Wet van 5 maart 2007, houdende wijziging van de Kadasterwet, de Organisatiewet Kadaster en enige andere wetten in verband met de aanwijzing van de kadastrale registratie, de kadastrale kaart en het geografisch bestand als basisregistraties en enkele andere wijzigingen (Wet basisregistraties kadaster en topografie)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is als onderdeel van de invoering van een stelsel van basisregistraties de Kadasterwet, de Organisatiewet Kadaster en enige andere wetten te wijzigen in verband met de aanwijzing van de kadastrale registratie, de kadastrale kaart en het geografisch bestand als basisregistraties en de Kadasterwet op enkele onderdelen te vereenvoudigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Kadasterwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    ambtenaar: ambtenaar van de Dienst;

    authentiek gegeven: in een basisregistratie opgenomen gegeven dat bij wettelijk voorschrift als authentiek is aangemerkt;

    basisregistratie: verzameling gegevens, waarvan bij wet is bepaald dat deze een basisregistratie vormt;

    bewaarder: bewaarder als bedoeld in artikel 6;

    brondocument:

    1°. in de openbare registers ingeschreven of anderszins door de Dienst gehouden document, of

    2°. besluit of gewaarmerkt afschrift daarvan;

    catalogus basisregistratie topografie: catalogus basisregistratie topografie als bedoeld in artikel 98a, derde lid;

    Dienst: Dienst voor het Kadaster en de openbare registers als bedoeld in artikel 2 van de Organisatiewet Kadaster;

    geografisch gegeven:

    1°. in artikel 98a, tweede lid, genoemd geografisch object;

    2°. identificerend objectnummer als bedoeld in artikel 98a, derde lid, of een ander in de catalogus basisregistratie topografie daarmee gelijkgesteld identificerend kenmerk, dat aan het betreffende geografisch object wordt toegekend, of

    3°. ander kenmerk als bedoeld in artikel 98a, derde lid, dat in de catalogus basisregistratie topografie wordt genoemd;

    kadastrale grens: op basis van inlichtingen van belanghebbenden en met gebruikmaking van de bescheiden, bedoeld in artikel 50, door de Dienst vastgestelde grens tussen percelen;

    kadastrale grootte: indicatieve omvang van een perceel, berekend door de Dienst;

    kadastrale kaart: kadastrale kaart als bedoeld in artikel 48, derde lid;

    Onze Minister: Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

    openbare registers: openbare registers als bedoeld in artikel 16 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek juncto artikel 8, eerste lid;

    perceel: kadastraal geïdentificeerd en met kadastrale grenzen begrensd deel van het Nederlands grondgebied;

    registratie: registratie of basisregistratie ingesteld bij deze wet.

2. In het tweede lid vervalt «alsmede in» en wordt na «Wetboek van Koophandel» ingevoegd: en artikel 1, onderdeel a, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken.

B

Na artikel 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

  • 1. Er is een basisregistratie kadaster, bestaande uit administratieve gegevens met betrekking tot onroerende zaken en de landelijke kadastrale kaart.

  • 2. Er is voorts een basisregistratie topografie, bestaande uit:

    a. een landsdekkend topografisch bestand op een schaalniveau van 1:10 000, en

    b. landsdekkende topografische bestanden op een schaalniveau kleiner dan 1:10 000.

C

Artikel 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen a en b komen te luiden:

a. het houden van de openbare registers;

b. het houden en bijwerken van de basisregistratie kadaster;.

2. Onderdeel f komt te luiden:

f. het uniform, consistent en landsdekkend verzamelen, geometrisch vastleggen, beheren en cartografisch weergeven van geografische gegevens alsmede het houden en bijwerken van de basisregistratie topografie;.

D

Artikel 3c vervalt.

E

De artikelen 4 en 4a worden vervangen door een artikel, luidende:

Artikel 4

Het bestuur van de Dienst bepaalt:

a. op welke plaatsen de Dienst kantoor houdt;

b. op welke plaatsen en gedurende welke tijden stukken ter inschrijving in de openbare registers kunnen worden aangeboden, en

c. op welke plaatsen en gedurende welke tijden loket wordt gehouden voor het publiek.

F

In artikel 7, eerste lid, worden de onderdelen a, b, c en d vervangen door twee onderdelen, luidende:

a. het verrichten van inschrijvingen in de openbare registers en het stellen van aantekeningen in die registers, en

b. het bijwerken van de basisregistratie kadaster, de registratie voor schepen en de registratie voor luchtvaartuigen.

G

In artikel 7c wordt «het houden van de in artikel 8, eerste lid, bedoelde openbare registers» vervangen door: het houden van de openbare registers.

H

Na hoofdstuk 1 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK 1A. BEPALINGEN OMTRENT AUTHENTIEKE GEGEVENS EN DE INHOUD EN INRICHTING VAN REGISTRATIES

TITEL 1. AUTHENTIEKE GEGEVENS
Artikel 7f
  • 1. De basisregistraties kadaster en topografie bevatten authentieke gegevens krachtens een wet.

  • 2. Onverminderd artikel 48, vierde lid, zijn de in de basisregistratie kadaster opgenomen gegevens, bedoeld in artikel 48, tweede lid, onderdelen a tot en met d, en derde lid, onderdelen a tot en met c, authentieke gegevens.

  • 3. De in de basisregistratie topografie opgenomen gegevens, bedoeld in artikel 98a, eerste tot en met derde lid, zijn authentieke gegevens.

Artikel 7g
  • 1. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat in de basisregistratie kadaster of basisregistratie topografie een ander bij die maatregel als authentiek aan te wijzen gegeven wordt opgenomen dan de gegevens, bedoeld in artikel 7f, tweede of derde lid, indien:

    a. de kenbaarheid van het betreffende gegeven van belang blijkt voor de uitoefening van een publiekrechtelijke taak door bestuursorganen, en

    b. er geen gewichtige redenen zijn die zich daartegen verzetten.

  • 2. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat een daarbij aangewezen authentiek gegeven uit een andere basisregistratie dan bedoeld in artikel 1a, of een ander gegeven dan een authentiek gegeven, wordt opgenomen, respectievelijk wordt toegevoegd aan de in een registratie opgenomen gegevens, bedoeld in artikel 48, 85, 92 of 98a, indien:

    a. de kenbaarheid van het gegeven van belang blijkt voor het rechtsverkeer of economisch verkeer, en

    b. er geen gewichtige redenen zijn die zich daartegen verzetten.

  • 3. Indien een authentiek gegeven of deel daarvan als bedoeld in artikel 7f, tweede of derde lid, of een gegeven als bedoeld in artikel 48, 85, 92 of 98a, krachtens een wet tot instelling van een andere basisregistratie dan de basisregistratie kadaster of topografie als authentiek wordt aangemerkt, geldt dat gegeven daarna als een uit die andere basisregistratie overgenomen authentiek gegeven.

  • 4. Bij regeling van Onze Minister kunnen voorschriften worden gegeven omtrent de door de Dienst in acht te nemen norm met betrekking tot de actualiteit van een uit een andere basisregistratie over te nemen authentiek gegeven.

  • 5. In geval van spoed kan in afwijking van het eerste of tweede lid, voor de gevallen, bedoeld in die leden, bij regeling van Onze Minister een bij die regeling aan te wijzen gegeven in een registratie worden opgenomen.

  • 6. Na de plaatsing in het Staatsblad of de Staatscourant van een krachtens het eerste of tweede lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur respectievelijk van een krachtens het vijfde lid vastgestelde ministeriële regeling wordt een voorstel van wet tot regeling van het betrokken onderwerp zo spoedig mogelijk bij de Staten-Generaal ingediend. Indien het voorstel wordt ingetrokken of indien een van de beide kamers der Staten-Generaal besluit het voorstel niet aan te nemen, wordt de algemene maatregel van bestuur of de ministeriële regeling onverwijld ingetrokken. Wordt het voorstel tot wet verheven, dan wordt de algemene maatregel van bestuur of de ministeriële regeling ingetrokken op het tijdstip van inwerkingtreding van die wet.

