Besluit van 13 februari 2006, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende aanpassing van het inkomens- en vermogensbegrip aan het fiscale inkomens- en vermogensbegrip (Stb. 2006, 9), alsmede van artikel IA van de Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand aan de Algemene wet bestuursrecht (Stb. 2003, 502)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 27 januari 2006, nr. 5399372/06/6;

Gelet op artikel V van de Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende aanpassing van het inkomens- en vermogensbegrip aan het fiscale inkomens- en vermogensbegrip (Stb. 2006, 9), alsmede van artikel IA van de Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand aan de Algemene wet bestuursrecht (Stb. 2003, 502);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand houdende aanpassing van het inkomens- en vermogensbegrip aan het fiscale inkomens- en vermogensbegrip (Stb. 2006, 9) treedt in werking met ingang van 1 april 2006.

Artikel 2

Artikel IA van de Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand aan de Algemene wet bestuursrecht (Stb. 2003, 502) treedt in werking met ingang van 1 april 2006.

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 13 februari 2006

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de eenentwintigste februari 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven