   

NB De categorieën 1 tot en met 4 gelden in voorkomend geval mede voor bestuurders van één van de op die categorieën betrekking hebbende voertuigen, indien daarmee een aanhangwagen wordt voortbewogen

  
   

Nummers G 050 - G 100: Boek 2 Wetboek van Strafrecht (WvSr)

  
      
   

goederen uit een winkel/vanaf een benzinestation wegnemen/toe-eigenen waarde van het ontvreemde goed

310/321 WvSr

 

G

100

a

- t/m EUR 50

 

8

G

100

b

- meer dan EUR 50 en t/m EUR 120

 

8

NOTA VAN TOELICHTING

I Algemeen

De feiten en de daarvoor geldende tarieven die zijn opgenomen in de bijlage bij de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften, in de bijlage bij het Besluit OM-afdoening, in de bijlage bij het Transactiebesluit 1994 en in de beleidsregels van het openbaar ministerie, worden periodiek geactualiseerd. De feiten en tarieven gezamenlijk worden vervolgens overzichtelijk bijeengebracht in het feitenboekje dat opsporingsambtenaren moeten gebruiken. De eerstvolgende actualisering is per 1 april 2008 voorzien.

Dit besluit betreft actualisering van de lijst met feiten waarvoor krachtens artikel 74c Sr en het Transactiebesluit 1994 een politietransactie kan worden aangeboden, dan wel waarvoor in de toekomst krachtens artikel 257b van het Wetboek van Strafvordering en hoofdstuk III van het Besluit OM-afdoening een politiestrafbeschikking kan worden uitgevaardigd. De bij deze feiten behorende tarieven, die eveneens worden geactualiseerd, zijn opgenomen in de beleidsregels van het openbaar ministerie, en maken geen deel uit van dit besluit. In de bij deze nota van toelichting behorende bijlage zijn de inhoudelijke wijzigingen in de feitenlijst toegelicht. Als algemeen uitgangspunt is bij deze wijzigingen gehanteerd dat de feitenlijst materieel zo veel mogelijk dezelfde blijft en dat deze wordt geactualiseerd door de omschrijving van de feiten, en de verwijzingen naar de wet- en regelgeving waarin deze feiten strafbaar zijn gesteld, aan te passen voor zover dit noodzakelijk is door inmiddels opgetreden wijzigingen in wet- en regelgeving.

Het Besluit OM-afdoening voorziet erin dat de politietransactie wordt omgevormd tot een politiestrafbeschikking. De actualisering van de voor afdoening door opsporingsambtenaren geldende feiten staat geheel los van deze, op een nader te bepalen tijdstip uit te voeren, omvorming. Om deze reden werd eerder bij het Besluit OM-afdoening een bijlage met feiten gevoegd die identiek was aan de bijlage bij het Transactiebesluit 1994. Om dezelfde reden worden beide – als gezegd identieke – bijlagen in het voorliggende wijzigingsbesluit vervangen door dezelfde, geactualiseerde, bijlage.

Dit besluit brengt voorts twee technische verbeteringen aan in twee besluiten. Deze verbeteringen staan los van de hierboven beschreven periodieke actualisering. Zij worden hieronder artikelsgewijs toegelicht.

II Artikelsgewijs

Artikel I

Dit artikel is toegelicht in het algemeen deel van en in de bijlage bij deze nota van toelichting.

Artikel II

Een uitgangspunt van het Besluit justitiële gegevens is dat de overtredingen, waarvoor uitsluitend een geldelijke sanctie is opgelegd van minder dan € 100, niet worden geregistreerd in het justitieel documentatiesysteem, behalve die overtredingen die krachtens artikel 4 van dat besluit worden voorgedocumenteerd. In het nog niet in werking getreden artikel 4.4, onderdeel C, van het Besluit OM-afdoening, waarin in verband met de toekomstige invoering van de politiestrafbeschikking is voorzien in wijziging van artikel 5 van het Besluit justitiële gegevens, is dat uitgangspunt ten onrechte niet in acht genomen. In dit artikel van het voorliggende besluit wordt dit hersteld.