Artikel 7h
  • 1. In de basisregistratie kadaster wordt een authentiek gegeven als bedoeld in artikel 7f, tweede lid, en 7g, eerste lid, door middel van een kenmerk onderscheiden van in die basisregistratie opgenomen andere dan authentieke gegevens.

  • 2. In een registratie wordt een authentiek gegeven dat is overgenomen uit een andere basisregistratie dan bedoeld in artikel 1a, door middel van een kenmerk onderscheiden van gegevens die authentiek zijn ingevolge deze wet.

Artikel 7i
  • 1. Het bestuur van de Dienst stelt regels voor de inrichting en het houden van een registratie.

  • 2. Het bestuur van de Dienst kan voorts regels stellen omtrent de wijze van weergave van de in een registratie opgenomen gegevens.

Artikel 7j
  • 1. Het bestuur van de Dienst draagt er zorg voor dat de weergave van een krachtens deze wet in de basisregistratie kadaster opgenomen authentiek gegeven overeenstemt met dat gegeven, als opgenomen in het betreffende brondocument of, ingeval een vorenbedoeld authentiek gegeven wordt afgeleid uit een brondocument, dat dat authentieke gegeven juist en volledig daaruit is afgeleid.

  • 2. Het bestuur van de Dienst draagt er voorts zorg voor dat:

    a. een in de basisregistratie topografie opgenomen geografisch object als bedoeld in artikel 98a, tweede lid, in overeenstemming is met:

    1°. de fysieke werkelijkheid ten tijde van de laatste bijhouding van het geografisch gebied waarin dat geografisch object is gelegen, en

    2°. de actuele fysieke werkelijkheid, voorzover er zich een aanmerkelijke verandering voordoet of heeft voorgedaan ten opzichte van de laatste bijhouding van het betreffende geografisch gebied;

    b. een in de basisregistratie topografie opgenomen geografisch gegeven voldoet aan de kwaliteitseisen, gesteld in de catalogus basisregistratie topografie, en

    c. een koppeling mogelijk wordt gemaakt tussen de basisregistratie topografie en een andere basisregistratie voor wat betreft een authentiek gegeven dat uit die andere basisregistratie is overgenomen, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald.

  • 3. Voorzover in een registratie een authentiek gegeven uit een andere basisregistratie dan bedoeld in artikel 1a is overgenomen, draagt het bestuur van de Dienst er zorg voor dat:

    a. de weergave van dat authentieke gegeven in die registratie overeenstemt met dat gegeven, als opgenomen in die andere basisregistratie, tenzij dat verschil in weergave wordt veroorzaakt door een norm als bedoeld in artikel 7g, vierde lid, en

    b. de actualiteit van dat authentieke gegeven voldoet aan een zodanige norm.

TITEL 2. GEBRUIK EN VERSTREKKING VAN AUTHENTIEKE GEGEVENS
Artikel 7k
  • 1. Indien een bestuursorgaan bij de vervulling van zijn publiekrechtelijke taak een gegeven nodig heeft dat krachtens deze wet als authentiek gegeven in de basisregistratie kadaster of topografie beschikbaar is, gebruikt het dat authentieke gegeven.

  • 2. Een bestuursorgaan kan een ander gegeven gebruiken dan een krachtens deze wet beschikbaar authentiek gegeven, indien:

    a. bij het betreffende authentieke gegeven de aantekening «in onderzoek» is geplaatst;

    b. het een melding heeft gedaan overeenkomstig artikel 7n, eerste lid, 7o, eerste lid, of 7p, eerste lid;

    c. het door toepassing van het eerste lid zijn publiekrechtelijke taak niet naar behoren kan vervullen, of

    d. bij wettelijk voorschrift anders is bepaald dan in het eerste lid.

  • 3. Voorzover bij de uitoefening van een publiekrechtelijke taak gebruik wordt gemaakt van een topografische ondergrond, is een bestuursorgaan niet gehouden toepassing te geven aan het eerste lid, ingeval de uitoefening van die taak is gediend met gebruikmaking van een topografische ondergrond met een schaalniveau groter dan 1:10 000.

  • 4. In afwijking van het eerste lid kunnen bestuursorganen van gemeenten die op 1 januari 2006 beschikten over een in eigen beheer vervaardigde topografische ondergrond met een schaalniveau van 1:10 000 bij de vervulling van een publiekrechtelijke taak tot een bij regeling van Onze Minister per gemeente te bepalen tijdstip, mits gelegen voor 1 januari 2010, gebruik maken van de eigen topografische ondergrond.

Artikel 7l

Een natuurlijk persoon of rechtspersoon, aan wie door een bestuursorgaan gevraagd wordt om een gegeven te verstrekken dat krachtens deze wet als authentiek gegeven in de basisregistratie kadaster of topografie beschikbaar is, behoeft dat gegeven niet te verstrekken, behoudens:

a. ingeval bij het betreffende authentieke gegeven de aantekening «in onderzoek» is geplaatst;

b. in geval van bijhouding of vernieuwing van de basisregistratie kadaster, van herinrichting, verkaveling of reconstructie van een bij wettelijk voorschrift aangewezen gebied, van voorbereiding van herinrichting, verkaveling of reconstructie of van bijhouding van de basisregistratie topografie;

c. in geval van opsporing of onderzoek naar overtreding van een wettelijk voorschrift of van controle op de naleving van een wettelijk voorschrift;

d. in geval van dreiging van, of het zich voordoen van, een oproerige beweging, wanordelijkheden, verstoring van de openbare orde, rampen of zware ongevallen;

e. ingeval bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, of

f. ingeval het gegeven noodzakelijk is voor een deugdelijke vaststelling van de identiteit van betrokkene.

TITEL 3. TERUGMELDING
Artikel 7m
  • 1. Een bestuursorgaan meldt aan de Dienst, onder opgaaf van redenen, zijn gerede twijfel omtrent de juistheid van een in een registratie overgenomen gegeven dat krachtens een andere wet dan deze wet als authentiek is aangemerkt.

  • 2. De Dienst zendt een melding als bedoeld in het eerste lid onverwijld door aan de beheerder van de betreffende basisregistratie, en doet daarvan mededeling aan het bestuursorgaan dat de melding heeft gedaan.

Artikel 7n
  • 1. Een bestuursorgaan meldt aan de Dienst, onder opgaaf van redenen, zijn gerede twijfel omtrent de juistheid van een in de basisregistratie kadaster opgenomen gegeven dat krachtens deze wet als authentiek is aangemerkt.

  • 2. De Dienst neemt na ontvangst van een melding als bedoeld in het eerste lid een beslissing omtrent wijziging van het betreffende authentieke gegeven. Indien de Dienst die beslissing niet binnen een dag na ontvangst van die melding heeft genomen, tekent de Dienst in de basisregistratie kadaster, of ingeval de melding betrekking heeft op een gegeven als bedoeld in artikel 48, derde lid, onderdeel a, b of c, in een afzonderlijk register, aan dat het betreffende gegeven «in onderzoek» is.

  • 3. De Dienst verwijdert de aantekening dat een authentiek gegeven «in onderzoek» is uit de basisregistratie kadaster of het afzonderlijk register tegelijk met de verwerking van de wijziging in die basisregistratie of, indien een melding als bedoeld in het eerste lid niet tot wijziging leidt, met de beslissing om het authentieke gegeven niet te wijzigen.

  • 4. De beslissing, bedoeld in het tweede en derde lid, is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 5. De Dienst bericht het bestuursorgaan dat een melding heeft gedaan als bedoeld in het eerste lid onverwijld over een handeling of beslissing als bedoeld in het tweede of derde lid.

  • 6. De Dienst doet onverwijld schriftelijk mededeling aan de belanghebbende van zijn beslissing op grond van het tweede of derde lid, indien die beslissing heeft geleid tot een wijziging van het betreffende authentieke gegeven.

Artikel 7o
  • 1. Een bestuursorgaan meldt aan de Dienst, onder opgaaf van redenen, zijn gerede twijfel omtrent het in overeenstemming zijn van een krachtens deze wet als authentiek aangemerkt gegeven in de basisregistratie topografie met de fysieke werkelijkheid ten tijde van de laatste bijhouding van het geografisch gebied, waarin het geografische object, waarop dat gegeven betrekking heeft, is gelegen.

