Besluit van 21 juli 2007, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 28 juni 2007 houdende wijziging van de Mededingingswet als gevolg van de evaluatie van die wet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 16 juli 2007, nr. WJZ 7084097;

Gelet op artikel VII van de wet van 28 juni 2007 houdende wijziging van de Mededingingswet als gevolg van de evaluatie van die wet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

De wet van 28 juni 2007 houdende wijziging van de Mededingingswet als gevolg van de evaluatie van die wet treedt in werking met ingang van 1 oktober 2007 met uitzondering van artikel I, onderdeel C, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Tavarnelle, 21 juli 2007

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Uitgegeven de achtentwintigste augustus 2007

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Het is van belang dat artikel I, onderdeel C, van de wet zo spoedig mogelijk in werking treedt, omdat daarmee Richtlijn nr. 2005/81/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, tot wijziging van Richtlijn 80/723/EEG betreffende de doorzichtigheid in de financiële betrekkingen tussen lidstaten en openbare bedrijven en de financiële doorzichtigheid binnen bepaalde ondernemingen (PbEG L 312) wordt geïmplementeerd.

De overige bepalingen kunnen met ingang van 1 oktober 2007 in werking treden.

De Minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Naar boven