Artikel III

Deze wijziging brengt artikel 11a van het Besluit tenuitvoerlegging schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen in overeenstemming met het gegeven dat een schadevergoedingsmaatregel na inwerkingtreding van de Wet OM-afdoening – met ingang van 1 februari 2008, zie het besluit van 21 december 2007, Stb. 2008, 4 – ook in een strafbeschikking kan worden opgelegd. Andere artikelen van het Besluit tenuitvoerlegging schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen worden per 1 februari 2008 aangepast aan de strafbeschikking door het Besluit OM-afdoening. Artikel 11a van het Besluit tenuitvoerlegging schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen was bij de voorbereiding van het Besluit OM-afdoening over het hoofd gezien.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. Albayrak

Bijlage bij de nota van toelichting

Feitomschrijving

Wijziging

Categorie-indeling A

In de noot dient bij het eerste gedachtestreepje tussen de woorden «onderverdeeld en» en «zijn genummerd» te worden ingevoegd «deze categorieën».

Categorie-indeling C

Bij categorie 1 is de brommobiel verwijderd. De brommobiel wordt toegevoegd aan categorie 3. Sinds 1 oktober 2006 moet bij staandehouding wegens een door de bestuurder van een bromfiets begane overtreding van de maximum snelheid met 30 km/h of meer, het bromfietsrijbewijs worden ingevorderd (Staatsblad 2006, 322). In verband hiermee is de snelheidsovertreding van 30 km/h voor categorie 3-voertuigen uit de bijlage bij de Wet Mulder verwijderd, opdat staandehouding en invordering mogelijk worden. Door de brommobiel toe te voegen aan categorie 3, is bovenstaande ook voor de brommobiel mogelijk gemaakt.

D 535 i/j

Bij deze feitcode is abusievelijk de koptekst weggevallen. Deze dient te luiden: «zonder daartoe gerechtigd te zijn zich bevinden».

E 108

Het bij de feitcode vermelde artikel 72a BP 2000 dient te worden vervangen. De onderliggende regeling is art. 2, lid 2 van de Regeling Maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer. Deze kent een verwijzing naar artikel 1 onder 4 WED. Vermeld moet daarom worden «art. 2, lid 2 Regeling maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer jo art. 1 onder 4 WED.»

E 146

«Te drijven» is vervangen door «drijven» en «te laten lopen» door «laten lopen».

H 025

Deze feitcode is toegevoegd. De code is opgenomen op verzoek van het KLPD, opdat via art. 2 van de Wet Milieubeheer kan worden opgetreden tegen het buiten een inrichting storten, anderszins in de bodem brengen of verbranden van afvalstoffen.

H 630 a, H 632 a/b, H 640 a/b, H 642 a/b, H 644 a t/m d, H 646 a t/m d

In verband met een wijziging van de Visserijwet per 1 januari 2007 (Stb. 2006, 476) zijn deze feitcodes per die datum vervallen.

H 631 a, H 633 a/b, H 643 a/b, H 645 a t/m d, H 647 a t/m c

In verband met een wijziging van de Visserijwet per 1 januari 2007 zijn deze feitcodes per die datum toegevoegd in de bijlage met OM-feiten. De feitcodes H 631 a, H 633 a/b, H 643 a en b, H 645 a t/m d en H 647 a t/m c dienen nu echter te worden opgenomen in de bijlage bij het Besluit OM-afdoening.

H 662 b

Bij de wijziging van de Visserijwet per 1 januari 2007 is de term «schriftelijke vergunning» vervallen en voorts is de sportvisakte vervallen. In verband daarmee zijn bij deze feitcode de termen «akte» en «vergunning» verwijderd.

K 006 a

In verband met de invoering van het bromfietsrijbewijs dient bij deze code categorie 3 te worden toegevoegd (Staatsblad 2006, 322).

K 070 c

In verband met een wijziging van artikel 110 WVW 1994 (Stb. 2006, 616, in werking getreden bij Stb. 2007, 87), dient de tekst «- een landbouwtrekker» te worden gewijzigd in «- een landbouw- of bosbouwtrekker».