  • 2. De Dienst neemt na ontvangst van een melding als bedoeld in het eerste lid een beslissing omtrent wijziging van het betreffende authentieke gegeven. Indien de Dienst die beslissing niet binnen een dag na ontvangst van de betreffende melding heeft genomen, registreert de Dienst in een afzonderlijk register de melding, het betreffende authentieke gegeven en de aantekening «in onderzoek» bij dat gegeven.

  • 3. Indien de Dienst niet binnen een dag na ontvangst van de melding, bedoeld in het eerste lid, een beslissing heeft genomen omtrent de wijziging van het betreffende authentieke gegeven, neemt de Dienst die beslissing uiterlijk binnen zes weken na het tijdstip waarop volgens de catalogus basisregistratie topografie de bijhouding is beëindigd.

  • 4. De Dienst verwijdert de aantekening dat een authentiek gegeven «in onderzoek» is uit het register, bedoeld in het tweede lid, tegelijk met de verwerking van de wijziging in de basisregistratie topografie of, indien de betreffende melding niet tot wijziging heeft geleid, met de beslissing om het authentieke gegeven niet te wijzigen.

  • 5. De Dienst bericht het bestuursorgaan dat een melding heeft gedaan als bedoeld in het eerste lid onverwijld over een handeling of beslissing als bedoeld in het tweede, derde of vierde lid.

Artikel 7p
  • 1. Voorzover zich een aanmerkelijke verandering voordoet of heeft voorgedaan in de fysieke werkelijkheid ten opzichte van de laatste bijhouding van het betreffende geografisch gebied, kan een bestuursorgaan aan de Dienst, onder opgaaf van redenen, melden dat het noodzakelijk of wenselijk is de betreffende authentieke gegevens in de basisregistratie topografie op een eerder tijdstip dan bij de eerstvolgende bijhouding van dat gebied te wijzigen.

  • 2. De Dienst registreert na ontvangst van een melding als bedoeld in het eerste lid de melding, het betreffende authentieke gegeven en de aantekening «in onderzoek» in het register, bedoeld in artikel 7o, tweede lid. De Dienst bericht het bestuursorgaan dat de melding heeft gedaan onverwijld over die handeling.

  • 3. De Dienst beslist op een melding als bedoeld in het eerste lid uiterlijk binnen zes weken na ontvangst daarvan, met dien verstande dat de Dienst die termijn één keer kan verlengen met ten hoogste vier weken.

  • 4. Indien de Dienst beslist om gevolg te geven aan de in de melding, bedoeld in het eerste lid, gevraagde actualisering, handelt de Dienst overeenkomstig artikel 7o, vierde lid, en bericht de Dienst het bestuursorgaan dat een melding heeft gedaan als bedoeld in het eerste lid onverwijld over zijn beslissing en de handelingen die hij overeenkomstig artikel 7o, vierde lid, heeft verricht.

  • 5. Indien de Dienst beslist om geen gevolg te geven aan de in de melding, bedoeld in het eerste lid, gevraagde actualisering, blijft de aantekening «in onderzoek» staan en tekent de Dienst bij de melding zijn beslissing aan om die actualisering te doen plaatsvinden bij de eerstvolgende bijhouding. Na beëindiging van die bijhouding is op de beslissing en de kennisgeving daarvan aan het bestuursorgaan dat de melding heeft gedaan artikel 7o, derde tot en met vijfde lid, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in het vijfde lid van dat artikel voor «tweede, derde of vierde lid» wordt gelezen: vierde lid.

Artikel 7q

Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld omtrent:

a. de gevallen waarin een melding als bedoeld in artikel 7m, eerste lid, 7n, eerste lid, of 7o, eerste lid, achterwege kan blijven, of

b. een beperking van de kring van bestuursorganen die verplicht zijn toepassing te geven aan artikel 7m, eerste lid, 7n, eerste lid, of 7o, eerste lid, of gebruik kunnen maken van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 7p, eerste lid.

Artikel 7r
  • 1. Indien ten aanzien van een beslissing over wijziging van een authentiek gegeven dat is opgenomen in de basisregistratie kadaster bezwaar wordt gemaakt of beroep wordt ingesteld, tekent de Dienst in de basisregistratie kadaster, of ingeval het betreffende gegeven een gegeven is als bedoeld in artikel 48, derde lid, onderdeel a, b of c, in een afzonderlijk register, aan dat het betreffende authentieke gegeven «in onderzoek» is.

  • 2. Indien de beslissing op bezwaar of de rechterlijke uitspraak op het beroep strekt tot wijziging van een in de basisregistratie kadaster opgenomen authentiek gegeven, verwerkt de Dienst die wijziging in die basisregistratie.

  • 3. Indien onherroepelijk is beslist op het bezwaar of beroep, verwijdert de Dienst de aantekening dat het betreffende authentieke gegeven «in onderzoek» is.

TITEL 4. AMBTSHALVE CORRECTIE EN CORRECTIE OP VERZOEK
Artikel 7s
  • 1. Indien de Dienst constateert dat de weergave van een authentiek gegeven als bedoeld in artikel 7f, tweede lid, of 7g, eerste lid, in de basisregistratie kadaster niet in overeenstemming is met dat gegeven, als opgenomen in een brondocument of, ingeval een authentiek gegeven wordt afgeleid uit een brondocument, dat gegeven niet juist en volledig daaruit is afgeleid, herstelt de Dienst ambtshalve dat gegeven in die basisregistratie. De artikelen 7n, vierde en zesde lid, en 7r zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 2. Indien de Dienst constateert dat een in de basisregistratie topografie opgenomen geografisch gegeven niet in overeenstemming is met:

    a. de fysieke werkelijkheid ten tijde van de laatste bijhouding van het geografisch gebied, waarin het geografische object, waarop dat gegeven betrekking heeft, is gelegen, of

    b. de actuele fysieke werkelijkheid, in geval van een aanmerkelijke verandering ten opzichte van de laatste bijhouding van het betreffende geografisch gebied, kan de Dienst dat gegeven in de basisregistratie topografie ambtshalve herstellen dan wel, indien het betreft een geval als bedoeld in onderdeel a, dat herstel opschorten tot de eerstvolgende bijhouding, bedoeld in de catalogus basisregistratie topografie. De Dienst tekent zowel een geconstateerde onjuistheid als de correctie daarvan aan in het register, bedoeld in artikel 7o, tweede lid.

  • 3. Indien de Dienst ten aanzien van de weergave van een in een registratie opgenomen ander gegeven dan een authentiek gegeven een constatering als bedoeld in het eerste lid doet, zijn dat lid alsmede de artikelen 7n, vierde en zesde lid, en 7r van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7t
  • 1. Indien een belanghebbende gerede twijfel heeft omtrent de juistheid van een in de basisregistratie kadaster opgenomen gegeven dat krachtens deze wet als authentiek is aangemerkt, dan wel omtrent de juistheid van een uit een andere basisregistratie dan genoemd in artikel 1a in de basisregistratie kadaster of de registratie voor schepen of luchtvaartuigen overgenomen authentiek gegeven, kan die belanghebbende onder opgaaf van redenen aan de Dienst een verzoek tot herstel van dat gegeven in de basisregistratie kadaster doen. De artikelen 7n, tweede tot en met vierde en zesde lid, en 7r zijn van overeenkomstige toepassing indien het verzoek betrekking heeft op een in de basisregistratie kadaster opgenomen gegeven dat krachtens deze wet als authentiek is aangemerkt, en artikel 7m, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing indien het verzoek betrekking heeft op een uit een andere basisregistratie overgenomen gegeven.

  • 2. Indien een gehele of gedeeltelijke toewijzing van het verzoek tot herstel, bedoeld in het eerste lid, leidt tot verbetering, aanvulling of verwijdering van persoonsgegevens als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet bescherming persoonsgegevens, bericht de Dienst dat zo spoedig mogelijk aan derden aan wie de persoonsgegevens daaraan voorafgaand zijn verstrekt, tenzij dit onmogelijk blijkt of onevenredige inspanning kost. De Dienst doet desgevraagd aan de verzoeker opgaaf van degenen aan wie is bericht.

