Besluit van 17 september 2007 tot vaststelling van het tijdstip van
inwerkingtreding van artikelen en onderdelen van de wet van
6 december 2001 tot wijziging van enkele onderwijswetten in
verband met de invoering van persoonsgebonden nummers in het onderwijs
(Stb. 681) en de wet van 29 mei 2006 tot wijziging van diverse wetten
in verband met enkele aanpassingen met betrekking tot persoonsgebonden
nummers in het onderwijs (Stb. 288)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der
Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sharon A.M. Dijksma, van 11
september 2007, nr. WJZ/2007/35292 (6199), directie Wetgeving
en Juridische Zaken;
Gelet op de
artikelen XIA, eerste en tweede lid, en
XXX van de wet van 6 december 2001 tot wijziging van enkele
onderwijswetten in verband met de invoering van persoonsgebonden
nummers in het onderwijs (Stb. 681) en
artikel IX, vierde lid, van de wet van 29
mei 2006 tot wijziging van diverse wetten in verband met enkele
aanpassingen met betrekking tot persoonsgebonden nummers in het
onderwijs (Stb.
288);
Hebben
goedgevonden en
verstaan:
Artikel 1
Artikel 40b,
eerste lid, tweede volzin, derde, vierde en zesde lid, van de Wet op
het primair onderwijs en artikel 42a, eerste lid, tweede volzin, derde,
vierde en zesde lid, van de Wet op de expertisecentra zijn van
toepassing met ingang van 2 oktober 2007.
Artikel 2
De artikelen
I, onderdeel C, met uitzondering van artikel 178a, vijfde, zesde en
negende lid, en artikel 178e, en II, onderdeel D, met uitzondering van
artikel 164a, vijfde, zesde, zevende en tiende lid, en 164e, van de wet
van 6 december 2001 tot wijziging van enkele onderwijswetten in verband
met de invoering van persoonsgebonden nummers in het onderwijs (Stb.
681) treden in werking met ingang van 2 oktober
2007.
Artikel 3
Artikel I,
onderdeel B, punten 3 en 4 en punt 5 voor wat betreft de invoeging van
een zevende lid in artikel 178a en onderdeel C, en artikel II,
onderdeel B, punten 4 en 5 en punt 6 voor wat betreft invoeging van een
achtste lid in artikel 164a, en onderdeel C, van de wet van 29 mei 2006
tot wijziging van diverse wetten in verband met enkele aanpassingen met
betrekking tot persoonsgebonden nummers in het onderwijs (Stb. 288),
treden in werking met ingang van 2 oktober
2007.
Onze
Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de
uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden
geplaatst.
's-Gravenhage, 17
september
2007
Beatrix
De
Staatssecretaris van
Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap,
S. A.
M. Dijksma
Uitgegeven de zevenentwintigste september 2007
De Minister van
Justitie,
E.
M. H. Hirsch
Ballin
NOTA VAN TOELICHTING
In artikel 1 wordt uitvoering gegeven aan artikel
XIA van de wet van 6 december 2001 tot wijziging van enkele
onderwijswetten in verband met de invoering van persoonsgebonden
nummers in het onderwijs (Stb. 681). Opgemerkt wordt dat het in het
eerste lid genoemde artikel 40a inmiddels is vernummerd tot artikel 40b
van de WPO (Stb. 2004, 17).
De uitzonderingen
in artikel 2 zijn opgenomen, omdat de desbetreffende bepalingen reeds
in werking zijn getreden op 21 december 2006 (Stb. 690) respectievelijk
1 februari 2006 (Stb. 17). In Stb. 690 ging het om artikel 178a, vijfde
en zesde lid, WPO en artikel 164a, vijfde, zesde en zevende lid, WEC.
Stb. 17 regelde de inwerkingtreding van het zevende lid van artikel
178a WPO en het achtste lid van artikel 164a WEC. Met de wet van 29 mei
2006 tot wijziging van diverse wetten in verband met enkele
aanpassingen met betrekking tot persoonsgebonden nummers in het
onderwijs (Stb. 288) zijn laatstgenoemde artikelleden vernummerd tot
artikel 178a, negende lid, WPO respectievelijk artikel 164a, tiende
lid, WEC.
De
Staatssecretaris van
Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap,
S. A.
M. Dijksma