K 145 b

Bij feitcode K 145 b wordt tot uitdrukking gebracht dat die code naast de voorschriften met betrekking tot de begeleiding, eveneens van toepassing is op de voorschriften met betrekking tot de vakbekwaamheid.

P 111 c t/m P 351 e

Boven deze feitcodes zijn twee noten toegevoegd en is de koptekst «Als bestuurder van een voertuig of samenstel van voertuigen rijden (terwijl):» geplaatst. Met deze koptekst wordt tot uitdrukking gebracht dat de feitcodes eveneens van toepassing kunnen zijn op bestuurders van samenstellen van voertuigen.

P 111 c en d

Bij het vermelde artikel dient eveneens artikel 5.18.20 te worden vermeld, daar dat toeziet op motorrijtuigen met beperkte snelheid en land- of bosbouwtrekkers.

P 121 c, d

De koptekst is gewijzigd, opdat de feitcodes beter aansluiten bij art. 5.18.12 VR. De tekst «de lading meer dan de toegestane lengte achter (de achterste as van) het voertuig uitsteekt en/of de vereiste stootbalk, voor het na 01-01-1996 in gebruik genomen voertuig, meer dan 0,60 m van de uiterste achterzijde is aangebracht (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding» is vervangen door de tekst «de lading meer dan 1 m achter het voertuig en/of meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt en/of de vereiste stootbalk, voor het na 01-01-1996 in gebruik genomen voertuig, meer dan 0,60 m van de uiterste achterzijde is aangebracht, terwijl de afstand van de lading tot het wegdek meer bedraagt dan 0,55 m (stootbalk uitsluitend cat. 12, particulier gebruik), een overschrijding».

P 130 p en q

De koptekst is aangepast opdat deze beter aansluit bij art. 5.18.13 VR. Tussen de woorden «de» en «lading» wordt ingevoegd het tekstdeel «in lengte ondeelbare» en achter «uitsteekt» is de tekst «, een overschrijding» geplaatst.

P 130 k en l

In de koptekst dient een wijziging te worden ingebracht, opdat betere aansluiting bij de tekst van art. 5.18.13 VR wordt gevonden. Het tekstdeel «de lading van» is geschrapt en het tekstdeel «wordt gebruikt» is vervangen door «is ingericht». Achter «20,75 m» wordt toegevoegd «, een overschrijding». Verder is het vermelde artikel gewijzigd in «5.18.13 lid 2 VR».

P 131 c, d

De tekst is gewijzigd opdat deze beter aansluit bij de art. 5.18.13 VR; «de lading meer dan de toegestane lengte achter (de achterste as van) het voertuig uitsteekt (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding» is vervangen door «de in lengte ondeelbare lading meer dan 5 m achter de achterste as van het voertuig uitsteekt (categorie 12 bedrijfsmatig gebruik), een overschrijding»

P 142 b

Categorie 5 is vervallen aangezien deze categorie valt onder het bereik van feitcode P 140 e, welke code in de bijlage van de WAHV is opgenomen. In verband hiermee is de tekst «(cat 5 voor 01-11-1997)» uit de koptekst verwijderd

P 310 c en d

Achter de tekst «trekkend motorrijtuig» wordt ingevoegd de tekst «, een overschrijding met». De tekst «meer dan 50%» wordt vervangen door «meer dan 50% t/m 75%».

W 164 b

W 166 b

Bij het vermelde artikel dient «2.01 lid 1» te worden vervangen door «2.02 lid 1»;

W 455 a/b

In de koptekst dient bij deze feitcode het woord «terwijl» te worden vervangen door «zonder dat».

W 710

«gegeven» is vervangen door «geven».

S 015 a t/m d

In de koptekst is «in staat zijn voertuig» vervangen door «in staat zijn zijn voertuig».

S 020 a t/m c

In de koptekst is «in staat zijn voertuig» vervangen door «in staat zijn zijn voertuig».


XHistnoot

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Justitie.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 11 maart 2008, nr. 50.

Naar boven