  • 3. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing indien een belanghebbende gerede twijfel heeft omtrent de juistheid van een ander dan een authentiek gegeven in de basisregistratie kadaster of de registratie voor schepen of luchtvaartuigen.

  • 4. De Dienst registreert een verzoek als bedoeld in het eerste of derde lid alsmede de beslissing op dat verzoek.

TITEL 5. KWALITEIT, VOORBEHOUD DATABANKENRECHT EN RELATIEVE COMPETENTIE
Artikel 7u
  • 1. De Dienst draagt er zorg voor dat de juistheid en volledigheid van de authentieke gegevens, genoemd in de artikelen 48, tweede lid, onderdelen a tot en met e, en derde lid, onderdelen a tot en met c, 98a, eerste tot en met derde lid, en bedoeld in artikel 7g, eerste lid, ten minste:

    a. één keer per drie jaar worden gecontroleerd door een, door het bestuur van de Dienst aangewezen, onafhankelijke deskundige, en

    b. één keer per jaar door dat bestuur worden gecontroleerd in de jaren dat de controle door die deskundige achterwege blijft.

  • 2. Het bestuur van de Dienst stelt voorafgaand aan de controle, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, een controleprotocol op, dat in ieder geval de elementen van de controle bevat. Het bestuur kan daarbij bepalen welke authentieke gegevens, landelijk of voor een daarbij aan te geven beperkt geografisch gebied, dienen te worden onderzocht.

  • 3. De Dienst maakt het controleprotocol bekend in de Staatscourant of doet daarin een kennisgeving op welke plaatsen en gedurende welke tijden dat protocol ter inzage ligt.

  • 4. De Dienst doet een kennisgeving in de Staatscourant op welke plaatsen en gedurende welketijden een afschrift van de resultaten van de controle, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, ter inzage ligt.

Artikel 7v

Het recht, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Databankenwet, ten aanzien van de basisregistratie kadaster, de basisregistratie topografie, alsmede de registraties voor schepen en luchtvaartuigen, is voorbehouden aan de Dienst.

Artikel 7w

Indien beroep wordt ingesteld tegen een besluit van de Dienst omtrent wijziging van een authentiek gegeven of omtrent wijziging van een ander gegeven dan een authentiek gegeven, is in afwijking van artikel 8:7 van de Algemene wet bestuursrecht de rechtbank bevoegd binnen welker rechtsgebied:

a. de onroerende zaak waarmee het betreffende gegeven verband houdt, geheel of grotendeels is gelegen of

b. de Dienst is gevestigd ingeval het betreffende gegeven verband houdt met een te boek staand schip of luchtvaartuig.

I

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste, tweede en derde lid, derde zin, wordt «de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid,» vervangen door: de openbare registers.

2. In het derde lid, eerste zin, wordt «openbare registers als bedoeld in artikel 8, eerste lid,» vervangen door: openbare registers.

Ia

In artikel 47, derde lid, vervalt: , bedoeld in artikel 64, eerste lid.

J

Het opschrift van hoofdstuk 3 komt te luiden:

HOOFDSTUK 3. BASISREGISTRATIE KADASTER EN NET VAN COÖRDINAATPUNTEN

K

Het opschrift van titel 1 van hoofdstuk 3 komt te luiden:

TITEL 1. BASISREGISTRATIE KADASTER

L

Artikel 48 komt te luiden:

Artikel 48

  • 1. De basisregistratie kadaster ontsluit de openbare registers door middel van:

    a. de kadastrale aanduiding van een onroerende zaak en van een appartementsrecht, en

    b. de naam van de eigenaar van, of beperkt gerechtigde met betrekking tot een onroerende zaak, met uitzondering van de rechthebbende op een erfdienstbaarheid.

  • 2. De basisregistratie kadaster bevat:

    a. de kadastrale aanduiding van onroerende zaken en van appartementsrechten;

    b. naam, voornamen, adres, geboortedatum en burgerlijke staat van de eigenaar van, beperkt gerechtigde met betrekking tot, of beslaglegger op, een onroerende zaak of, ingeval die e igenaar, gerechtigde of beslaglegger een rechtspersoon is, de rechtsvorm;

    c. de wettelijke benaming van de beperkte rechten waaraan een onroerende zaak is onderworpen, en van de beslagen die op die zaak of dat beperkte recht zijn gelegd, als ook, of die zaak of dat beperkte recht onder bewind staat of ten aanzien daarvan een beding als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek is ingeschreven;

    d. de kadastrale grootte van een perceel;

    e. de gegevens met betrekking tot beperkingenbesluiten, alsmede daarop betrekking hebbende beslissingen in administratief beroep, rechterlijke uitspraken en verklaringen met betrekking tot het vervallen van een publiekrechtelijke beperking, die krachtens de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken in de openbare registers zijn ingeschreven;

    f. gegevens die krachtens een andere wet dan die genoemd in onderdeel e aan de Dienst ter inschrijving in de openbare registers, respectievelijk ter opneming in de basisregistratie kadaster, worden aangeboden;

    g. ten aanzien van een eigenaar en beperkt gerechtigde als bedoeld in onderdeel b: een verwijzing naar alle in de openbare registers ingeschreven of geboekte stukken, voorzover die stukken betreffen onroerende zaken en rechten waaraan die zaken zijn onderworpen;

    h. ten aanzien van een onroerende zaak en een appartementsrecht: een verwijzing naar alle daarop betrekking hebbende, in de openbare registers ingeschreven of geboekte stukken, alsmede naar door de Dienst verkregen inlichtingen of verrichte waarnemingen als bedoeld in artikel 54, eerste lid, onderdelen c en d;

    i. voorzover op een onroerende zaak een recht van hypotheek rust, het bedrag waarvoor de hypotheek is gevestigd, of indien dit bedrag nog niet vaststaat, het maximumbedrag dat uit hoofde van een hypotheek op het goed kan worden verhaald, en voorzover bekend, de rentevoet;

    j. feitelijke gegevens met betrekking tot een onroerende zaak, een beperkt recht met betrekking tot die zaak of een appartementsrecht, voorzover die een nadere omschrijving, een beperking, een begunstiging of een kenmerk bevatten, die voor het rechtsverkeer of de landelijke kadastrale kaart van belang zijn, of voorzover die betrekking hebben op het beheer, de domicilie of de beschikkingsbevoegdheid van de eigenaar van, beperkt gerechtigde met betrekking tot, of de beslaglegger op, een onroerende zaak, een beperkt recht of een appartementsrecht;

    k. het aandeel van een eigenaar of beperkt gerechtigde als bedoeld in onderdeel b in geval van een gemeenschap.

  • 3. De basisregistratie kadaster bevat voorts de landelijke kadastrale kaart. Die kaart is toegankelijk door middel van een coördinaat in het net van coördinaatpunten, bedoeld in artikel 52, of door middel van de kadastrale aanduiding van een perceel. De landelijke kadastrale kaart bevat:

    a. de afbeelding van de kadastrale grenzen van een perceel, weergegeven in het net van coördinaatpunten, bedoeld in artikel 52;

    b. de kadastrale aanduiding van een perceel;

    c. de rijksgrens en de grens van een provincie of gemeente;

    d. een voorstelling van de omtrek van een hoofd- of bijgebouw op een perceel, met dien verstande dat de omtrek van een bijgebouw uitsluitend wordt weergegeven indien die weergave naar het oordeel van de Dienst nodig is voor een goede oriëntatie op de kadastrale kaart.

  • 4. Een gegeven als bedoeld in het tweede lid, onderdeel f, kan krachtens een andere wet dan deze wet als authentiek worden aangemerkt.

  • 5. De detaillering, verbijzondering en beschrijving van gegevens als bedoeld in het tweede en derde lid, en in artikel 7g, eerste, tweede en vijfde lid, vinden plaats in de door het bestuur van de Dienst vastgestelde catalogus basisregistratie kadaster.

  • 6. Het bestuur van de Dienst doet mededeling van de vaststelling of wijziging van de catalogus basisregistratie kadaster in de Staatscourant. Indien die mededeling geen integrale bekendmaking inhoudt van die catalogus of van de wijzigingen daarin, maakt de Dienst bekend waar die catalogus ter inzage ligt of op welke wijze die catalogus anderszins raadpleegbaar is.

  • 7. Het tweede lid, onderdelen b, g en k, vindt ten aanzien van erfdienstbaarheden slechts toepassing, voorzover dat wordt bepaald bij regeling van het bestuur van de Dienst.

M

Artikel 49 vervalt.

N

In de artikelen 50 en 51 wordt «kaarten» telkens vervangen door: kaart.

O

Het opschrift van hoofdstuk 4 komt te luiden:

HOOFDSTUK 4. BIJWERKING VAN DE BASISREGISTRATIE KADASTER EN HET NET VAN COÖRDINAATPUNTEN

P

Het opschrift van titel 1 van hoofdstuk 4 komt te luiden:

TITEL 1. BIJWERKING VAN DE BASISREGISTRATIE KADASTER

Q

Artikel 54 wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef van het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bijhouding vindt, onverminderd het bepaalde bij of krachtens deze of een andere wet, plaats op grond van:.

2. In het eerste lid, onderdeel a, wordt voorafgaand aan «in de openbare registers» ingevoegd: veranderingen blijkens.

3. In het eerste lid worden de onderdelen b en c vervangen door een onderdeel, luidende:

b. een wijziging als bedoeld in artikel 7n of 7t;.

4. In het eerste lid worden de onderdelen d en e vervangen door twee onderdelen, luidende:

c. inlichtingen van een eigenaar van, of beperkt gerechtigde met betrekking tot, een onroerende zaak, of van diens rechtsopvolger onder algemene titel;

d. waarnemingen van een met meting belaste ambtenaar omtrent een feit als bedoeld in de artikelen 29 en 35 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, of omtrent de feitelijke gesteldheid van een onroerende zaak.

5. In het tweede lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

6. Het derde lid vervalt.

Qa

In artikel 55 vervalt: , bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a,.

R

In artikel 56, onderdeel b, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

S

Artikel 56b komt te luiden:

Artikel 56b

  • 1. Tenzij het betreft een beschikking als bedoeld in artikel 71, 72 of 78, eerste lid, kan een belanghebbende bezwaar maken tegen een beschikking inzake de bijwerking, vastgesteld krachtens hoofdstuk 4, nadat die bijwerking is voltooid.

  • 2. Voorzover een beschikking als bedoeld in het eerste lid betrekking heeft op een gegeven dat krachtens deze wet als authentiek wordt aangemerkt en ten aanzien van die beschikking bezwaar wordt gemaakt of beroep wordt ingesteld, handelt de Dienst overeenkomstig artikel 7r.

T

De artikelen 56c, 56d en 56e vervallen.

U

In artikel 58, eerste lid, wordt «de kadastrale registratie en op kadastrale kaarten» vervangen door: de basisregistratie kadaster.

V

De paragrafen 2 en 3 van afdeling 2 van titel 1 van hoofdstuk 4 vervallen. De paragrafen 4, 5, 6 en 7 van die afdeling worden vernummerd tot de paragrafen 2, 3, 4 en 5.

W

Artikel 66, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste zin wordt «artikel 54, eerste lid, onder d» vervangen door: artikel 54, eerste lid, onderdeel c.

2. In de eerste zin wordt «een onderzoek in te stellen, als bedoeld in het volgende artikel» vervangen door: daarnaar een onderzoek in te stellen.

3. De tweede zin vervalt.

X

In artikel 72 wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

Y

Artikel 73, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste zin wordt «Degene die als eigenaar of beperkt gerechtigde met betrekking tot een onroerende zaak in de kadastrale registratie staat vermeld» vervangen door: Een eigenaar van, of een beperkt gerechtigde met betrekking tot, een onroerende zaak.

2. De tweede zin vervalt.

3. In de slotzin wordt «degene die met betrekking tot die onroerende zaak als eigenaar in de kadastrale registratie staat vermeld,» vervangen door: de eigenaar van die onroerende zaak.

Z

Artikel 74 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «in de kadastrale registratie, op de kadastrale kaarten en de daaraan ten grondslag liggende bescheiden» vervangen door «in de basisregistratie kadaster en de bescheiden, bedoeld in artikel 50,» en vervalt de tweede zin.

2. Het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.

AA

Artikel 75 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt «de personen die als eigenaar of beperkt gerechtigde met betrekking tot de onroerende zaak waarop de vernieuwing betrekking heeft, in de kadastrale registratie staan vermeld,» vervangen door: de eigenaar en beperkt gerechtigde met betrekking tot de onroerende zaak, waarop de vernieuwing betrekking heeft,.

2. In het derde lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

BB

Artikel 76 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «De in artikel 74, eerste lid, bedoelde ambtenaar» vervangen door: De met het onderzoek van vernieuwing belaste ambtenaar.

2. In het derde lid wordt «de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a» vervangen door: de openbare registers.

3. In het vierde lid, eerste zin, wordt «de desbetreffende, in de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a,» vervangen door: de in de openbare registers.

4. In het vierde lid worden de tweede en derde zin vervangen door één zin, luidende: Indien tijdens het onderzoek is gebleken dat de omvang van de onroerende zaak waarop het recht van hypotheek is gevestigd of waarop beslag is gelegd, wijziging heeft ondergaan, wordt bij het opmaken van het voorstel op die wijziging acht geslagen.

5. In het vijfde lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

6. In het zesde lid, derde zin, wordt «de artikelen 56b tot en met 56d» vervangen door «artikel 56b» en vervalt: dan wel de beschikking van de rechtbank.

7. In het zevende lid komt de eerste zin te luiden: Het bestuur van de Dienst maakt het voorstel van vernieuwing bekend overeenkomstig artikel 3:42 van de Algemene wet bestuursrecht.

CC

Artikel 77 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Voorzover tegen een voorstel van vernieuwing geen, of niet tijdig, bezwaren zijn ingediend, de beslissing op bezwaar onherroepelijk is geworden of de rechtbank uitspraak heeft gedaan, wordt door een daartoe door de Dienst aangewezen notaris een akte van vernieuwing opgemaakt. De akte wordt door de Dienst ondertekend.

2. In het tweede lid, tweede zin, wordt «, onderscheidenlijk de beslissing van de ambtenaar of de in het eerste lid bedoelde beschikking of beschikkingen van de rechter» vervangen door: en, ingeval er onherroepelijk op bezwaar is beslist of door de rechtbank uitspraak is gedaan, die beslissing of uitspraak.

3. In het tweede lid, derde zin, wordt «aan de in artikel 74, eerste lid, bedoelde ambtenaar» vervangen door: aan de met het onderzoek van vernieuwing belaste ambtenaar.

4. In het vijfde lid vervalt: , bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder a.

DD

In artikel 78, eerste lid, wordt «worden de kadastrale registratie en de kadastrale kaarten» vervangen door: wordt de basisregistratie kadaster.

EE

Artikel 85 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De registratie voor schepen ontsluit de openbare registers door middel van:

    a. de naam van de eigenaar van, of beperkt gerechtigde met betrekking tot, een schip, en

    b. het brandmerk van een schip.

2. In het tweede lid komen de aanhef en onderdeel a te luiden:

De registratie voor schepen bevat:

a. naam, voornamen, adres of verblijfplaats, geboortedatum en burgerlijke staat van de eigenaar van, beperkt gerechtigde met betrekking tot, of beslaglegger op, een schip of, ingeval die eigenaar, gerechtigde of beslaglegger een rechtspersoon is, de rechtsvorm;.

3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt «openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid,» vervangen door: openbare registers.

3a. In het tweede lid, onderdeel h, vervalt «, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a,» en wordt «onder b en c» vervangen door: onder b.

4. In het tweede lid vervalt onderdeel i en worden de onderdelen j tot en met n geletterd i tot en met m.

5. Het tweede lid, nieuw onderdeel j, komt te luiden:

j. voorzover op een schip een recht van hypotheek rust, ten minste de gegevens, genoemd in artikel 48, tweede lid, onderdeel i;.

6. In het tweede lid, nieuw onderdeel k, vervalt: of op grond van bij regeling van Onze Minister gestelde regels.

7. In het tweede lid worden de nieuwe onderdelen l en m vervangen door een onderdeel, luidende:

l. in geval van mede-eigendom of een rederij: het aandeel van ieder der deelgenoten of reders.

8. In het derde lid wordt «De in het tweede lid bedoelde gegevens» vervangen door: De gegevens, bedoeld in het tweede lid en artikel 7g, tweede en vijfde lid,.

9. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De detaillering, verbijzondering en beschrijving van gegevens als bedoeld in het tweede lid en in artikel 7g, tweede en vijfde lid, vinden plaats in de door het bestuur van de Dienst vastgestelde catalogus registratie voor schepen. Het bestuur van de Dienst doet overeenkomstig artikel 48, zesde lid, mededeling van de vaststelling of wijziging van die catalogus en van de raadpleegbaarheid daarvan.

FF

Artikel 87 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bijhouding vindt, onverminderd het bepaalde bij of krachtens deze of een andere wet, plaats op grond van:

    a. veranderingen blijkens in de openbare registers ingeschreven stukken, voorzover die betrekking hebben op schepen en rechten waaraan die schepen zijn onderworpen, of

    b. wijzigingen met betrekking tot gegevens van de eigenaar of beperkt gerechtigde, voorzover die blijken uit een basisregistratie of uit andere door de eigenaar of beperkt gerechtigde overgelegde stukken.

2. Het derde lid vervalt.

3. Het vierde en vijfde lid worden vernummerd tot derde en vierde lid.

GG

Artikel 87b, derde lid, vervalt.

HH

Afdeling 3 van titel 2 van hoofdstuk 5 vervalt.

II

Artikel 92 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De registratie voor luchtvaartuigen ontsluit de openbare registers door middel van:

    a. de naam van de eigenaar van, of beperkt gerechtigde met betrekking tot, een luchtvaartuig;

    b. het in artikel 22, eerste lid, onderdeel a, bedoelde inschrijvingskenmerk, en

    c. het in artikel 22, eerste lid, onderdeel d, bedoelde boekingsnummer.

2. In het tweede lid komen de aanhef en onderdeel a te luiden:

De registratie voor luchtvaartuigen bevat:

a. naam, voornamen, adres, geboortedatum en burgerlijke staat van de eigenaar van, beperkt gerechtigde met betrekking tot, of beslaglegger op een luchtvaartuig of, ingeval die eigenaar, gerechtigde of beslaglegger een rechtspersoon is, de rechtsvorm;.

3. Het tweede lid, onderdeel g, komt te luiden:

g. de dagtekening van de teboekstelling en het boekingsnummer, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel d;.

3a. In het tweede lid, onderdeel h, vervalt «, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a,» en wordt «onder b en c» vervangen door: onder b.

4. In het tweede lid vervalt onderdeel i en worden de onderdelen j tot en met n geletterd i tot en met m.

5. Het tweede lid, nieuw onderdeel j, komt te luiden:

j. voorzover op een luchtvaartuig een recht van hypotheek rust, ten minste de gegevens, genoemd in artikel 48, tweede lid, onderdeel i;.

6. In het tweede lid, nieuw onderdeel k, vervalt: of op grond van bij regeling van Onze Minister gestelde regels.

7. In het tweede lid worden de nieuwe onderdelen l en m vervangen door een onderdeel, luidende:

l. in geval van een gemeenschap, het aandeel van ieder der deelgenoten.

8. In het derde lid vervalt: en vierde.

9. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. De detaillering, verbijzondering en beschrijving van gegevens als bedoeld in het tweede lid en in artikel 7g, tweede en vijfde lid, vinden plaats in de door het bestuur van de Dienst vastgestelde catalogus registratie voor luchtvaartuigen. Het bestuur van de Dienst doet overeenkomstig artikel 48, zesde lid, mededeling van de vaststelling of wijziging van die catalogus en van de raadpleegbaarheid daarvan.

JJ

Artikel 94 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bijhouding vindt, onverminderd het bepaalde bij of krachtens deze of een andere wet, plaats op grond van:

    a. veranderingen blijkens in de openbare registers ingeschreven stukken, voorzover die betrekking hebben op luchtvaartuigen en rechten waaraan die luchtvaartuigen zijn onderworpen, of

    b. wijzigingen met betrekking tot gegevens van de eigenaar of beperkt gerechtigde, voorzover die blijken uit een basisregistratie of uit andere door de eigenaar of beperkt gerechtigde overgelegde stukken.

2. Het derde lid vervalt.

3. Het vierde en vijfde lid worden vernummerd tot derde en vierde lid.

KK

Artikel 94b, derde lid, komt te luiden:

  • 3. Artikel 56b, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

LL

Afdeling 3 van titel 2 van hoofdstuk 6 vervalt.

MM

Het opschrift van hoofdstuk 6A komt te luiden:

HOOFDSTUK 6A. BASISREGISTRATIE TOPOGRAFIE

NN

Artikel 98a komt te luiden:

Artikel 98a

  • 1. De basisregistratie topografie is toegankelijk door middel van een identificerend objectnummer of een locatie op de kaart.

  • 2. De basisregistratie topografie bevat de volgende geografische objecten met hun cartografische weergave:

    a. wegdeel;

    b. spoorbaandeel;

    c. waterdeel;

    d. bebouwing;

    e. terrein;

    f. inrichtingselement;

    g. reliëf;

    h. registratief gebied;

    i. geografisch gebied, en

    j. functioneel gebied.

  • 3. De basisregistratie topografie bevat ten aanzien van elk geografisch object als bedoeld in het tweede lid een identificerend objectnummer en beschrijvende, geometrische, cartografische, temporele en meta-kenmerken overeenkomstig de door het bestuur van de Dienst vastgestelde catalogus basisregistratie topografie. Het bestuur van de Dienst doet overeenkomstig artikel 48, zesde lid, mededeling van de vaststelling of wijziging van die catalogus en van de raadpleegbaarheid daarvan.

  • 4. De geografische objecten, bedoeld in het tweede lid, worden bewerkt overeenkomstig de regels en procedures als opgenomen in de catalogus basisregistratie topografie.

  • 5. De meta-kenmerken, bedoeld in het derde lid, hebben in ieder geval betrekking op de beschrijving van de oorsprong en de kwaliteit of nauwkeurigheid van de geografische objecten.

OO

Het opschrift van afdeling 1 van titel 1 van hoofdstuk 7 komt te luiden:

AFDELING 1. VERSTREKKING VAN INLICHTINGEN UIT DE OPENBARE REGISTERS, DE REGISTRATIES, HET NET VAN COÖRDINAATPUNTEN EN DE BESCHEIDEN, BEDOELD IN ARTIKEL 50

PP

In artikel 99, eerste lid, wordt «openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid,» vervangen door: openbare registers.

QQ

In artikel 100, eerste lid, wordt «de kadastrale registratie, de door de Dienst gehouden kadastrale kaarten en de daaraan ten grondslag liggende bescheiden» vervangen door: de basisregistratie kadaster en de bescheiden, bedoeld in artikel 50.

QQa

In de artikelen 101, eerste lid, en 102, eerste lid, vervalt: , bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a,.

RR

In artikel 103, tweede lid, wordt «van de door de Dienst gehouden kadastrale kaarten» vervangen door: van de kadastrale kaart.

SS

Artikel 104 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «kadastrale registratie en de door de Dienst gehouden kadastrale kaarten» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. In het tweede lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

TT

In artikel 105, eerste lid, wordt «de openbare registers voor registergoederen, de kadastrale registratie, de door de Dienst gehouden kaarten,» vervangen door: de openbare registers, de basisregistratie kadaster,.

UU

In artikel 106, eerste en derde lid, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

VV

In artikel 107, onderdeel b, wordt «de openbare registers voor registergoederen, de kadastrale registratie, de door de Dienst gehouden kadastrale kaarten en de daaraan ten grondslag liggende bescheiden» vervangen door: de openbare registers, de basisregistratie kadaster en de bescheiden, bedoeld in artikel 50.

WW

In artikel 107a, tweede lid, vervalt: 56c tot en met 56e.

XX

In artikel 107b wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

YY

Artikel 111 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, tweede zin, wordt «in de kadastrale registratie en op de kadastrale kaarten» vervangen door: in de basisregistratie kadaster.

2. In het derde lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door «basisregistratie kadaster» en wordt «de artikelen 58, eerste en tweede lid, artikel 56b, eerste lid, en de artikelen 56c tot en met 56e» vervangen door: de artikelen 56b, eerste lid, en 58, eerste en tweede lid,.

ZZ

De artikelen 112 tot en met 115 vervallen.

AAA

Artikel 116 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a,» vervangen door: de openbare registers,.

2. Het tweede en derde lid, alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.

BBB

Artikel 117 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt «registers» vervangen door: openbare registers.

2. In het derde en vierde lid wordt «de kadastrale registratie, de door de Dienst gehouden kadastrale kaarten en de daaraan ten grondslag liggende bescheiden» vervangen door: de basisregistratie kadaster en de bescheiden, bedoeld in artikel 50.

CCC

In artikel 118, tweede lid, vervallen «4a, eerste lid, derde zin,», «91, derde lid,», «98, derde lid,», «en 115» en: 4a, derde lid, tweede zin,.

DDD

Na artikel 118 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 118a

Indien in deze wet geregelde of daarmee verband houdende onderwerpen in het belang van een goede uitvoering van deze wet of in het belang van de uitvoering van een voor Nederland verbindend besluit van de Raad van de Europese Unie of de Commissie van de Europese Gemeenschappen regeling of nadere regeling behoeven, kan deze geschieden bij algemene maatregel van bestuur.

ARTIKEL II

De Organisatiewet Kadaster wordt als volgt gewijzigd:

aA

In artikel 17 vervalt: , eerste en tweede lid,.

A

Het opschrift van hoofdstuk 6 komt te luiden:

HOOFDSTUK 6. INLICHTINGEN, ONDERZOEK EN STURING

B

Na artikel 31 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 31a

  • 1. Indien naar het oordeel van Onze Minister de Dienst een of meer van zijn taken ernstig verwaarloost, kan Onze Minister de noodzakelijke voorzieningen treffen.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde voorzieningen worden, spoedeisende gevallen uitgezonderd, niet eerder getroffen dan nadat de Dienst in de gelegenheid is gesteld om binnen een door Onze Minister te stellen termijn alsnog zijn taak naar behoren uit te voeren.

  • 3. Onze Minister stelt de beide Kamers der Staten-Generaal onverwijld in kennis van door hem getroffen voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

ARTIKEL IIA

In artikel 2, tweede lid, van de Belemmeringenwet privaatrecht wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL IIB

In artikel 220b, tweede lid, van de Gemeentewet wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL III

In de artikelen 97, vijfde lid, eerste en tweede volzin, 129, 130, eerste lid, en 132 van de Herinrichtingswet Oost-Groningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL IIIA

1. De Herverkavelingswet Walcheren 1947 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 98 wordt «kadastrale legger» vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

In de artikelen 99, eerste lid, en 101 wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien artikel 106 van het bij koninklijke boodschap van 29 maart 2006 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de inrichting van het landelijke gebied (Wet inrichting landelijk gebied), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt dit artikel.

ARTIKEL IIIB

In artikel 5, tweede lid, onderdeel c, van de Interimwet stad- en milieubenadering wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL IV

1. De Landinrichtingswet wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 52, eerste lid, onderdeel a, 53, eerste lid, 56, tweede, derde en zesde lid, 66, eerste lid, onderdeel a, vierde, vijfde en zevende lid, 120, 226, eerste lid, 227, en 228, eerste lid, wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

In artikel 66, eerste lid, onderdeel b, wordt «het kadaster» vervangen door: de basisregistratie kadaster.

C

Artikel 208, vijfde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste volzin wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. In de derde volzin wordt «De artikelen 56b tot en met 56e zijn» vervangen door: Artikel 56b is.

2. Indien artikel 94, eerste lid, van het bij koninklijke boodschap van 29 maart 2006 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de inrichting van het landelijke gebied (Wet inrichting landelijk gebied), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt dit artikel.

ARTIKEL V

1. In artikel 20, eerste lid, onderdeel b, onder 1° en 2°, van de Luchtvaartwet wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien artikel III, onderdeel c, van het bij koninklijke boodschap van 10 februari 2006 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet luchtvaart inzake vernieuwing van de regelgeving voor burgerluchthavens en militaire luchthavens en de decentralisatie van bevoegdheden voor burgerluchthavens naar het provinciaal bestuur (Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt dit artikel.

ARTIKEL VI

De Monumentenwet 1988 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, derde lid, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

In artikel 9, eerste lid, wordt «artikel 48, tweede lid, onder a» vervangen door: artikel 48, tweede lid, onder b en k.

ARTIKEL VII

In artikel 1, onderdeel d, van de Natuurbeschermingswet 1998 wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL VIII

1. In artikel 2, tweede lid, van de Natuurschoonwet 1928 wordt «kadastrale registratie en uit de kadastrale kaarten» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien artikel II, onderdeel B, van de wet van 14 december 2000 tot wijziging van de Wet op de belastingen van rechtsverkeer, de Natuurschoonwet 1928, de Wet op de loonbelasting 1964, de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en de Coördinatiewet Sociale Verzekering (Stb. 551) eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt het eerste lid en wordt in artikel 2, derde lid, van de Natuurschoonwet 1928 «kadastrale registratie en uit de kadastrale kaarten» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL IX

In de artikelen 3, eerste lid, 54a, tweede lid, onderdeel b, onder 1° en 2°, onderdeel c, en derde lid, 63, tweede lid, onderdelen 2°, onder a en b, en 3°, 64, onderdelen 1° en 3°, 80, tweede lid, onderdelen 2°, onder a en b, en 3°, 83, eerste lid, onderdelen 1° en 3°, en 100, onderdeel c, van de onteigeningswet wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL IXA

1. De Reconstructiewet concentratiegebieden wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 61 wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

Artikel 91 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vierde lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. In het vijfde lid wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door «basisregistratie kadaster» en wordt «artikelen 56b tot en met 56e» vervangen door: artikel 56b.

2. Indien artikel 105 van het bij koninklijke boodschap van 29 maart 2006 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de inrichting van het landelijke gebied (Wet inrichting landelijk gebied), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt dit artikel.

ARTIKEL X

De Reconstructiewet Midden-Delfland wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 90, vijfde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste en tweede volzin wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. In de derde volzin wordt «De artikelen 60 tot en met 63 van de Kadasterwet zijn» vervangen door: Artikel 56b van de Kadasterwet is.

B

In de artikelen 110, 111, eerste lid, en 113 wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XI

1. De Waterschapswet wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 27, eerste lid, en 29, onderdelen a en c, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

In artikel 118, eerste lid, wordt «desbetreffende kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien artikel I, onderdeel E, van het bij koninklijke boodschap van 20 juni 2006 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Waterschapswet en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de modernisering en vereenvoudiging van de bestuurlijke structuur en de financieringsstructuur van waterschappen (Wet modernisering waterschapsbestel), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt, vervalt onderdeel A van het eerste lid.

3. Indien artikel I, onderdeel AF, van het bij koninklijke boodschap van 20 juni 2006 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Waterschapswet en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de modernisering en vereenvoudiging van de bestuurlijke structuur en de financieringsstructuur van waterschappen (Wet modernisering waterschapsbestel), na tot wet te zijn verheven, eerder dan deze wet in werking treedt:

a. vervalt onderdeel B van het eerste lid, en

b. wordt in artikel 119, eerste lid, van de Waterschapswet «desbetreffende kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XII

In artikel 12, derde lid, van de Waterstaatswet 1900 wordt «de kadastrale leggers» vervangen door: de basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XIIA

De Wet aansprakelijkheid olietankschepen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel e, vervalt: (Stb. 1989, 186).

B

In artikel 15, tweede lid, onderdeel b, wordt «onder a, c, d, e, f, g en j» vervangen door: onder a, c, d, e, f, g en i.

ARTIKEL XIIB

In artikel 39, eerste lid, van de Wet agrarisch grondverkeer wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XIII

De Wet bodembescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 55, eerste en tweede lid, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

B

In artikel 55a vervalt: onderdeel c,.

ARTIKEL XIIIA

1. In artikel 110i, tweede lid, van de Wet geluidhinder wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien de wet van 5 juli 2006, houdende wijziging van de Wet geluidhinder (modernisering instrumentarium geluidbeleid, eerste fase) (Stb. 350) nog niet in werking is getreden op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, vervalt het eerste lid en wordt in het in artikel I, onderdeel SS, van die wet opgenomen artikel 110i, tweede lid, van de Wet geluidhinder «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XIIIB

1. De Wet inrichting landelijk gebied wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 50 wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster;

B

Artikel 82 wordt als volgt gewijzigd:

a. In het vierde lid wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

b. In het vijfde lid wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door «basisregistratie kadaster» en wordt «De artikelen 56b tot en met 56e van de Kadasterwet zijn» vervangen door: Artikel 56b van de Kadasterwet is.

C

In artikel 86, tweede lid, wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien artikel 50 van het bij koninklijke boodschap van 29 maart 2006 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de inrichting van het landelijke gebied (Wet inrichting landelijk gebied) op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet nog niet, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden, vervalt onderdeel A van het eerste lid van dit artikel en wordt op het tijdstip dat genoemd artikel in werking treedt in dat artikel «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster;

3. Indien artikel 82, vierde lid, van het in het tweede lid van dit artikel genoemde voorstel van wet op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet nog niet, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden, vervalt het eerste lid, onderdeel B, onder a, van dit artikel en wordt op het tijdstip dat genoemd vierde lid in werking treedt in dat lid «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

4. Indien artikel 82, vijfde lid, van het in het tweede lid van dit artikel genoemde voorstel van wet op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet nog niet, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden, vervalt het eerste lid, onderdeel B, onder b, van dit artikel en wordt op het tijdstip dat genoemd vijfde lid in werking treedt in dat lid «kadastrale registratie» vervangen door «basisregistratie kadaster» en wordt «De artikelen 56b tot en met 56e van de Kadasterwet zijn» vervangen door: Artikel 56b van de Kadasterwet is.

5. Indien artikel 86, tweede lid, van het in het tweede lid van dit artikel genoemde voorstel van wet op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet nog niet, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden, vervalt onderdeel C van het eerste lid van dit artikel en wordt op het tijdstip dat genoemd tweede lid in werking treedt in dat lid «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XIV

1. De Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, onderdeel f, komt te luiden:

f. basisregistratie kadaster: basisregistratie kadaster als bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de Kadasterwet;.

B

In de artikelen 15a, en 17a, vierde lid, wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door: basisregistratie kadaster.

2. Indien het bij koninklijke boodschap van 23 juni 2006 ingediende voorstel van wet, houdende regels in verband met de inwerkingtreding van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (Invoeringswet Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken) op het tijdstip dat deze wet in werking treedt nog niet, na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden:

a. vervalt het eerste lid, onderdeel B, en

b. wordt op het tijdstip van inwerkingtreding van die wet in artikel 12, onderdelen J, en N, artikel 17a, vierde lid, van de Invoeringswet Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken «kadastrale registratie» telkens vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XV

In de artikelen 2, derde lid, 5, eerste lid, en 11, eerste lid, van de Wet voorkeursrecht gemeenten wordt «kadastrale registratie» telkens vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XVI

In artikel 23, tweede lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening wordt «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XVII

Indien artikel 3.8, eerste lid, onderdeel c, van het bij koninklijke boodschap van 23 mei 2003 ingediende voorstel van wet houdende Nieuwe regels omtrent de ruimtelijke ordening (Wet ruimtelijke ordening), na tot wet te zijn verheven, in werking treedt op een tijdstip nadat deze wet in werking is getreden, wordt op dat tijdstip in genoemd onderdeel «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XVIII

Indien artikel 3.8, eerste lid, onderdeel c, van het bij koninklijke boodschap van 23 mei 2003 ingediende voorstel van wet houdende Nieuwe regels omtrent de ruimtelijke ordening (Wet ruimtelijke ordening), na tot wet te zijn verheven, in werking is getreden voordat deze wet in werking treedt, vervallen op het tijdstip waarop deze wet in werking treedt de artikelen XVI en XVII en wordt op dat tijdstip in genoemd onderdeel «kadastrale registratie» vervangen door: basisregistratie kadaster.

ARTIKEL XIX

In de artikelen 6, eerste lid, en 10, vierde lid, tweede volzin, van de Zeebrievenwet wordt «onder a, c, d, e, f, g en j» vervangen door: onder a, c, d, e, f, g en i.

ARTIKEL XX

  • 1. Indien op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H, van deze wet bij de Dienst voor het kadaster en de openbare registers, bedoeld in artikel 2 van de Organisatiewet Kadaster, een verzoek in behandeling is als bedoeld in artikel 112, 113 of 114 van de Kadasterwet, zoals die wet onmiddellijk voorafgaand aan dat tijdstip luidde, wordt dat verzoek gelijkgesteld aan een verzoek als bedoeld in artikel 7t, eerste of derde lid.

  • 2. Indien op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H, van deze wet de genoemde Dienst een beslissing heeft genomen op een bezwaar als bedoeld in artikel 56b en op dat tijdstip de termijn waarbinnen een belanghebbende tegen die beslissing een verzoekschrift had kunnen indienen, indien artikel 56c van de Kadasterwet op dat tijdstip nog had gegolden, nog niet is verstreken, kan de belanghebbende tegen die beslissing op grond van de Algemene wet bestuursrecht een beroep bij de rechtbank instellen binnen de wettelijke termijn, te rekenen vanaf dat tijdstip. De vorengenoemde Dienst stelt de belanghebbende na het tijdstip van inwerkingtreding van eerdergenoemd onderdeel onverwijld op de hoogte van die wijziging.

  • 3. Indien op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel H, van deze wet een verzoekschrift is ingediend krachtens artikel 56c of de artikelen 112, 113 of 114 van de Kadasterwet, zoals die artikelen onmiddellijk voorafgaand aan dat tijdstip luidden, blijven de artikelen 56c tot en met 56e, zoals die artikelen onmiddellijk voorafgaand aan dat tijdstip luidden, van toepassing op dat verzoekschrift, de behandeling daarvan door de rechtbank en op de bijwerking. De Dienst, genoemd in het eerste lid, handelt in het geval van een vorenbedoeld verzoekschrift overeenkomstig artikel 7r van de Kadasterwet, als gewijzigd door deze wet.

ARTIKEL XXI

Binnen twee jaar na inwerkingtreding van artikel I of II of een onderdeel daarvan, kunnen bij algemene maatregel van bestuur met het oog op een goede invoering van dat artikel of dat onderdeel voor een daarbij te bepalen periode van ten hoogste drie jaren afwijkende regels worden gesteld ten aanzien van:

a. het krachtens de Kadasterwet als authentiek aanmerken van een gegeven;

b. het verplicht gebruik van een authentiek gegeven krachtens deze wet;

c. de melding van gerede twijfel omtrent een authentiek gegeven door een bestuursorgaan;

d. de eenmalige gegevensverstrekking.

ARTIKEL XXII

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL XXIII

Deze wet wordt aangehaald als: Wet basisregistraties kadaster en topografie.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 5 maart 2007

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer

Uitgegeven de tweeëntwintigste maart 2007

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin


XHistnoot

Kamerstuk 30 544

Naar boven